KRONIEK van den DAG.
BINNENLAND.
- ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG
25 AUGUSTUS 1938. No. 199.
als-
en
IN GEHEIMEN DIENST.
Extra steun voor den tuinbouw
MIDDELBURG.
De feesten op 6 en 7 September
WALCHEREN.
ZUIDBEVELAND
r—37,
-33,
n 32,
>—48,
.—34,
■prui-
n 14,
Joer-
auwe
8—
18—
—10,
|?.80
1.90,
s per
ten 1
-21,
E.20
:us.
ajs
ge-
tdres
;sten
ikel-
chikt
Wal-
:had!
Zelf-
pcL
per
pd,
Mbg.
ge-
jzen.
ipen,
>rgd.
)urg.
pond
5ter-
oktp
zijn
ater-
en
azijn
foon
le
ge'
sver.
27,
m
it U
r het
dan
ilijk,
laar,
'è-
Hongarije en de
Kleine Entente.
De drie staten der kleine Entente, Tsjecho-
slovakije, Roemenië en Zuidslavië, schijnen
op den weg naar een verbetering van de be
trekkingen met Hongarije. Dat is een be
langrijke Europeesche aangelegenheid; haar
beteekenis strekt zich ver over de buitenste
grenzen der vier landen uit. Men kan dit
het best demonstreeren met een soort van
bewijs, uit het ongerijmde: Als Hongarije er
eens niet was, of als Hongarije een bevredi
gende natie zou zijn, gelijk Tsjechoslovakqe
etc., dan zouden de thans zoo ingewikkelde
problemen van midden-Europa tot een veel
eenvoudiger en handzamer politiek vraag
stuk beperkt gebleven zijn. Dan zou dat
midden-Europa waarschijnlijk een stevig
aaneengesloten conglomeraat van staten
hebben gevormd, mans genoeg, om den
Duitschen „drang naar het zuidoosten" vrij
gemakkelijk te weerstaan. Maar Hongarije
is er; onbevredigd en uitkijkend naar her
stel van onrecht, dit land bij het vredes
verdrag van Trianon aangedaan. Meer dan
de helft van het vroegere Hongaarsche
grondgebied werd aan Tsjechoslovakije,
Roemenië en Zuidslavië toebedeeld. Deze
drie landen herbergen dientengevolge Hon-
gaersche minderheden binnen hun grenzen.
En omdat ze 18 jaar geleden reeds begre
pen, dat het den Hongaren moeilijk zou
vallen in de verminking hunner natie te
berusten, sloten ze het bondgenootschap,
dat Kleine Entente heet, elkaar wederzijd-
sche hulp belovende tegen elke poging tot
herziening der midden-Europeesche gren
zen.
Zoolang Duitschland een zwakke groote
mogendheid was, geboeid door de bepalin
gen van het Verdrag van Versailles, had de
Kleine Entente niet veel te vreezen. Im
mers alleen zou Hongarije, evenzeer ge
boeid, nooit iets tegen de drie bondgenooten
kunnen uitrichten. Dat is echter anders ge
worden van het oogenblik af, dat Duitsch
land zijn boeien verbrak. Hongarije kreeg
nu in het Derde Rijk een machtigen bond
genoot, geheel natuurlijkerwijs. Er is nooit
een pact tusschen de beide landen gesloten,
maar hun belangen liepen en loopen bijna
geheel evenwijdig. Beiden zijn en blijven er
op uit, zich te herstellen van de slagen, hun
door de overwinnaars van 1918 toegebracht.
Bijzonder klemmend is deze gemeenschap
van belangen voor Tsjechoslovakije, dat tus
schen Duitschland en Hongarije in ligt en
zoowel een Duitsche als een Hongaarsche
minderheid bezit. Anders dan Roemenië en
Zuidslavië, heeft dit land zich dus op twee
fronten te verdedigen. Maar het kan nau
welijks twijfel lijden, dat Roemenië en Zuid
slavië voor 't overige weinig minder te vree
zen zouden hebben, indien de bom in mid
den-Europa barstte. Ze zouden dan onmo
gelijk buiten den oorlog kunnen blijven:
localisatie van gewapende conflicten lijkt
uit den tijd.
De zaak zou toch nog betrekkelijk een
voudig en overzichtelijk zijn, indien de be
langen van Duitschland en Hongarije vol
komen evenwijdig liepen. Dat nu is echter
geenszins het geval. Er zijn Hongaren, die
het liefst in bondgenootschap met
Duitschland er maar zoo spoedig moge
lijk op los zouden willen slaan. Maar er zijn
anderen vormend de meerderheid die
vrees koesteren voor het Derde Rijk, een
vrees, welke den laatsten tijd, d.w.z. sinds
de inlijving van Oostenrijk, aanzienlijk is
toegenomen. Zij vertrouwen de Duitschers
niet, achten de onafhankelijkheid van hun
land latent door het Derde Rijk bedreigd
en willen uit dezen hoofde van al te nauwe
vriendschapsbanden met Berlijn niets we
ten.
De buitenlandsche politiek van Hongarije
heefst steeds verschijnselen van gespleten
heid vertoond, welke aan het eigenaardige
dualisme in de betrekkingen met Duitsch
land toegeschreven moeten worden. Welke
van de beide neigingen het tenslotte zal
winnen, is een geheim van de toekomst,
maar men ziet thans de Kleine Entente be
zig, om de Hongaren vriendelijker jegens
haar te stemmen. Roemenië behandelt sinds
eenigen tijd zijn (zeer groote) Hongaarsche
minderheid veel beter, hetgeen Boedapest
alvast een paar maal wist te loven en
zooals gisteren gemeld heeft de z.g. per
manente raad der Kleine Entente in ver
gadering te Bied bijeen besloten om de
bepalingen in het verdrag van Trianon,
welke Hongarije's bewapening aan banden
legden, te helpen liquideeren. Heel lang
zouden deze bepalingen toch niet meer in
stand te houden zijn geweest, maar het is
Historische Avonturenroman.
Door G. P. BAKKER.
68).
Na den opmarsch naar Düben kreeg de
voorhoede van de vereenigde legers voe
ling met de zwervende Kroaten van Tilly.
Toen ze aankwamen kreeg men de bevesti
ging van het bericht, dat Leipzig had ge
capituleerd. Don Felipe's mededeeling 'bleek
dus volkomen juist te zijn geweest.
De vorsten overnachtten in het dorp Wol-
kau. Dien nacht had de koning van Zwe
den een vreemden droom. Hij reed in den
grauwen morgen naast Gustaaf Horn en
vertelde: „Vannacht droomde ik, dat ik
worstelde met een grooten sterken man.
Hij wilde mij op den grond werpen en wor
gen. Met zijn lange vingers greep hij naar
mijn hals, telkens en telkens weer, doch
steeds wist ik hem te ontwijken. Ik vocht
als een razende en eensklaps kreeg ik hem
beet. Ik greep hem bij zijn arm en draaide
dien om met de grootste inspanning. Mijn
spieren waren tot het uiterste gespannen
en het gelukte mij zijn hoofd naar den
grond te buigen. Toen pakte ik hem in den
nek en werd hem de baas. Ik keek hem in
hét gelaat en ik zag dat het Tilly was. Het
zweet stroomde van mijn gezicht toen ik
wakker werd".
„Maar Majesteit", antwoordde Horn.
„Dat is een gunstig voorteeken. Die droom
is zoo duidelijk mogelijk en slechts voor één
uitlegging vatbaar. U zult na een lang en
verwoed gevecht Tilly en het keizerlijke
leger verslaan".
voor Boedapest een voldoening, dat het
anders dan Duitschland en Oostenrijk
als het ware een officieel eerherstel ten ge
schenke ontvangt.
Hoe de zaak zich nu verder zal ontwik
kelen, moet worden afgewacht. Voor vriend-
schappelijker betrekkingen luidt de voor-
loopige eisch der Hongaarsche regeering
thans, dat alle drie landen der Kleine En
tente vooral Tsjechoslovakije hun
Hongaarsche minderheden meer armslag
zullen geven. Het is denkbaar, dat, die
voorwaarde vervuld zijnde, inderdaad een
dragelijke internationale samenleving wordt
geschapen. Maar men moet vrij optimis
tisch zijn, om daarop te hopen. Er zijn zoo
veel factoren, die thans nog maar theore
tisch, opeens groote practische beteekenis
kunnen krijgen. Zoo de mogelijkheid, dat
het nationaal-socialisme in Hongarije ver
der om zich heen grijpt en zich van de
macht meester maakt. De Hongaarsche na
zi's vreezen het Derde Rijk niet. Zij willen
een innig bondgenootschap met Duitsch
land. En de rest vermoedelijk
VEBHOOGING VAN HET STEUN
BEDRAG MET 2 MELLIOEN.
Reeds eenigen tijd wordt door enkele
tuinbouworganisaties een actie gevoerd
tot het verkrijgen van een hooger steun
bedrag voor den tuinbouw, omdat de uit
komsten van het jaar 1938 weer belang
rijk lager dan de verwachtingen zijn. Ver
geleken bij 1937 is er weer een aanzien
lijke achteruitgang, zoowel in inkomsten
als in afzet te constateer en. Vooral nu
de betalingscontingenten voor Duitsch
land in het derde kwartaal weer sterk
zijn verlaagd, heeft de export naar dit
belangrijke achterland geleden.
Naar de N.R.C. uit goed ingelichte bron
verneemt, zal het streven der tuinbouw
organisaties waarschijnlijk met succes be
kroond worden en overweegt de regee
ring ernstig een verhooging van het be
schikbare steunbedrag met 2 millioen gul
den tot een totaal van 12 millioen.
NEDERLANDSCH BANKÏERSCREDIET
AAN FRANKRIJK.
Op de vragen van den heer Rost van
Tonningen (n.s.b.) betreffende een crediet
van 35 millioen gulden verleend door de
firma Mendelssohn en Co. te Amsterdam
aan den Franschen staat, voor den duur
van 1% jaar hebben de ministers van fi
nanciën en van buitenlandsche zaken ge
antwoord
De wissels van het onderhavige crediet
zijn uitgeschreven voor drie maanden, met
het recht voor de Fransche regeering op
vijf verlengingen. De Nederlandsche bank
heeft de wissels, voor de eerste drie maan
den en voor drie verlengingen, in begin
sel discontabel verklaard. Ten aanzien
van de laatste twee verlengingen heeft
de Nederlandsche bank zich algeheele vrij
heid van beslissing voorbehouden.
Tot recht begrip van zaken zij vermeld,
dat .het discontabel verklaren in beginsel
wil zeggen, dat de Nederlandsche bank
het papier, wanneer het haar te eeniger
tijd ter disconteering wordt aangeboden,
niet om in den aard van het papier (afge
zien van de handteekeningen) gelegen
redenen zal afwijzen. Daarmede is dus,
volstrekt niet gezegd, dat de bank het pa
pier te allen tijde en van eiken gegadigde
in disconto zal nemen. Ook ten aanzien
van in beginsel discontabel verklaard pa
pier wordt eerst op het oogenblik, waar
op het papier ter diseonteering wordt
aangeboden, beslist of de bank het neemt.
De omvang van eventueele geldbehoef
ten der Fransche openbare lichamen, voor
zoover voor de onderhavige aangelegen
heid van belang, is een zaak voor de kre-
dietgevende bankiers.
Het feit, dat het in 1937 verleende kre
diet van 150 millioen gulden aan de
Fransche spoorwegen door een Nëtler-
landsch bankiershuis werd verstrekt,
brengt geenszins mede, dat het totaal van
het thans uitstaande bedrag zich nog in
Nederlandsche handen zou bevinden.
Ontkennend wordt geantwoord op de
vraag of de ministers niet van meening
zijn, dat een dergelijke vastlegging van
middelen in Frankrijk indruischt tegen
het belang der Nederlandsche volkshuis
houding en dat de financiering der Fran
sche bewapening met Nederlandsch kapi
taal indruischt tegen de politiek van zelf
standige onzijdigheid van ons land.
„Laat ons dat hopen", sprak Gustaaf
Adolf. En door het Zweedsche leger liep de
mare: „De koning heeft gedroomd, dat hij
Tilly verslagen had". De manschappen be
schouwden het als een gunstig voorteeken
en met groot vertrouwen gingen ze den
strijd tegemoet.
In twee colonnes rukten het Zweedsche en
Saksische leger op. Na een marsch van
anderhalf uur kwamen ze bij Podelwitz
tegenover de keizerlijke stellingen, maar ze
moesten nog over het riviertje de Lober
trekken.
Pappenheim drong er op aan de Zweden
tegemoet te gaan om hen het overtrekken
der Lober te verhinderen. Maar Tilly aar
zelde. Hij anders de man van korte beslui
ten, scheen niets voor aanvallen te gevoe
len en wenschte zich tot verdediging te
bepalen. Nog liever wilde hij een grooten
slag vermijden. Pappenheim echter drong
sterk aan. Het zou een groote fout zijn te
wachten tot de Zweden hun stellingen had
den ingenomen. Beter hen voor dien tijd op
het dak te vallen.
Tenslotte trok Pappenheim met een paar
duizend ruiters naar het riviertje, onder
uitdrukkelijk bevel den vijand tegen te
houden, doch geen slag te beginnen. Maar
de dappere onstuimige Pappenheim stoorde
zich niet aan dit verbod en begon den
strjjd tegen de Zweden.
In een breed front trokken de Zweden
over de Lober. Saxon's ruiters reden in de
voorhoede en waren spoedig in een gevecht
gewikkeld. Edzke hoorde de kogels om zijn
ooren fluiten. Maar de strijd duurde slechts
VEERDIENST TERNEUZEN-
HOEDEKENSKERKE.
Bij het veer Terneuzen-Hoedekenskerke
van den Provincialen Stoombootdienst op
de Westerschelde wordt eerjmaal per dag
gebruik gemaakt van de veerboot „De
Schouwen", welke niet is ingericht voor het
vervoer van automobielen.
Voor den veerdienst Terneuzen-Vlissin-
gen, waarvoor deze boot feitelijk bestemd
is, is dit niet bezwaarlijk, omdat op dit. tra
ject practisch geen auto's worden vervoerd
zoodat het personeel van deze boot daar
mede ook weinig bedreven is.
Bij den dienst Terneuzen-Hoedekenskerke
waar wèl auto's worden overgezet, levert,
tengevolge van de genoemde omstandighe
den, het laden en lossen steeds ernstige be
zwaren op, terwijl dit bovendien niet zon
der gevaar is te achten, omdat het daarbij
ook voorkomt, dat de auto's achteruit rij
dende de boot moeten verlaten.
In verband hiermede heeft de A.N.W.B.
aan Ged. Staten verzocht, te willen bevor
deren, dat aan deze bezwaren zal worden
tegemoet gekomen.
Ons Electriciteitsblad.
Het ons toegezonden no. 62 van „Ons
Electriciteitsblad" orgaan van de N.V.
P.Z.E.M, heeft als eerste artikel „Wij bou
wen", waarin aan de plannen voor den
bouw van het groote kantoorgebouw aan
den Vlissingschen Singel wordt herinnerd.
Dit artikeltje is verlucht met een foto van
het nu verdwenen Poelendale en van het
kantoorgebouw, zooals het zal worden.
Verder lezen wij in het blad wenken over
verschillende electrische toestellen, voor
huishoudelijk gebruik en warmte, ook over
de nieuwste snufjes op het gebied van de
radio, het fotografeeren bij kunstlicht en
eenige belangrijke mededeelingen aan de
hand van duidelijke foto's over „Van kolen
electriciteit".
Gisteravond vergaderde het bestuur van
„Uit het VolkVoor het Volk" voor de
laatste maal met de vertegenwoordigers
van de buurtcommissies in verband met de
feesten voor de herdenking van het veer
tigjarig regeeringsjubileum van H. M.
de Koningin.
De voorzitter, de heer W. de Graaf,
heette in het bijzonder welkom den Com
missaris van politie, den directeur van
gemeentebedrijven, die juist van verlof
terug, reeds bereid was te komen, diens
opzichter en den directeur van gemeente
werken. Deze hoofden van takken van
dienst waren gekomen om zoo noodig in
lichtingen te geven en vragen te beant
woorden. De heer De Graaf heeft ver
volgens het programma zooals het nu de
finitief is vastgesteld en zooals het ver
meld zal zijn in het uitvoerig gedrukte
boekje, dat binnen een paar dagen ver
krijgbaar zal worden gesteld, wordt op
genomen.
Terwijl wij voor bijzonderheden over
routes, deelnemende personen en groepen
van den optocht etc. naar dat programma
verwijzen willen wij in het kort vermel
den, hoe de dagen zijn verdeeld.
Op Dinsdag 6 September, den nationalen
feestdag dus en den datum van de inhul
diging van Koningin Wilhelmina in 1898
te Amsterdam, zullen om 7 uur de- ver
schillende klokken het feest openen.
Te 8 uur vertrekken de drie Middel-
burgsche muziekkorpsen, die het feest op
luisteren van hun repetitielokalen voor
een reveille. Het is de bedoeling, dat de
buurtcommissies en de kinderen uit de
buurten zich daarbij aansluiten en dat
wel het liefst bij dat korps, dat door hun
buurt zal komen.
Het bestuur hoopt, dat de kinderen alle
een vlaggetje zullen mede dragen,, of
wat nog beter zal zijn een stok met ver
siering van wapens, groen, linten enz. De
heer Mazure zal gaarne daarover inlichtin
gen geven en heeft zich trouwens ter za
ke reeds met de scholen verstaan.
Het is zoo geregeld, dat ieder' der reveil
les voor 9 uur op de Markt is en plaats
nemen achter de 1400 leden der jeugd
verenigingen, die zich daar intusschen
hebben opgesteld.
Als namens het gemeentebestuur de ge-
meentevlag aan de twee dames en twee
heeren, die er mede naar Amsterdam
gaan, is overhandigd en deze deputatie
in den auto de Markt heeft verlaten,
vormt zich een stoet van het Middel-
burgsch Muziekkorps, het bestuur van
kort. De Zweden met hun tienvoudige over
macht wierpen de Pappenheimers terug en
Pappenheim trok af. Om de Zweden op te
houden stak hij het dorp Podelwitz in
brand.
„Dat zal noch ons, noch de Saksen be
letten voorwaarts te trekken", oordeelde
Melchior.
„Heb je op Edzke gelet in het gevecht?"
vroeg de man van Werben aan Melchior.
„Ja, hij bleef koelbloedig toen de kogels
rechts en links om hem heen vlogen", prees
zijn majoor.
„Hij stond vast als een rots", bevestigde
de adjudant.
„Betwijfel je dat?" vroeg Melchior. „Een
leerling van mij."
Toen Edzke zich bij hen voegde zei de
majoor: „Edzke, je heb den strijd dapper
doorstaan en goed gevochten", en ze reik
ten hem de hand.
„Niet zoo stijf", riep Edzke, want majoor
Melchior was van het hoofd tot de voeten
in een harnas gestoken evenals de keizer
lijke kurassiers. Hij droeg een helm met
neergeslagen vizier en wapperende pluim,
een ijzeren halskraag, ijzeren kniestukken
en handschoenen, met leer gevuld.
Hij zat op een groot zadel tusschen twee
kussens, een overblijsel uit den tijd der
lansen en der tournooien, maar aan zijn
zadel hing behalve een koppel groote rui
terpistolen, een lange leeren koker. De
man van Werben droeg eveneens een har
nas en een helm met een kostbare groene
pluim, aan zijn zijde hing een groote twee-
hander, zooals alleen mannen met groote
Uit het VolkVoor het Volk en de buurt
commissies en marcheert men naar den
Dam voor het leggen van een krans aan
den voet van het monument, het symbool
van Zeeland's liefde voor Oranje.
In* den loop van den morgen zullen de
patiënten in het Gasthuis en de ouden van
dagen in de gestichten op het Noordbol-
werk en de Heerengracht op muziek wor
den vergast, terwijl voor heel de stad het
carillon zal worden bespeeld. Te een uu.i
gaat de groote historische optocht weg
van het Molenwater en eindigt tegen 3
uur op de Markt, waarvoor de deelnemers
terrein vrij gehouden wordt om de nu
volgende uitvoering van de Kleppermarsch
te kunnen bijwonen.
De 9 muziekkorpsen en 2500 klepperen
den, die medewerken komen van af de
Balans en de Groenmarkt door Wage-
naarstraat en Noordstraat naar de Marlu
om den marsch voor de eerste maal ten
gehoore te brengen.
Zaterdag te 2 uur en Dinsdagavond 7
uur wordt weer gerepeteerd op de Groen
markt en Zaterdag 3 September heeft
een algemeene repetitie plaats op het
Sportterrein.
Van de Markt gaan alle deelnemers
door de Noordstraat naar het Molenwa
ter, waar het Middelburgsch Muziekkorps
en Eendracht maakt Macht uit Seroos-
kerke kransen neerleggen bij het borst
beeld van wijlen den heer Jan Morks,
den componist van de Kleppermarsch en
hun beider oud-directeur. Dan wordt op
het plein, en niet op den Dam zooals
het eerste plan was de Kleppermarsch
ten tweede male uitgevoerd.
Eendracht maakt Macht concertreerï.
dan in de tent op het Molenwater en an
dere korpsen van buiten op verschillende
andere daarvoor geschikte plaatsen.
Des avonds wordt de optocht herhaald,
waarna op de Markt een concert plaats
heeft van Oefening na den Arbeid, dat
ook voor opgaat bij het gaan naar de
Loskade. Als daar het vuurwerk is afge
stoken, is het Crescendo, dat het bestuur
naar de Markt begeleid.
Dit korps speelt dan nog in de tent tot
12 uur. o
Woensdag 7 September is het alleen des
avonds feest.
Dan zal tegen acht uur de Markt weer de
verzamelplaats zijn voor de leden van de
jeugdvereenigingen en zal de deputatie, die
naar Amsterdam is geweest, van het sta
tion worden afgehaald, om voor het stad
huis de vlag weder aan het gemeentebe
stuur over te dragen.
Een concert zal de menschen nog lang
bijeen houden.
Naast dit algemeene feest zijn er natuur
lijk de versieringen en verlichtingen van
verschillende buurten en het bestuur hoopt,
dat de verlichtingen des Maandags, Dins
dags en Woensdags zullen worden ontsto
ken, wat temeer mogelijk zal kunnen zijn
als verlaging van stroomprijs mogelijk
blijkt, waarvan de directeur der bedrijven
overweging toezegde.
In den loop der besprekingen bleek dat
een buurt nog niet was opgeschreven voor
stroomverbruik en daarom zij nog eens dui
delijk herhaald, dat, als dit nog met andere
het geval mocht zijn, men zich dan onver
wijld met de directie der bedrijven in ver
binding moet stellen.
Ook bleek, dat er nog een buurt was,
die niet stond opgeteekend bij de optocht
commissie; dit kon met onderlinge samen
werking nog in orde worden gebracht, doch
als er nog mochten zijn, die twijfelen, dan
dienen zij dit direct na lezing van dit ver
slag zekerheid terzake te verschaffen.
De heer De Graaf had tijdens de bespre
kingen over den optocht gelegenheid woor
den van dank - te brengen aan de heeren
Pieters, Tavenier Jr., Blaauw en De Muijnck,
die belangeloos het bestuur te hulp zijn
gekomen voor de samenstelling van den
optocht.
Spr. wees ook op de resultaten van de
busjesactie, nadat de heer Leijdesdorff me
degedeeld had, dat dit ongeveer 97 zal
zijn en dat er 75 busjes ter beschikking
staan van Uit het Volk.
Spr. zeide, dat het resultaat niet mede-
valt, al is dit geen aanleiding om geen dank
te brengen aan de heeren, die zich voor
deze zaak zooveel opofferingen hebben ge
troost.
Een dubbeltje heeft toch bijna iedereen
toch wel eens te missen. Dat er menschen
zijn, die inplaats van dubbeltjes er halfjes
in wierpen is klein, dat er waren, die het
met knoopen deden, is dun.
Spr. deelde ook nog mede, dat hulp van
het Roode Kruis is verzocht en toegezegd.
Dr. De Boer zal met zijn helpsters en hei
lichaamskracht konden hanteeren. Edzke
daarentegen was gekleed in de moderne
uniform van den Zweedschen „kurassier,
zooals Gustaaf Adolf het pas had voorge
schreven, slechts een kuras en een storm
hoed met een scherpen kam, nieuwe klei
nere gemakkelijker te behandelen pistolen
en een kromme sabel. Hij was daardoor
veel vlugger in zijn bewegingen en wan
neer hij van zijn paard sprong kon hij even
goed te voet vechten, wat voor de anderen
bijna ondoenlijk was.
Ze kwamen nu tusschen Wolkau en Leip
zig aan een boschlooze vlakte, die een uit
stekende gelegenheid bood de legers op te
stellen. De keizerlijken wachtten hen op in
volle bataille en stonden gereed den toe
gang naar Leipzig te versperren. De voor
hoede kreeg het eerst Tilly in het gezicht,
die zjn artillerie opgesteld had op een la
gen heuvel. De twee colonnes scheidden
zich om zich op te stellen, maar het duurde
een paar uren voor het Saksische en
Zweedsche leger hun gevechtsstellingen
hadden ingenomen. Tot hun verbazing deed
Tilly geen poging hen dat te verhinderen.
Hij had zijn positie, uitgezocht en goed be
rekend.
De regimenten van Saxon hadden spoe
dig hun plek gevonden. Melchior opende
zijn leeren koker en haalde er een langen
verrekijker uit. „Een geschenk van den
generaal", legde hij uit, „een Nederland
sche uitvinding." Hij keek door den kijker
en riep eensklaps: „Edzke. Kijk, kijk. Als
dat geen geluk voorspelt, weet ik het niet
meer. Kijk, daar een witte duif en zij vliegt
pers den optocht volgen en men weet dus
bij eventueele ongevallen, dat er hulp aan
wezig is.
De heer De Graaf heeft aan het einde
der vergadering nog eens met klem aan--
gedrongen mede te werken, dat op de feest
dagen aan ieder huis een vlag wappert en
niemand zich zonder oranje op straat ver
toont. Als er opmerkingen zijn, dan be
denke men, dat men het niet ieder naar den
zin kan maken en dat alles toch gedaan
wordt ter eere van onze geliefde Koningin.
Een kleine wanklank hoorden wij, en wel,
dat het nu vrij zeker is, dat men tekort
zal komen. De kas van Uit het Volk zal
moeten bijspringen, maar de voorzitter
vroeg of het goed is, dat deze zoo zachtjes
aan geheel wegteert.
KONINGINNE VERJAARDAG.
Enkele malen is ons reeds de vraag ge
steld of er op 31 Augustus te Middelburg
niets te doen is. Wij kunnen de vragers
gerust stellen. Het Middelburgsch Muziek
korps geeft dien avond een concert op de
Markt en daarna houdt het een fakkel
optocht uitgaande van Uit het Volk, waar
van wij begin volgende week de route zul
len vermelden.
Het concert op de Markt en de belichting.
Er was ook gisteravond weer een groote
belangstelling voor belichting en muziek op
de Markt en ook nu was er na ieder num
mer applaus voor wat het Middelburgsch
Muziekkorps bracht.
SOEBURG. Het Koninginnefeest dat al
hier gevierd zou worden in de week van 5-
10 Sept. a.s. is een week verzet en zal nu
plaats hebben van 1417 Sept., een en an
der met het oog op de feesten te Middel
burg en Vlissingen, daar en die een groot
gedeelte der inwoners van Soeburg tot zich
zullen trekken.
Gisteravond werd in café „de Zwaan",
de bazaar, ten bate van het fanfarecorps
„Vlijt en Volharding" geopend door den
eere-voorzitter van het corps, burgemees
ter Stemerding, nadat hij door den voorz.
der bazaarcommissie was verwelkomd. In
zijn openingstoespraak wees spr. er op, dat
zooals de schilderkunst zoekt naar harmo
nie in de kleuren, de muziek zoekt naar
harmonie in klanken, door welk zoeken
vaak een schoon geheel voor oog of oor
verkregen wordt. In de financiën der ver-
eeniging is echter een wanklank te hooren,
nl. een schuld op het vergaderlokaal der
vereeniging welke zoo spoedig mogelijk
moet worden gedelgd. Spr. hoopte dat deze
bazaar hiertoe het middel zou zijn, waarna
hij de bazaar voor geopend verklaarde.
Hierna bracht de zangvereeniging „Soli Deo
Gloria", door het zingen van eenige liede
ren de gewenschte stemming onder de vele
bezoekers, die de zaal geheel vulden.
KRABBENDIJKE. Woensdagavond om
streeks 8 uur had op den Rijksweg even
voorbij het shell-station een vrij ernstig
verkeersongeval plaats. Uit de richting
Kruiningen kwam een personen-auto aan
gereden op het moment dat het 7-jarig
zoontje van den heer Chr. Dees den weg
overstak. Door het krachtdadig remmen
van den chauffeur reed de auto met kracht
tegen een aan den rechterkant van den
weg staande dorschmachine met het gevolg
dat zoowel de auto als machine deerlijk
werd beschadigd. Ook het jongetje werd
even geraakt. Hij liep een paar onbetee-
kenende kwetsuren op.
De burgemeester bijgestaan door den
Rijks- en gemeenteveldwachter werd het
verkeer wegens belemmering van den weg
nader geregeld.
De dorschmachine moest worden opgevij
zeld. Een nader onderzoek wordt door de
politie ingesteld. Naar men verneemt dekt
verzekering de schade.
RILLAND. Woensdagmorgen had de
eerste huwelijksvoltrekking in het nieu
we raadhuis plaats. De gemeente-secreta
ris, de heer J. de Goffau en zijn bruid,
mej. Vos uit Sprang Capelle genoten de
eer als eersten in dit nieuwe gebouw in
den echt te worden verbonden. Er was
buiten zeer veel belangstelling, doch tot
groote teleurstelling van het publiek wer
den de deuren achter den bruidstoet ge
sloten en mocht niemand meer toegelaten
worden. Na de huwelijksvoltrekking ston
den de kinderen der openbare school bij
het huis van den bruidegom opgesteld en
door twee hagen van vlaggetjes, die de
kinderen hoog ophielden, trad het jonge
paar binnen.
aan onze rechter zijde".
„Ja", antwoordde Edzke. „Ik zie haar ook
en zü strijkt neer op een Zweedsch vaan
del".
„En dat zeg je zoo kalm, alsof het niets
bijzonders was, ritmeester. Dat is het ge
lukkigste voorteeken wat een leger ooit
's morgens voor zich gezien heeft. Je hoort
dergelijke dingen wel eens na het winnen
van een slag. Verhaaltjes. Later door een
of ander leugenaar bedacht. Maar dit heb
ben we alle drie gezien en onze ruiters
ook".
„Dat is een feit", zei de man van Wer
ben.
„Dat kan geen water van de zee afwas-
schen", erkende Edzke. „Die duif zit er".
HOOFDSTUK XXXX.
De beide legers stonden den 17den Sep
tember*) tegenover elkaar. De stelling van
Tilly scheen meer op verdediging dan op
een aanval te wijzen. Zijn geschut had hij
op een lagen heuvel opgesteld in het mid
den van zijn linie. Achter zijn rug lag Leip
zig. Het front was naar het Noorden ge
richt.
Majoor Melchior keek door zijn langen
kijker. „De rechtervleugel van Tilly is on
geveer bij Breitenfeld gelegerd onder be
vel van Egon van Fürstenberg met zijn
Italianen. Zijn regimenten, het zijn er min
stens een twaalftal, hebben het voordeel
van zon en wind", zei hij tegen Edzke, die
met den man van Werben naast hem stond.
(Wordt vervolgd).
O Nu 7 September.