HP frwlwiak
1
MIDDELBURGSCHE COURANT
HENNING
%£&t3VF0gïS£
(&GOESCHE COURANT
MORGENMIDDAG
binnenland.
V AC ANTIEK AARTEN MET
KERSTMIS.
Het leed der Joodsche
vluchtelingen-
Drama's aan de grens.
„SURNUMERAIR-ONDERWIJZERS."
met de kinderera naar
een foto laten maken voor VADER'S ST. NICOLAAS
WEERBERICHT.
(Ingez. Me.d,)
KERK EN SCHOOL.
MIDDELBURG.
DEK STATIONSBRUG GELICHT EN
NAAR VLISSINGEN VERVOERD,
Dagblad. Uitg. N.V. De Middelburgsche Crt.
Bureaux: te MIDDELBURG: St. Pieterstr.28,
Telefoon Redactie 269, Administratie 139;
te GOESTurfkade Tel. 17. Postgiro 43255.
Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes
f 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week
abonnementen in Middelburg en Goes 18 ct.
29 NOV. 1988. EERSTE BLAD. 181e JAARG.
NUMMER 281. TWEE BLADEN. DINSDAG
Advertentiën 30 ct per regel, ingezonden
mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager.
Tarief op aanvraag. Familieberichten en
dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine
Advertenties", max. 6 regels, 75 cent, bij
vooruitbetaling. „Brieven, of adres bureau
v. d. blad" 10 ct extra. Bewijsnummers 5 ct.
Wij vernemen, dat de Spoorwegen dit
jaar voor liet eerst ook vaeantiekaarten
zullen verkrijgbaar stellen ter gelegenheid
van Kerstmis en Nieuwjaar en wel van
23 t/m 28 Dec. en#van 31 Dec. t/m 2 Janu
ari.
Nieuw rijwielachterlicht.
De staatscourant bevatte dezer dagen een
ministerieele beschikking, waarbij aan de
koninklijke metaalsmederij, Hotzo Spannin-
ga, te Joure, vergunning verleend wordt,
tot fabrikatie en in den handel brengen van
een geheel nieuw type rijwielachterlicht,
met bajonetlamp. Voor zoover bekend, is
dit de eerste bajonet-achterlamp, die door
de K.E.M.A. werd goedgekeurd, volgens de
veel strengere en onlangs gewijzigde voor
schriften.
PARATYPHÜS AAN BOORD VAN
Hr.Ms. „SUMATRA".
Onder de offficieren van Hr. Ms. kruiser
„Sumatra", thans liggende te Tanger, heb
ben zich eenige gevallen van paratyphus
voorgedaan.
De zeven patiënten zijn opgenomen in
het Italiaansche hospitaal ter plaatse. Hun
toestand is gunstig. Hun naaste familiebe
trekkingen zijn vanwege het departement
van defensie hiervan op de hoogte gesteld.
Onder de overige bemanning hebben zich
geen verschijnselen van genoemde ziekte
vertoond.
DEEN SOU TOONEELSTUK TE
AMSTERDAM VERBODEN.
Naar wij vernemen heeft de burgemees
ter van Amsterdam, na lezing der Engel-
sche vertaling van het tooneelstuk van
den Deenschen auteur Kaj Munk: „Hij zit
bij den smeltkroes", als zijn meening te
kennen gegeven, bij eventueele opvoering
tot verbod van het stuk te moeten over
gaan.
In Kopenhagen en Stockholm is het
werk, waarin stelling wordt genomen te
gen de rassenpolitiek, met groot succes
opgevoerd.
Eenige tooneeldirecties te Amsterdam
hadden belangstelling voor het stuk ge
toond, doch zich vooraf willen overtuigen
van de zienswijze der overheid.
vijftig jaar in dienst van de
KONINGIN.
Bij de verschillende gelegenheden, waar
op onze Koningin of Haar kinderen uit
rijden en het volk zich verdringt om Hen
toe te juchen, bemerkt men tusschen de
schittering der veelkleurige uniformen,
die den stoet om stuwen, een man, die
nauwkeurig toeziet of alles punctueel
verloopt. Het is de koetsier-majoor C. v.
Eijsbergen in zijn roode uniformjas en wit
te pantalon met de hooge laklaarzeh, de
steek in de hand, die zijn waakzaam oog
over alles Iaat gaan.
Deze oude getrouwe hoopt 1 December
a.s. het feit te herdenken dat hij, 50 jaar
geleden, als 13-jarige knaap de hooge
poort van het gebouw der Koninklijke
stallen binnentrijd, om zijn loopbaan in
dienst van het Hof aan te vangen. Als
leerling stalknecht begon de gouden jubi
laris. In 1923 werd hij tot koetsier-majoor
aangesteld, een zeer verantwoordelijke
taak.
Van alle belangrijke gebeurtenissen voor
ons Vorstelijk Huis in de laatste vijftig
jaar, was Van Eijsbergen van nabij ge
tuige. Bij de begrafenis van Koning Wil
lem III maakte hij deel uit van den stoet,
en in 1898, toen Koningin Wilhelmina Haar
taak als regeerend Vorstin aanvaardde,
reed hij als postillon voor een der rijtui
gen die de Koninklijke koets volgden. Ook
bij het huwelijk van Koningin Wilhelmi
na was hij aanwezig en toen onze Kroon
prinses in den echt trad, mende Van Eijs
bergen vanaf de hooge bok van de Gou
den Koets zijn acht paarden.
Zoo heeft deze 63-jarige veel doorleefd
maar niet licht zal hij de woelige dagen
uit het revolutiejaar 1918 vergeten. En
vooral niet den dag waarop 't Koninklijk
Gezin naar het Malieveld reed, waar het
juichende publiek den koetsier Van Eijs
bergen „werkloos" maakte en de stren
gen der paarden voor de koets losmaak
te en zelf het rijtuig trok.
Voor den jubilaris zal de eerste Decem
ber, een dag vol herinneringen, een waar-
ige afsluiting zijn van deze halve eeuw
trouwen dienst aan ons Vorstenhuis.
(„De Standaard.")
DE LICHAMELIJKE OPVOEDING DER
JEUGD.
Adres van onderwijzers-organisaties.
De vereenigmg van leeraren en oniïer-
wijzers in de lichamelijke opvoeding in
Nederland, de onderwijscentrale, het Np.
>^lardS,°h onderwÜzers genootschap, het
vnl l'f ^derwijzersverbond, den bond
eeni e onderwijzers, de ver-
Slgl"g 7an hoofden van scholen in Ne-
zersanen ch"stelijke onderwij
zers en onderwijzeressen in NedprHnrt
de vereeniging voor meer uitgebreid £1
onderwijs en het Nederlandsch Olympifch
Comité, hebben een adres gericht aan den
Raad van ministers en de Eerste en Twee
de Kamer der Staten-Generaal, waarin
zij verzoeken in het belang der lichame
lijke opvoeding, die maatregelen te wil
len nemen of te doen nemen welke voe
ren tot het volgende:
nnvn^f„Tee,ne invoering der lichamelijke
sch^o&n VterPKCht leervak in alle
school t/m do eginnen hö de lagere
bcaooi t/m de universiteit*
b. het onderwijs in de 'lichamelijke oe
fening ook m de lagere scholen toe te
vertrouwen aan vakonderwijzers in de
lichamelijke oefening;
sofc0- ,0nderwijs geheel te doen zijn
win Cn overheidstaak, zonder af
wenteling 0p buitenlandsche instanties;
d. tevens maatregelen tc treffen ter
bevordering van de lichamelijke opvoe
ding en oefening der jeugd in beroep en
bedrijf, de werklooze jeugd daaronder
begrepen.
Op initiatief van het Comité van waak
zaamheid van Nederlandsche intellectu-
eelen is op Zaterdag en Zondag j.l. aan een
deel van de Nederlandsch-Duitsche grens
door een commissie, bestaande uit de hee-
ren F. J. W. Drion, oud-lid der Tweede Ka
mer, mr. dr. G. J. van Heuven Goedhart,
hoofdredacteur van het Utrechtsch Nieuws
blad, en mr. G. C. M. van Nijnatten te Nij
megen, een onderzoek ingesteld naar de
praktijk der toelating en afwijzing van
Duitsch-Joodsche vluchtelingen door de Ne
derlandsche autoriteiten. Aan het door de
ze commissie uitgebrachte verslag is het
volgende ontleend:
„Door mededeelingen van regeeringswe-
ge is de indruk gevestigd, dat bij de toe
lating van Duitsch-Joodsche vluchtelingen
zooveel tegemoetkoming en voortvarend
heid zou worden betracht, als met de in
achtneming van de uit oeconomische en hy
giënische overwegingen onvermijdelijk
voortspruitende beperkingen mogelijk is.
Men zou op grond hiervan onder meer ver
wachten, dat in al die gevallen, waarin niet
onmiddellijk op grond van voldoende gege
vens tot toelating kan worden besloten,
overgegaan zou worden tot tijdelijke deti
neering bv. gedurende een week
ten einde door een behoorlijk onderzoek
een volledig beeld te verkrijgen. Evenwel
moet geconstateerd worden dat kennelijk
de aan de grensautoriteiten verstrekte in
structies met deze voorwaarden van men-
schelijke behandeling van vluchtelingen,
die, geljjk nader zal blijken, veelal in on
middellijk levensgevaar verkeeren, geen re
kening houden.
Wij laten hier een aantal sprekende ge
vallen volgen:
1. Een man, in het bezit van een visum
van een ander land, maar zonder een voor
dat land geldige verblijfsvergunning, wordt
niet toegelaten. Alleen door volhardend
ijveren van particuliere zijde werd ten slot
te alsnog toelating verkregen.
2. Twee jongens, wier vader zelfmoord
had gepleegd en wier moeder zich in Ber
lijn bevond, kwamen aan de grens, waar
een brief van een in Den Haag wonenden
oom op het grenskantoor gereed lag, mel
dende, dat deze oom bereid was zich het lot
van de beide jongens aan te trekken. Zij
werden aanvankelijk teruggezonden, maar
dank zij particuliere tusschenkomst kon het
bedoelde stuk opgespoord worden, waarna,
zij het na uitvoerig onderhandelen, toela
ting werd verkregen.
Kon in deze gevallen, mede dank zij de
voor de vluchtelingen zeer welwillende uit
legging van hun instructies door de dienst'
doende ambtenaren, toelating worden ver
kregen, in vele andere gevallen kon zelfs de
uiterste tegemoetkoming van de locale
autoriteiten niet tot een zoo gunstige uit
komst leiden.
3. Een man, verloofd met een in Enge
land wonende vrouw, die voor hem reeds
een betrekking in dat land had weten te
vinden, werd ondanks langdurig onderhan
delen met het departement van justitie
naar Duitschland uitgeleid. Hij zag tegen
het hem dreigende lot zoozeer op, dat hp bij
het Nederlandsche douane-kantoor een re
volver vroeg om zich van kant te maken.
Den dag daarna vond men dicht bij de Ne
derlandsche grens, op Duitsch gebied, een
man aan een boom hangen.
4. Een man, wiens vader in het bezit van
een industrieel procédé was en die gewei
gerd had dit procédé aan de Duitsche auto
riteiten te verraden, werd eenige weken in
Duitschland door niet-Joden verborgen en
kwam langs den normalen weg over de
Nederlandsche grens, waar hij werd vastge
houden. Binnen 24 uur volgde zijn uitlei
ding; bij wijze van uiterste concessie werd
hij niet aan de Duitsche politieautoriteiten
uitgeleverd, maar gaf men hem gelegen
heid via de bosschen zijn „vaderland" bin
nen te gaan.
5. Een bejaarde rabbijn die weliswaar
geen Engelsche verblijfsvergunning kon
toonen, doch wel door brieven aannemelijk
kon maken, dat hij in Engeland een werk
kring bij Joodsche instellingen zou kunnen
verkrijgen, en die bovendien reeds in het
bezit was van: a. een Tsjechisch paspoort,
hem als Tsjech verleend, b. een spoorkaar-
je tot Vlissingen; c. een bootkaart tot Lon
den, werd uitgeleid. De man, die om 10 uur
's morgens per trein was gearriveerd,
mocht op Nederlandsch grondgebied niet
wachten op de telegrafische gevraagde be
vestiging van zijn vooruitzicht op een werk
kring in Engeland, maar werd na eenige
uren oponthoud onverbiddellijk over de
grens gezet. Bij zpn uitleiding verzekerde
hp onder aanroeping van God, dat zijn te
rugkeer in Duitschland zijn dood beteeken-
de. Omtrent zijn verder lot is ons niets be
kend.
6. Twee mannen, die niet voor onmiddel-
pke toelating in aanmerking kwamen, als
zijnde met voorzien van een bewijs, dat zij
zich m een ander land zouden kunnen ves
tigen werd, dank zij de welwillendheid der
dienstdoende ambtenaren, toegestaan van
's morgens 10 uur tot 's middags 6 uur op
Nederlandsch grondgebied te blijven, waar
na hun uitleiding, toen alle onderhandelin
gen met Den Haag vruchteloos waren ge
bleven, volgde. Overeenkomstig instructie
werd in hun passen aangeteekend, dat zij
niet waren toegelaten. Een hunner heeft
andermaal de grens overschreden, is er in
geslaagd tot Amsterdam te komen, waar hij
gearresteerd werd om opnieuw uitgeleid te
worden. Omtrent hun verder lot weten wij
niets.
Stel tegen drift, geen drift
maar wacht uw tijd en duik
de hartstocht is geen kracht
maar krachtmisbruik.
Beets.
7. Een ruim 80-jarige man, wiens huis
was vernield en die aan zware mishandelin
gen had blootgestaan men had hern op
een stoel gebonden, dien stoel in brand ge
stoken en toen de vlammen doofden, hem
met een tafelpoot op het hoofd geslagen
kon, ofschoon hem was toegestaan zich
ten huize van zijn in Nederland wonende
kinderen te vestigen, overeenkomstig de in
structies niet toegelaten worden, omdat hij
geen Duitsch paspoort en geen Duitsch be
wijs van goed zedelijk gedrag kon toonen.
Hp heeft zich dagenlang in Nederland ver
borgen moeten houden en kon eerst te
voorschijn komen, toen zpn Nederlandsche
advocaat erin geslaagd was in Duitschland
de bedoelde stukken te bemachtigen.
Wïj hebben vervolgt de commissie
alle redenen om overtuigd te zpn van de
volstrekte juistheid dezer feiten, ofschoon
de namen en andere details uiteraard niet
voor publicatie vatbaar zpn. Deze gevallen
zijn kenmerkend voor de praktijk der be
handeling van Joodsche vluchtelingen
slachtoffers van de mishandelingen in het
Duitsche rijk door de Nederlandsche
overheid. Wie niet beschikt hetzij over een
officieele verblijfsvergunning voor een an
der land, dan wel over een door een in Ne
derland wonende relatie verkregen vesti
gingsvergunning voor Nederland zelve
slaagt er niet dan bij uitzondering in, toe
gang tot ons land te verkrijgen. Van re
delijke toepassing van het asylrecht kan
dan ook in de laatste weken dé instruc
ties zijn naar ons gebleken is telkens op
nieuw verscherpt naar onze overtuiging
niet meer worden gesproken.
De regeering laat doorschemeren, dat zij
bereid zou zijn op veel ruimere schaal
vluchtelingen ook volwassenen, maar voor
al kinderen, toe te laten, indien zij door
middel van daartoe in Duitschland georga
niseerde transporten hierheen zouden wor
den gevoerd. Het behoeft wel geen betoog,
en zulks was ook de meening van al onze
zegslieden, dat van dergelijke georganiseer
de transporten in de naaste toekomst geen
sprake kan zijn. Immers van de zijde der
Duitsche autoriteiten is medewerking daar
toe uitgesloten, en de Joodsche bevolking
is door de gewelddadige ontbinding van al
le organisaties, die daarbij hulp zouden
kunnen bieden, ten dezen tot machteloos
heid gedoemd.
Kan dus practisch van toelating van
vluchtelingen ternauwernood worden ge
sproken, terwijl bij handhaving van den be-
staanden toestand ook in de naaste toe
komst niets zal komen, toch zou zelfs on
der deze omstandigheden een veel grooter
aantal slachtoffers binnenkomen, indien de
regeering ertoe kon besluiten den plaatse
lijken autoriteiten en den hun zoo bewon
derenswaardig behulpzamen particulieren,
Joodsche zoowel als niet-Joodsche, gelegen
heid en tijd te geven tot nauwkeurig onder
zoek van elk afzonderlijk geval. Daartoe
ware een doeltreffend middel het oprichten
langs de grens van barakken, waarin allen,
die over de grens komen en tot wier onmid
dellijke toelating niet kan worden overge
gaan, voor enkele dagen onder bewaking
zouden kunnen verblijven, tot bij tijd en
wijle de daartoe in het leven te roepen co
mités in contact met de plaatselijke auto
riteiten een onderzoek zullen hebben inge
steld. Op deze wijze zou het leed voorko
men kunnen worden, dat thans hen treft,
die, uit vrees voor uitleiding voordat hun
geval tot klaarheid is gebracht, zich soms
dagenlang verborgen houden, verteerd
door angst voor ontdekking en de gevol
gen daarvan. Maar ook zou hiermede het
onrecht worden vermeden dat thans hen
bedreigt, die deze ongelukkigen bijstand
verleenen.
„OPENT DE GRENZEN".
De heer ir. C. Boeke te Bilthoven heeft
in verband met de huidige actie om de grens
voor de vluchtelingen te openen, een lied
gecomponeerd:
De eerste strofe luidt: „opent de grenzen
opent ze wijd.
neerland sta open voor alles wat lijdt:
zoo is het vroeger altijd geweest,
zoo is van oudsher de Hollandsche geest".
INVOERCONTINGENT VOOR BOTER
IN BELGIë.
Wij vernemen van bevoegde zijde dat de
Belgische regeering voor invoer van boter
tot eind December een globaal contingent
van in totaal 100.000 kg heeft vastgesteld.
Het aandeel van Nederland bedraagt hierin
27% pet.
De betreffende hoeveelheid moet uiterlijk
31 December 1938 in België worden inge
voerd.
Een voorstel van het Tweede Ka
merlid Tilanus.
Het Tweede Kamerlid de heer Tilanus
(c.h.) heeft op de onderwijsbegrooting
een amendement ingediend tot aanstelling
van surnumerair-onderwijzers.
Voorgesteld wordt de omschrijving van
artikel 117 als volgt te lezen:
Bij voorschot uit te betalen vergoeding
voor het jaar 1939 aan de gemeenten ten
gevolge van artikel 56 der lager-onderwijs-
wet 1920; tegemoetkoming aan gemeenten
wegens verlies van rijksvergoeding; ver
goeding, te berekenen naar een salaris
van 60 per maand, uit te betalen aan de
gemeenten voor „surnumerair-onderwij
zers'1, beneden den leeftijd van 26 jaar.
aangesneld aan openbare lagere scholen
zoodra en zoolang gedurende het ajra
1939 een school met een voor rijksvergoe-
»ee®eeeee®e®eoe@eeoee
(Ingez. Med.)
ding in aanmerking komende leerkracht
37 leerlingen telt een school met twee
voor rijksvergoeding in aanmerking ko
mende leerkrachten 77 leerlingen telt,
een school met drie 127, met vier 177; met
vijf 227 leerlingen telt en zoo verder voor
scholen telkens met een voor rijksvergoe
ding in aanmerking komende leerkracht
meer en telkens met 50 leerlingen meer.
Voorts wordt voorgesteld dezelfde re
dactie te volgen in art. 120, ten aanzien
van de bijzondere lagere scholen.
In de toelichting zegt de voorsteller, dat
hij heeft gezocht naar een oplossing,
waarbij met strikte handhaving van het
door de grondwet geëischte beginsel der
financieele gelijkstelling van het openbaar
en bijzonder lager onderwijs, en zonder
directe wijziging van de leerlingenschaal
in de wet en zonder de rijksbegrooting te
verhoogen, jonge aktebezitters te werk
kunnen worden gesteld, en waarmede zoo
wel de scholen als deze jonge onderwij
zers worden gebaat.
De voorsteller meent, dat door de voor
gestelde aanvulling van de beide begro
tingsartikelen althans voor het jaar 1939,
en zoolang het niet mogelijk is door wij
ziging van artikel 28 der lager-onderwijs-
wet 1920 meer onderwijzers ter beschik
king te stellen, door aanstelling van een
surnumerair-onderwijzer aan een school
volgens in de ontwerpbegrootingsartikelen
aangegeven normen, althans eenige ver
zachting van de ongetwijfeld bestaande
moeilijkheden wordt verkregen.
Hij heeft den naam „surnumerair-onder-
wijzer" gekozen, omdat deze naam, zeker
beter dan „kweekeling met akte", uit
drukt wat deze onderwijzers in feite zijn.
Hij heeft gemeend te mogen voorstellen
rijksvergoeding te verleenen voor een sur-
numeraire leerkracht, tegen een salaris
van 60 per maand, voor die scholen, die
een zoodanig aantal leerlingen tellen, dat
zij geacht kunnen worden in moeilijkheden
te geraken. Hij heeft daarbij zooveel mo
gelijk de bestaande schaal gevolgd, telkens
iets blijvend beneden den in artikel 28
der wet aangegeven bovenkant van de
schaal.
Hij stelt voor de benoeming tot surnu
merair onderwijzers alleen mogelijk te
maken voor jonge aktebezitters, met een
maximum leeftijd van 25 jaar. Uiteraard
geldt dit voorstel opgenomen in de be
grooting voor 1939 slechts voor een
jaar. Voor 1940 kan het vraagstuk van
de leerlingenschaal nader worden bezien
De heer Tilanus meent, dat door dit
voorstel geen, of althans geen aanzienlij
ke vermeerdering van kosten wordt ver
oorzaakt. Slechts wordt bereikt, dat
meer leerkrachten zij het ook als sur-
numeraire onderwijzers met minder salaris
worden te werk gesteld.
DE STEUNACTIE VAN HET BIOSCOOP-
EN FILMBEDRIJF TEN BATE DER
JOODSCHE VLUCHTELINGEN.
De Nederlandsche Bioscoopbond heeft,
zooals men weet, een steunactie op touw
gezet ten bate van de vluchtelingen om
ras of geloof.
Deze actie bestaat hierin, dat de bioscoop
directies de ontvangesten, welke de bios
coopvoorstellingen van Donderdag 1 De
cember a.s. opleveren, zullen afdragen aan
het hoofdbestuur van den Nederlandschen
Bioscoopbond, terwijl de directies der film
maatschappijen eveneens een offer zullen
brengen door de hun toekomende filmhuur
van den eersten December a.s. ten bate van
de vluchtelingen af te staan. Het geheele
bedrag, dat het hoofdbestuur van den Ne
derlandschen Bioscoopbond op deze wijze
van de bioscoop- en filmmaatschappijen zal
ontvangen, zal het afdragen aan de drie
officieele vluchtelingencomité's, n.l. het
Joodsche, het protestantsche en het
roomsch-katholieke comité in dezelfde ver
houding welke de regeering heeft toege
past bij het verlangen van garantiesommen
van deze comité's.
KETEL KOKEND WATER
OMGETROKKEN.
Tweeling brandwonden opgeloo-
pen.
Gistermorgen speelde in een woning in
de Pieter Nieuwlandstraat te Am
sterdam een tweeling, jongetjes van
vjjftien maanden, in de keuken. Toen ze
even alleen waren, heeft de een kans ge
zien een ketel water om te trekken,
waardoor beiden het kokende water over
zich heen kregen. Het eene jongetje was
er vrij ernstig aan toe, het andere had
slechts lichte brandwonden opgeloopen.
Beide kinderen zijn ter verpleging naar
het O. L. V. gasthuis vervoerd.
Verwachting tot morgenavond:
DE BILT: aanvankelijk zwakke veran
derlijke wind, betrokken tot zwaar be
wolkt met plaatselijk mist, weinig of geen
regen, later toenemende Z W. tot Z. wind.
zwaar bewolkt tot betrokken, toenemende
kans op regen, weinig verandering in tem
peratuur.
UKKEL: zwakke veranderlijke wind,
over het algemeen betrokken hemel en ne
velig, plaatselijk mist, tijdelijk regen of
motregen, later wellicht opklaringen.
Wo 30 November. Zon op: 7 h 47: on
der: Ï5 h 50. Licht op: 16 h 20. Maan op:
24 h 26; onder: 3 h 50. E.K. 30 Nov.
Hoog- en Laagwater te Vlissingen:
November.
Hoogwater. Laagwater.
Dinsdag 29 5.28 18.01 11.55
Woensdag 30 6.21 19.03 0.04 12.46
December.
Donderdag 1 7.22 20.16 1.06 13.56
Westkapelle is 28 min. en Domburg 38
min. vroeger; Veere 38 min. later. (S
springtij.)
Hoog- en Laagwater te Wemeldinge:
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
November.
Hoogwater.
29 7.16 19.42
30 8.05 20.38
December.
1 9.01 21.46
Laagwater.
0.27 12.59
1.14 13.47
2.16 14.52
- id*
fficoé aéaMSi
eCvtf-iW-£-
a aaT J
te.
Tot gemachtigden in het kiescollege
der Ned. Herv. Kerk te Kapelle wer
den herkozen de heeren: J. Baijens met 65
stemmen, C. de Jager met 59 stemmen, M.
Glas Jz. met 58 stemmen en Jan van Wii>
gen met 62 stemmen.
ZEELAND.
Hedenmorgen te kwart voor zeven ging
de schipbrug alhier open voor het doorlaten
van twee groote bokken van de N.V. Van
der Tak's Bergingsmaatschappij, nml. de
„Adelaar" en de „Kolossus II", resp. met
een hef- en draagvermogen van 1500 en
2000 ton. De „Adelaar" nam plaats aan het
einde van de Stationsbrug aan de zijde van
den Blauwen dijk en de „Kolossus" aan het
einde aan de zijde van de Loskade.
De kabels werden aan de brug die na ge
deeltelijke onttakeling alsnog ongeveer
1700 ton weegt, bevestigd.
Toen de brug van den spil was losge
maakt, gingen de kranen op de bokken aan
het werk en zachtjes zag men het gevaarte
rijzen tot dat het boven de spil was en nu
naar de wal zijde boven de vaargeul werd
gezwaaid. De beide bokken manoeuvreerden
zoo, dat de brug er tusschen kwam te han
gen en zachtjes aan voer men tot voor den
Blauwendijk. Hier lagen gemeerd de sleep-
booten „Zwitserland" en „Rusland" van de
reederij van P. Smit. De „Zwitserland" ging
voor den sleep trekken, de „Rusland" werd
van achter vast gemaakt om zoo noodig te
sturen. Zoo zette deze combinatie, waarbij
de hooge kranen van de bokken een in
drukwekkend en de menikleur op de ijze
ren brug een schilderachtig aanzien aan het
geheel gaven, de reis door het kanaal te
kwart over negen voort, naar „De Schelde"
te Vlissingen. „De Adelaar", die evenals de
„Kolossus" reeds Zondag uit Rotterdam
was vertrokken, kwam hedenmiddag om
het vaste brugdeel, dat aan de zijde van
de Loskade ligt, naar Vlissingen over te
brengen. Ook dit deel zal goed onder han
den worden genomen.
Zooals bekend, is op 2 November de brug
buiten dienst gesteld en is men toen spoedig
begonnen met het sloopen van een deel en
het afspuiten van de verf. Men had gedacht
na 3 weken de brug naar „De Schelde' te
kunnen brengen, het is vier weken gewor
den.
Wjj vernemen, dat aan den toegang tot
de brug aan beide zijden verandering zal
worden aangebracht en o.a. de vier daar
staande lantaarns buiten gebruik raken.
Kan de gemeente niet trachten die op een
andere plaats in de stad te plaatsen waar
bij wij dan speciaal denker, aan de Nieuwe
Brug, waar de verlichting nog al wat te
wenschen over laat, vooral ook voor vreem
delingen die daar passeeren.
VOOR DE JOODSCHE
VLUCHTELINGEN.
De collecte, gehouden onder de leden
der ver. van vrijzinnig hervormden te
Middelburg, voor de vluchtelingen uit
Duitschland, heeft 322,50 opgebracht.
Dit bedrag is overgemaakt aan de Cen
trale commissie voor het Vrijz. Protestan
tisme te Utrecht.