MIDDELBURGSCHE COURANT Een Rijksmuseum in het Hartje van de Veluwe. (&GOESCHE COURANT BINNENLAND. ZEELAND, Mr. H, P, Marchant vertelt van de Kröller Müller Stichting en hoe het Rijk een koste lijke kunstverzameling ten geschenke kreeg. Een bezoek aan de schilderijenverzameling rondom Van Gogh schilderkunst van vier eeuwen. SLUIS WEERBERICHT. MIDDELBURG. De excursie van het Internationaal Aardrijkskundig Congres, Dagblad. Uitg. N.V. De Middelburgsche Crb Bureaux: te MIDDELBURG: St. Pieterstr.28, Telefoon Redactie 269, Administratie 139; te GOES Turfkade Tel. 17. Postgiro 43255. Abonnementsprijs voor Middelburg en Goes f 2.30, elders f 2.50 per kwartaal. Week abonnementen in Middelburg en Goes 18 ct. JVjSfK NUMMER 162. TWEE BLADEN. WOENSDAG I I 13 JULI 1938. EERSTE BLAD. 181e JAARG. Advertentiën 30 ct per regel, ingezonden mededeelingen 60 ct p. r. Bij contract lager. Tarief op aanvraag. Familieberichten en dankbetuigingen minimum f 2.10. „Kleine Advertenties", max. 6 regels, 75 cent, bij vooruitbetaling. „Brieven, of adres bureau v. d. blad" 10 ct extra. Bewijsnummers 5 ct» Eenige jaren geleden is schrijver dezes met piloot Rademaker in het aar dige tweemotorige „Monospar" vliegtuig je van den Bressiaander Van Melle van vliegveld Vlissingen naar Twente gevlo gen. Op den terugweg moesten we Waal haven aandoen, vandaar dat de koers toen iets Noordelijker gelegd werd, en zoo kwamen we midden over dat prachtige uitgestrekte en ongerepte landschap: het nationale park „De Hooge Veluwe". Sta tig aan een grooten vijver lei daarin Ber- lages schepping, het jachtslot „Sint Hu- bertus" Nu zjjn we er, met de Nedeflandsche pers, andermaal geweest, maar thans op den beganen grond: vandaag is er een tweede, voor het Nederlandsche volk zelfs aanzienlijk belangrijker, gebouw ge opend: het Rijksmuseum Kröller Müller. Mr. H. P. Marchant is voorzitter van het dagelijksch bestuur der stichting „Het nationale park de Hooge Veluwe'-." Hij -was er Maandag jongstleden onze opper- gastheer, met de heeren Voute, directeur der stichting, Memelink, rentmeester en Auping, conservator van het Museum. Van welke politieke richting ook, jong of cud, nog-geen-minister, eindelijk-minis- -ter of niet-meer-minister, een oolijke snaak is mr. Marchant heel z'n leven al geweest, en er viel geen verandering vast te stellen in dezen. Maar: een scherpzinnig man daarbij! „Kijk eens, zoo zeide hij ons: gijlieden vraagt mij hoe deze zaak nu eigenlijk in mekaar zit. Ik zal trachten het u uit te leggen. Er zijn twee stichtingen: 1'. Het nationale park de Hooge Veluwe; 2. de Kröller Müller stichting. Den len Mei 1935 heeft de bekende N.V. Müller Co. het 6500 hectare groo- te complex heide, zandverstuiving, duin en bosch, dat thans het nationale park ■vormt, verkocht aan stichting nummer 1, voor 800.000. Om dat te betalen, was er geld noo- dig. Mr. Van Doornick, liquidateur van nu wijlen de N.U.M. (uit oorlogstijd nog welbekend, een half-zusje van de N.O.T.) keek es in z'n brandkast en vond daar toevallig nog een slordige 800.000 liggen. Hij verstrekte dat toen als hypothecaire leening a 2 aan stichting 1. Zoodat die haar aankoop betalen kon. Waarom kocht het Rijk de zaak niet? zult ge vragen. Hierom: het Rijk kan niet bedelen, en zoo riep de oud-mi nister onder hilariteit uit, als het Rijk het toch doet, dan doet het het natuur lijk verkeerd! Stichting 1 kan dit wel, en zij doet het ook. Voor 500 per jaar kan men nog steeds „guldenboeker" worden, en gewone donateurs a 2.50 tenminste zijn ook nog steeds welkom. Vóór stichting 1 gesticht werd, bestond stichting 2 al: de Kröller Müller stichting; •die hield zich onder mevrouw Kröllers toegewijde en deskundige leiding, bezig met het aanleggen eener hoogst belang rijke Nederlandsche kunstverzameling. Toen deze een verzekerde waarde van 15.000.000, zegge vijftien millioen gul- -den bereikt had, zeide deze stichting nr. 2 tot den staat der Nederlanden: die ver zameling krijg je nu van mij cadeau, voor niets niemendal! (Wij citeeren nog steeds des oud-ministers woorden en verteltrant). Het Rijk zei ietwat verlegen-lachend: wèl- bedanktmaar het dacht: wat moet ik met zoo'n olifant op mijn bovenhuisje Ziende deze verlegenheid, zei stichting 2 toen tegen stichting 1: geef mij wat grond in erfpacht, en daarop tegen het Rijk: we zullen u er wel een museum voor bouwen ook nog. Toen klaarde het ge zicht deS Rijks op. Maar: het gebouw, dat Woensdag vandaag) geopend wordt, is maar een se- mi-permanent gebouw. Er is echter een museum voor ontworpen, door deszelfs bouwmeester, prof. Henri van üe Velde, dat zijn weerga welhaast ter wereld niet zal hebben, en als je ,de ligging op "de Veluwe er bij rekent, zeker niet. De be tonnen fundamenten van dat enorme ge bouw zijn gelegd; de roode natuursteen ervoor is grootendeels kant en klaar ge bakt en dit alles ligt verspreid in een tuincomplex op de Hooge Veluwe Ach, mijne heeren, zoo bezwoer mr. Mar chant ons allen, vertelt gjj de hooge re geering, waar ik niet meer in zit om ze net zelf te vertellen, nu toch eens düide- lijk, dat zij hier een werkobject heeft lig gen als geen ander! En vertelt U daarbij dan, dat er weliswaar zoo een en ander te zien is in ons museum dat we zoo aan stonds gaan bekijkenmaar dat er nog bijkans twee maal zooveel opgetast ligt in de donkere kelders van het jachtslot Sint-Hubertus De Staat der Nederlanden zoekt in alle hoekjes en gaatjes, en hij vraagt iedereen: heb je nog alevel niet wat uit te voeren: hier ligt het, zoo maar voor de hand. Laat men Van de Veldes machtig-mooi en grootsch museum bouwen!!" Alzoo sprak de jeugdig-jolige oude oud minister van Onderwijs, Kunsten en We tenschappen, mr. H. P. Marchant aan de Geldersche koffietafel in het jagershuis Oud-Reemst tot de verzamelde Nederland sche dagbladpers. Omdat het menschelijke hart links van het midden zijns lichaams ligt, zou men de Veluwe het geografische hart van Neder land mogen noemen. Het hart van de Ve luwe is dan weer het Nationale Park; en midden in het hart van dat park ligt nu het nieuwe Rijksmuseum Kröller Müller. En zooals het hart een onzer belang rijkste organen is, zoo is ook dit museum een hoogst belangrijk orgaan voor Neder land en voor de kunst, voor alle Nederlan ders, die in de Nederlandsche beeldende kunst, de schilderkunst vooraan, belang stellen. En: voor wie van Van Gogh houdt, is het niet anders te noemen dan: een pa radijs Zooals tegenwoordig te doen gebruike lijk, is het museumgebouw van buiten vrij wel niets dan blinde muur: om tegen te hangen. Het licht komt van boven in. Er is een binnenplaats met een enorm groot, knap-sardonisch grijnzend beeld van Men- des da Costa. Het heele gebouw is in werkverschaffing door Arnhemsche werkloozen opgetrokken „met een ijver en toewijding boven allen lof verheven", aldus de heer Marchant Maar nu de inhoud, het voornaamste eens museums. Er zit een zekere lijn in. Het is zoo onge veer deze: een overzicht te geven van den groei der schilderkunst van het midden der vorige eeuw af tot op onzen tjjd. En aan gezien de cultureele toestand eens volks zich in zijn schilderkunst min of meer neer slaat, wordt dusdoende ook een overzicht van de stuwende krachten achter of onder het geestesleven van de laatste driekwart eeuw beoogd te geven. Zeldzaam fraaie, voortreffelijke gecon serveerde specimina van oude kunst tot de zestiende eeuw toe dienen zoo is althans de opvatting der samenstelster, mevrouw Kröller, een adepte van H. P. Bremmer om de uitingen van moderne kunst „te sta ven". Een verbijsterend schoon en kuisch, bijster knap levensgroot naakt van H. Bal- dung (1525) vormt wel het hoogtepunt van deze laatste soort. Het begin van wat hier te zien is, is dus de schilderkunst der oude meesters; het einde gelukkig uiterst sporadisch, en, naar ons gevoelen, slechts documentair ver tegenwoordigd, is de volslagen negatie der schilderkunst in haar opperste abstractie: de horizontale en verticale zwarte streepjes op een witten ondergrond van een Mon driaan '15; de paar effen vlakjes in het witte Nirwana van een B. v. d. Leek '23. Deze lieden lieten betreurenswaardigerwij- ze na, den allerlaatsten stap te doen, of eigenlijk twéé stappen: eerst het doek óók nog wegdenken en alleen de lijst ophangen, en dan de leege lijst aan den voddenkoop man meegeven enkippen gaan fokken of kool gaan planten Maar, als gezegd: daarvan hangen hier slechts sporadische voorbeelden met nog wat Picasso'sche waanzin en zoo er bij. Een zoeker naar „ontaarde" kunst zou hier ech ter zijn hart zeker niet kunnen opha- len: integendeel! Want het is overigens al les even belangrijk, even kenmerkend voor zijn periode, eneven indrukwekkend schoon wat hier hangt. Het tentoongestelde vangt om zoo te zeggen aan bij het positieve realisme (Ver ster, Fantin Latour) gaat dan naaf het impressionisme, door Breitner een der fraaiste Renoirs (de circusviolist), de Ma- rissen en Isaac Israëls, Pissarro e.a. ver tegenwoordigd. Dan volgt het pointillisme (Seurat, Signac, Theo van Rijsselberghe) het cubisme (Herbin, Severini) tot de uitingen van waanzin, bovengenoemd, in (bijna) volstrekt abstractisme. Slechts het surrealisme ontbreektgelukkig. Volkomen ernstig bedoelde waanzin is nogernstig te nemen, verlakkerij toch liever niet Behalve deze officieele lijn is er nog veel werk uit dit tijdvak, dat zich min der makkelijk classificeeren liet: Toorop, Thorn Prikker, Derkinderen, Ensor. En dan: Van Gogh. Als wij de hartvergelijking, eerder aan gevangen, nu mogen voortzetten, dan is Van Gogh het hart van dit museum. En welk een warm, onstuimig kloppend hart! Veel bekenden, nog veel meer minder en onbekenden, ziet men hier: heel Van Goghs ontwikkelingsgang is er ad oculos te volgen in de 250 werken, die er hier van hem zijn. sH Het belangrijke van deze kunstverzame ling dunkt ons, als we een subjectieve meening in dit rijk waar niets dan sub jectiviteit heerscht, mogen geven, dit: dat de vertegenwoordigers der verschillende „geestesrichtingen" in de schilderkunst der laatste eeuwen, die hier hangen, de aller- besten, grootmeesters zijn, door hun bes te werken gerepresenteerd. Dat is hierom zoo belangrijk, omdat het 't mogelijk maakt den z i n ervan zon der bijmengsielen van technisch-, aesthe- tisch onvermogen, te proeven. Dat kan niet anders dan van invloed -en goeden, zuiverenden invloed zijn op de waar deering, het oordeel; wegnemend vooroor deel, kan dat niet anders dan verhelde rend van inzicht werken. Dit nieuwe Rijksmuseum is zoo buiten gewoon belangrijk, dat men het vergeeft zóó ver weg te liggen. Met de hetzelve omringende schoone en ongerepte natuur Eeren en liefhebben hen, die heen gingen, de herinnering aan hen te hei ligen, is groot en schoon. Maar iemand liefhebben en eeren in zijn wegschemerend verouderend le ven, dat is beproefde liefde, van de echte, goddelijke soort. MIDDENSTANDSEXAMENS. Bij beschikking van den minister van economische zaken van 12 Juli 1938, direc tie van handel en nijverheid, is op grond van het vestigingsbesluit broodbedrijven 1938, aangewezen als diploma, hetwelk al- geheele vrijstelling geeft van het examen handelskennis, het einddiploma van het sta tion voor maalderij en bakkerij te Wa- geningen, voor zoover dit einddiploma de handteekening draagt van den gecommit teerde van den minister van economische zaken. DE SCHEVENINGSCHE VLOOT VAART UIT. Na ruim negen weken staking zijn gister middag de eerste loggers van Scheveningen op de haringvisscherij uitgevaren. Tot op het laatste oogenblik werd er hard gewerkt om alles aan boord in orde te hebben. Om een uur of drie kwamen de bemanningen van de schepen, die het eerst zouden ver trekken aan boord, vergezeld van een stoet van familieleden. Zij waren kennelijk blij, dat zij weer aan het werk konden gaan. Er was voor deze bizondere gelegenheid in het algemeen nog meer belangstelling rondom het vertrek van de vloot dan anders en ook uit de stad waren er blijkbaar vele nieuws gierigen opgekomen om de schepen te zien uitvaren. De politie moest er aan te pas komen om al te veel opdringende kijkers op een afstand te houden. (N.R.C.) BESTRIJDING VAN Z.G. SCHIJNAKTEN Bij de Tweede Kamer is ingediend een wetsontwerp tot bestrijding van het euvel der z.g. schijnakten. Onder „schijnakte' wordt in dit verband verstaan een akte waarbij iemand voorwendt zijn roerende goederen aan een ander „constituto pos- sessorio" in eigendom te hebben overge dragen, ten einde deze goederen aldus te onttrekken aan het algemeene verhaals recht, dat zijn schuldéisehers, krachtens ar tikel 1177 b.w., daarop hebben. Voorgesteld wordt nu, aan artikel 667 Burgerlijk Wetboek een derde lid toe te voegen, hetwelk een vormvereischte stelt hierin bestaande, dat voor de rechtsgeldig heid van de levering constituto possessorio; partijen haar wil tot levering en dus tot eigendoms overdracht bij authentieke akte verklaren. Van dezen eisch is aldus de memorie van toelichting een aanzienlijke preventieve werking te verwachten: wie een schijnakte wil maken, zal dit niet zoo licht doen, wanneer hij daartoe de hulp van een notaris moet inroepen. En de in strumenteerende notaris zal te dezen veel kwaad voorkomen en tegenhouden, aange zien uit een juiste waardeering van hetgeen hij te dezen aan de eer of waardigheid van zijn ambt verschuldigd is, de verplichting voortvloeit tot behoorlijk onderzoek voor zooveel mogelijk nopens de realiteit der bij authentieke akte te constateeren han deling en tot weigering van zijn dienst, in dien een sehijnhandeling of anderzins onge oorloofde handeling voldoende aannemelijk is geworden. OUDERCOMMISSIES EN OUDERRADEN Het Tweede Kamerlid Van Sleen (s.d.) heeft de volgende, vragen gesteld aan den minister van onderwijs, kunsten en weten schappen: 1. Is de minister niet van oordeel, dat ook na de inwerkingtreding van de wet van 22 Mei 1937 welke o.m. tot strekking heeft een aanvulling te geven van de „uiterst sobere bepalingen, die in de lager onderwijswet 1920 nopens de oudercommis sie worden aangetroffen" dringend be hoefte bestaat aan een duidelijker omschrij ving van de taak en de bevoegdheden van de oudercommissien en ouderraden dan het k. b. van 31 December 1920 geeft? 2. Kan de minister mededeelen, welke de oorzaken zijn, dat nog steeds geen uitvoe ring is gegeven aan het derde lid van het bij bovengenoemde wet gewijzigde arti kel 20 van de lager onderwijswet, waarin is bepaald, dat bij algemeenen maatregel van bestuur de inrichting, de wijze van ver kiezing van de leden en de verdere bevoegd heden van de oudercommissien en van de ouderraden geregeld worden? 3. Is de minister bereid te bevorderen, dat spoedig een koninklijk besluit ter rege ling van deze materie wordt afgekondigd? HUMOR IN DE JOURNALISTIEK. De N.R.C. schrijft: Niet onvermakelijk is de aankleeding van het bericht betreffende het a.s. aftreden van mr. Wendelaar, als voorzitter der Li berale Staatsparij, in het Nationale Dag blad der N.S.B. Dit a.s. aftreden wordt daar gerekend onderde eerste nuttige gevolgen van Oss". Men zou het met hetzelfde recht kun nen rekenen, onder de eerste gevolgen van de gruwelijke Jodenvervolging in Duitsch land of van de laatste oorlogszuchtige rede van Mussolini. Wij willen aan het Nat Dgbl. verklappen, dat het meer verband houdt met den stand der zonnevlekken. Dan heet het voorts, dat de heer Wende vormt het een twee-eenheid die een sterk aantrekkende kracht op het Nederland sche volk moge uitoefenen. Het isde moeite waard!. laar „trouw vriend van Goseling" is en zijn enquête-voorstel inzake Oss (dat n.b. door de Tweede Kamer is verworpen, nadat hij geweigerd had het in te trekken!) heeft ingetrokken. Nogmaals wordt hij dan ge noemd „trouw bondgenoot van de (R.-K.) Staatspartij en Goselings welwillende dienaar." Meer onzin in enkele regelen heeft men zelfs in het Nat. Dgbl. nooit aangetroffen. Het is werkelijk vermakelijk van prutserig- heid. DE RIJKSPOSTSPAARBANK IN 1937. Tegoed der inleggers met bijna 57 millioen toegenomen. Aan het verslag van de Rijkspostspaar bank over 1937 zijn de volgende cijfers ontleend: In 1937 bedroeg het aantal inleggingen 2.788.038 tegen 2.467.562 in 1936, terwijl het bedrag inleggingen was 217.987.675, tegen 168.429.194 in het voorafgaande jaar. De inleggingen vermeerderden dus in aantal met 320.476 en in bedrag met 49.558.481. Terugbetaald werd in 1.881.437 posten 175.715.290, of, na aftrek van de rente in den loop van het jaar uitbetaald bij geheele afbetaling van boekjes, 175.455.892, tegen in 1936 in 1.883.774 posten 176.263.269, vermindering dus in aantal 2337 en in bedrag 807.376. Het aantal staatsschuldboekjes vermin derde in 1937 per saldo met 955 en daal de daardoor tot 16.558. Het nominaal bedrag, ingeschreven op deze boekjes', verminderde in 1937 met 1.210.300 en daalde daardoor tot 25.043.400. Berekend naar den op 30 December geldenden beurskoers hadden de titularissen van staatsschuldboekjes te vorderen 24.166.881 tegen 24.908.198 op het einde van 1936. Viel er in de laatste maanden van 1936 reeds eenige kentering te bespeureri in het verloop der inleg- en terugbetalings- cijfers, welker saldi te beginnen met 1934 negatief waren, een besliste wijziging zet te in sterker wordende mate door gedu rende het verslagjaar. Met een onbetee kenende uitzondering voor April boog de gemiddelde richtlijn der inleggingen zich steeds stijgend af van die der terugbetalin gen, welke weinig van de norm afweek. Tusschen de stijging der inlegcijfers en de voortschrijdende daling van den rente voet tezamen met het wassen der moei lijkheden om gelden veilig te beleggen, mag een oorzakelijk verband worden ge legd. Naarmate de rente op de beleggings- markt daalt en daarmede het verschil tus schen deze en de rente, welke de Rijks postspaarbank vergoedt, geringer wórdt, verwaarloost de kleine belegger dit ver schil steeds meer tegenover de zekerheid van kapitaalbehoud, welke de instelling geeft. Dit verschijnsel wordt met aandacht ge volgd, wijl het bij voortschrijding zou kunnen wijzen op een te groote naate van gebruik der instelling als depositobank. Dat hiertoe over het verslagjaar reeds een neiging bestond, vindt ondersteuning in de sterke toeneming zoowel van het aantal saldi als van het aantal inlegposten in de groep 2000, 3000 en daarboven In de stijging van het saldo tegoed dee- len alle provinciën. In volstrekten zin was de stijging verreweg het grootst in Noord-Holland met 13.9 millioen of 11 pet. en in Zuid-Holland met 13 mil lioen of 10 pet. in betrekkelijken zin in Groningen met 3 millioen of 20 pet. terwijl geen der andere provinciën boven de 11 pet. uitkomt. Het hoogste gemiddelde saldo per boek je van 357.81 wordt gevonden in Zee land, het kleinste van 230.10 vertoont Noord-Holland. Financieele uitkomsten. In 1937 werd een gezamenlijke rente verkregen van 23.749.040, vermeerderd met enkele posten, tezamen 23.970.823 Vermindert men dit bedrag met uitge keerde en bijgeschreven rente ad 15.328.763, dan resteert een totale ren tewinst van 8.642.059 of 1.683.615 min der dan in 1936. Het percentage van de gemiddeld verkregen rente bedraagt 4.15 (3.83), volgens aankoopprijs 4.22 (3.73). Hierbij teekent het verslag aan, dat deze percentages sterk den invloed ondergaan van de buitengewoon groote winst bij af lossing tengevolge van de vele conversies welke in het verslagjaar plaats vonden Totaal vast belegd was op 31 December 1937 634.031.654, de tijdelijke belegging bedroeg 83.945.566. Het belegde kapitaal bedroeg derhalve op 31 December 1937 717.977.221, waarvan aanwezig bij de Nederlandsche Bank 627.511.159, saldo der rekening 's Rijks Schatkist, voorloo- pige stortingen op staatsleeningen 21.425.813, saldo der rekening 's Rijks Schatkist, rek. courant met het staatsbe drijf P.T.T. 69.040.247. DE AARDAPPELPRIJZEN. Het Tweede Kamerlid Van Sleen heeft aan den minister van economische zaken de volgende vragen gesteld: 1. Is het den minister bekend, dat in ver band met den ontstellend hoogen prijs van de aardappelen een groot deel van het min der koopkrachtig publiek sinds geruimen tijd niet bij machte is zich van dit Hollandsche volksvoedsel bij uitnemendheid te voorzien? 2. Wat denkt de minister te doen om aan dezen onhoudbaren toestand, die niet alleen ernstig ongerief voor de consumenten maar daarnaast financieele schade betee kent voor consumenten, prbducenten en distribuanten, zoo spoedig mogelijk een einde te maken? Abonnementen en Advertentiën voor dit blad worden aangenomen door den Agent P. A. SOMERS, Zuiddijkstraat 36. Verwachting tot morgenavond: DE BILT: Meest matige Westelijke tot Zuidwestelijke wind, zwaar bewolkt tot -be trokken, weinig of geen regen, weinig ver andering in temperatuur. UKKEL: Zwakke tot matige wind tus schen N.W. en Z.W. Bewolkt of betrokken en nevel. Matige temperatuur met een nachtelijk minimum van ongeveer 10 gr. Do. 14 Juli. Zon op: 4 h 56; onder: 21 h 15. Licht op: 21 h 45. Maan op: 21 h 42; onder: 6 h 59. L.K.: 20 Juli. Hoog- en Laagwater te Vlissingen: Juli. Hoogwater. Laagwater. Woensdag 13 2.49 15.03 9.09 21.37 Donderdag 14 3.25 15.36 9.43 22.13 Vrijdag 15 S 3.57 16.08 10.13 22.45 Westkapelle is 28 min. en Domburg 23 min. vroeger; Veere 38 min. later. (S springtp.) Hoog- en Laagwater te Wemeldinge: Juli. Hoogwater. Laagwater. Woensdag 13 4.40 17.02 10.14 22.37 Donderdag 14 5.17 17.34 10.49 23.13 Vrjjdag 15 5.49 18.06 11.21 23.45 Hedenmorgen hebben de alhier aanwezige deelnemers van het Aardrijkskundig congres onder leiding van verschillende stadgenoo- ten in groepen een bezoek gebracht aan de Abdij en andere bezienswaardigheden van onze stad als de Kuiperspoort, de Steenrotse enz. om allen tegen half twaalf samen te ko men op het Stadhuis, waar in de raadzaal de ontvangst door het gemeentebestuur plaats vond. Het was de burgemeester, de heer M. Fernhout, die de van heinde en ver komen de bezoekers in het Fransch toesprak. Spr. zeide dat het een bijzonder voorrecht was een gezelschap te mogen begroeten van zóó gevarieerde samenstelling en van zóó ver schillende herkomst, welks leden, van jaar tot jaar congresseerend, een zoo groot deel van de wereld uit eigen aanschouwing heb ben leeren kennen en die derhalve met zoo veelzijdig gevormden smaak en met zoo ge oefend oog toetreden op het nieuwe, waar mede ze in deze weken in het kleine Ne derland kennis maken. Spr. is er van over tuigd, dat de gasten, in hun levenswerk ge leid door warme liefde tot het eigen volk, het eigen vaderland, de eigen historie, be reid zijn met waardeering kennis te nemen van het kenmerkend andere dat zij in de historische wording, de geaardheid en het wezen in de levensuitingen van telkens an dere volkeren ontmoeten en dit maal ont moeten zullen in óns Volk, óns land, ónze provincie Zeeland, onze stad Middelburg. Spr. zeide dan dat Middelburg is een stad die eeuwen lang in het economisch bestel van Europa een zeer internationale beteekenis heeft gehad. In de 14e en 15e eeuw was Brugge en daarna Antwerpen het internationale handelscentrum van dit deel van Europa en van beide steden is Middelburg in zekeren zin de voorhaven, geweest en het heeft daardoor mede in die eeuwen handelsrelaties gehad met schier alle landen. "f De belangrijkste „natie" der vreemde kooplieden was die der Engelschen, terwijl de Schotten voornamelijk te Vere hun sta pel hielden, maar ook de kooplieden van DuitscKIand, vereenigd in de Duitsche Hanze, kwamen in die periode in groote ge tale te Middelburg. In dit verband zijn ook de Skandinaviërs te noemen. Van Frankrijk waren het voornamelijk de schippers van Bretagne, en ook de Spanjaarden en Portu- geezen waren destijds geregelde bezoekers van Middelburg's haven, evenals de Vene- tianen, de Florentijnen en GenueeZen. Na den val van Antwerpen in 1585 werd de Middelburgsche handel in plaats van passief, actief, en zoo was o.a. de Oost-Indi sche Compagnie in de 17e en 18e eeuw een belangrijk onderdeel van het economisch leven der stad. Ook de West-Indische Com pagnie had er een kamer. Dit alles ging ten onder in de stormen van den Franschen Tijd en de herleving op handelsgebied van na 1813 ging helaas de stad voorbij. Toch onderhouden de N.V. Houthandel v.h. G. Alberts Lzn. en Co. en de N.V. „The Vitrite Works" als voornaamste betrekkin gen met het buitenland. Spr. wees dan op de waardevolle monumenten van bouw kunst, dateerend uit de dagen van welvaart en handelsbloei, en stond stil bij het Stad huis. Het veelvuldig contact met vreemde.- lingen in anderen vorm is herleefd en spr. wees op het cosmopolitsch aanzien der stad gedurende eenige uren pp Donderdag, waarover men zich verheugt. Spr. ver trouwde dat allen de charme zullen onder gaan van de schoonheid waarin het oog zich verlustigt, bij het doorkruisen van het Zeeuwsche land en het bevaren van het Zeeuwsche water. Men zal genieten van oude steden en schilderachtige dorpen, van zee en bosch en duin. Ook van een karakte ristieke bevolking. En het zal natuurlijk de dames onder de gasten interesseeren te ver nemen, dat vele Zeeuwsche vrouwen en meisjes van bijzondere schoonheid zijn. De heeren hebben andere zaken aan het hoofd. Spr. schetste hoe Zeeland in sterke ver bondenheid aan het huis van Oranje een belangrijke rol gespeeld heeft in de Vader- landsche geschiedenis, de oude stad Mid delburg behield veel van den stijl en van 't karakter die zij van een vrij en fier voor geslacht heeft geërfd. Zij draagt daarop

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 1