W torvtttttcïüfë
MIDDELBURGSCHE
COURANT
Kon wt Hoofd?
«VI0LETTA»
UGOESCHE COULANT)
FRITZ IHIRSCH OPERETTE
MAANDAG 21 NOV.
ENTRÉEPRUZEN
12.5011.7511.25
LIGT HET KLAAR?
stuks
:b
Asylrecht, geen Hóón!
SOMEN UNO.
VlCKS
Va-tro-^ol
(Ingez. Med.)
MIDDELBURG.
Fredericus Triumphator,
PLUS RECHTEN
Voorverkoop kaarten Lagaaij,
Vlasmarkt 3 Middelburg
WEERBERICHT.
Zaterdag 19 November
(Ingez, Med.)
GOES.
M)
felle
Iwelke
rren.
onze
roofd
ple-
van
doen
eens
iNeen
I doen.
Itelin-
|d dat
wer-
Jinnen
Ituren
vele
maar
Ge-
hun
voor
bur-
een
Iraten
jlreigt
[juich
Ichte-
het
alge-
uit-
7elen
aan-
lerke-
der-
fcrvan
nie-
frblij-
een
t.V
dagblad. Uiig- N-v- De Middelburgsche Crt.
Bureauxte MIDDELBURGSt. Pieterstr. 28,
Telefoon Redactie 269, Administratie 139;
te GOES: Turfkade Tel. 17.Postgiro43255.
Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes
f 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week
abonnementen in Middelburg en Goes 18 ct.
NUMMER 272. TWEE BLADEN, VRIJDAG
18 NOV. 1988. EERSTE BLAD. 181e JAABG.
Advertentiën 30 ct per regel, ingezonden
mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager.
Tarief op aanvraag. Familieberichten en
dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine
Advertenties", max. 6 regels, 75 cent, bij
vooruitbetaling. >Brieven, of adres bureau
v. d. blad" 10 ct extra. Bewijsnummers 5 ct.
Het behoort, somwijlen helaas, tot de taak
des journalisten, kennis te nemen ook van
wat er in bladen van andere politieke rich
ting dan de zijne, te lezen is.
Zoö nemen wij ook kennis van den in
houd van dat tot een schendblad van het
minste allooi geworden weekblad der N.S.B.,
hetwelk zich met den naam „Volk én Va
derland" tooit.
Met verontwaardiging stellen wij vast,
dat dit blad het anti-semitisme in Neder
land ingevoerd heeft, en dat het dit vuurtje
week-in week-uit opstookt, zonder dat po
litie en justitie ingrijpen. De bevolkings
groep der Nederlandsche Joden wordt daar
in op steeds laaghartiger manier gehoond
en beleedigd; het gif van het anti-semïtls-
me steeds openlijker en in steeds sterker
concentratie, ingespoten.
V
Maar wat dat blaa deze week zijnen le
zers aan schunnigs durft voor te zetten,,
overtreft toch al het voorgaande.
Hier is geen sprake meer van een ver
werpelijke rassenideologie, hier wordt op
een walgingwekkende wijze de spot ge
dreven met het ergste menschelijke leed.
In zijn zoo treffend geformuleerden op
roep tegen het anti-semitisme, voorkomen
de in ons blad van 14 November, schreef
mr. J. G, Veltman Fruin oud-consul van
Duitschland onder het huidige regiem en
nog groot vriend van het Duitsehe volk
en zijn ware cultuur! o.m. het volgende:
„In> Nederland zal het antisemitisme geen
wortel schieten. Dat verhoede de almach
tige God.
Op ieder onzer rust de plicht onvermoeid
mede te werken, deze pest, die ook
onze volksziel bedreigt, uit
te roeien: de justitie door de overtreders
der op dit stuk bestaande wetsbepalingen
zonder aanzien des persoons aan de ge
rechtigheid over te leveren; de Regeering
door te overwegen, hoe de bestaande ma
zen kunnen worden gedicht; de publieke
opinie in de allereerste plaats door zich
ervan bewust te worden, dat het antisemi
tisme het in zoovele eeuwen veroverde peil
onzer algemeene menschelijkheid bedreigt".
Ten aanzien van den Duitschen Jood waren
hieraan voorafgegaan, na een summiere
schildering der nieuwe Duitsehe begrippen
wereld, deze woorden: „In deze wereld
staat eenzaam, vernederd en gehoond, ver
guisd en belasterd: De Duitsehe Jood: Juda
verrecke!" Schr. gewaagde dan van „de ge
voelens van mededoogen en verslagenheid,
weerzin en verontwaardiging, die ons ge
moed in zoo'n heftige beroering brengen".
Wat ons sindsdien onder de oogen kwam,
wettigt deze woorden driewerf. Heel de
wereldpers, heel de Nederlandsche pers,
was één in zijn uiting van onverholen af
keer over het barbaarsche optreden der
Duitsehe nazi's tegenover hun Joodsche
medemenschen. De „Nieuwe Rotterdamsche
Courant" sprak van het „vertrappen van
ralten in een pakhuis". Zoo werden de Jo
den over onze Oostgrens behandeld. En
wij, Nederlanders, in een ondanks alle
werkloosheid en hooge belastingen rela
tief tóch nog vrij welvarend en rustig
land, wij, lieten en laten door onze mare
chaussee aan de grenzen die Joodsche me
demenschen, die van have en goed be
roofd, in het van ouds gastvrije Nederland
asyl komen vragen, met den gummi
knuppel dreigen als ze niet teruggaan in
wat voor hun de hel is.
Dat is niet goed. Dat moet veranderen.
Zooals wij in de dagen van 1914 de Bel
gische vluchtelingen voor het oorlogsge
weld opnamen, zoo moeten wij ook deze
als beesten verjaagden en vertrapten
asyl verleenen. Niet méér dan
asyl maar ook niets minder. Geen: Kom
binnen vreemdeling, en verjaag onze nög-
werkenden van hun plaatsen! O neen,
verre van dat. Wij bepleiten geen dwaas
en met onze eigen volksbelangen strijdig
overdreven philosemitisme, zich ook over
de Duitscho, straks over de Tsjechoslo-
waaksche en Italiaansche Joden onbe
grensd uitstrekkende, neen: wij verlangen
slechts simpele menschelijkheid, het ver
leenen van tijdelijk onderdak en bescher
ming aan ontrechte, onteigende schuld
loos vernederde medemenschen.
En: wat staat er in dat minne krantje
der N.S.B.-ers nu op dit punt te lezen én
te zien?
Op de eerste bladzijde schrijft Mussert
met enorme koppen er boven over „De op
lossing van het Jodenvraagstuk. Overstroo
ming van Nederland door het internationa
le Jodendom. Sluit onze grenzen!"
Daarnaast staan vragen van den ex—Prui—
sischen officier De Marchant et d'Ansem-
bourg, die alle na 1 Aug. 1914 hier geves
tigde Joden óók uit Nederland wil laten
vertrekken. Maar dan moet hij er óók uit
al is-ie geen jood, maar was-ie Duitsch of
ficier! Dan, op pag. 3 vinden wij de we-
kelijksche teekening van Meuldijk, een
man, die zijn onbetwistbaar carricaturistisch
teekentalent tegenwoordig perverteert in
de weerzinwekkendste uitingen van antise
mitisme.
Daar zien wij dan een gemeen type van
een Jood, in bontkraag en met hoogen hoed,
aan de gesloten Nederlandsche grens ko
men, met het volgende onderschrift: „Ne
derlandsche arbeider: „Heusch, we Runnen
geen vreemdelingen gebruiken; we hebben
niet eens werk voor onze éigen menschen".
„Emigrant: „Maar man, je denkt toch
zeker met, dat wij naar Nederland komen
om te werken
Ziedaar de onmenschelijke en niets ont
ziende weerslag der nobele Nedernazi's op
de gevolgen der Duitsehe barbarij, die de
niet-fascistische wereld naar de mate harer
krachten moet lenigen, wil zij den me-
demensch nog simpele menschelijkheid be-
toonen.
En: welk een infame volksmisleiding, die
uit Duitschland vertrapten en beroofden
VERZET EN DE EERSTE KAMER
TEGEN DE GEWIJZIGDE
TARIEFMACHTIGINGSWET.
Aan het voorloopig verslag der Eerste
Kamer over het wetsontwerp tot wijziging
van de tariefmachtigingswet 1934 wordt het
volgende ontleend.
Verschillende leden, die de behandeling
van dit wetsontwerp door de Tweede Ka
mer ter sprake brachten, en van oordeel
waren, dat het amendement-De Geer, het
zij in een initiatiefvoorstel had moeten zijn
belichaamd, hetzij nader in de afdeelingen
had moeten worden onderzocht, gaven als
hun meening te kennen, dat de thans ge
volgde procedure niet in overeenstemming
is met de grondwet. Zij waren van oordeel,
dat dit voor de Eerste Kamer voldoenden
grond opleverde om het wetsontwerp zon
der bespreking van deszelfs inhoud af te
wijzen.
Verder betoogden deze leden, dat, ter-
wijl de regeering alleen ontheffing had ver
langd van de door haar indertijd gedane
toezegging de inlassching van 't voorstel-De
Geer in het wetsontwerp haar een positieve
en zeer ver gaande machtiging verschaft.
Bovendien noemden deze leden de ge
volgde gedragslijn in strijd met een juiste
verhouding tusschen regeering en parle
ment, doordat in casu de Tweede Kamer
zich heeft geplaatst op den zetel der regee
ring en deze zich de leiding uit handen
heeft laten nemen. Een en ander oordeel
den zjj wel zeer in" strijd met de in velerlei
en met name in christelijk-historischen
kring te dier zake levende staatsrechte
lijke opvattingen.
Wat betreft de nadeelen, verbonden aan
een eventueele verwerping van het wets
voorstel door de Eerste Kamer, meenden
zij, dat daarvan ten hoogste eenig tijdver
lies het gevolg zou zijn.
Ook van andere zijde werd critiek in de
zen geest uitgeoefend.
Het departement Amsterdam van de
Maatschappij tot nut van 't Algemeen heeft
500 beschikbaar gesteld voor het Comité
voor de Joodsche vluchtelingen.
ROOMSCHE TERREUR.
Studenten betoogen tegen den
'Nieuw Malthusiaanschen Bond'.
Gsteravond zijn te Arnhem ordeversto
ringen voorgekomen in verband met een
vergadering van den Nieuw Malthusiaan
schen Bond. Een honderdtal roomsch-ka-
tholieke studenten, afkomstig uit Nijmegen,
Wageningen en Utrecht, dat zich van te
voren van toegangskaarten had voorzien,
trachtte de zaal binnen te komen. Dit
werd hun belet door de politie, die zoowel
binnen als buiten de zaal uitgebreide maat
regelen had genomen.
De studenten trokken hierop naar de
binnenstad, waar zij een betooging hiel
den voor een Sanitas-winkel in de Ketel
straat, welke zij met rotte eieren beko
gelden. Later op den avond werd een ruit
van een Sanitas-winkel in de Koningstraat
ingeworpen.
De politie ondernam verschillenae char
ges met den gummistok, waarbij rake klap
pen vielen. Ondanks het scherpe politie
toezicht had een viertal studenten toch
in de zaal weten te komen. Tijdens een
rede van dokter Tuyt stonden zij plotse
ling op en b:even een spreekkoor aan. Zij
werden terstond uit de zaal gezet. Ook tij
dens de vertooning van een film protes
teerde een in de zaal aanwezige. Ook hij
werd verwijderd.
De politie heeft in den loop van den
avond een tiental betoogers naar het po
litiebureau geleid wegens verstooring van
de openbare orde.
HET NEDERLANDSCHE ss „WALBORG"
VOOR BAYONNE GESTRAND.
Scheepskok verdroken.
Het Nederlandsche stoomschip „Wal-
borg" van het Baltica scheepvaart- en
transportkantoor te Amsterdam is gister
morgen voor de haveningang van Bayon-
ne (Frankrijk) tegen de Noorderpier ge
strand. Het schip, dat in wilde vaart voer,
en met een lading kolen op weg was van
Gdynia naar Bayonne, zakt in den wee
ken zandbodem weg en wordt als verloren
beschouwd.
Toen het schip in nood verkeerde, voer
de reddingboot van Bayonne uit, om de
uit achttien koppen bestaande bemanning,
allen Nederlanders, van boord te halen.
Bij het reddingswerk geraakte de onge
veer dertigjarige scheepskok, P. Vader,
wonende te Amsterdam, gehuwd en vader
van een kind, die zijn eerste reis aan
boord van de „Walborg" maakte, te wa
ter. De man verdronk jammerlijk.
De „Walborg" was in Maart 1937 uit
Zweedsche in Nederlandsche handen over
gegaan. Het schip was 1483 bruto en 872
netto ton groot.
DE WERKLOOSHEID IN DE WEEK
VAN 24 TOT EN MET 29 OCTOBER.
De directeur van den rijksdienst der
werkloosheidsverzekering en arbeidsbemid
deling deelt mede, dat blijkens door het
centraal bureau voor de statistiek ver
strekte voorloopige gegevens in de week
van 24 tot en met 29 October 1938 bij ge
subsidieerde vereenigingen met werkloo-
hier, aldus als rijke, profiteerende sjache
raars, voor te stellen!
Hebben de Nedernazi's dan geen hart
meer?
Er is maar één antwoord op deze infame,
haatzaaiende on-Nederlandsche houding
mogelijk: de grenzen open, de vluchtelin
gen in kampen ondergebracht, en daarné
maatregelen voor kolonisatie en emigratie
treffen.
In dezen nood der tijden moet het asyl-
recht vóór alles gaan.
Dat is eerste eisch van menschelijkheid.
zenkas 566.374 personen, onder wie 74.971
landarbeiders waren aangesloten.
Van de 491.403 verzekerden buiten de
landarbeiders, was het werkloosheidsper
centage 22,5 (in de vorige verslagweek, 3
tot en met 8 October, was dit percentage
22,2).
In de overeenkomstige verslagweek van
October was het werkloosheidspercentage
voor verzekerden (zonder landarbeiders)
in de laatste jaren als volgt: 1932. 26.8,
1933: 24,8, 1934: 27,1, 1935: 30,8, 1936:
30,1, 1937: 24,2.
Op 29 October waren bij de organen ar
beidsbemiddeling ingeschreven 332.934
werkzoekende, waarvan er 315.703 werk
loos waren (nl; 301.744 mannen en 13.959
vrouwen).
Blijkens voorloopige opgave van den di
recteur-generaal van de werkverschaffing
en steunverleening bedroeg op 29 October
het aantal tewerkgestelde werkloozen
53.403 en het aantal gesteunde werkloo
zen 129.078, tezamen 182.481. (Hieronder
bevindt zich een aantal verzekerden, wier
steun bestaat uit een aanvulling van de
uitkeering uit hun werkloozenkas).
Voorts zijn een aantal werkloozen in cul -
tureelen zorg (cursussen en kampen). Hun
aantal bedroeg in Augustus 12.669.
Het groote verschil tusschen het aantal
ingeschreven werkloozen en het aantal
personen door verzekering, steun en werk-'
verschaffing geholpen, wordt mede hier
door verklaard, dat onder het* "aantal ver
zorgden (dit zjjn in hoofdzaak kostwinners
van gezinnen) de werklooze gezinsleden
niet worden medeget'eld. Deze zijn echter
wel als werkzoekenden bij een arbeids
beurs ingeschreven.
U ademt direct weer gemakkelijk. Een paar dezer
nieuwe druppels in ieder neusgat verwijdert
1 slijm, geneest opgezwollen
slijmvliezen en lucht op.
IJK WET.
Ged. Staten hebben de herijk der maten
en gewichten in 1939 als volgt vastgesteld:
Te Goes, tevens voor Kattendijke en
Kloetinge 5, 6, 9, 10, 11, 16, 17, 18, 19,
20, 23 en 24; te Rilland 25 en 26 Januari;
Krabbendijke 1, 2 en 3; Waarde 7 en 8;
Kruiningen 13 en 14; Ierseke 15, 16, 17 en
20; Wemeldinge 21, 22 en 23; Kapelle 27
en 28 Februari en 1 en 2; Wolf aartsdijk
13 en 14; 's-Heer-Arendskerke ook voor
's-Heer-Hendrikskinderen, Wissekerke en
Nieuwdorp 15 en 16; Heinkenszand 20;
's-Heerenhoek 21; Borsele 22; Ovezande
ook voor Nisse 23; Ellewoudsdijk ook voor
Driewegen 24; Baarland ook voor Oude-
lande 27 en 28; Hoedekenskerke 29; 's-
Gravenpolder ook voor 's-Heer-Abtskerke
30 Maart; Hansweerd ook voor Schore 4
en 5 April IJzendijke ook voor Waterland
kerkje 4 en 5; Biervliet 6; Hoofdplaat 7;
Schoondijke 17 en 18; Oostburg 19, 20 en
21; Aardenburg ook voor Eede en Sint-
Kruis 24, 25 en 26; Sluis 27 en 28 Juli;
Breskens 4, 5 en 6; Kadzand 7; Retranche-
ment 8; Zuidzande 18; Nieuwvliet 19;
Groede 20 September.
Besmettelijke ziekten.
In de week van 6 tot en'met 12 Novem
ber kwamen in onze provincie één geval
van diphterie te Aksel en één geval van
roodvonk te Sint-Jansteen voor.
EEN GOEDE MAATREGEL.
Het is bekend, dat de Loskade speciaal
in bietentjjd en dan bij mistig en mottig
weder, moeilijk te passeeren is per
rijwiel of te voet, waarbij wij dan natuur
lijk doelen op den rijweg. Nu men dezen
moet gebruiken om de schipbrug te berei
ken kwam het euvel zeer naar voren.
Goed afdoende reinigen van de straat
heeft geen zin voor de bietencampagne is
afgeloopen, doch hedenmorgen heeft de ge
meentewerken 'n goeden maatregel toege
past door vanaf den Blauwendijk tot voor
bij de schipbrug zand te strooien, wat de
passage zeer vergemakkelijkt.
Zeer juist was het tot de bewoners ge
richt verzoek om nu met het reinigings
water niet verder te komen dat op het
trottoir, om het werk van de gemeente
werken niet direct weer te niet te doen.
10 JAAR VACANOTESCHOOL.
De schoolarts J. Broekhuijsen schrijft
ons:
(n.s.) Het bestuur van de Middelburgse
Vacantieschool wens ik van harte geluk
met het 10-jarig jubileum. De grote bete
kenis van zon- en zeelucht voor het licha
melijk en geestelijk welzijn van de kinde
ren is algemeen bekend. Het zou dan ook
water naar de zee dragen genoemd kun
nen worden, wanneer ik hierbij langer stil
stond. Duizende kinderen bevolken 's zo
mers onze stranden om daar met stralende
ogen en blozende wangen te genieten van
hun spel in de heerlijke natuur. De al
gemene gezondheidstoestand van ons volk
wordt daardoor zeer bevorderd.
Er zijn echter kinderen, die de zee zel
den zien en die zich tevreden moeten stel
len met de straat. Zij blijven achter, wan
neer anderen uitgaan.
De Middelburgse Vacantieschool heeft
reeds gedurende 10 jaren voor deze kin
deren ééndaagse tochten naar het strand
georganiseerd.
Ik hoop, dat vele Middelburgers van
hun sympathie voor deze instelling zullen
blijk geven door een extra gift in de vorm
van een bijdrage aan het Jubileumfonds
1939 van de Middelburgse Vacantieschool.
Het Lot van Hotel „de Abdij"
Bezegeld?
De teerling is dus geworpen. De
Tweede Kamer heeft, zij het met een verre
van verpletterende meerderheid, het wets
ontwerp dat inleiding tot de eigenlijke ont
eigeningsprocedure is van 't hotel „De Ab
dij" aangenomen. Als de Eerste Kamer ins
gelijks doet, dan is er niets meer aan te
doen: dan verdwijnt het hotel uit onze Ab
dij, en dan wordt het daar een doodsch kan
toorgebouw.
De rechter zal den tegenwoordigen
eigenaar van het hotel in geld behoorlijk
schadeloos stellen, wanneer althans niet
voordien tusschen partijen een redelijke en
bevredigde schikking zal zijn getroffen, die
de tusschenkomst van den kadi overbodig
maakt.
Er was, dunkt ons, nog wel een weg ge
weest om aan dezen gang van zaken te
ontkomen.
Er waren namelijk, naar men zich zal
herinneren, drie beweegredenen, die, ge
zamenlijk en in onderling verband, tot de
ze onteigeningsplannen gevoerd hebben:
le de wensch van het Rijk, zijn bezit „af
te ronden", het hotelgebouw niet lan
ger particulier bezit te laten;
2e verfraaiing van het Abdijplein-uiter-
lijk
3e vestiging van een nieuw prov. griffie
gebouw.
Indien nu een afdoende oplossing voor
het onder 1 en 2 vermelde te vinden ware
geweest, dan is het voor ons toch nog wel
zéér de vraag, of het eenige overgebleven
argument voor den minister (en zijn secre
taris-generaal, die in dit geval achter de
schermen aan de touwtjes trekt; de aarts-
restaureerder die den restaurateur ver
drijft!) voldoende been zou zijn geweest
om nog op te blijven staan. Bovendien is
een man op één been makkelijk om te
loopen.
Deze oplossing, waarbij niet alleen het
geheele hotel behouden, maar zelfs als ho
tel-object aanzienlijk in waarde verhoogd
zou zijn geworden, was, dunkt ons, deze ge
weest: a. overdracht van den eigendom
van het hotelgebouw aan een stichting, ten
doel hebbende de verzekering der exploita
tie ervan als hotel, met kettingverbod en/of
vestiging van erfdienstbaarheid ter zake,
benevens zoodanige bepalingen in de stich-
tingsacte, o.a. ook betreffende de samen
stelling van het bestuur, dat de rechtmati
ge belangen, die de gemeenschap, in ver
band met de uitzonderlijk sehoone omge
ving in dezen stellig heeft, in alle redelijk
heid ten volle verzekerd zouden zjjn. De
voortzetting der exploitatie van het hotel,
zónder de kans dat er ooit een danshuis,
een bioscoop of een grofsmederij in zou
komen, was dan verzekerd. Daarmeê zou
beweeggrond 1 vervallen zijn.
Vervolgens zou deze stichting zich in ver
binding hebben moeten stellen met een
terzake bekwaam architect, te denken
ware bv. aan een bouwmeester als Krop
holler opdat deze, in samenwerking met
den Rijksgebpuwendienst en andere, zoo
dan al niet meer rechtstreeks belanghèb-
benden, dan toch zeker blijvend belangstel
lenden, oordeelkundige plannen tot alge-
heele restauratie, herbouw en verbouw zou
de hebben ontworpen enuitgevoerd.
Zoodat het dan in alle opzichten een heusch
A b d ij -hotel zou zijn geworden, in- en een
uitwendig volkomen in harmonieuze over
eenstemming met den stijl der omringende
gebouwen. Daar ontbreekt thans toch
waarljjk, het moet erkend worden, wel een
en ander aan.
Het vermoedelijk vrij aanzienlijke kapi
taal, benoodigd voor zulk een onderneming,
zou zonder twijfel bij een goed aanpakken
van de zaak te vinden geweest zijn; als er
dan een zoodanig Abdijhotel in ga
ven ouden stijl zou zijn verrezen, dan zou
dat, bij een goede exploitatie, een bijzonde
re toeristische aantrekkingskracht hebben
gehad stellig nóg vele malen grooter dan
thans reeds het geval is. En door een zoo
danige grondige restauratie met-nieuw-
bouw-in-stijl zou ook het tweede argu
ment tot onteigening vervallen zijn. Of de
minister het er, enkel op het derde, dan
nog doorgehaald zou hebben?
In elk geval en hoe dit ook zijdit was;
o.i. een positief-constructieve weg geweest
om de onteigening te voorkomen. De thans
gevolgde weg: niets doen en maar ver
trouwen op een groote Kamerfractie, die
gesteund door een deel der publieke opinie
wel met het Zeeuwsche Kamerlid mr. dr.
Mes meê zou gaan, is gebleken niet tot het
doel te voeren.
Of de door ons aangegeven weg alsnog te
gaan is? Zoo ja, dan is het wèl zéér kort
dag, want als de Eerste Kamer zoo aan
stonds óók nog ja gezegd heeft, dan is het
pleit beslecht, en Fredericus Triumphator!
In verband met de mysterieuze uitlatin
gen van den minister hebben wij hooren
verluiden, dat er aan velerlei mogelijkhe
den gedacht wordt om, zoo de onteigening
tot het voor de fam. Schlüter bittere einde
mocht doorgaan, den tegenwoordigen
eigenaar van hotel De Abdij schadeloos te
stellen.
Zoo zou bijvoorbeeld, naar ons ter oore
kwam, de vereeniging van Vrijzinnig Her
vormden wel ooren hebben naar verkoop
van haar kerkgebouw. Indien dan 't huidige
eetzaaltje van 't hotel als Zeeuwsche Te-
veerne aan het Abdijplein behouden bleef,
dan zou men „achteruit" wel aansluiting
op het zjj 't dan eenige perceelen verder
naar de Balans toe gelegen alsdan tot
hotel te verbouwen kerkgebouw kunnen
krijgen. De Vrijz.-Herv. zouden dan bv. met
de Fransche Kerk samen kunnen doen.
Een andere mogelijkheid, waaraan in de
betrokken kringen inderdaad toch ook ern
stig gedacht blijkt te worden, is het fraaie
(Ingez. Med.)
Verwachting tot morgenavond:
DE BILT: Matige, later waarschijnlijk
krachtige Z. tot Z.W. wind, nevelig tot
zwaar bewolkt of betrokken, waarschijnlijk
eenige lichte regen, zachter in het Oosten,
in het Westen iets zachter.
UKKEL: Lichte tot matige wind uit Z.
tot Z.W. richtingen, zwaar bewolkte hemel,
enkele opklaringen, de mist zal in het Wes
ten verdwijnen, vrij zachte temperatuur.
Za. 19 Nov. Zon op: 7 h 29; onder: 16 h 01.
Licht oo16 h 31. Maan op: 4 h 32; onder:
14 h 41 N.M. 22 Nov.
Hoog- en Laagwater te Vlissingen:
November.
Hoogwater. Laagwater.
Vrijdag 18 10.29 23.06 4.31 17.09
Zaterdag 19 11.22 23.53 5.27 18.01
Zondag 20 12.07 6.13 18.43
Westkapelle is 28 min. en Domburg 23
min. vroeger; Veere 38 min. later. (S
springtij.)
Hoog- en Laagwater te Wemeldinge:
November.
Hoogwater. Laagwater.
Vrijdag 18 12.06 5.40 18.05
Zaterdag 19 0.42 13.05 6.36 19.00
Zondag 20 1.35 13.53 7.23 19.42
Ophalen envelopjes Jubileum-fonds
Middelburgse Vacantieschool
Kantongerechtsgebouw in ruil voor hotel
De Abdij te bieden.*) Aan de sehoone Ba
lans gelegen, met uitzicht op het gave Ab
dijcomplex van den buitenkant, ware ook
dit denkbeeld der overweging o.i. v/aard.
Verdere mogelijkheden schijnt men te ach
ten: gymnastiekzaal met aangrenzende ge
bouwen a.d. Korte Burg tot een fraai hotel
verbouwen; nóg verder af gelegen moge
lijkheden, waarbij men buiten de recht-
streeksche Abdijsfeer komt: de R.H.B.S. of
het belastinggebouw in de Noordstraat. En
zoo is er, meent men in die kringen, bij
goeden wil wel een oplossing te vinden.
Wij zullen ons in de voor en nadeelen de
zer plannen en denkbeelden niet verder
verdiepen. Als het hotel uit de Abdij ver
dwijnt, en als er niet te elfder ure nog een
spaak in het wiel van den minister en zijn
secretaris-generaal gestoken wordt, dan
zien wij dat gebeuren; dan is het zaak, den
nieuwen toestand te aanvaarden. Voor den
eigenaar, die zoo lang daar gewoond heeft
en die zoo in die omgeving met alles ver
trouwd, zonder twijfel ook aan alles ge
hecht is geraakt, zal dat niet gemakkelijk
zijn. Maar als het moet dan is het zaak
niet na te mokken over mogelijk minder
juiste bejegening waarover inderdaad
te klagen valt maar met aanvaarding
van hetgeen naar wet en recht en billijk
heid beslist zal worden, ook te trachten van
den nieuwen toestand het beste te maken.
Bij het partij kiezen in deze zaak hebben
wij, van den beginne af aan, principieel de
belangen van den eigenaar geheel en al
buiten beschouwing gelaten schoon de
wederpartij het wel eens anders heeft doen
voorkomen.
Op gronden aan het algemeen-Middel-
burgsch belang ontleend, waren wij, en zjjn
wij nog, tegen de verdwijning van het ho
tel uit onze Abdij. Zelfs nu nog zouden wij,
als ons in den aanhef dezes geschetste denk
beeld geheel verwezenlijkt zou kunnen
worden, verwerping van het wetsontwerp
door de Eerste Kamer toejuichen.
Maar neemt ook onze Senaat het aan,
dan moet gezocht worden naar de op-één-
na-beste oplossing: het beste mag niet de
vijand van het goede worden.
Het Kantongerecht kon dan wellicht
in het P.Z.E.M.-gebouw onderdak vinden.
REVUE „KUNSTVRIENDEN".
De orkest- en tooneelvereeniging „Kunst
vrienden" voerde gisteravond in de „Prins
van Oranje'?, de revue „Het wordt wel be
ter'' op, De voorzitter, de hr P. B. van
Sprang, herinnerde in zijn openingswoord
aan de oprichting van de accordeon-ver-
eeniging, vijftien jaar geleden, en wees
daarbij op de moeilijkheden die sindsdien
te overwinnen waren om de vereeniging
staande te houden. Hij noemde enkele
pioniers en roemde de onderlinge ver
standhouding en de medewerking der le
den den laatsten tijd. Spr. uitte de hoop,
dat deze geest zou blijven heerschen.
In de pauze werd de heer Van Sprang
toegesproken door den secretaris, den hr