SCHEEPJESWOL
KRONIEK 'van den DAG.
Voor beter breiwerk
betere wol, dus:
BINNENLAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN VRIJDAG 30 SEPTEMBER 1938. No. 230.
Fokker werkt op volle kracht
{Ingez. Med.)
"dh (Ikü&aaUófMi
(Ingez. Med.)
Geen oorlog.
Ejienstplichtigen blijven onder
de wapenen.
LALINE LESTER'S ROMAN
voorstel gedaan, dat er toe kan leiden, dat
bij dien consulent gestorte loonoverschot-
ten, bij wijze van voorschot, rechtstreeks
aan de achtergebleven gezinnen of aan an
dere relaties in Nederland worden uitbe
taald. Aan dit voorstel zal spoedig uitvoe
ring kunnen worden gegeven.
TERUGZENDING VAN
NEDERLANDSCHE VRIJWILLIGERS UIT
SPANJE.
Vragen van het Tweede Kamer
lid Van der Goes van Naters.
Het Tweede Kamerlid de heer Van der
Goes van Naters heeft aan de ministers van
justitie en van buitenlandsche zaken de
volgende vragen gesteld:
1. Heeft de regeering kennis genomen
van de verklaring van den Spaanschen mi
nister-president, prof. Negrin, ter Volken
bondsvergadering te Genève afgelegd, in
houdende, dat de Spaansche regeering ten
spoedigste zal overgaan tot de terugzen
ding van de aan haar zijde strijdende vrij
willigers van vreemde herkomst, al of niet
inmiddels tot Spanjaard genaturaliseerd?
2. Is de regeering niet van meening, dat
haar standpunt betreffende medewerking
aan de terugtrekking van niet-Spaansche
combattanten medebrengt, dat de ter uit
voering van bovengemeld voornemen terug
gezonden vrijwilligers van Nederlandsche
herkomst in Nederland zullen worden toe
gelaten?
3. Is de regeering bereid, de sub 2 be
doelde toelating te bevorderen?
WETSONTWERP TOT VERHOOGING
TARIEF VAN INVOERRECHTEN TE
VERWACHTEN.
Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp
tot wijziging van de tariefsmachtigingswet
1934 ingediend. In de memorie van toelich
ting wordt o.m. gezegd, dat binnen afzien-
baren tijd de indiening bij de Tweede Ka
mer is te verwachten van een wetsontwerp,
waarin de plannen belichaamd, welke de
regeering koestert op het stuk van herzie
ning in het tarief van invoerrechten. Het
is der regeering, om overigens licht begrij
pelijke redenen, niet mogelijk reeds thans
melding te maken van den gedetailleerden
inhoud van deze voorstellen. In het ver
band, waarin deze aangelegenheid hier ter
sprake wordt gebracht, is zulks ook niet
noodzakelijk en kan volstaan worden met
het aangeven van aard en strekking van
het in voorbereiding zijnde pntwerp van
wet.
Dit ontwerp nu zal eQn voorstel inhou
den tot verhooging van het invoerrecht ten
aanzien van een aantal goederengroepen,
welke zooveel mogelijk een afgerond geheel
vormen. Bij deze voorstellen zal het aan 't
huidige tarief van invoerrechten ten grond
slag liggende beginsel van progressieve be
lasting van de toegevoegde waarde ge
handhaafd blijven.
DE N.V.C. EN DE VARKENSHANDEL.
De Nederlandsche bond van varkenshan
delaren heeft het volgende telegram aan
den minister van economische zaken ge
zonden:
De Nederlandsche bond van varkenshan
delaren, kennis genomen hebbende van de
plaatshebbende overname van zware var
kens door de N.V.C (Ned. Varkenscentrale)
en verzending daarvan buiten den varkens-
WKDl ft. 1 VAN SCHUPPEN - VEENENDAAL
handel om, protesteert met alle kracht te
gen dit systeem van uitschakeling.
Hij protesteert ten zeerste tegen het feit,
dat naast de ontnomen werkzaamheden en
verdienstmogelijkheden t.a.v. de baconvar-
kens voor Engeland Uwe Excellentie den
varkenshandelaar ook nu nog verder gaat
uitsluiten van de transacties met de andere
soorten en dientengevolge hem geheel en al
zijn kostwinning ontneemt.
De aankoop der thans geannonceerde
zware varkens kan zondei eenig onoverko
melijk bezwaar economisch en met tóepas
sing van gelijke rechten voor alle aanvoer
ders gemakkelijk via de varkensmarkten
geschieden.
De nu gevolgde methode vernielt het be
drijf en het bestaan van exporteur en han
delaar en houdt tevens in een voortschrij
dende vernietiging van de bestaande var
kensmarkten met de velerlei belangen daar
aan verbonden.
De bond verzoekt Uwe Excellentie mits
dien zeer dringend aan bovenstaande ver
langens wel tegemoet te willen komen.
DE EXPORT VAN ZWARE VARKENS
NAAR DUITSCHLAND.
Het Eerste Kamerlid Van Ves-
sem stelt vragen aan den mi
nister.
Het Eerste Kamerlid, de heer Van Ves-
sem heeft de volgende vragen gesteld aan
den minister van economische zaken:
1. Heeft de minister kennis genomen van
het bericht in het Algemeen Handelsblad,
volgens hetwelk de veehouderijcentrale be
sloten zou hebben ettelijke duizenden zwa
re varkens aan Duitschland te leveren en
zoo ja, kan de minister mededeelen of dit
bericht juist is?
2. Indien de onder 1 gestelde vragen be
vestigend beantwoord worden, wil de mi
nister dan mededeelen of naar zijn meening
onder de huidige internationale omstandig
heden onttrekking van zoo belangrijke hoe
veelheden vleesch en vet aan den binnen-
landschen voorraad kan plaats vinden zon
der dat daardoor de nationale voedselvoor
ziening in gevaar wordt gebracht'?
3. Is de minister bereid de noodige maat
regelen te nemen, dat de voorgenomen uit
voer van varkens niet zal plaats vinden al
vorens is komen vast te staan, dat deze uit
voer zonder bezwaar voor de nationale
voedselvoorziening kan plaats vinden?
B-STEUN AAN KLEINE TUINDERS.
Volgens de regeling voor de kleine
boeren.
Ten vervolge op de beantwoording van
vragen van het Tweede Kamerlid den heer
Van der Sluis betreffende toekenning van
den z.g. B-steun aan kleine tuinders, heeft
de minister van sociale zaken het volgende
medegedeeld:
Ten einde de kleine tuinders, voor zoo
ver dezen niet reeds voor opneming in de
steunregeling of plaatsing bij de werkver
schaffing in aanmerking kwamen en uit
dien hoofde den zoogenaamden-B-steun mo
gen ontvangen, ook hieraan deelachtig te
kunnen maken, heeft de minister van eco
nomische zaken er zijn goedkeuring .aan
gehecht, dat ten laste van zijn departe
ment aan kleine tuinders dezelfde toelage
op dezelfde basis wordt verstrekt als voor
de kleine boeren het geval is.
De gemeentebesturen zullen hiermede
zoo spoedig mogelijk worden in kennis ge
steld.
GEEN DENATURATIE ROGGE.
AARDAPPELEN EN VELDBOONEN.
Naar ons van bevoegde zijde wordt
medegedeeld, is besloten, dat met ingang
van Vrijdag (heden) tot nader order geen
gelegenheid zal worden gegeven tot het
denatureeren van rogge, aardappelen en
veldboonen. De aangekondigde steunrege
ling voor goedgekeurde pootaardappelen
zal in verband hiermede voorloopig geen
doorgang vinden.
Voorts zullen met ingang van den géj
noemden datum bij uitvoer van peul
vruchten en aardappelen geen prijsver
schillen meer worden toegekend.
Oef. De vrede is gered. Hitler, Mussolini,
Chamberlain en Daladier zijn tot een over
eenstemming gekomen over den afstand
van het Sudetenland door Tsjechoslovakije
aan het Duitsche Rijk. Toen we dit schre
ven, was nog niet bekend, of Praag zich
met het accoord kan vereenigen, maar daar
is niet aan te twijfelen. Tsjechoslovakije
zou zelfmoord plegen, indien het thans nog
moeilijkheden opwierp of verzet pleegde.
Ze klinken hard deze laatste beide woorden.
Maar de positie van den kleinen midden-
Europeeschen staat, aan het hoofd waar
van de „leugenaar" Benesj (volgens Hitier)
staat, heeft de laatste weken eenige gelij
kenis met die van een gearresteerde gehad.
Tsjechoslovakije was als 't ware de gevan
gene der groote mogendheden. Men heeft
onderhandeld met, over en zonder
Praag: deerniswekkende toestand voor een
klein volk, dat welke politieké fouten
het dan ook gemaakt mag hebben in de
ze dagen toonde allesbehalve laf te zijn.
Tandenknersend zullen ze het hoofd buigen
de moedige, vinnige Tsjechen. Maar er zit
niets anders op. In sommige omstandighe
den is dapperheid dwaas.
De overeenkomst van Münehen komt
neer op een compromis, hetwelke zoo on
geveer den grootsten gemeenen deeler
vormt van het Fransch-Britsche plan en
het befaamde memorandum van Hitier.
Beide partijen hebben dus water bij den po-
litieken wgn gedaan. Het kan weinig zin
hebben, dunkt ons, om minutieus na te me
ten, wie de meeste concessies deed. Laten
we dankbaar zijn in het diepst van ons hart,
dat de vrede bewaard is gebleven en dat dit
geschiedde op een naar omstandigheden be
vredigende v/ijs. Hoe groot het politieke
succes, dat de Duitsche Führer ook ditmaal
weer behaalde, mag zijn, een volledige ca
pitulatie van Engeland en Frankrijk betee-
kent het accoord geenszins. Chamberlain en
Daladier hebben veel toegegeven, maar ze
zwichtten niet voor Hitler's ultimatum. Dat
is belangrijk. Op 't oogenblik kan men het
politieke slagveld en de gevolgen van den
politieken slag nog lang niet geheel over
zien. Maar een ding staat voor ons vast:
Duitschland, het nationaal-socialistische
Duitschland heeft ervaren, dat er grenzen
zijn aan de lankmoedigheid, de meermalen
reeds gelaakte lankmoedigheid der Wester-
sche democratieën. Het Derde Rijk weet,
dat indien het zijn dreigement, vervat in
Hitler's ultimatum aan Praag had doorge
zet, er een ontzettende oorlog ontketend
zou zijn. Deze wetenschap kan niet anders
dan nuttig, uitermatig nuttig zijn voor de
politieke ontwikkeling in de naaste toe
komst en misschien zelfs voor zeer langen
tijd. Men vergete hierbij vooral niet, dat de
Führer zoowel in zijn besprekingen met
Chamberlain als openbaar in zijn redevoe
ring in het Berlijnsche Sportpaleis met
grooten nadruk heeft verkondigd, dat het
nu uit is met Duitschland's territoriale am
bities in Europa. Hij ging zelfs zoo ver, Po
len als het ware het rustig bezit van den
befaamden corridor, den uitweg naar de
Oostzee, dwars door Duitsch grondgebied,
te garandeeren. Zelfs als men op het stand
punt wil staan, dat deze verklaringen onder
den druk der omstandigheden werden afge
legd, en dat aan de oprechtheid er van ge
gronde twijfel bestaat, dan nog zijn ze van
beteekenis: omdat ze dan bewijzen, dat Hit-
Ier den oorlog toch ook schuwt en dat hij
voorshands geen mogelijkheid ziet zonder
een oorlog, welke zelfmoord voor Duitsch
land zou beteekenen, verdere territoriale
ambities te verwezenlijken.
Wij gelooven, dat voor Europa thans een
periode van ontspanning en betere ver
standhouding aanbreekt. De heer Goebbels,
propaganda-minister des Derden Rijks,
heeft eergisteravond gezegd, dat Europa's
lichaam door koortsen geteisterd werd;
doch deze koortsen zouden het misschien
zuiveren van politiek vergif. De man, hoe
weinig men hem 'buiten Duitschland ver
mag te achten, heeft met deze woorden den
toestand naar alle waarschijnlijkheid heel
juist geschetst. De politieke koorts, die eer
gisteren Europa op den rand eener cata
strofe bracht, lijkt inderdaad een zeer be
langrijk zuiverende werking te zullen uit
oefenen. Wellicht is nu de vrede in ons we
relddeel voor vele jaren verzekerd.
i12^. dankbaarheid daarvoor gaat in de
aardsche sfeer uit naar den grijzen vitalen
Engelschen minister-president. De heer
Chamberlain is de man geweest, die wat
menschelijk gedaan kon worden voor het
behoud van den vrede, heeft gedaan. Hü
spreidde een volharding en een wilskracht
ten toon, welke de bewondering van de
geheele wereld ten deel viel. Hjj schuwde
noch verlies van prestige, noch persoonlijke
ervaringen, welke voor een deftigen En-
gelschman bijkans beleedigend schenen.
Hitier heeft hem allerminst dergelijke er
varingen bespaard. Het bewogen relaas, dat
Chamberlain in het Lagerhuis gaf van zijn
reizen naar Berchtesgaden en Godesberg
bewees dit. Maar de Engelsche minister
stond boven dergelijke dingen. De vrede,
het kostbaarste goed van de menschheid,
vormde het eene en eenige doel van zijn
ongemeene werkzaamheid, zijn boven allen
lof verheven inspanning en opoffering. In
dien er ooit een Nobelprijs voor den vrede
verdiend is, dan is het thans door Cham
berlain. Wij hopen van harte, dat deze prijs
den Engelschen premier zal worden toe
gekend eerlang.
HET EINDE VAN DEN ZOMERTIJD.
Voor zoover noodig, worde eraan herin
nerd, dat de zomertijd eindigt in den nacht
van Zaterdag 1 op Zondag 2 October, om 3
uur, zoodat het op dat tijdstip geacht wordt
2 uur te zijn. Men zette de klokken dus
Zaterdagavond bij het naar bed gaan een
uur achteruit.
Bij kon. besluit van 29 September is,
op grond van de overweging dat de politie
ke spanning tusschen sommige staten in
Europa het noodzakelijk maken om maat
regelen te treffen ter beveiliging van de
landsgrenzen en om bovendien te beschik
ken over een grooter aantal geoefende
troepen, bepaald dat de voor eerste oefening
of voor herhalingsoefeningen in werkelij-
ken dienst zijnde dienstplichtigen, die na de
dagteekening van dit besluit in aanmerking
zouden komen voor groot verlof, tot nader
order in werkelijken dienst blijven.
Het voorgaande geldt niet voor de groe
pen van dienstplichtigen, ten aanzien van
welke de minister van defensie bepaalt, dat
de daarin gelegen maatregel niet op haar
zal worden toegepast.
OPKOMST VOOR HERHALINGS
OEFENINGEN.
De regeeringspersdienst meldt:
De minister van defensie maakt het vol
gende bekend:
Zooals reeds in de dagbladen en door
middel van den radio-omroep werd be
kendgemaakt, is de opkomst voor herha
lingsoefeningen van dienstplichtigen, be-
hoorende tot de koninklijke landmacht, die
in 1938 op of na 29 September in werke
lijken dienst moeten komen, tot nader or
der uitgesteld.
Het vorenstaande is thans ook van toe
passing verklaard voor officieren, onder
officieren, korporaals en soldaten, die be-
hooren tot het reserve- en overige perso
neel der koninklijke landmacht.
Eveneens worden tot nader order uitge
steld de inlijving van dienstplichtigen en de
opkomst van dienstplichtigen, die reeds zijn
ingelijfd, doch wegens het verstrijken van
verleend uitstel enz. de eerste oefening nog
moeten volbrengen. Dit laatste in afwijking
van de geldende voorschriften.
Al het vorengenoemde personeel volgt
vanzelfsprekend bij voor-mobilisatie en bij
algemeene mobilisatie zijn bestemming, zoo
als in de lastgeving in het zakboekje is aan
gegeven.
Voor de zeemilitie blijft de oproeping voor
herhalingsoefeningen voorshands gehand
haafd.
GRAAN- EN MEELHANDELAREN
ACHTER DE REGEERINGS-
MAATREGELEN.
De Nederlandsche bond van graan- en
meelhandelaren heeft den minister van
economische zaken een telegram gezon
den van den volgenden inhoud:
De groep granen en aanverwante arti
kelen van den Nederlandschen bond van
graan- en meelhandelaren in vergadering
bijeen te Amsterdam, gelet op den zeer
gespannen internationalen toestand en de
daaruit voor de Nederlandsche regeering
ir(ogelijk voortvloeiende consequenties,
verklaart zich onvoorwaardelijk bereid
tot volledige medewerking aan de maat
regelen, die de regeering in verband hier
mede noodzakelijk acht.
Bij Fokker wordt den laatsten tijd dag en
nacht gewerkt aan de versterking van on
ze luchtmacht. Ofschoon de geëischte lever
tijden voor de in het begin van dit jaar be
stelde groote series vliegtuigen reeds zeer
kort waren, spreekt het vanzelf, dat het
thans, met het oog op den internationalen
toestand, dringend noodzakelijk was, de af
levering zoo veel mogelijk te bespoedigen.
Gelukkig is de technische organisatie van
de Fokkerfabriek van dien aard, dat in drin
gende gevallen het tempo kan worden ver
sneld en de afleveringen zoodoende kunnen
worden vervroegd.
Geregeld zijn dan ook in de laatste weken
vliegtuigen afgeleverd, doch Woensdag
spande op dit gebied wel den kroon. Op
Schiphol werden n.l. dien dag niet minder
dan acht vliegtuigen aan hun bestemming
overgegeven.
NATIONALE ZEN.
Een oproep van het Verbond van
Ned. Werkgevers.
Het Verbond van Ned. Werkgevers heeft
bij hernieuwing een oproep tot zijn leden
gericht om, voor zoover de bedrijfsomstan
digheden dit maar eenigszins toelaten, maat
regelen te treffen, dat het personeel, het
welk onder de wapenen is geroepen, zoo
weinig mogelijk schade zal ondervinden van
het vervullen van dien nationalen plicht.
Verschillende malen, aldus schrijft het
verbond, hebben wij ons op oogenblikken,
waarop internationale spanningen van bij
zonderen aard intraden, gewend tot onze
leden en een beroep gedaan op den natio
nalen zin van de werkgevers om, voor zoo
ver in hun vermogen ligt, in hun bedrijf de
maatregelen te treffen, welke er toe kun
nen leiden, dat onze dienstplichtige landge-
nooten zoo weinig mogelijk persoonlijk na
deel ondervinden van de verplichtingen,
welke zij in het algemeen belang hebben te
volbrengen.
Eventueele uitkeeringen van werkgevers
zijde zullen krachtens verkregen overeen
stemming met het departement van defensie
niet worden gekort op de normale kostwin
nersvergoeding, zoodat dus zekerheid wordt
verkregen, dat de uitkeeringen rechtstreeks
aan de belanghebbenden ten goede komen.
Het Verbond van Nederlandsche Werk
gevers spreekt het vertrouwen uit, dat het
Nederlandsche bedrijfsleven onder de hui
dige critieke omstandigheden er toe zal wil
len medewerken om hen, die reeds thans
geroepen zijn hun persoonlijk offer te bren
gen in het belang der nationale taak, zoo
veel mogelijk te steunen bij de getrouwe
vervulling van die taak.
INVOER VAN KAAS IN BELGïë.
De invoervergunningsmaatregel
wordt ingetrokken.
De regeeringspersdienst meldt:
De directie van den landbouw deelt me
de, dat blijkens telefonisch bericht van
den consul-generaal te Brussel, tevens
hoofd der handelsafdeeling van H. M.'s
gezantschap aldaar, binnen enkele dagen
intrekking kan worden tegemoetgezien
van den Belgischen maatregel, waarbij
de invoer van kaas in België afhankelijk
wordt gesteld van een vooraf verleende
invoervergunning.
HET OVERMAKEN VAN LOONOVER
SCHOTTEN VAN NEDERLANDSCHE
ARBEIDERS IN DUITSCHLAND.
Op de vragen van het lid der Tweede Ka
mer den heer Woudenberg betreffende ver
traging in de transfereering van loonover-
schotten van in Duitschland gevestigde Ne
derlandsche arbeiders hebben de ministers
van sociale zaken, van financiën en van
economische zaken geantwoord; dat voor
zoover hun bekend is, deze transfereering
een normaal verloop heeft.
Ter vergemakkelijking van de formalitei
ten en ten gerieve der arbeiders is goedge
vonden, dat de rijksconsulent voor sociale
zaken in Duitschland zijn tusschenkomst
verleent voor het overmaken van loonover-
schotten over Duitsche en Nederlandsche
instellingen. In verband met een regeling,
welke met de Duitsche regeering is getrof
fen, dient hij daarvoor o.m. te controleeren
of de over te maken bedragen inderdaad
ten hoogste 85 pet. van het netto-loonover-
schot vormen.
Al het mogelijke wordt gedaan om de
overmaking zoo snel mogelijk te doen ge
schieden. Te dien einde verleenen de mees
te gemeentebesturen voorschotten aan de
gezinnen in afwachting van de uitbetaling
over de clearing. Voorts heeft genoemde
rijksconsulent reeds voor eenigen tijd een
abstracte dingen. Wat bedoelde hij toch met
te zeggen, dat ze dien dag hem zou toebe-
hooren, als hij slechts van plan was over
dingen te praten, waarover ze net zoo goed
met den rechter Whitmore had kunnen dis
cussieeren? In haar binnenste kreeg ze
weer dat gevoel van onzekerheid. Ze dacht
aan mevrouw Hamilton en eindelijk flapte
ze er uit:
„Ik vond die dame, met wie u de qua
drille danste, heel knap."
David wendde zijn hoofd en keek haar
aan. Hjj begreep haar volkomen en een
bijna onmerkbare glimlach kwam in zijn
oogen. Hü voelde zich ontzaglijk tot haar
aangetrokken, maar bleef toch weloverwo
gen heel gewoon jegens haar, opdat hij niet
hals over kop zou te werk gaan, want hij
maakte zich niets wijs en wist, dat als zij
eenmaal begonnen te praten en hun gevoel
zich daarin mengde, 't moeilijk zou zijn een
kalme hofmakerij het geheele uitstapje te
laten duren. En na die hofmakerij wat
dan? Hij wenschte niet in een afgrond te
glijden.
„Ja, dat is ze ook", antwoordde hij op
Laline's opmerking, „en ontzaglijk bekoor
lik. Ze is weduwe. Aantrekkelijke schep
sels, weduwen!"
Laline's wangen brandden. Ze voelde zich
erg verstoord en jaloersch.
„Een oude vriendin, niet waar?"
Hij Was niet van plan haar nieuwsgierig
heid te bevredigen.
„Niet zoo heel oud
„Er zijn menschen, die men in korten tpd
heel goed leert kennen. Ik dacht, dat ze
een speelgenoote uit uw kinderjaren was!"
David lachte ongeveinsd.
„Ik wou dat 't waar was geweest!"
„Bent u jegens haar net zoo ruw als je
gens rmj?"
„Jegens geen enkele dame ben ik ooit
„ruw".
„Dan kan ik geen dame zijn want
nooit in mijn leven is er iemand zoo ruw
jegens mij geweest, als u altijd bent!"
Er begon iets geprikkelds in den toon van
't gesprek te komen.
„U bent een schat van een meisje
maar nu begint u weer woedend op me te
worden. Waarom? Vanaf 't oogenblik,
waarop we vertrokken, ben ik zoo goed als
een vader en zoo zacht als een schaap je
gens u geweest".
Er kwam een lach in zijn oogen; die van
Laline schoten vuur.
,,U zou nooit een schaap kunnen zijn; u
bent altü'd een wreede wolf en de wollige
vacht vermomt u niet in 't minst!"
„Houdt u dan 't meest van schapen?"
„Neen
„Nu wat wilt u dan? Indien u met mij
bent meegegaan om met me te kibbelen, is
er maar één manier om daaraan een einde
te maken
„En die is?"
„Zoodra we aan den hoek van dat bosch
zqn gekomen, plaats ik de auto aan den
kant van den weg en kus u net zoo lang
tot u weer vriendelük tegen me bent!"
Al nam Laline den toon van gezag kwa
lijk, toch vervulde haar een gevoel van
vreugde een siddering nu ja, iets heer
lijks.
Zij waren weer op bekend terrein geko
men, waarop gestreden werd over persoon
lijke gevoelens en daar voelde ze zich
volkomen thuis.
„Zoo iets verwaands heb ik nog nooit ge
hoord! U verbeeldt u dus, dat me dat vrien
delük tegen u zou stemmen? Welnee,
ik zou, integendeel, nog een grooteren he
kel aan u krijgen!"
„Hebt u dan een hekel aan me?" Zijn
toon was vol geveinsden angst. Hij wist
best, dat 't geen afkeer was, die haar be
zielde
„U schijnt dat niet te gelooven", en ze
pruilde een beetje „goed dan; ik zal 't
u toonen!".
Zij waren bü een heerlijk boseh gekomen,
niet ver van Beauvais. Hij liet de auto lang
zamer gaan en stopte eindelijk.
„Nu moet u me toonen hoe u me haat!"
„Hoe?"
„Wel, ik denk dat u zult willen uitstap
pen en hier achtergelaten worden nie
mand toch vindt 't prettig in een auto voor
twee personen te reizen met iemand, waar
aan men een hekel heeft!"
Laline bewoog zich niet.
„Ik wacht er op dat u uitstapt maar
wat ben ik toch een lomperd! U wilt na-
tuurlük, dat ik u daarbü help", en hij stap
te uit de auto en ging naast haar portier
staan.
(Wordt vervolgd).
19)
Bit het Engelsch door W. A. C.
vernam. Ze keek 0n na in hetgeen ze
laat. Het spreekt van zelf ff" Str6ng
geschapen om te strijd dat mannen
interessanter als ze
Tneedoogenloos en despotisch waren o^wlt
schenen die Wilmon Dodges^sooSta
ken, die ze tot nu toe had ontmoet haar m,
vervelende menschen toe!
„Iets wat ik niet kan begrijpen", zej ze
„is dat Jack ooit gevochten heeft. Hij lijht
me 't zachtaardigste, vriendelükste wezen
ter wereld! Hij spreekt er nooit over".
„Weet u dan niet wat de beteekenis van
die lintjes is, die hij draagt?"
„Jawel, ik denk, dat ze beteekenen, dat
men in den oorlog is geweest en dat hü er
misschien iets voor gedaan heeft, om ze te
verdienen!"
David lachte.
iioK+UiS<' tteekent, dat je iets verricht
ni<f, dat ie aan een picnic hebt
hrf!£TTn en hy lachta weer. „Onze
vprtrnw .raS een ™annetjesputter hü
hii nis Spier' alles beschouwde
f nsp0rt- T/ midden van al het vuil,
te miS m vreeselükste koude en
net ak Mi vanongemakken, was hij altijd
i nu ls en een tijger als 't er
op aankwam!"
«igeimar^ic. U Enge!schen geen ontzaglijk
g "aardige menschen. Jack voelde zich
vreeselijk onbehagelijk, toen ik hem vroeg
wat voor ridderorden dat waren en waar
om hü ze had. Hij antwoordde: „O, die heeft
iedereen." Ik had er geen begrip van, dat
ze beteekenden, dat hij zich bijzonder heeft
onderscheiden".
„Ja, 't zün merkwaardige menschen
maar u moet hen goed kennen. Ze hebben
een afkeer van opsnüden en schünen zich
te schamen over alles wat zij behoorlijk
hebben gedaan!"
„Ja zeker", en David keek of hij over iets
nadacht hü herinnerde zich een gelegen
heid, toen Jack zich met een merkwaardig
succes van een bajonet bediende!
„Wat een zegen, dat alles nu voorbij is",
merkte Laline op, „en dat er natuurlük
«ooit meer oorlog kan komen!"
„Daar ben ik niet zoo zeker van".
Vt Lijkt zoo kinderachtig, niet waar?
Volwassen menschen, die zich büna eike
uitvinding ten nutte mal con, om elkaar te
üpoöen --- en dan nog om zulke onzinnige
redenenWaarom kunnen ze dat alles niet
op uezelfde wijze beslechten, als voor de
rechtbank geschiedt'"
„üavvel, maar er bestaat nu eenmaal geen
opperste oorlogsrechter en dus moeten we,
indien argumenten niet baten, onze toe
vlucht wel nemen tot bruut geweld".
Zoo praatten ze nog een tijdje door.
Alle mannen, die ze tot nu toe had ont
moet, zouden al lang in een hofmakerige
conversatie met haar zün verzeild geraakt
maar nu had ze al een heelen tijd gere
den en steeds sprak majoor Lamont over