SCHEEPJESWOL KRONIEK 'van den DAG. Voor beter breiwerk betere wol, dus: BINNENLAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN VRIJDAG 30 SEPTEMBER 1938. No. 230. Fokker werkt op volle kracht {Ingez. Med.) "dh (Ikü&aaUófMi (Ingez. Med.) Geen oorlog. Ejienstplichtigen blijven onder de wapenen. LALINE LESTER'S ROMAN voorstel gedaan, dat er toe kan leiden, dat bij dien consulent gestorte loonoverschot- ten, bij wijze van voorschot, rechtstreeks aan de achtergebleven gezinnen of aan an dere relaties in Nederland worden uitbe taald. Aan dit voorstel zal spoedig uitvoe ring kunnen worden gegeven. TERUGZENDING VAN NEDERLANDSCHE VRIJWILLIGERS UIT SPANJE. Vragen van het Tweede Kamer lid Van der Goes van Naters. Het Tweede Kamerlid de heer Van der Goes van Naters heeft aan de ministers van justitie en van buitenlandsche zaken de volgende vragen gesteld: 1. Heeft de regeering kennis genomen van de verklaring van den Spaanschen mi nister-president, prof. Negrin, ter Volken bondsvergadering te Genève afgelegd, in houdende, dat de Spaansche regeering ten spoedigste zal overgaan tot de terugzen ding van de aan haar zijde strijdende vrij willigers van vreemde herkomst, al of niet inmiddels tot Spanjaard genaturaliseerd? 2. Is de regeering niet van meening, dat haar standpunt betreffende medewerking aan de terugtrekking van niet-Spaansche combattanten medebrengt, dat de ter uit voering van bovengemeld voornemen terug gezonden vrijwilligers van Nederlandsche herkomst in Nederland zullen worden toe gelaten? 3. Is de regeering bereid, de sub 2 be doelde toelating te bevorderen? WETSONTWERP TOT VERHOOGING TARIEF VAN INVOERRECHTEN TE VERWACHTEN. Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp tot wijziging van de tariefsmachtigingswet 1934 ingediend. In de memorie van toelich ting wordt o.m. gezegd, dat binnen afzien- baren tijd de indiening bij de Tweede Ka mer is te verwachten van een wetsontwerp, waarin de plannen belichaamd, welke de regeering koestert op het stuk van herzie ning in het tarief van invoerrechten. Het is der regeering, om overigens licht begrij pelijke redenen, niet mogelijk reeds thans melding te maken van den gedetailleerden inhoud van deze voorstellen. In het ver band, waarin deze aangelegenheid hier ter sprake wordt gebracht, is zulks ook niet noodzakelijk en kan volstaan worden met het aangeven van aard en strekking van het in voorbereiding zijnde pntwerp van wet. Dit ontwerp nu zal eQn voorstel inhou den tot verhooging van het invoerrecht ten aanzien van een aantal goederengroepen, welke zooveel mogelijk een afgerond geheel vormen. Bij deze voorstellen zal het aan 't huidige tarief van invoerrechten ten grond slag liggende beginsel van progressieve be lasting van de toegevoegde waarde ge handhaafd blijven. DE N.V.C. EN DE VARKENSHANDEL. De Nederlandsche bond van varkenshan delaren heeft het volgende telegram aan den minister van economische zaken ge zonden: De Nederlandsche bond van varkenshan delaren, kennis genomen hebbende van de plaatshebbende overname van zware var kens door de N.V.C (Ned. Varkenscentrale) en verzending daarvan buiten den varkens- WKDl ft. 1 VAN SCHUPPEN - VEENENDAAL handel om, protesteert met alle kracht te gen dit systeem van uitschakeling. Hij protesteert ten zeerste tegen het feit, dat naast de ontnomen werkzaamheden en verdienstmogelijkheden t.a.v. de baconvar- kens voor Engeland Uwe Excellentie den varkenshandelaar ook nu nog verder gaat uitsluiten van de transacties met de andere soorten en dientengevolge hem geheel en al zijn kostwinning ontneemt. De aankoop der thans geannonceerde zware varkens kan zondei eenig onoverko melijk bezwaar economisch en met tóepas sing van gelijke rechten voor alle aanvoer ders gemakkelijk via de varkensmarkten geschieden. De nu gevolgde methode vernielt het be drijf en het bestaan van exporteur en han delaar en houdt tevens in een voortschrij dende vernietiging van de bestaande var kensmarkten met de velerlei belangen daar aan verbonden. De bond verzoekt Uwe Excellentie mits dien zeer dringend aan bovenstaande ver langens wel tegemoet te willen komen. DE EXPORT VAN ZWARE VARKENS NAAR DUITSCHLAND. Het Eerste Kamerlid Van Ves- sem stelt vragen aan den mi nister. Het Eerste Kamerlid, de heer Van Ves- sem heeft de volgende vragen gesteld aan den minister van economische zaken: 1. Heeft de minister kennis genomen van het bericht in het Algemeen Handelsblad, volgens hetwelk de veehouderijcentrale be sloten zou hebben ettelijke duizenden zwa re varkens aan Duitschland te leveren en zoo ja, kan de minister mededeelen of dit bericht juist is? 2. Indien de onder 1 gestelde vragen be vestigend beantwoord worden, wil de mi nister dan mededeelen of naar zijn meening onder de huidige internationale omstandig heden onttrekking van zoo belangrijke hoe veelheden vleesch en vet aan den binnen- landschen voorraad kan plaats vinden zon der dat daardoor de nationale voedselvoor ziening in gevaar wordt gebracht'? 3. Is de minister bereid de noodige maat regelen te nemen, dat de voorgenomen uit voer van varkens niet zal plaats vinden al vorens is komen vast te staan, dat deze uit voer zonder bezwaar voor de nationale voedselvoorziening kan plaats vinden? B-STEUN AAN KLEINE TUINDERS. Volgens de regeling voor de kleine boeren. Ten vervolge op de beantwoording van vragen van het Tweede Kamerlid den heer Van der Sluis betreffende toekenning van den z.g. B-steun aan kleine tuinders, heeft de minister van sociale zaken het volgende medegedeeld: Ten einde de kleine tuinders, voor zoo ver dezen niet reeds voor opneming in de steunregeling of plaatsing bij de werkver schaffing in aanmerking kwamen en uit dien hoofde den zoogenaamden-B-steun mo gen ontvangen, ook hieraan deelachtig te kunnen maken, heeft de minister van eco nomische zaken er zijn goedkeuring .aan gehecht, dat ten laste van zijn departe ment aan kleine tuinders dezelfde toelage op dezelfde basis wordt verstrekt als voor de kleine boeren het geval is. De gemeentebesturen zullen hiermede zoo spoedig mogelijk worden in kennis ge steld. GEEN DENATURATIE ROGGE. AARDAPPELEN EN VELDBOONEN. Naar ons van bevoegde zijde wordt medegedeeld, is besloten, dat met ingang van Vrijdag (heden) tot nader order geen gelegenheid zal worden gegeven tot het denatureeren van rogge, aardappelen en veldboonen. De aangekondigde steunrege ling voor goedgekeurde pootaardappelen zal in verband hiermede voorloopig geen doorgang vinden. Voorts zullen met ingang van den géj noemden datum bij uitvoer van peul vruchten en aardappelen geen prijsver schillen meer worden toegekend. Oef. De vrede is gered. Hitler, Mussolini, Chamberlain en Daladier zijn tot een over eenstemming gekomen over den afstand van het Sudetenland door Tsjechoslovakije aan het Duitsche Rijk. Toen we dit schre ven, was nog niet bekend, of Praag zich met het accoord kan vereenigen, maar daar is niet aan te twijfelen. Tsjechoslovakije zou zelfmoord plegen, indien het thans nog moeilijkheden opwierp of verzet pleegde. Ze klinken hard deze laatste beide woorden. Maar de positie van den kleinen midden- Europeeschen staat, aan het hoofd waar van de „leugenaar" Benesj (volgens Hitier) staat, heeft de laatste weken eenige gelij kenis met die van een gearresteerde gehad. Tsjechoslovakije was als 't ware de gevan gene der groote mogendheden. Men heeft onderhandeld met, over en zonder Praag: deerniswekkende toestand voor een klein volk, dat welke politieké fouten het dan ook gemaakt mag hebben in de ze dagen toonde allesbehalve laf te zijn. Tandenknersend zullen ze het hoofd buigen de moedige, vinnige Tsjechen. Maar er zit niets anders op. In sommige omstandighe den is dapperheid dwaas. De overeenkomst van Münehen komt neer op een compromis, hetwelke zoo on geveer den grootsten gemeenen deeler vormt van het Fransch-Britsche plan en het befaamde memorandum van Hitier. Beide partijen hebben dus water bij den po- litieken wgn gedaan. Het kan weinig zin hebben, dunkt ons, om minutieus na te me ten, wie de meeste concessies deed. Laten we dankbaar zijn in het diepst van ons hart, dat de vrede bewaard is gebleven en dat dit geschiedde op een naar omstandigheden be vredigende v/ijs. Hoe groot het politieke succes, dat de Duitsche Führer ook ditmaal weer behaalde, mag zijn, een volledige ca pitulatie van Engeland en Frankrijk betee- kent het accoord geenszins. Chamberlain en Daladier hebben veel toegegeven, maar ze zwichtten niet voor Hitler's ultimatum. Dat is belangrijk. Op 't oogenblik kan men het politieke slagveld en de gevolgen van den politieken slag nog lang niet geheel over zien. Maar een ding staat voor ons vast: Duitschland, het nationaal-socialistische Duitschland heeft ervaren, dat er grenzen zijn aan de lankmoedigheid, de meermalen reeds gelaakte lankmoedigheid der Wester- sche democratieën. Het Derde Rijk weet, dat indien het zijn dreigement, vervat in Hitler's ultimatum aan Praag had doorge zet, er een ontzettende oorlog ontketend zou zijn. Deze wetenschap kan niet anders dan nuttig, uitermatig nuttig zijn voor de politieke ontwikkeling in de naaste toe komst en misschien zelfs voor zeer langen tijd. Men vergete hierbij vooral niet, dat de Führer zoowel in zijn besprekingen met Chamberlain als openbaar in zijn redevoe ring in het Berlijnsche Sportpaleis met grooten nadruk heeft verkondigd, dat het nu uit is met Duitschland's territoriale am bities in Europa. Hij ging zelfs zoo ver, Po len als het ware het rustig bezit van den befaamden corridor, den uitweg naar de Oostzee, dwars door Duitsch grondgebied, te garandeeren. Zelfs als men op het stand punt wil staan, dat deze verklaringen onder den druk der omstandigheden werden afge legd, en dat aan de oprechtheid er van ge gronde twijfel bestaat, dan nog zijn ze van beteekenis: omdat ze dan bewijzen, dat Hit- Ier den oorlog toch ook schuwt en dat hij voorshands geen mogelijkheid ziet zonder een oorlog, welke zelfmoord voor Duitsch land zou beteekenen, verdere territoriale ambities te verwezenlijken. Wij gelooven, dat voor Europa thans een periode van ontspanning en betere ver standhouding aanbreekt. De heer Goebbels, propaganda-minister des Derden Rijks, heeft eergisteravond gezegd, dat Europa's lichaam door koortsen geteisterd werd; doch deze koortsen zouden het misschien zuiveren van politiek vergif. De man, hoe weinig men hem 'buiten Duitschland ver mag te achten, heeft met deze woorden den toestand naar alle waarschijnlijkheid heel juist geschetst. De politieke koorts, die eer gisteren Europa op den rand eener cata strofe bracht, lijkt inderdaad een zeer be langrijk zuiverende werking te zullen uit oefenen. Wellicht is nu de vrede in ons we relddeel voor vele jaren verzekerd. i12^. dankbaarheid daarvoor gaat in de aardsche sfeer uit naar den grijzen vitalen Engelschen minister-president. De heer Chamberlain is de man geweest, die wat menschelijk gedaan kon worden voor het behoud van den vrede, heeft gedaan. Hü spreidde een volharding en een wilskracht ten toon, welke de bewondering van de geheele wereld ten deel viel. Hjj schuwde noch verlies van prestige, noch persoonlijke ervaringen, welke voor een deftigen En- gelschman bijkans beleedigend schenen. Hitier heeft hem allerminst dergelijke er varingen bespaard. Het bewogen relaas, dat Chamberlain in het Lagerhuis gaf van zijn reizen naar Berchtesgaden en Godesberg bewees dit. Maar de Engelsche minister stond boven dergelijke dingen. De vrede, het kostbaarste goed van de menschheid, vormde het eene en eenige doel van zijn ongemeene werkzaamheid, zijn boven allen lof verheven inspanning en opoffering. In dien er ooit een Nobelprijs voor den vrede verdiend is, dan is het thans door Cham berlain. Wij hopen van harte, dat deze prijs den Engelschen premier zal worden toe gekend eerlang. HET EINDE VAN DEN ZOMERTIJD. Voor zoover noodig, worde eraan herin nerd, dat de zomertijd eindigt in den nacht van Zaterdag 1 op Zondag 2 October, om 3 uur, zoodat het op dat tijdstip geacht wordt 2 uur te zijn. Men zette de klokken dus Zaterdagavond bij het naar bed gaan een uur achteruit. Bij kon. besluit van 29 September is, op grond van de overweging dat de politie ke spanning tusschen sommige staten in Europa het noodzakelijk maken om maat regelen te treffen ter beveiliging van de landsgrenzen en om bovendien te beschik ken over een grooter aantal geoefende troepen, bepaald dat de voor eerste oefening of voor herhalingsoefeningen in werkelij- ken dienst zijnde dienstplichtigen, die na de dagteekening van dit besluit in aanmerking zouden komen voor groot verlof, tot nader order in werkelijken dienst blijven. Het voorgaande geldt niet voor de groe pen van dienstplichtigen, ten aanzien van welke de minister van defensie bepaalt, dat de daarin gelegen maatregel niet op haar zal worden toegepast. OPKOMST VOOR HERHALINGS OEFENINGEN. De regeeringspersdienst meldt: De minister van defensie maakt het vol gende bekend: Zooals reeds in de dagbladen en door middel van den radio-omroep werd be kendgemaakt, is de opkomst voor herha lingsoefeningen van dienstplichtigen, be- hoorende tot de koninklijke landmacht, die in 1938 op of na 29 September in werke lijken dienst moeten komen, tot nader or der uitgesteld. Het vorenstaande is thans ook van toe passing verklaard voor officieren, onder officieren, korporaals en soldaten, die be- hooren tot het reserve- en overige perso neel der koninklijke landmacht. Eveneens worden tot nader order uitge steld de inlijving van dienstplichtigen en de opkomst van dienstplichtigen, die reeds zijn ingelijfd, doch wegens het verstrijken van verleend uitstel enz. de eerste oefening nog moeten volbrengen. Dit laatste in afwijking van de geldende voorschriften. Al het vorengenoemde personeel volgt vanzelfsprekend bij voor-mobilisatie en bij algemeene mobilisatie zijn bestemming, zoo als in de lastgeving in het zakboekje is aan gegeven. Voor de zeemilitie blijft de oproeping voor herhalingsoefeningen voorshands gehand haafd. GRAAN- EN MEELHANDELAREN ACHTER DE REGEERINGS- MAATREGELEN. De Nederlandsche bond van graan- en meelhandelaren heeft den minister van economische zaken een telegram gezon den van den volgenden inhoud: De groep granen en aanverwante arti kelen van den Nederlandschen bond van graan- en meelhandelaren in vergadering bijeen te Amsterdam, gelet op den zeer gespannen internationalen toestand en de daaruit voor de Nederlandsche regeering ir(ogelijk voortvloeiende consequenties, verklaart zich onvoorwaardelijk bereid tot volledige medewerking aan de maat regelen, die de regeering in verband hier mede noodzakelijk acht. Bij Fokker wordt den laatsten tijd dag en nacht gewerkt aan de versterking van on ze luchtmacht. Ofschoon de geëischte lever tijden voor de in het begin van dit jaar be stelde groote series vliegtuigen reeds zeer kort waren, spreekt het vanzelf, dat het thans, met het oog op den internationalen toestand, dringend noodzakelijk was, de af levering zoo veel mogelijk te bespoedigen. Gelukkig is de technische organisatie van de Fokkerfabriek van dien aard, dat in drin gende gevallen het tempo kan worden ver sneld en de afleveringen zoodoende kunnen worden vervroegd. Geregeld zijn dan ook in de laatste weken vliegtuigen afgeleverd, doch Woensdag spande op dit gebied wel den kroon. Op Schiphol werden n.l. dien dag niet minder dan acht vliegtuigen aan hun bestemming overgegeven. NATIONALE ZEN. Een oproep van het Verbond van Ned. Werkgevers. Het Verbond van Ned. Werkgevers heeft bij hernieuwing een oproep tot zijn leden gericht om, voor zoover de bedrijfsomstan digheden dit maar eenigszins toelaten, maat regelen te treffen, dat het personeel, het welk onder de wapenen is geroepen, zoo weinig mogelijk schade zal ondervinden van het vervullen van dien nationalen plicht. Verschillende malen, aldus schrijft het verbond, hebben wij ons op oogenblikken, waarop internationale spanningen van bij zonderen aard intraden, gewend tot onze leden en een beroep gedaan op den natio nalen zin van de werkgevers om, voor zoo ver in hun vermogen ligt, in hun bedrijf de maatregelen te treffen, welke er toe kun nen leiden, dat onze dienstplichtige landge- nooten zoo weinig mogelijk persoonlijk na deel ondervinden van de verplichtingen, welke zij in het algemeen belang hebben te volbrengen. Eventueele uitkeeringen van werkgevers zijde zullen krachtens verkregen overeen stemming met het departement van defensie niet worden gekort op de normale kostwin nersvergoeding, zoodat dus zekerheid wordt verkregen, dat de uitkeeringen rechtstreeks aan de belanghebbenden ten goede komen. Het Verbond van Nederlandsche Werk gevers spreekt het vertrouwen uit, dat het Nederlandsche bedrijfsleven onder de hui dige critieke omstandigheden er toe zal wil len medewerken om hen, die reeds thans geroepen zijn hun persoonlijk offer te bren gen in het belang der nationale taak, zoo veel mogelijk te steunen bij de getrouwe vervulling van die taak. INVOER VAN KAAS IN BELGïë. De invoervergunningsmaatregel wordt ingetrokken. De regeeringspersdienst meldt: De directie van den landbouw deelt me de, dat blijkens telefonisch bericht van den consul-generaal te Brussel, tevens hoofd der handelsafdeeling van H. M.'s gezantschap aldaar, binnen enkele dagen intrekking kan worden tegemoetgezien van den Belgischen maatregel, waarbij de invoer van kaas in België afhankelijk wordt gesteld van een vooraf verleende invoervergunning. HET OVERMAKEN VAN LOONOVER SCHOTTEN VAN NEDERLANDSCHE ARBEIDERS IN DUITSCHLAND. Op de vragen van het lid der Tweede Ka mer den heer Woudenberg betreffende ver traging in de transfereering van loonover- schotten van in Duitschland gevestigde Ne derlandsche arbeiders hebben de ministers van sociale zaken, van financiën en van economische zaken geantwoord; dat voor zoover hun bekend is, deze transfereering een normaal verloop heeft. Ter vergemakkelijking van de formalitei ten en ten gerieve der arbeiders is goedge vonden, dat de rijksconsulent voor sociale zaken in Duitschland zijn tusschenkomst verleent voor het overmaken van loonover- schotten over Duitsche en Nederlandsche instellingen. In verband met een regeling, welke met de Duitsche regeering is getrof fen, dient hij daarvoor o.m. te controleeren of de over te maken bedragen inderdaad ten hoogste 85 pet. van het netto-loonover- schot vormen. Al het mogelijke wordt gedaan om de overmaking zoo snel mogelijk te doen ge schieden. Te dien einde verleenen de mees te gemeentebesturen voorschotten aan de gezinnen in afwachting van de uitbetaling over de clearing. Voorts heeft genoemde rijksconsulent reeds voor eenigen tijd een abstracte dingen. Wat bedoelde hij toch met te zeggen, dat ze dien dag hem zou toebe- hooren, als hij slechts van plan was over dingen te praten, waarover ze net zoo goed met den rechter Whitmore had kunnen dis cussieeren? In haar binnenste kreeg ze weer dat gevoel van onzekerheid. Ze dacht aan mevrouw Hamilton en eindelijk flapte ze er uit: „Ik vond die dame, met wie u de qua drille danste, heel knap." David wendde zijn hoofd en keek haar aan. Hjj begreep haar volkomen en een bijna onmerkbare glimlach kwam in zijn oogen. Hü voelde zich ontzaglijk tot haar aangetrokken, maar bleef toch weloverwo gen heel gewoon jegens haar, opdat hij niet hals over kop zou te werk gaan, want hij maakte zich niets wijs en wist, dat als zij eenmaal begonnen te praten en hun gevoel zich daarin mengde, 't moeilijk zou zijn een kalme hofmakerij het geheele uitstapje te laten duren. En na die hofmakerij wat dan? Hij wenschte niet in een afgrond te glijden. „Ja, dat is ze ook", antwoordde hij op Laline's opmerking, „en ontzaglijk bekoor lik. Ze is weduwe. Aantrekkelijke schep sels, weduwen!" Laline's wangen brandden. Ze voelde zich erg verstoord en jaloersch. „Een oude vriendin, niet waar?" Hij Was niet van plan haar nieuwsgierig heid te bevredigen. „Niet zoo heel oud „Er zijn menschen, die men in korten tpd heel goed leert kennen. Ik dacht, dat ze een speelgenoote uit uw kinderjaren was!" David lachte ongeveinsd. „Ik wou dat 't waar was geweest!" „Bent u jegens haar net zoo ruw als je gens rmj?" „Jegens geen enkele dame ben ik ooit „ruw". „Dan kan ik geen dame zijn want nooit in mijn leven is er iemand zoo ruw jegens mij geweest, als u altijd bent!" Er begon iets geprikkelds in den toon van 't gesprek te komen. „U bent een schat van een meisje maar nu begint u weer woedend op me te worden. Waarom? Vanaf 't oogenblik, waarop we vertrokken, ben ik zoo goed als een vader en zoo zacht als een schaap je gens u geweest". Er kwam een lach in zijn oogen; die van Laline schoten vuur. ,,U zou nooit een schaap kunnen zijn; u bent altü'd een wreede wolf en de wollige vacht vermomt u niet in 't minst!" „Houdt u dan 't meest van schapen?" „Neen „Nu wat wilt u dan? Indien u met mij bent meegegaan om met me te kibbelen, is er maar één manier om daaraan een einde te maken „En die is?" „Zoodra we aan den hoek van dat bosch zqn gekomen, plaats ik de auto aan den kant van den weg en kus u net zoo lang tot u weer vriendelük tegen me bent!" Al nam Laline den toon van gezag kwa lijk, toch vervulde haar een gevoel van vreugde een siddering nu ja, iets heer lijks. Zij waren weer op bekend terrein geko men, waarop gestreden werd over persoon lijke gevoelens en daar voelde ze zich volkomen thuis. „Zoo iets verwaands heb ik nog nooit ge hoord! U verbeeldt u dus, dat me dat vrien delük tegen u zou stemmen? Welnee, ik zou, integendeel, nog een grooteren he kel aan u krijgen!" „Hebt u dan een hekel aan me?" Zijn toon was vol geveinsden angst. Hij wist best, dat 't geen afkeer was, die haar be zielde „U schijnt dat niet te gelooven", en ze pruilde een beetje „goed dan; ik zal 't u toonen!". Zij waren bü een heerlijk boseh gekomen, niet ver van Beauvais. Hij liet de auto lang zamer gaan en stopte eindelijk. „Nu moet u me toonen hoe u me haat!" „Hoe?" „Wel, ik denk dat u zult willen uitstap pen en hier achtergelaten worden nie mand toch vindt 't prettig in een auto voor twee personen te reizen met iemand, waar aan men een hekel heeft!" Laline bewoog zich niet. „Ik wacht er op dat u uitstapt maar wat ben ik toch een lomperd! U wilt na- tuurlük, dat ik u daarbü help", en hij stap te uit de auto en ging naast haar portier staan. (Wordt vervolgd). 19) Bit het Engelsch door W. A. C. vernam. Ze keek 0n na in hetgeen ze laat. Het spreekt van zelf ff" Str6ng geschapen om te strijd dat mannen interessanter als ze Tneedoogenloos en despotisch waren o^wlt schenen die Wilmon Dodges^sooSta ken, die ze tot nu toe had ontmoet haar m, vervelende menschen toe! „Iets wat ik niet kan begrijpen", zej ze „is dat Jack ooit gevochten heeft. Hij lijht me 't zachtaardigste, vriendelükste wezen ter wereld! Hij spreekt er nooit over". „Weet u dan niet wat de beteekenis van die lintjes is, die hij draagt?" „Jawel, ik denk, dat ze beteekenen, dat men in den oorlog is geweest en dat hü er misschien iets voor gedaan heeft, om ze te verdienen!" David lachte. iioK+UiS<' tteekent, dat je iets verricht ni<f, dat ie aan een picnic hebt hrf!£TTn en hy lachta weer. „Onze vprtrnw .raS een ™annetjesputter hü hii nis Spier' alles beschouwde f nsp0rt- T/ midden van al het vuil, te miS m vreeselükste koude en net ak Mi vanongemakken, was hij altijd i nu ls en een tijger als 't er op aankwam!" «igeimar^ic. U Enge!schen geen ontzaglijk g "aardige menschen. Jack voelde zich vreeselijk onbehagelijk, toen ik hem vroeg wat voor ridderorden dat waren en waar om hü ze had. Hij antwoordde: „O, die heeft iedereen." Ik had er geen begrip van, dat ze beteekenden, dat hij zich bijzonder heeft onderscheiden". „Ja, 't zün merkwaardige menschen maar u moet hen goed kennen. Ze hebben een afkeer van opsnüden en schünen zich te schamen over alles wat zij behoorlijk hebben gedaan!" „Ja zeker", en David keek of hij over iets nadacht hü herinnerde zich een gelegen heid, toen Jack zich met een merkwaardig succes van een bajonet bediende! „Wat een zegen, dat alles nu voorbij is", merkte Laline op, „en dat er natuurlük «ooit meer oorlog kan komen!" „Daar ben ik niet zoo zeker van". Vt Lijkt zoo kinderachtig, niet waar? Volwassen menschen, die zich büna eike uitvinding ten nutte mal con, om elkaar te üpoöen --- en dan nog om zulke onzinnige redenenWaarom kunnen ze dat alles niet op uezelfde wijze beslechten, als voor de rechtbank geschiedt'" „üavvel, maar er bestaat nu eenmaal geen opperste oorlogsrechter en dus moeten we, indien argumenten niet baten, onze toe vlucht wel nemen tot bruut geweld". Zoo praatten ze nog een tijdje door. Alle mannen, die ze tot nu toe had ont moet, zouden al lang in een hofmakerige conversatie met haar zün verzeild geraakt maar nu had ze al een heelen tijd gere den en steeds sprak majoor Lamont over

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 5