tjïttcïule &eeuttr0cfye HIDDELBURGSCHE COURIMT (&GOESCHE COURANT) Een waardige toespraak van Chamberlain. België neutraal. Minister Colijn spreekt hedenavond voor de radio. De toestand isuitermate critiek. De andere stijl. Om Tsjechosiovakije zonder meer kan Engeland niet gaan vechten. Er zouden hoogere be langen op het spel moeten staan, Onze Minister-President, dr, H. Colijn, zal hedenavond om half negen over de drie zenders een radiorede houden. De Britsche vloot ge mobiliseerd. Troepenvervoer te Berlijn Hongarije mobiliseert. Roosevelt stelt een inter nationale conferentie voor Dagblad. Uitg. N.V. DeMiddelburgsche Crt. Bureaux: te MIDDELBURG: St. Pieterstr.28, Telefoon Redactie 269, Administratie 139; te GOESTurfkade Tel. 17. Postgiro 43255. Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes f 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week abonnementen in Middelburg en Goes 18 ct. NUMMER 228. TWEE BLADEN. WOENSDAG 28 SEPT. 1988. EERSTE BLAD. 181e JAABG. Advertentiën 30 ct per regel, ingezonden mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager. Tarief op aanvraag. Familieberichten en dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine Advertenties", max. 6 regels, 75 cent, bij vooruitbetaling. ^Brieven, of adres bureau v. d. blad" 10 ct extra. Bewijsnummers 5 cf„ keers- 3, spr. >pen J. G. Joris N.R.V. ideelh. eens Hotel Aan- gMpij. Joris >nderl. d van ïazaar Joris. Gisteren waren wij genoodzaakt bitteren commentaar te leveren op de uitbarstingen van anti-democratische bezetenheid, welke de aanvoerder van het tegenwoordige Duit- sche Rijk de geheele wereld in het gelaat meende te moeten slingeren. Vandaag staan ons stukken ter beschik king van geheel anderen stijl, niet alle drie uit het tegenovergestelde kamp: het eene is nl. ook afkomstig van, draagt althans de onderteekening van den heer Adolf Hitler. Het is het antwoordtelegram van Hitier op Roosevelt's boodschap, het zijn de redevoe ringen van Chamberlain en Spaak en alle drie, dus Hitler's telegram inbegrepen, zijn ze in den stijl, waarin fatsoenlijke lieden met elkander plegen te spreken. Weliswaar zal buiten Duitschland wel niemand de hierin voorkomende Hitlersche stelling, nl., dat de verantwoordelijkheid voor het mogelijke uitbreken van den oor logsbrand enkel en alleen op het hoofd van den heev Benesj geladen moet worden, aan vaarden. Veeleer zal ieder nuchter en rede lijk denkend mensch toch zeggen: „Gij hebt alles gekregen, wat gij in steeds meer- eischenden vorm hebt verlangd; het staat door Frankrijk en Engeland gegarandeerd vast, dat gij het in alle redelijkheid zult krijgen; wanneer gij nu met de vuist op tafel slaat en buldert: „en nu zal ik het ook nog voor a.s. Zaterdag kant en klaar thuis geleverd krijgen, of ik sla erop!", dat dan de schuld van dat slaan toch zeer zeker geheel en al en uitsluitend valt op het hoofd van dengene, die dreigt, de vuist opheft en den eersten stoot geeft. De andere twee zeer belangrijke docu menten zijn de redevoeringen van den no- belen, doch klaarblijkelijk vermoeiden en bijna wanhopigen staatsman Neville Cham berlain en de rede, waarmede de sym pathieke Belgische socialistische Eerste Mi nister Spaak zich gisterenavond tot de we reld en tot hun volk richtten. Welk een ontzettende tragiek, welk een fijnbesehaafde, ingehouden en beheerschte toon, welk een vastbeslotenheid ook indien het werkelijk om onze hoogste cultuurgoe deren zou gaan, sprak er uit de rede van den man, die inderdaad in alle bescheiden heid mocht zeggen voor het oor der geheele wereld: „Ik heb alles gedaan tot behoud van den vrede in Europa wat één man ook maar kan doen". Welk een volkomen ge brek aan aggressiviteit sprak er uit zijn realistische verklaring, dat het Britsche wereldrijk zich niet in zijn geheel in den strijd kon en mocht werpen, wanneer het alleen maar ging om de belangen van een klein, voor Groot-Brittannië bijkans onbe kend volkje in Midden-Europa. Maar ook en vooral: welk een vastbeslotenheid, wan neer het niet om deze locale belangen, maar om de groote beginselen van volkenrecht en volkenredelijkheid zoude gaan! Dan, zoo sprak Chamberlain, moet weerstand gebo den worden. En een half uur daarna, nadat zoo on geveer alle Europeesche zenders vertalin gen van Chamberlain's rede in allerhande talen hadden uitgezaaid (ook veelvuldig in het Duitsch) klonk de sonore stem van den Eersten Minister van ons Zuidelijke broe dervolk door de radio, sprekende tot al zijn Belgische landgenooten. En zeggende, zoo duidelijk als men het maar verlangen mocht, dus zonder een uitzondering in Z.W. richting te maken: „Het Belgische volk wil niet andermaal het slagveld van Europa worden", onder leiding van zijn door heel het volk zoozeer beminden koning is het vast besloten, steunende op zijn prachtig leger, ditmaal België's neutrali teit tegen iederen aanval te verdedigen, en aan geen der belligeranten doortocht te verleenen. Met deze, in zoo „Schicksal schwere Stun- de" afgelegde, ondubbelzinnige zelfstandig heidsverklaring kan België zichzelve geluk- wenschen en inmiddels mag men aanne men, dat dit ook voor Nederland niet van belang ontbloot zal zijn. Het komt ons voor, dat Nederland en België tezamen onafhan kelijk en neutraal te gereeder door een aan valler, van welken kant hij ook moge ko men geëerbiedigd zullen worden. Maar de hoofdzaak, voor wie gisteravond naar de radio heeft geluisterd, was, naar ons gevoelen, toch wel het zoo verheugende en diepgaande verschil in stijl tusschen het gebrul van Maandagavond in het Berliner Sportpalast, en de zeker niet minder krach tige of indrukwekkende, beheerschte inge togenheid en gevoelvolle redelijkheid, tot uitdrukking gekomen in de redevoeringen van Chamberlain en Spaak. Wij geven aan dezen laatsten stijl onomwonden de voor keur. Sept.: Gute née. Holly- chten" OPROEP VOOR DEN VREDE. Ds. Mare Boegner, voorzitter van de Fransche Protestantsche Federatie heeft den aartsbisschop van Canterbury in een telegram uitgenoodigd er bij den Paus op ami te dringen, dat onverwijld namens alle christelijke kerken en met steun van an dere godsdienstgroepen een laatste be roep op Hitier wordt gedaan en hem ge- onaaf™rdt een rec'elijken tijd te laten, me t ge'an(t en Frankrijk de vreedza- TsieXU! oerlegging' van de beloften der zekerenS ovaakscIle regeering kunnen ver- UiflrS^^ELEN IN BELGIë. leden der regeIrm^K- g te 16 uur zijn de Merlot, m&f®gekrn' ken en gezondheid en kmnenlandsche za- van economische zaken minister landbouw, hebben gesprS en stelling van een burlau ^ravT-i, ■m" en burgerlijke hulpverleend nJSf™-g dat dit bureau van heden af m t1S' treedt. In werking Rijk in een corlcg ia slcrten voor haar re kening. „Als wij zouden moeten vechten, zou het moeten zijn voor een ruimer inzet. Ik, voor mij, ben een man des vredes tot in het diepste van mijn ziel. Een conflict tus schen naties is een nachtmerrie voor mij, maar als ik er van overtuigd zou zijn, dat eenigerlei natie besloten had de we reld te regeeren door middel van vrees voor haar kracht, zou ik beseffen, dat zulks weerstaan moest worden. Onder zulk een overheersching zou het bestaan van een volk, dat gelooft in vrijheid, niet het leven waard zijn. ,Maar oorlog is een vreeseïijk iets en het moet ons heel goed duidelijk zijn, voor wij er toe overgaan, dat er werkelijk groo te dingen op het spel staan en dat het be roep om alles te riskeeren in de verdedi ging daarvan, als alle consequenties over wogen worden, onweerstaanbaar is. Voor het oogenblik verzoek ik u zoo kalm als gij kunt de gebeurtenissen van de paar volgende dagen af te wachten. „Zoolang de oorlog niet begonnen is, is er "altijd hoop, dat hij voorkomen kan wor den en gij weet, dat ik zal waken voor den vrede tot het laatste oogenblik." De Engelsche minister-president Cham berlain heeft gisteravond een radio-toe spraak tot het Engelsche volk gehouden, waarin hij onomwonden maar waardig den somberen toestand schetste, waarin ons werelddeel zich op het oogenblik bevindt. Hij deelde mee, dat hij vandaag in het parlement een volledige uiteenzetting zal geven van de gebeurtenissen, welke geleid hebben tot den huidigen benarden, kritie ken toestand. Een vr.oegere verklaring zou niet mogelijk geweest zijn, „toen ik heen en weer vloog over Europa en dé omstan digheden van uur tot uur veranderd. Van daag is er een kort oogenblik van kalmte en ik wil nu een paar woorden zeggen tot de jonge mannen en vrouwen van Enge land en het Rijk en misschien tot anderen evengoed. „Ik moet eerst iets zeggen tot hen, die geschreven hebben aan mijn vrouw of mij zelf deze weken om ons te getuigen van hun dankbaarheid voor mijn pogingen en ons te verzekeren van hun dankbaarheid voor mijn succes. De meeste dezer brieven kwamen van vrouwen, moeders of zusters van onze eigen landgenooten, maar er zijn er talloozen andere bij uit Frankrijk, Bel gië, Italië, zelfs uit Duitschland. Het was hartverscheurend te lezen van de groeien de ongerustheid, welke zij onthullen en van de intense opluchting toen zij te spoedig dachten, dat het gevaar van oorlog voorbij was." Chamberlain ging voort: „Op dit oogen blik zie ik verder niets, dat ik nuttigerwijs zou kunnen doen op den weg van bemid deling." Met merkbare ontroering vervolgde Chamberlain: „Hoe verschrikkelijk, hoe fantastisch ongelooflijk is het, dat wij loopgraven aanleggen en gasmaskers pas sen om een twist in een verafgelegen land tusschen menschen van wie wij niets afwe ten. Het lijkt schier onmogelijk, dat een twist, welke reeds in beginsel is geregeld, het onderwerp van een oorlog zou worden. Ik kan wèl~de redenen begrijpen waarom de Tsjeehoslovaaksche regeering zich niet in staat aciitte de voorwaarden te aanvaar den, welke haar zijn voorgelegd in hei Duitsche memorandum. Ik heb na mijn bespreidngên het gevoel, dat het mogelijk zou zijn als ons slechts tijd werd gelaten om regelingen te treffen. „Gij weet alreeds, dat ik alles gedaan heb, wat één man doen kan om dezen twist te beslechten. Na mijn bezoeken aan Duitschland besef ik levendig, hoezeer Hit- Ier voelt, dat hij als kampioen voor de zaak der Duitschers, aan wier grieven tot dusver niet tegemoet is gekomen, moet optieden. Hij heeft mij particulier gezegd en het gisteravond in het openbaar her haald, dal de regeling van de Sudeten- Duitsche kwestie het einde zou zijn van Duitschlands territoriale eischen in Euro pa. Na mijn eerste bezoek te Berchtesgaden deed ik mededeeling van de voorstellen aan de Tsjechische regeering, welke in wezen gaven, van wat hij wenschte en ik was volkomen verrast toen ik in Duitschland terugkeerde, dat hij er op stond, dat het gebied onmiddellijk zou worden afgedragen en onmiddellijk bezet door Duitsche troe pen, zonder dat vooraf regelingen waren getroffen ter beveiliging van de menschen in het gebied, die geen Duitschers zijn en niet bij het Duitsche Rijk wenschen te ko men. „Ik moet zeggen, dat ik deze houding onredelijk vind. Voor het geval dit mocht voortvloeien uit eenigen twijfel, welken Hitier koestert nopens de bedoelingen van de Tsjeehoslovaaksche regeering om haar beloften na te komen en het gebied af te staan, bood ik uit naam van de Brit sche regeering een waarborg aan voor haar woorden en ik ben er van overtuigd, dat de waarde van onze belofte nergens onder schat kan worden. „Ik zal de hoop op een vreedzame op lossing, noch mijn pogingen voor den vre de opgeven, zoolang er eenige kans op vrede overblijft. Ik zou niet aarzelen zelfs een derde bezoek aan Hitier te brengen, als ik dacht, dat het eenig goeds zou uit richten, doch op dit oogenblik, zie ik verder niets, dat ik nuttigerwijs doen kan op den weg van bemiddeling." „Intusschen zijn er zekere dingen, welke wij in eigen land kunnen en moeten doen. Chamberlain zete daarop uiteen, dat er nog altijd vrijwilligers noodig zijn voor voorzorgsmaatregelen tegen luchtaanval len, brandweren, politiediensten en terri toriale eenheden en hij' vroeg mannen en vrouwen gelijkelijk hun diensten aan te bieden. Chamberlain vervolgde: „Wees niet ont daan, als gij verneemt, dat er mannen zijn opgeroepen om de verdedigingswerken te gen luchtaanvallen of schepen te beman nen. Dit zijn slechts voorzorgsmaatregelen, gelijk een regeering in tijden als deze moet nemen, maar zij behoeven niet noodzake lijkerwijs te beteekenen, dat wij tot een oorlog hebben besloten, of dat de oorlog onmiddellijk voor de deur staat. „Hoezeer wij ook sympathie moeten koesteren voor een kleine natie, welke be dreigd wordt door een grooten, machtigen nabuur, wij kunnen onder geen omstandig heden op ons nemen het heele Britsche De Belgische minister van buitenlandsche zaken Spaak, heeft gisteravond een radio rede gehouden, waarin hij o.m. het volgen de zeide: Donkere wolken hebben zich aan den Europeeschen hemel samengepakt. De men schen van 1914 maken opnieuw de uren door, die zij meenden voor altijd te hebben kunnen vergeten. President Roosevelt heeft een prachtige boodschap van vrede en verzoening de we reld ingezonden. De 8 millioen Belgen scha ren zich bij de 130 millioen Amerikanen. Hoe rechtvaardiger een zaak is, hoe min der geweld noodig is om haar te doen ze gevieren. Laten zij, die op dit uur het lot van hun volk en van de geheele mensch- heid in de hand hebben, zich door deze ge dachte laten leiden. Laten zij een laatste poging doen, den vrede te redden. De ge heele wereld zal aan hun zijde staan. In deze weken van ernstige internati onale spanning, heeft België zich steeds aan zijn onafhankelijkheidspolitiek gehouden en deze versterkt. Thans richten de Belgen dankbaar den blik naar den Koning, die twee jaar geleden duidelijk den weg heeft gewezen, die gevolgd diende te worden. De Belgische regeeringen, die elkaar sedert dien zijn opgevolgd, hebben alle een realis tische en tegelijkertijd eerlijke buitenland sche politiek gevoerd. Zij hebben gewild, dat België in West-Europa zijn traditi- oneele en vreedzame rol speelt. Al haar pogingen zijn erop gericht ge weest, dat ons grondgebied niet nogmaals het slagveld van Europa wordt. Hiervoor is het noodig, dat wij onafhankelijk en sterk zijn. Dit zijn wij thans. Onze groote naburen hebben onze poli tiek begrepen en haar goedgekeurd. Alle in lichtingen, die wij den laatsten tijd ontvan gen hebben stellen ons in staat, te zeggen, dat de verplichtingen, die zij op zich geno men hebben, zullen worden nagekomen. Van onzen kant zijn wij vastbesloten ons grondgebied tegen iederen aanval te verde digen en niet toe te staan, dat het een doorgangsweg wordt. Ons prachtig leger is op het oogenblik werkelijk het bolwerk van onze onafhankelijkheid, zoowel als onze vredeskans. Minister Spaak besloot met het volk tot eenheid aan te sporen en de overtuiging uit te spreken, dat België deze moeilijke uren goed door zal komen. TOKIO VERWONDERD OVER BERLIJN! De gerustheid, die in Japansche kringen ten aanzien van de Europeesche crisis heeft geheerscht, schijnt aldus Havas, de jongste 24 uur aan het wankelen te zijn gebracht. De commentaren in politieke kringen en in de hoofdartikelen der Japansche bladen, alsmede de zwakke houding van de beurs te Tokio, laten een zekere ongerustheid doorschemeren. Japan begint er aan te twijfelen, of een Europeesch conflict, zoo het thans mocht uitbreken, wel voordeelig voor dit land zou zijn; men vreest een sterke verminde ring van den invoer van oorlogsmateriaal, alsmede van petroleum, ijzer en staal. In de commentaren van politieke kringen en van de bladen te Tokio komt een zekere verwondering tot uiting over den omvang van de jongste Duitsche eischen. Verscheidene bladen zooals de „Asahi Sjimboen" en de „Sjoegai Sjogyo" uiten nu hun sympathie voor Tsjechosiovakije, welk land zij kort geleden nog beschuldigd had den een haard van bolsjewisme te zijn. De „Asahi Sjimboen" verwondert er zich over, dat de crisis voortduurt hoewel het principe van de afscheiding van het Sude- tenland reeds algemeen is aanvaard. Het blad eindigt aldus: „Wij gelooven niet, dat de meeningsverschillen over de methode van overdracht een voldoende reden kun nen zjjn om een nieuwen Europeeschen oor log te ontketenen." Het ziet er helaas naar uit, dat niets meer zal kunnen beletten, dat Duitschland geweld jegens Tsjechosiovakije gaat gebrui ken. De pogingen, welke sir Horace Wilson, de bijzondere boodschapper der Engelsche regeering, gisteren te Berlijn heeft gedaan, om alsnog concessies van Hitier los te krij gen, moeten zijn mislukt. Gisteravond is hij, naar Reuter meldt, met leege handen te Londen teruggekeerd. Uit de Engelsche hoofdstad werd van ochtend gemeld, dat men daar de dag van heden reeds met groote bezorgdheid tege moet zag. Zulks o.a. in verband met ge ruchten, dat Duitschland vandaag nog zou gaan mobiliseeren, indien om 2 uur vanmid dag de Tsjeehoslovaaksche regeering het ultimatum van Hitier niet zou hebben aan vaard. Uiteraard zou zulk een mobilisatie niet beteekenen, dat het Duitsche leger on- middelijk dus nog voor 1 October Tsjechosiovakije gaat aanvallen, doch als ze eenmaal heeft plaats gehad, is een ontke tening van een catastrofe vermoedelijk niet meer te voorkomen. Hoe critiek de toestand is, blijkt uit het feit, dat de Engelsche admiraliteit gister avond laat besloten heeft de vloot te mo biliseeren. In de verklaring van de admiraliteit wordt gezegd, dat tot de vlootmobilisatie zuiver bij wijze van voorzorgsmaatregel is bèsloten, waarop dan instructies volgen, die hedenochtend ter algemeene kennis zijn ge bracht. Uit de door de admiraliteit gegeven bij zonderheden blijkt, dat het geen totale mo bilisatie is, daar een aantal reservisten nog niet wordt opgeroepen. Echter is de reserve der klasse B of de koninklijke vlootreserve, die thans moet opkomen, veel belangrijker dan de koninklijke marine reserve, die pas in het uiterste geval en als aanvulling wordt opgeroepen. Havas meldt uit Berlijn: Talrijk gemotoriseerde militaire afdeelin- gen zijn gisteren en vandaag door Berlijn getrokken. Zij trokken langs de hoofdstra ten, de Charlottenburger Strase en de Wil- helmstrasse van het Westen naar het Zuid westen. Het voorbijtrekken duurde uren. Bezorgdheid onder het Duitsche volk. Nader meldt Havas: Gedurende meer dan vijf uur zijn giste ren gemotoriseerde troepen van alle wa pens door Berlijn getrokken. De soldaten droegen noch op de kraag, noch op de pet een nummer. Ook de nummers van de auto's waren bedekt. De talrijke menigte op de trottoirs sloeg dit ononderbroken voorbijtrekken der oorlogsmachines zonder geestdrift en zelfs met ongerustheid gade. Onder de bevolking neemt de bezorgdheid van uur tot uur toe, en de aankondiging van een rede, die Goebbels hedenavond in den Lustgarten zal houden, op dezelfde plaats waar in 1914 een soortgelijke betoo ging in tegenwoordigheid van den Keizer werd gehouden, draagt er niet toe bij, deze bezorgdheid weg te nemen. Reuter meldt uit Belgrado: Hongarije is begonnen te mobiliseeren. Er speelden zich dezelfde tooneelen af als in Tsjechosiovakije, doch op veel kleiner schaal, terwijl elke geestdrift ontbrak. Ook militairen in Italië opgeroepen. Havas meldt uit Rome: Ofschoon in Italië officieel nog geen en kele maatregel van militairen aard is geno men, zijn talrijke officieren en specialisten individueel opgeroepen. Voorts hebben de banken order gekregen, geen buitenlandsche deviezen meer te le veren. Zes lichtingen in België onder de wapenen. Ten aanzien van de militaire voorzorgs maatregelen in België schrijft de „Dernière Heure" dat thans zes lichtingen, ieder van ongeveer 45.000 man, dus in totaal 270.000 man onder de wapenen zijn geroepen. Van deze lichtingen bevonden zich reeds 20.000 man onder de wapenen, zoodat 250.000 spe ciaal zijn opgeroepen. De Engelsche Arbeiderspartij richt boodschap tot het Duitsche volk. De nationale raad der Engelsche Arbei derspartij heeft besloten, een boodschap tot het Duitsche volk te richten, waarin dit wordt gevraagd, al zijn invloed aan te wen den om de Duitsche regeering ervan te weerhouden „Europa nogmaals in de gru welen van een massale slachtpartij te stor ten" om zaken, die zeer goed op vreedzame wijze kunnen worden geregeld. President Roosevelt heeft opnieuw een beroep gedaan op Hitler ten gunste van den vrede. Hij stelt het houden van een internationale conferentie voor tot regeling van de geschillen in Europa. Roosevelt heeft zijn tweede telegram aan Hitier vannacht te drie uur verzonden. Het besluit daartoe werd genomen na een be spreking tusschen den president en ambte naren van buitenlandsche zaken. In zijn boodschap doet de president een beroep op Hitier, om de onderhandelingen tot eiken prijs voort te zetten en stelt hij het onmid dellijk bijeenkomen voor van de mogendhe den die een direct belang hebben bij het Tsjeehoslovaaksche vraagstuk. Hij ver klaart: „Het lot van de wereld van heden en morgen staat op het spel". Het Amerikaansche kabinet heeft zich gisteravond bezig gehouden met het bestu- deeren van de houding der Vereenigde Sta ten ingeval van een conflict. Men heeft de ze houding bezien in het licht der bestaande wetgeving, de Johnson-wet en de neutrali- teitswet. Het is duidelijk, dat de president de neutraliteitswet eigenlijk niet zal kun nen negeeren. Niettemin is het boven eiken twijfel verheven, gezien de gevoelens van den president en de meerderheid zijner om geving, dat men alle middelen heeft bestu deerd om de democratieën een zoo groot mogelijken steun te verleenen. De tekst van den oproep. De tekst van Roosevelt's tweeden oproep tot Hitier luidt als volgt. „Ik stel er prijs op U in kennis te stellen van de ontvangst van het antwoord van Uwe Excellentie op mijn telegram van 26 September. (In dit antwoord geeft Hitier zijn bekende opvattingen inzake het Sude- ten-Duitsche probleem en schuift hij alle schuld op Benesj. Red.) Ik was er ze ker van, dat gij mijn meening aangaande de onoverzienbare gevolgen en het onbereken bare onheil voor de geheele wereld, indien een Europeesche oorlog zou uitbreken, zoudt deelen. Het gaat er thans niet om te weten, of in het verleden vergissingen of onrechtvaardigheden begaan zijn. Wat thans op het spel staat, is het lot van de wereld, zoowel dat van heden als dat van morgen. De wereld vraagt ons, leiders van naties, onze hooge functie, die daarin bestaat, dat wij de volken tot welvaart brengen zonder hun daarvoor de verminking en den dood van millioenen burgers op te leggen, te ver vullen. Men heeft in den wereldoorlog den vrede niet kunnen herstellen door zijn toe vlucht tot geweld te nemen. De overwin ning en de nederlaag waren even onvrucht baar. Deze les had de wereld zich ter harte behooren te nemen. Op grond daarvan vooral heb ik op 26 September mijn beroep gedaan op Uwe Excellentie, op den Tsjecho- Slovaakschen president en op de eerste mi nisters van Engeland en Frankrijk. Ik heb er toen op aangedrongen, dat alle geschil len tusschen de Duitsche en de Tsjechische regeering langs vreedzamen weg kunnen en moeten worden geregeld en dat de be dreiging met geweld een algemeenen oor log zou kunnen doen ontstaan. Deze be dreiging is even nutteloos als niet te recht vaardigen. Het is dan ook van het aller grootste belang, dat de onderhandelingen zonder onderbreking worden voortgezet tot een billijke en opbouwende oplossing is verkregen. Mijn meening aangaande deze beide punten is nog versterkt, want verant woordelijke staatslieden hebben officieel verklaard, dat in principe overeenstemming tusschen de regeeringen van Duitschland en Tsjechosiovakije was verkregen, hoewel nog een regeling moest worden getroffen ten aanzien van den tijd, de methode en de bijzonderheden der procedure, welke mee ningsverschillen er ook mogen bestaan en wat. ook de waarde der argumenten mag zijn. Ik zal deze argumenten niet opsom men en behoef dat ook niet te doen. Mijn oproep wilde slechts een voortzetting der onderhandelingen, totdat er een vreedzame regeling in zicht komt, en zoo het aanwen den van geweld wordt vermeden. De huidige onderhandelingen zijn niet on derbroken. Indien U het zegt, kunnen zjj worden voortgezet. Indien het noodig is, ze aan te vullen, zou niets in den weg staan hun doel uit te breiden in een con ferentie van alle landen, weike recht streeks bij dit conflict betrokken zijn. Deze ontmoeting zou kunnen gehouden worden in een of andere neutrale streek van Europa. Zij zou gelegenheid geven deze kwestie en alle daarmee samenhan gende kwesties op te lossen in een geest van rechtvaardigheid en billijkheid en, naar menschelijke berekening, op een meer permanente wijze. Voortzetting der on derhandelingen blijft, naar mijn meening, de eenige methode om het vraagstuk ter stond op hechte basis op te lossen. Indien U in zulk een vreedzame oplossing toe stemt, zullen honderden millioenen men schen over de geheele wereld daar ben ik van overtuigd erkennen, dat dit ge baar van U de in de geschiedenis aan de ge heele menschheid verleende diensten over treft. Sta mij toe jegens U uitdrukking te geven aan mijn nederige meening, dat de geschiedenis, elke man, elke vrouw en elk kind, waarvan het leven in den, dreigenden oorlog verloren zou gaan ons allen ver antwoordelijk zou stellen, indien wij het geringste beroep, dat gedaan wordt om zulk een oorlog te vermijden, zouden ver- waarloozen. De regeering der ''Vereenigde Staten, zoo besluit Roosevelt zijn oproep, heeft geen politieke verplichtingen in Eu ropa en is niet voornemens eenige ver plichting in den loop der huidige onderhan delingen op zich te nemen. Evenwel erken nen wij onze verantwoordelijkheid als we reldburgers. Het geweten en de dringende wensch van het volk in mijn land eischen, dat de stem van zijn regeering zich telkens weer zal verheffen om een oorlog te- voorkomen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 1