KKUNlIill van den DAG.
BINNENLAND.
ZEELAND.
rWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 17 AUGUSTUS 1938. No. 192.
IN GEHEIMEN DIENST.
MIDDELBURG.
VLISSINGEN.
De begrooting 1939.
WALCHEREN.
ZUIDBEVELAND
(Ingez, Med.)
Praug ontwerpt, maar de
Futirer moet liet beslissende
woord uitsprenen.
Het Fransehè persagentschap Havas heeft
byzonderneüen bekend gemaakt van een
ontwerp der Tsjecnoslovaakscne regeering
tot oplossing van het Sudeten-Duitscne pro
bleem. Het is een voorioopig ontwerp: er
zuilen nog wijzigingen in aangebracht kun
nen woraen, maar dan slecnts op onderge-
scmkte punten. Aan de principieele hooid-
iijnen er van kan naar alle waarschijnlyk-
neid niet getornd worden. Want de Tsjecno-
siovaakscne regeernig moet zoover gegaan
zyn ais zy met net oog op de veiligneid van
den staat maar eenigszxns gaan kon.
in net kort komt ae ïnnoud van het ont
werp op net volgende neer: He bevoegdneid
der provinciale oesturen zuilen worden uit-
georeid ten koste van net centrale gezag te
rraag, zoodat deze besturen tal van cui-
tureeie en sociaai-poiitieke aangelegenhe
den zullen kunnen regelen zonder de goed
keuring van dat centrale gezag (de Tsje
cnoslovaakscne regeering dus!, in de plaats
van ue nuiuige provinciale vertegenwoordi
gende vergauernigen komen er provinciale
„lanudagen weike voor wat de gemeden,
waar riiuideriieden wonen in „nationale ax-
deenngen" zuilen worden gesplitst: Bone-
men, waar het meerendeei der Sudeten-
Duitschers gevestigd is, krijgt dus provin
ciale landdagen met een Duitsche en een
Tsjechische afdeeling. De afdeelingen be
komen dan de garantie, dat haar besluiten,
voor zoover betrekking hebbend op de spe
ciale belangen der door haar vertegenwoor
digde volksgroepen, niet ongedaan worden
gemaakt door de landdagen, waarin zij een
minderheid vormen. De eigenlijke provin
ciale „regeeringen" zullen uit den landdag
gekozen worden. Zij zullen bestaan uit le
den der verschillende nationaliteiten voor
de behandeling der vraagstukken, die deze
nationaliteiten aangaan.
Economische, sociale en financiëele
vraagstukken zullen door speciale commis
sies worden behandeld.
Er zullen waarborgen gegeven worden,
die de onderdrukking van een nationaliteit
door een andere onmogelijk maken.
Men krijgt inderdaad den indruk, dat dit
ontwerp der Tsjêehoslovaaksche regeering
voldoende waarborgen bevat, om in den ver
volge elke onderdrukking of zelfs maar
acnteruitzetting van elke minderheid in den
Tsjechoslovaakschen staat te voorkomen.
De bevoegdheden der ontworpen provinci
ale landdagen en hun nationaliteiten-afdee-
lingen" zijn zeer groot. Alleen terzake van
die aangelegenheden, welke den Tsjecho
slovaakschen staat in zijn geheel aangaan,
blijft Praag uiteraard baas.
Het is intusschen zeer de vraag, of de
Sudeten-Duitsche partij bereid zal worden
gevonden het regeeringsvoorstel te aan
vaarden. De eischen, welke Henlein tot dus
ver liet hooren, gaan heel wat verder dan
de principes, weike er in zijn neergelegd.
Hij wenscht volledige autonomie voor de
Sudeten-Duitschers, dat wil eigenlijk zeg
gen, de vorming van een klein Duitsch
staatje in den Tsjechoslovaakschen staat.
Praag kan dien eisch echter onmogelijk in
willigen. Ten eerste zou het dan een be
trekkelijk klein kunstje voor de Sudeten-
Duitschers worden om bij wijze van spre
ken met pak en zak naar het Derde
Rijk over te loopen. Ten tweede wonen de
Sudeten-Duitschers niet aaneengesloten in
een afgerond gebied, doch verspreid tus-
schen de Tsjechen en Slovaken. Op sommige
plaatsen vormen ze een meerderheid van
meer dan 90 elders echter van nauwe
lijks 50 en dan zijn er nog gebieden, waar
ze als een minderheid tusschen Tsjechen en
Slovaken gevestigd zijn. Het spreekt van
zelf, dat Praag er ook voor moet zorgen,
dat de Tsjechische en Slovaaksche minder
heden in Bohemen op haar beurt niet door
een autonoom Sudeten-Duitsch bestuur
worden onderdrukt.
Voor ons gevoel zal het antwoord op de
vraag, of Henlein bereid gevonden wordt,
in te binden, overigens niet door Henlein,
maar door Hitier gegeven worden. Het is
zoo langzamerhand wel heel duidelijk ge
worden, dat Henlein weinig meer dan een
strooman van den Duitschen Führer is. En
dan kan men het vraagstuk zoo stellen:
Hitier moet weten, dat Praag onmogelijk
veel verder kan gaan dan het in het boven
besproken ontwerp gaat. Hij weet ook, dat
Tsjechoslovakije zich niet laat overrompe
len, doch, tot de tanden gewapend, klaar
staat om te vechten. Heeft de Führer er
nu een Europeesehen, of zelfs een nieuwen
Historische Avonturenroman,
Door G. P. BAKKER.
61).
„Ik zocht eenige van mijn vroegere ka
meraden op, vertelde dat ik den krijgsdienst
verlaten had en door een rijk edelman was
aangenomen als chef van een begeleidings
escorte".
„Heeren, een glas wijn", zei Edzke, „met
een stuk worst? Er is nieuwe voorraad".
De jonge baron had vol verbazing ge
luisterd. Hij ging naar zijn nieuwen vriend,
ritmeester De Vries, en Zei:
„Ik begrijp nu, wie jullie zijn, maar ik
zal nooit iets vertellen".
Ze zaten dicht onder een der kleine lan
taarns. Edzke dacht: „wat komt hij mij
bekend voor en toch heb ik hem nooit eer
der ontmoet".
„Maar nu", zei Edzke, „ga ik slapen.
Willem, geef mijnheer een schanslooper".
„Goeden nacht, baron", zei Edzke.
„Noem me Ulrich."
„Zeg tegen mjj maar Edzke". Ze gaven
elkaar de hand.
Edzke wikkelde zich in zijn mantel en
sloot de oogen.
„Waar kan ik dien jongen toch meer ge
zien hebben?" dacht hij. „Een aardige ke
rel". Hü gaapte en viel in een droomloo-
zen slaap, en geen spook verontrustte hem.
's Morgens werd Edzke wakker, doordat
de eerste zonnestralen hem vlak in het ge
zicht schenen.
Hij sprong op, liep naar een der openin
KEURING KOPLAMPEN VAN MOTOR
RIJTUIGEN.
Een belangrijke wijziging.
Door de beschikking van den minister
van waterstaat, d d. 13 Augs. 1938, schrijft
de K.N.A.C., is een zeer belangrijke wijzi
ging gekomen in de voorschriften inzake
de keuring der koplampen van motorrijtui
gen.
Oorspronkelijk was bepaald, dat met in
gang van 1 Jan. 1939 alle koplampen van
een goedgekeurd soort dienden te zijn, ol
dat daarop een door den minister vastge
steld goedkeuringsmerk diende te zijn aan
gebracht.
De genoemde datum is thans gewijzigd
in Januari 1940, zoodat tot dan met onge-
gekeurde lampen mag worden gereden.
Een uitzondering daarop en dit is zeer
belangrijk voor koopers van nieuwe motor
rijtuigen wordt gemaakt voor motorrij
tuigen, die na 31 December 1938 ingevoerd
of hier te lande vervaardigd worden. Voor
deze blijft de bepaling bestaan, dat zij van
goedgekeurde koplampen voorzien moeten
zijn.
Wie dus na 31 December a.s. een nieuw
motorrijtuig koopt, invoert of vervaardigt
heeft zorg te dragen, dat daarop goedge
keurde koplampen zijn gemonteerd. Inmid
dels verdient liet reeds thans aanbeveling
bij den aankoop van een nieuw motorrij
tuig levering van goedgekeurde koplam
pen te eischen.
Momenteel kan de datum van invoer van
een motorrijtuig blijken uit het nationali-
teitsbewijs. Na invoering van de nieuwe
wegenverkeerswet, hetgeen thans ieder
oogenblik verwacht kan worden, krijgt ie
der motorrijtuig een „voertuigenbewijs",
waaruit zijn leeftijd kan blijken.
EEN VERTRAAGDE AANBESTEDING.
Vragen van een Kamerlid.
Het lid der Tweede Kamer, de heer Van
Sleen, heeft aan den minister van water
staat de volgende vragen gesteld:
la. Is het waar, dat de aanbesteding van
het viaduct over de spoorweghaven te Dor
drecht met een dusdanige vertraging heeft
plaats gevonden, dat het bedoelde kunst
werk waarschijnlijk niet vóór Maart 1939
gereed zal zijn?
lb. Wil de minister de juiste data van
aanbesteding en oplevering mededeelen?
2. Zoo vraag la in bevestigenden zin be
antwoord moet worden, is de minister dan
niet van oordeel, dat deze vertraging ten
gevolge zal hebben, dat de nieuwe weg
Moerdijk-Dordrecht, welke aansluiting zal
krijgen op bedoeld viaduct, nog tot aan het
tijdstip van oplevering voor het doorgaand
verkeer van geringe beteekenis zal zijn?
3. Is de minister verder niet van mee
ning, dat een dergelijke vertraging, vooral
ten aanzien van een kunstwerk als dit, het
welk een onmisbare schakel vormt in een
der belangrijkste hoofdverkeerswegen tus
schen België en Nederland, vermeden had
moeten worden?
4. Kan de minister mededeelen, waaraan
deze vertraagde aanbesteding met als ge
volg hernieuwd uitstel van de oplevering
van weg en kunstwerken tusschen Moerdijk
en Zwijndrecht, is te wijten?
5. Wat denkt de minister te doen om in
den vervolge te voorkomen, dat de opleve
ringen van de verschillende deelen van
eenzelfden hoofdverkeersweg met een dus
danig verschil aan tijdruimte als bij bedoel
den weg aan den dag treedt, plaats vinden?
DE STERKE DALING DER GRAAN
PRIJZEN.
Een adres aan den minister.
Het bestuur van de vereeniging „de
Beurs" te Groningen heeft gisteren, in ver
band met de sterke daling der graanprij
zen, aan den minister van economische za
ken, een telegram gezonden, waarin ge
constateerd wordt, dat de handel in gerst
en rogge aan de Groninger beurs de laatste
Dinsdagen vrijwel geheel stagneert, daar
de richtprijzen niet kunnen worden betaald,
wereldoorlog voor over, om de 3 millioen
Sudeten-Duitschers te „bevrijden"? Of kan
hij wachten, hopende, dat in vervolg van
tijd een politieke situatie zal ontstaan, wel
ke hem tot een coup de théatre in staat
stelt, zonder de gewisheid van een ontzet-
tenden krijg? Men is geneigd dit laatste te
onderstellen, althans te hopen. Wellicht zal
men het spoedig weten Want zoo heel lang
kan de huidige onzekere toestand niet meer
voortduren.
gen, waarin eens een venster had gezeten,
klom op den vademdikken muur en bleef
in stille bewondering zitten. Hy voelde een
groote vreugde, toen hij het kabbelende
water van de rivier zag in den nazomerschen
zonneschijn als vloeiend blauw edelmetaal
en aan de oevers de groene grasvlakten,
helder en glanzend als smaragd. Ver, ver
zag hy de rivier zich kronkelen door het
vlakke landschap, tot zij scheen te ver
zinken in een groot meer, waar lucht en
water elkander ontmoetten in een zacht-
blauwe wazige lijn.
Lucht en water en de vroolijke zonne
schijn deden zijn hart jubelen.
„Blauw is het water, blauw is de hemel,
blauw als de oogen van Greta", juichte het
in hem. „En zij is van my. O, wat houd ik
toch veel van dat groote, slanke meisje, 'n
godin onder de vrouwen. Als ik een dich
ter was als generaal Saxon en een zanger
als hy, zou thans mijn stem klinken over
de vlakte tot ginds aan de bergen."
„Hoera!" Hij sprong naar beneden, snelde
naar het bootje, kleedde zich uit en zijn
breede flinke gestalte stond weldra naakt
in de ochtendzon.
Hij sprong in het water en met forsche
slagen zwom hy stroomopwaarts. Even
peilde hij de diepte der rivier en bemerkte
dat hij niet kon staan. Des te beter. Het
hoofd zijwaarts tegen de golven zwom hij
onvermoeid. Dan stroomafwaarts. „Wat
schiet ik nu op", dacht hij. „Het is juist
als bij het schaatsenrijden. Voor den wind
zijn jongens kerels".
Toen hij zich weer gekleed had in het
in verband met de sterke prijsdaling op
internationale graanmarkt. Den minister
wordt dringend verzocht, zoo spoedig mo
gelijk bekend te maken, in welken tijd hij
zich voorstelt maatregelen te treffen, waar
door landbouwers deze richtprijzen betaald
kunnen krijgen, opdat Groninger beurs haar
functie als belangrijkste beurs in ons land,
ter verhandeling van inlandsche granen ten
behoeve van landbouwers en graanhande
laren, zoo spoedig mogelijk kan hervatten.
GEZINSVERVOER DOOR DE LUCHT.
Op een der eerstvolgende dagen heeft
een gezin bestaande uit vader, moeder en
tien kinderen, passage geboekt op het
K.L.M.-vliegtuig, dat het traject Haamste
deRotterdam vliegt. Door de K.L.M. is
voor deze vlucht een stewardess ingedeeld,
die zich gedurende de reis met de zorg
voor de jongste kinderen zal belasten.
Teraardebestelling mr. L. van Andel.
Dinsdagmiddag had op de algemeene be
graafplaats de teraardebestelling plaats van
het stoffelijk overschot van wijlen mr. L.
van Andel, oud-rechter en oud-lid van den
Raad alhier.
Onder de vele belangstellenden, die op
de begraafplaats den stoet afwachtten of
daarin mede kwamen, merkten wij o.a. op
den burgemeester van Middelburg, den heer
M. Fernhout; den voorzitter van den Polder
Walcheren, mr. H. F. Lantsheer de heer
Van Andel is ook eenige jaren commissaris
van den polder geweest den president
van de rechtbank, mr. W. M. G. Jolles; den
substituut-griffier, mr. J. A. E. Rink; den
waarnemenden ambtenaar van het O.M. bij
het kantongerecht, mr. P. van Empel; mr.
J. J. Hey'se, advocaat en procureur. Verder
bestuursleden van de anti-rev. kiesvereeni-
ging, met name de heeren J. F. Heemskerk
en A. D. Littooij en personen die in andere
kerkelijke, politieke, onderwijs of andere
organisaties met den overledene in aanra
king kwamen.
Ook verschillende medebewoners van de
Rotterdamsche kade en vrienden waren
aanwezig om den overledene een laatsten
groet te brengen.
Bij de groeve is alleen het woord gevoerd
door ds. D. B r e m m e r, predikant der Ger.
Kerk, die wees op het onverwachte van dit
heengaan. Men had zoo gehoopt, dat mr.
Van Andel nog eenige jaren in ons midden
zou zijn, maar God heeft het anders gewild.
De overledene laat een ledige plaats ach
ter, niet alleen in het hart van mevrouw
Van Andel, doch ook in den kring van zijn
familie en vrienden. En dan tevens in het
leven van Middelburg in haar geheel, want
gedurende de jaren dat hy hier heeft ge
woond, heeft de overledene zich op velerlei
gebied bewogen. De Heer had hem gezegend
met groote gaven van hart en verstand.
Aan de groote belangstelling is te zien, dat
men mr. Van Andel niet vergeten is. Dit is
echter niet het voornaamste. Het gaat er
om of Christus in ons graf is.
Spr. stond daarna uitvoerig stil by het
geen ook dit graf ons weer te zeggen heeft
en wekte de aanwezigen op dit niet te ver
geten, omdat men niet weet wanneer voor
ons zelf een graf zal moeten worden ge
dolven. Spr. eindigde op verzoek van me
vrouw Van Andel met het lezen van Ro
meinen 8: „Wie zal ons scheiden van de
liefde van Christus?"
Een neef van mr. Van Andel, de heer G.
Broekman, heeft namens mevr. Van Andel,
die ook aanwezig was, en de verdere familie
allen dank gebracht voor het medeleven in
deze moeilijke dagen en voor de belangstel
ling op deze plaats.
Middelburgsche Vacantieschool.
Wanneer, bij goed weer, de Middelburg
sche Vacantieschool Vrijdag voor dit jaar
reeds weer haar laatste uitstapje maakt, is
't de bedoeling, dat alle kinderen tegelijk in
Middelburg aankomen. Dit is mogelijk door
de medewerking zoowel van de zijde der
directie van de Stoomtram Walcheren als
van particulieren, die met dit werk sym-
pathiseeren en daarvoor een wagen be
schikbaar stelden.
Men denkt dan om 7 uur op de Loskade
te arriveeren, waar ook de muziekvereeni-
ging „Cresendo" aanwezig zal zijn. Met die
vereeniging aan het hoofd zal men langs
Stationstraat, Houtkade, Londensche kade,
Nieuwstraat, Korte- en Lange Delft,
Lange Burg, Wal, Koor kerkhof, Ab
bootje, voelde hij grooten honger, maar een
stuk brood met een dikke plak vette ham
en een glas bier (melk hadden ze niet)
had spoedig zijn eetlust gestild.
„Waar zijn de heeren?" vroeg hy aan
Willem, den kok.
„Onder in de gewelven met het jonge
spook".
„Eerst hebben ze naar een hazelaar ge
zocht, overal boomen hier, een bosch vol
boomen en nergens een hazelaar. Maar ten
slotte hebben ze er een gevonden en dokter
Praxiteles sneed een dunne vork".
Edzke vloog weg, dat wilde hij niet mis
sen. „Bonjour Willem" en hij zocht zijn
vrienden.
Hij liep door de ruime gewelven, maar
zag niemand. Eindelijk hoorde hij een stem,
die heel zwaar en hol klonk. „Hier zijn we
nog niet geweest". In een grooten kelder
vond hy den dokter, die, in de hand een
lichte wichelroede, vrij vlug door het ver
trek liep. i,Jonge vriend", vervolgde hij
tegen den baron. „Ik geef niet veel meer
voor de kans. We zijn nu de geheele ruimte
door geweest, door de kelders voor pro
viand en brandstof, de bergplaatsen, de
cellen, de pijnkamer, de wachtlokalen voor
de bezetting. Ik geloof niet, dat we iets
overgeslagen hebben, en ik kan je de ver
zekering geven, dat hier geen schatten
aanwezig zijn. Of de oude Ulrich heeft ze
niet begraven of ze zijn toch reeds gelicht".
„Je behoeft dus niet meer voor spookje
te spelen, Ulrich", zei Edzke.
Ulrich trad dadelijk op hem toe.
„Edzke, wat geloof jij er van?"
dij, Balans, Wagenaarstraat, Bree, Bagijn-
hof, Koningstraat, Zuidsingel, en Korte en
Lange Noordstraat naar de Markt mar-
cheeren, waarop het verhoogde gedeelte
met een slotwoord de stoet wordt ontbon
den.
Ouders, die van de Loskade hun kinderen
willen medenemen kunnen dat natuurlijk
doen; overigens wordt hen verzocht niet
in den stoet mede te loopen en de kinderen
ook voor dat oogenblik aan hun geleide
over te laten. Zij kunnen ze dan op de
Markt overnemen.
Het haantje van den Langen Jan.
Gedurende enkele weken ontbrak aan
den Langen Jan het haantje, dat men naar
beneden had gelaten, omdat ook dat deel
van den toren moest worden nagekeken.
Van deze gelegenheid is ook gebruik ge
maakt om het dier zelf een goede beurt te
geven en nu het weer naar zijn nooge
plaats is teruggebracht, schittert het be
schenen door den zon in de lucht en steekt
de neus als voorheen in den wind.
Een eigenlijk tekort van ruim
121.000.
B. en W. hebben den Raad de begrooting
1939 aangeboden. Het eindcijfer bedraagt
1.519.241.
Evenals het vorig jaar behoeft de ge
meente voor het sluitend maken der be
grooting de maximum-extra-bijdrage uit het
werkloosheidssubsidiefonds. Deze extra-
bijdrage kon op een iets lager bedrag ge
raamd worden dan voor 1938, namelijk op
58.350 (1938 59220). Bovendien moest,
teneinde de begrooting te doen sluiten, nog
een belastingbijdrage (van het Rijk) worden
geraamd ad 63.000 (vorig jaar eveneens
63.000). Er is dus een eigenlijk tekort van
121.350.
De post onvoorziene uitgaven is geraamd
op 7.142.
De subsidie aan de gemeentelijke instel
ling voor maatschappelijk hulpbetoon is op
140.000 uitgetrokken. Voor 1938 was
131.000 geraamd, welk bedrag intusschen
bij raadsbesluit dd. 8 Juli jl. met 9.000
verhoogd is.
Voorts is in uitgaaf geraamd wegens
kosten van steunverleening aan werkloo-
zen een bedrag van 61.600 (vorig jaar
156.560) en wegens werkverschaffing
106.900 (vorig jaar 71.300).
Tegenover deze posten staat bij de in
komsten geraamd als uitkeering uit het
werkloosheidssubsidiefonds 90.150 (vorig
jaar 148.680.)
Beiaard-concert.
Vrijdagavond van 8.30 tot 9.30 uur zal de
heer J. Kwist zijn vierde beiaard-concert
geven op het carillon van de St. Jaeobs-
toren.
De werkloosheid.
Het aantal werkloozen in onze gemeente
verminderde deze week van 484 tot 469,
alzoo met 15 personen.
In de werkverschaffing werden x45 per
sonen geplaatst.
DOMBURG. De bazar ten behoeve van
de restauratie der Geref. Kerk heeft tot re
sultaat gehad een netto bedrag van 200
230 bruto). Waar reeds een groot ge
deelte der restauratie-kosten gedekt was
door vrijwillige bijdragen, daar is door deze
opbrengst het benoodigde bedrag ruim
schoots bijeen.
VERGADERING VAN MOSSEL
KWEEKERS.
Weinig animo voor organisatie.
IERSEKE. Dinsdagavond vergaderde on
der leiding van de heeren Bom-Christiaans-
se van Ierseke en den heer Zwiert Visser
van Amsterdam; 40 mosselkweekers al
hier. De heer Zwier Visser opende de ver
gadering en wees op den onzekeren toestand
die heerschte in het mossel,kweekersbe-
drijf, een onzekere toestand die op menig
punt, tot ontevredenheid leidt. Men was
bijeengekomen om die grieven te bespre
ken en na te gaan op welke wijze verbe
tering in het algemeen kon worden ver
kregen. Dit geldt niet alleen voor de
kweekers maar ook voor de handelaars.
Ook voor hen moet vrijheid komen, a'lge-
heele vrijheid.
En om daartoe te geraken moeten er
veranderingen, verbeteringen worden aan
gebracht in de Visscherijcentrale, deze
„Dokter Praxiteles is een zeer wijs man,
voor wien we allen den grootsten eerbied
hebben. Je zult het wel moeten gelooven,
al is het jammer voor je. „Maar", vervolg
de hij, „wat mij bevreemdt? In alle oude
kasteelen is altijd een kapel".
„Ja, die was er wel, die stond daar",
antwoordde Ulrich, „maar ze is nu geheel
verdwenen. De graven zijn 'overgebracht
naar Halberstadt".
„Edzke", zei de man van Werben. „Jij
bent toch een slimme vogel. Niemand on
zer had daaraan gedacht. De schat kan daar
liggen".
„Of er buiten", meende Ulrich. „Want
in de kronieken staat, dat de schildknapen
en minderen begraven werden buiten de
kapel, behalve één, die zich zeer onder
scheiden had, en waarop een der dochters
van den baron zoo razend verliefd was, dat
haar vader slechts de keuze overbleef hem
in den adelstand te laten opnemen of haar
te verstooten".
„En hoe liep flat af?"
„Ik zei het toch al. Hij is bij de familie
in de kapel begraven".
Ze waren naar buiten gegaan en Ulrich
bracht hen naar een groote zonnige plek,
door boomen omgeven.
„Hier stond de kapel" zei de jongen. „U
ziet, er is niemendal overgebleven en daar
onder de boomen was het kerkhof, maar
sinds lang is het onkruid over de graven
gegroeid".
De roede licht in de hand ging Praxi
teles over de plaats, waar eens de kapel
had gestaan. Hij schudde het hoofd. Niets.
organisatie moet luisteren naar de stem-
mey uit de praktijk. De Visscherijcentrale
is niet geschapen om ambtenaren te -kwee-
ken, menschen aan een baantje te helpen,
maar om vruchtbaar werkzaam te zijn
voor de visscherij in 't algemeen. Om die
Nederlandsche visscherij te steunen en uit
te bouwen, haar te helpen aan afzet in
binnen en buitenland. We zien evenwel
te vaak dat inplaats van steun gehinderd
wordt.
Om tot verbetering te geraken deelde
spr. een ontwerp-voorstel uit, waarvan de
voornaamste inhoud als voilgt luidt:
„Men vereenigt alle kweekers, waarna
de organisatie zal moeten zeggen:
Uwe beschikbare mosselen zyn in elk ge
val verkocht voor rekening van de organi
satie, b.v. tegen een vastgestelde minimum
prijs van 2.25 per ton, zoodat niemand
meer ongerust behoeft te zijn, zijn mosselen
niet te kunnen slijten, zelfs de mindere
kwaliteit niet, d.w.z. in zekere mate, een
maat vast te stellen van 5% cm.
Hierna kan iedere kweeker naar eigen in
zicht gaan handelen en verkoopen met "dien
verstande, dat voor elke ton mosselen 1
moet afgedragen worden aan de kas van de
eigen organisatie. Dit zou nimmer eenige
moeilijkheid van welken aard ook, kunnen
opleveren, ook niet voor de controle daar
van, want de kweeker-handelaar zal van
zelf den hoogsten prijs trachten te maken.
Mochten er soms kweekers zyn die de mos
selen voor een prijs gingen verkoopen zon
der winst, dan zouden deze vanzelf direct
staken omdat zij het verlies uit eigen por-
temonnaie moeten betalen om de eenvoudi
ge reden dat de minimumprijs officieel door
de organisatie is vastgelegd. Deze methode
is de eenige en absoluut betrouwbare ma
nier waar nooit eenige schade, voor wie
ook, uit voortvloeien kan. Het resultaat
van dit systeem zou zijn dat iedereen vrij
kon koopen en verkoopen, de soort mosse
len die de afnemers wenschen enz. enz."
De vergadering kreeg nu gelegenheid om
de zaak te bespreken. Daarvan werd een
goed gebruik gemaakt. Naast ernstige kri
tiek op de tegenwoordige handelstoestan
den door den heer C. Lindenburg waar
schuwde de heer M. Verschure tegen het
afbreken van de huidige organisatie, het
C.V.K. dat voor de mosselkweekers goede
resultaten oplevert. Geen oude schoenen
wegwerpen voor men nieuwe heeft. Vol
gens de meening van den heer M. Verschu
re is er een groote puzzle voor de kweekers
organisatie nl. de overproductie. Als dat ge
regeld kan worden is alles opgelost. De hr.
Zwier Visser geloofde dit gaarne, daarom
moet er propaganda voor meer vischge-
bruik gemaakt worden. Holland gebruikt
per hoofd per jaar slechts 3% kg visch.
Engeland 8 maal zooveel. Duitschland 4
maal zooveel. Wie moet die propaganda bv.
in de dagbladen maken? Laat ons daarom
een groote algemeene organisatie maken,
waarin alle kweekers georganiseerd zijn.
Spreker vroeg, of er aanwezigen waren die
toe willen treden. Slechts een was daartoe
bereid.
Bij Kon. besluit is bepaald, dat met
ingang van 1 September 1938 in de ge
meente Hoedekens'kerke de
bediening van secretaris door den burge
meester wordt bekleed.
IERSEKE. De heer L. Cornelisse, op
zichter le klasse aan boord van het po-
litievaartuig Albatros- is met ingang van
16 dezer op zyn verzoek eervol ontslag
verleend met toekenning van pensioen.
De heer P. Vermaat, schipper aan
boord van het politievaartuig de Zwaluw
is met ingang van 16 Augs. in de plaats
gesteld van opzichter L. Cornelisse, stand
plaats T h o 1 e n
Dan liep hy in wijde kringen om de plek
der kapel heen.
Toen hjj dat voor den derden keer deed,
bleef hij staan.
„En?" vroeg de man van Werben.
„Niets, maar ik zal nog even de uiterste
grens onderzoeken. Het resultaat blijft ni
hil", oordeelde de dokter. „Het is mogelijk,
dat hier schatten begraven zijn, maar dan
moet een knapper man dan ik ze vinden.
Ook is het niet onmogelijk, dat het stroo-
mende water vlak in de nabijheid zijn in
vloed doet gelden".
„Jammer", zei Ulrich, „dat u niets ge
vonden heeft. Ik bedank u voor de moeite,
dokter.
„Toch", zei Praxiteles, „kunnen de schat
ten er zyn en ik beloof je, als we meer tijd
hebben, zal ik er nog eens ernstig naar
zoeken. En wie weet?"
Maar de jongen begreep dat Praxiteles
hem wilde troosten.
Het noenmaal werd opgedragen tegen
zes uur zei de man van Werben, die lang
zamerhand door allen als de ongekozen
aanvoerder werd beschouwd door zijn ster
ke persoonlijkheid. „Heeren, het wordt tijd
te paard te stijgen. Ik stel u het volgende
voor. Vier mannen blijven hier: Sievers,
Olivier, Willem en Longuenez. We rijden
over de ruïne terug."
„Pardon" zei wachtmeester Longuenez.
„Ik blijf hier niet. Ik laat den markies niet
alleen in het gevaar. Als er iets gebeurt,
dan zullen we ten minste samen sterven".
(Wordt vervolgd).