HEEM AF f90.- asr STOFZUIGERS KRONIEK van dm DAG. BINNENLAND. ZEELAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 16 NOVEMBER 1938. No. 270. LALINE LESTER'S ROMAN De Jodenvervolging in Duitschland, aissittaoi. WALCHEREM. lUIBiEVELA^D zijn niet alleen stofzuiger, maar ook tapijtreinigei HENGELO Verkrijgbaar bij: Electro Techn. Bureau L, J, van't WESTENDE, Gortstraat 21, Middelburg, Telefoon 387 De decreten van de Fransche regeering Zaterdag precies een dag voor het ver strijken van den termijn harer volmachten jS de Fransche regeering eindelijk op de proppen gekomen met de wetsdecreten, welke beoogen Frankrijk uit zijn financieele en économische moeilijkheden te helpen. Ja renlang reeds duren deze moeilijkheden, zooals men weet, en de pogingen van het kabinet-Daladier, om ze baas te worden, is niet de eerste. De befaamde Volksfrontre- geeringen probeerden ze reeds op haar wijze op te lossen. De resultaten daarvan waren echter averechts. Frankrijk raakte er eens zoo diep door in de put. De minister van financiën Reynaud, die zeer onlangs de bezwaarlijke portefeuille van Marchandeau overnam, heeft in een radiorede een toelichting op de decreten ge geven. Hij wond er daarbij geen doekjes om: de toestand is zeer ernstig, verklaarde hij en het zal minstens drie jaren duren, voordat er van een volledig herstel sprake kan zijn. Maar het Fransche volk hoeft toch allerminst te wanhopen: als het de tanden op elkaar zet, zal het zijn verschrikkelijke zorgen te boven komen. Minister Reynaud heeft de geheele vorige week gewerkt als een paard. Hij zat des morgens om acht uur al achter zijn bu reau, als er nog geen sterveling aanwezig was. De minister was voor niemand te spre ken in het kabinet, waar de meubelen en de muren, ironie van het lot, met goud zjjn afgezet. Er werden alleen een paar me dewerkers toegelaten. De decreten, welke het resultaat van al dezen arbeid zijn, be- teekenen echter geenszins een omwenteling. Het overigens wel grootscheepsche plan van Reynaud, onder te verdeelen in financieele, fiscale, economische en sociale maatrege len, is van minder ingrijpenden aard dan men aanvankelijk heeft gedacht. Wat de laatstgenoemde rubriek betreft, is welis waar een verhooging van den arbeidstijd toegestaan (niet voorgeschreven), doch in principe blijft de veertigurige werkweek ge handhaafd. Met de afschaffing echter der werkweek van vijf dagen wordt een soepe ler toepassing der wet mogelijk, men kan langer werken en de overuren worden als volgt betaald: tot aan 250 uren tien pro cent, van 250 tot 400 uren vijftien procent en boven 400 uren vijf-en-twintig procent. Voorts legt men de laatste hand aan een statuut inzake staking. Thans reeds is wei gering van overuren voor de landsverdedi ging strafbaar. Een crediet van tien millioen is uitgetrokken voor vakonderwijs aan werkloozen. Zoogenoemde orthodoxe maatregelen zijn die ten aanzien der belastingen; nieuwe di recte belastingen, opbrengst vier milliard, nieuwe indirecte belastingen, opbrengst drie milliard, verhooging der bestaande belas tingen, opbrengst een milliard. De herwaardeering van den goudvoor raad der Fransche bank, die van Algerie en die der koloniën, zal ongeveer 35 mil liard opbrengen als men tot basis neemt 170 franken voor een pond sterling. Een nieuwe overeenkomst nopens de voorschot ten van de Fransche bank aan den staat is in voorbereiding. Op alle uitgaven, ook die aan salarissen, zal drastisch worden bezuinigd, met name bij de Parijsche Metro en de autobus, die wederom duurder worden, en de staats spoorwegen. Over dit laatste punt liepen de meeningen van Reynaud en minister De Monzie nogal uiteen, doch het geschil is ter elfder ure bijgelegd. De voornemens met betrekking tot de economie bepalen zich tot een verlichting der lasten van bedrijf en onderneming, ver strekking van credieten, breideling der vreemde concurrentie, vergemakkelijking van het handelsverkeer met de koloniën; fJ beoogen stimuleering van het bedrijfs leven en stijging der productie met dertig procent te brengen. Van de hoogere inkom sten uit meer arbeid verkregen moet tien procent aan den staat worden afgedragen. Niet alle bepalingen, vastgelegd in deze wetsdecreten, kunnen wij opsommen, doch de genoemde zjjn wel de voornaamste, en op één der ongenoemde, betrekking heb bende op de stjjging van het geboortetekort, hopen we binnenkort terug te komen. Vooreerst wordt het afwachten, èn op de commentaren, die niet zullen ontbreken reeds staat de communistische Humanité op haar achterste beenen èn op de re actie bij de politieke partijen. In het bij zonder ook bij' het vakverbond wordt dei ning verwacht; het is een publiek geheim, at 24 uren vóór de onderteekening minis- 59). Hit het Engelsch door W. A. C. 't mS"16 keerde terug van de galerij voor waren Ti0"1 te zeSgen, dat allen weg Vir-nir)™ alve de heer Whitmore de TaW S36S en de Pages. voted door*!? Molly verlieten de kamer, ge- en gingen naar'de^i dr06g' ÜSeve KlSinLealine' d.ie ,doodsbleek Yfs. moon Je moet je g7ed Er terwijl de klok h,u i men den stoet te for™ 16 Sl°eg' beg0n organisatietalent en Sf' I ma'af bïmdsrnefsje geweest^ ^nter.twee cies hoe 't gaat", z^i freUle I'ttv^ air van gezag. y met een „Jonker, onthoud nu goed wat doen", zei de kinderjuffrouw van Molhï heel Wem zoontje. „U moet netjes den s een ophouden kijk, zóó". eep De stoet zette zich in beweging, Laline met haar arm in dien van den Whitmore. Een gefluister van bewondering van de toeschouwers werd hoorbaar toen de stoet door de kruisgangen schreed; en werkelijk, een lieflijker bruid had er nooit bestaan. „Zilver en goud en wit!" fluisterde een ter Pomaret en minister Reynaud het over de sociale maatregelen in de decreten het nog zoo weinig eens waren, dat de laatst genoemde met aftreding op staanden voet dreigde. Vandaar het ontbreken misschien van eenige bepalingen, die eerder reeds wa ren aangekondigd. Ofschoon men nog niet gelooft aan het einde der partijpolitiek, is er na de rede voering van Reynaud en de afkondiging der wetsdecreten toch iets veranderd. De groote meerderheid van het Fransche volk is thans wel van den ernst van den toestand doordrongen en bereid mede te werken tot het herstel. Wellicht krijgt het kabinet-Da ladier dus een goede kans, een goede kans vooral om later nog met uitgebreider en drastischer maatregelen te komen. Mededeelingen van minister Colijn in de Tweede Kamer. Ministerpresident dr. H. Colijn heeft gister middag in de Tweede Kamer eenige verkla ringen afgelegd in verband met de Joden vervolging in Duitschland. Van den beginne af is de regeering, aldus spr. direct actief in het vraagstuk der Jo den opgetreden. Het onderzoek aan de grens is bespoedigd. Tegen de grens aangedron gen kindergroepen zijn toegelaten. Onze berichten zijn, dat het buitenland zijn grenzen potdicht houdt. België richt geen kampen in. Dit is officieel geant woord door iemand, expres daarvoor naar Brussel gezonden. Stelt Nederland alleen zijn grenzen open, dan komt de groote massa der vluchtelin gen door het open gat. Dat kan niet. Een of tweemaal honderdduizend vluchtelingen kunnen we niet toelaten. Waar ligt dan wel de grens? Zegt men 10.000 of 5000, dan zjjn er nog zooveel meer achtergeble ven. De moeilijkheden zijn enorm. De regeering heeft zich via haar gezan ten gewend tot Kopenhagen, Londen, Brus sel, Parijs en Bern om gezamenlijk soelaas te brengen. Gister was er nog géén ant woord, telegrafisch is op spoed aangedron gen. Er zullen twee barakkenkampen voor enkele duizenden vluchtelingen worden in gericht. Maar wat we verder kunnen doen, hangt van de houding der andere landen af. We kunnen niet meer doen, ook in het belang van de Nederlandsche Joden zeiven. Sporen van anti-semietisme zjjn er ook in ons land. Lieten we maar ongelimiteerd vluchtelingen toe, de stemming hier te lan de zelve zou een ongunstige kentering on dergaan. Een voorstel van den Amsterdam- schen gemeenteraad. Bij den aanvang van de vergadering van den Amsterdamschen Raad van gister, heeft de voorzitter van de sociaal-democratische raadsfractie, de heer W. J. Matthijssen (s.-d.) een voorstel ingediend, dat de bur gemeester vanwege zijn urgentie, aan de agenda toevoegde en terstond aan de orde stelde. Na een korte discussie, werd het met al- gemeene stemmen aangenomen. Het luidt aldus: De Gemeenteraad van Amsterdam noo- digt B. en W. uit, te bevorderen, dat, zoo dra de regeering besluit, tot toelating van Joodsche vluchtelingen, op groote schaal huisvesting wordt verschaft, onder meer in gemeentegebouwen en mede met behulp van de burgerij in het eerst noodige voor deze vluchtelingen te voorzien. OP ELKE BUS EEN BQN VÓÓR OÉSCHENKEN vatoailA (Ingez. Med.) der pachtersvrouwen. „Is ze niet volmaakt mooi?" „Wat zal kapitein Lumley gelukkig zjjn!" zuchtte een andere in verrukking. De stoet bereikte de deur en verdween in de kapel. Jack trad zijn bruid tegemoet en Molly liep voorbij de bruidsmeisjes, om haar plaats in de kerkbank tegenover den preek stoel, naast mevrouw Greening, in te ne men. Het orgel hield op met spelen en na een oogenblik stilte nam de geestelijke 't woord. Laline was zich nu bijna van niets meer bewust. Vaag hoorde ze den klank der plechtige woorden, maar de beteekenis er van ontging haar; zij schenen haar slechts vreeselijk en dreigend toe. Ze wist, dat ze aanstonds recht op zou moeten staan en de woorden, die haar werden voorgezegd, her halen. Wilde gedachten doorkruisten haar brein. Zou ze gaan gillen en zeggen, dat ze dit niet langer kon vedragen? David David! Haar dierbare, werke lijke echtgenoot. Waar was hij dan toch? Maar was was dat? Een geluid als van een galoppeerend paard op de steenen van de kruisgangen? Een verward gemom pel van stemmen buiten werd hoorbaar bo ven den rustigen klank van de stem van den priester. Dat was onbetamelijk en daarom sprak hij luider. „Laat daarom hij, die een rechtma tige reden kan aanvoeren, waarom zij niet vereenigd mogen worden, thans spreken... DE MIST LEGT SCHEEPVAART- EN LUCHTVERKEER LAM. Een dikke mist hangt reeds sedert Maan dagavond over land en zee en is oorzaak dat het scheepvaartverkeer op de Schelde nagenoeg geheel gestremd is. Een groot aantal schepen hebben de veilige reede van Vlissingen opgezocht, door de ankers te la ten vallen en wachten vol ongeduld op het optrekken van den mist, om hun reis te kunnen vervolgen. Slechts een enkele waaghals aanvaardt het grooten risico om door te varen, doch dan betreft het uitslui tend kleine scheepjes. Het steeds weerkee- rende, eentonige geluid van de stoomfluit klinkt dan over het water, terwijl op de stilliggende schepen een scheepsbel waar schuwend klingelt om uit de buurt te blij ven. -r Toen wij ons te circa één uur gistermid dag op het uiteinde van het, zgn. roeiers- hoofd bevonden, had juist de mailboot van de Maatsch. „Zeeland" de haven verlaten, voor de reis naar Engeland. Deze schepen laten zich nu eenmaal niet door mist of storm weerhouden, doch varen dag in, dag uit door. Onophoudelijk klonk de waarschu wende stoomfluit, terwijl van de andere zjjde eveneens een schip naderde. Het zicht is hoogstens 20 meter. De mailboot verlaat dan de kust van Walcheren. Eenigen tijd later hoorden we plotseling stemmen uit zee opklinken, ze bleken af komstig van een visschersscheepje, dat na dert en langs het hoofd in de visschersha- ven wilde varen. Plotseling zagen wij het scheepje vlak voor het hoofd uit de mist opdoemen, en het zou zeker boven op de palen zijn gevaren, als een luid roepen van de wacht op het hoofd, de schipper niet juist op tijd had gewaarschuwd, spoedig was het nu van koers veranderd en bereik te men veilig de haven. De provinciale boo ten naar Breskens ondervonden weliswaar hinder van den mist, doch de diensten kon den geregeld doorgaan. Anders was het met den dienst op Terneuzen, welke stagnatie ondervond. Het vliegveld Vlissingen zat eveneens dicht, zoodat geen enkel vliegtuig is ver trokken of gedaald. Op het oogenblik dat wij dit schrijven, ziet het er naar uit dat er in de weersge steldheid voorloopig nog wel geen verande ring zal komen. De van Engeland komende mailboot arriveerde gister met circa 2 uur vertraging op de haven. DE WERKLOOSHEID. Deze week stonden in onze gemeente als werkzoekenden ingeschreven 458 personen, tegen de vorige week 481; alzoo een ver mindering van 23. In de werkverschaffing werden geplaatst 151 personen, waarvan 26 in de plantsoe nen. AAGTEKERKE. De kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente heeft besloten het derde leegstaand schoollokaal der Diaconieschool voor vergaderlokaal te laten inrichten. Het ligt in de bedoeling dat voortaan in dit lokaal de chatechisaties zullen worden gehouden en dat hier de verschillende ver- eenigingen zullen vergaderen. Dinsdagavond hield de Coöp. Kolen- vereeniging U.A. Aagtekerke en Omstreken haar jaarvergadering onder leiding van den heer J. Jobse. Uit het jaarverslag van den secretaris bleek dat in het afgeloopen boek jaar waren aangekocht 220,985 kg kolen etc. en 11000 stuks turf. Uit het jaarverslag van den penningmees ter bleek, dat de financieele toestand der vereeniging goed is, daar er een goed slot te boeken viel. De aftredende bestuursle den de heeren G. Wijkhuijs en Joh. Dekker werden herkozen. Voor het lossen der brandstoffen te Middelburg gaven zich 9 leden op. DOMBURG. Dinsdagmorgen is tengevolge van den mist een garnalenschuit uit Bres kens BR 1 omhoog gevaren op het strand (Ingez. Med.) voor de „Trommel" ten Westen van Dom burg. Met hoog water is de boot vlot geko men. BAKKEET VERBRAND. KLEVERSKERKE. De bewoners van de hofstede Waaijenburg waren Maandagavond reeds ter ruste gegaan toen zij gewekt wer den door hun knecht met de mededeeling dat er brand was. Het bleek dat de zoo genaamde bakkeet welke gelukkig eenige meters van woonhuis en schuur gelegen is, in brand stond. Door het knetteren der vlammen was de knecht op dezen brand opmerkzaam gemaakt. Dra bleek dat de bakkeet niet meer te redden was, zoodat deze geheel afbrandde. Ook een fiets van den knecht welke in de keet geborgen was, werd een prooi der vlammen. Op het ter rein van den brand waren nog aanwezig de brandmeester en de op Kleverskerke woonachtige raadsleden de heeren J. Pol derdijk en J. Janse. Omtrent de oorzaak en ontstaan van dezen brand tast men nog in het duister. RAAD VAN RITTEM. RITTEM. Maandagmiddag vergaderde de Raad voltallig onder voorzitterschap van burgemeester P. W. ter Haar. Daar in de vorige vergadering, bij de stemming over het voorstel van den heer Louwerse om de door B. en W.'voorgestel de subbsidie aan den B.V.L., afd. Rittem, ten bedrage van 5 tot 10 te verhoogen, de stemmen staakten, moest de beslissing toen worden uitgesteld. De beraadslagingen wer den thans heropend en het voorstel wordt met vier stemmen tegen drie stemmen ver worpen. Tegen het voorstel stemden de heeren W. Boogaard, J. de Visser, J. Cevaal en L. Osté. Op een door den heer M. Kwekkeboom ingediend verzoek om mededinging naar het leeghalen van den gemeentelijken asch- bak werd afwijkend beschikt. De bijdrage voor het dienstjaar 1939 aan de Streekplancommissie Walcheren werd vastgesteld op 28,20. Tot lid van het Burgerlijk Armbestuur werd herkozen de heer J. Meliefste. In de commissie van toezicht op het agentschap der arbeidsbemiddeling en werkloosheidsverzekering werden herkozen de heeren J. Cevaal en S. v. d. Broeke. Hierop kwam de gemeente-begrooting 1939 in behandeling. De behandeling had een zeer vlot verloop. De uitkeering, inge volge art. 55 bis der Lager Onderwijswet 1920, aan de bijzondere Lagere School als exploitatievergoeding werd vastgesteld op 8 per leerling. Besloten werd het lidmaat schap van de Provinciale Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer op te zeggen. Na de artikelsgewijze behandeling werd de be grooting zonder wijzigingen aangenomen met een bedrag in ontvangsten en uitgaven van 15373 en met een post onvoorziene uitgaven ten bedrage van 110 voor zoo ver den gewonen dienst .betreft en een be drag in ontvangsten van 1656 en in uit gaven van 1650, aldus met een batig slot van 6.25 voor zooverden kapitaaldienst betreft. VAN EEN HOOGTE VAN 7 METER GEVALLEN. SOEBURG. Dinsdagmiddag is de onge veer 30-jarige timmerman, J. de H., uit deze gemeente, bij het verrichten van werk zaamheden aan den in aanbouw zijuden watertoren aan de VI r.«mgschestraat van zeven meter hoogte gevallen. Ernstig gewond is de man naar een zie kenhuis te Vlissingen vervoerd. KRABBENDIJKE. Maandag werd alhier in het veilingsgebouw een schietwedstrijd gehouden door de Plaatselijke afdeeling van den B.V.L. Een tafel vol met mooie prijzen noodde den schutter uit eens bizonder goed hun best te doen. Er werd dan ook uitstekend geschoten. Als gasten waren aanwezig: De burgemees ter van Krabbendijke en de secretaris der gewestelijke landstormcommissie Zeeland. Na afloop van den wedstrijd deelde de burge meester de prijzen aan de winnaars uit. Voor alle vijf en dertig deelnemers was er een prijs, zoodat ieder tevreden was. De burgemeester wees nog op de dieptreurige toestanden, die bij onze Oosterburen thans heerschen. Hier kan zooiets nooit gebeuren zeide spr., omdat de regeering ten allen tij de kan beschikken over het apparaat van den B.V.L. Het is daarom, dat dit instituut juist in onze dagen zoo'n groote beteekenis voor ons he.eft. Hij wekte ieder op trouw te blijven aan de verheven gedachte van den B.V.L. Besloten werd in Januari van het vol gend jaar een grooten propaganda-avond voor Oostelijk Zuid-Beveland te houden te Krabbendijke. Deze avond zal plaats hebben op 23 Janu ari a.s. in het veilingsgebouw. Vertoond zal worden de film „Je Maintiendrai". (Ingez. Med.) HOOFDSTUK XXXIII. David galoppeerde met een halsbrekende snelheid voort, recht op de kapel af. En toe hjj naderbij kwam, kon hij den bruidsstoet het huis zien verlaten. Het paard weigerde de greppel te nemen en maakte kort keert, waardoor het niet veel scheelde, of de ruiter was gevallen maar wanhoop verleent kracht en behen digheid en David bracht het paard op een ander punt weer vóór de hindernis, juist daar, waar hij den toegang kon zien. En ditmaal bracht 't prachtige dier hem er veilig over. 't Geluid van paardehoeven kon op 't zachte grasveld niet worden gehoord en niemand besefte, dat er een woeste ruiter in aantocht was. De pachtboeren stonden met den rug van 't park afgekeerd en aller oogen waren op'de bruid gevestigd. Eerst toen de berijder van 't ongezadelde paard, die gekleed was in een grijs flanellen pak en geen hoed meer op had, binnen de kruis gangen kwam en over de steenen kletterde, schrokken de menschen geweldig. Een paar vrouwen begonnen te gillen. David was als de jonge Lochinvar niets weerhield hem. Hij sprong zóó snel van 't paard, dat niemand 't hem kon beletten juist bij de deur van de kapel, die hij met groote stappen binnenging. Met 't paard dat steigerde en geheel met schuim bedekt was, bemoeide hij zich niet. De tuinman greep 't en leidde 't weg. Toen drongen de toeschouwers naar vo ren, om zoo dicht mogelijk bij de deur te komen, teneinde getuige te zijn van wat allen voelden, dat een drama zou worden. „Ik verbied, dat dit huwelijk wordt vol trokken", zei David met vaste, krachtige stem, toen hij de treden van den kansel had bereikt. „Mij is een reden en een recht matig letsel bekend, waarom 't niet mag plaats hebben." De gasten in de banken rekten opgewon den hun hals om te zien en de kleinste page begon te huilen, 't Was een en al verwar ring. Laline wist niets van alles, wat er gebeurde, want toen ze David's stem, die als uit de verte tot haar scheen te komen, hoorde, had ze een gil gegeven en was be wusteloos in Jack's armen gevallen. De kinderjuffrouwen en gouvernantes, die in de meer achterwaarts gelegen ban ken zaten, waren zoo verstandig dadelijk naar de aan hun zorg toevertrouwde kinde ren te gaan. De kleintjes werden met spoed naar het huis teruggebracht. Mevrouw Greening en Molly liepen snel naar Laline en terwijl Molly haar krachte loos neerhangende hand wreef, wendde me vrouw Greening zich tot David, die bewe gingsloos ais een bronzen beeld een eind boven haar uitstak. „Hoe durft u deze bruiloft verstoren, ma- 35; joor Lamont!" De bisschop, die den zegen had moeten uitspreken, kwam naar voren. „De gemeente gelieve dit Godshuis te verlaten", zei hij, zijn oude, magere hand opheffende. „En laat deze man, die ons is komen storen, zeggen wat hij te zeggen heeft". De gasten maakten plaats voor Jack, die Laline door de zijbeuk der kapel en verder door de kruisgangen naar de hall droeg. Jack liep voort totdat hij 't bewustelooze meisje op 't bed in haar eigen kamer had neergelegd. Celestine was uit de hall reeds daarheen teruggekeerd. Ze kon bij de plechtigheid, die ze nu voelde, dat een misdaad was, niet tegenwoordig zijn. Ze had de rustverstoring en 't leven, dat de paardenhoeven maakten, gehoord en hield haar hand tegen haar hart, toen Jack de kamer binnenkwam. „Mijn troetelkind!" riep ze wanhopig uit wat is er gebeurd?" „Breng gauw 't fleschje met reukzout hier" beval Molly die 't hoofd niet verloor op vastberaden toon. „Is ze dood?" vroeg Jack in doodsangst. Iedereen wijdde zijn zorgen aan 't arme meisje en toen het na eenige minuten de oogen opende, ging Jack weer terug naar de kapel. David en de geestelijke kwamen juist de deur uit, toen Jack hen ontmoette, en de twee mannen, die vroeger vrienden waren, keken elkaar met vlammende blikken aan. „En nu zul je me antwoorden, schurk!" zei Jack onstuimig. (Slot volgt).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 5