KRONIEK van den DAG.
BINNENLAND.
ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN MAANDAG 23 MEI 1938, No. 120.
HET SPOOK VAN HET SLOT
GOTHEBORGH.
RUILOVEREENKOMST MET
DUITSCHLAND.
GOES.
HET REGEERINGSJUBILEUM VAN
H. M. DE KONINGIN.
VLISSINGEN.
WALCHEREN.
toestel
is in di-
D. P.
8, Mid-
Een mislukt experiment.
Zooals men weet, was een van de merk
aardigste experimenten, welke de bolsje
wistische regeerinê in Sovjet-Rusland op
toüw meende te moeten zetten, de z.g. be
vrijding van de vrouw. De bolsjewiki dach
ten het gezin te kunnen afschaffen en daar-
mee een nieuwe gelukkiger samenleving te
stichten. Na 20 jaar experimenteeren, is
gebleken, dat zij zich ten deze, als op zoo
veel andere gebieden des levens, kolossaal
hebben vergist, dat de verguisde „kapita
listische" instelling van het gezin iets an
ders en iets meer is dan de communistische
logica den mensch trachtte diets te maken.
Onze Russische medewerker, dr. Boris
Raptschinsky, schreef ons een brief over
deze aangelegenheid, waaraan wij hier het
een en ander ontleenen:
De bolsjewiki, zoo zegt hij, gingen ook
op dit terrein consequent te werk. De
vrouw werd met één slag bevrijd van de
banden, die haar aan haar man en haar kin
deren binden, zij moest hetzelfde werk ver
richten als de man, zij moest dezelfde rech
ten hebben, op dezelfde wijze pleizier ma
ken als hij. Het trouwen en scheiden werd
teruggebracht tot een eenvoudige registra
tie bij de „zags" (kantoor van den burger
lijken stand), die slechts eenige minuten
eischte en die overigens ook gemist kon
worden. Het aantal echtscheidingen nam
daardoor met den dag toe. En hoewel de
sovjet-wet de vrouw dezelfde rechten als
de man toekende, werd zij toch de dupe
van die „vrijheid". Waarom? Omdat zij met
de kinderen bleef zitten. De vrouw heeft
natuurlijk het onbetwistbare recht, alimen-
tatiegelden te eischen, en de sovjet-rechter
wijst haar die vergoeding steeds toe, maar
in een uitgestrekt land als Rusland is het
voor een man een klein kunstje naar een
min of meer afgelegen gedeelte te trekken,
waar de op alimentatiegelden recht hebben
de vrouw hem niet vinden kan. Daar sticht
hij een nieuw gezin", krijgt nieuwe kim
deren, om na eenigen tijd weer te verdwij
nen. Doch zelfs wanneer de man in dezelf
de stad blijft, heeft de vrouw er niet veel
aan. De wet bepaalt, dat slechts een ge
deelte van het loon van den man voor
alimentatie beschikbaar is: de man moet
toch zelf ook leven. Is de man eenige kee-
ren gehuwd geweest (wat een tijd lang in
Rusland een gewoon verschijnsel was) en
heeft elke vrouw een of meer kinderen
gekregen, dan is het bedrag, dat elk harer
toegewezen krijgt, zoo minimaal, dat de
geheele last van het onderhoud der kin
deren op de zwakke schouders der vrouw
valt. De man kon er verder op los leven,
terwijl de vrouw ploeteren moest, zich af
sloofde, vroeg oud werd. Een ander gevolg
van die „vrijheid" was, dat de vrouw voor
de opvoeding van haar kinderen zorgen
moest, dat de kinderen vaak hun vader
niet kenden. Bij de laatste volkstelling is
gebleken, dat er in Rusland veel gezinnen
zijn, bestaande uit een vrouw en haar kin
deren, zonder een man.
De sovjet-wet kende een remedie. De
vrijheid der vrouw ging zóó ver, dat zij geen
kinderen hoefde te hebben. Het rijk zorgde
voor de noodige middelen tot voorkoming
van zwangerschap. Dat had echter funeste
gevolgen voor de gezondheid der „bevrijde"
vrouw. Veel vrouwen zijn daardoor op jon
gen leeftijd lichamelijk volkomen geruï
neerd; over de psychische en zedelijke ruïne
spreken wij maar niet.
De funeste gevolgen van deze politiek
zijn ten slotte ook aan de regeering duide
lijk geworden. Het experiment is nu voor
het grootste gedeelte prijsgegeven. Er
wordt nu integendeel naar herstel van het
gezin gestreefd. De theorieën van mevr,
Kollontaj over de betrekkingen tusschen de
twee sexen, welke de losbandigheid in ster
ke mate aangewakkerd hadden, worden nu
openlijk afgekeurd. De overheid tracht het
ongebreidelde scheiden en trouwen aan
banden te leggen. Moederschap wordt offi
cieel als de hoogste plicht der vrouw er
kend. Alle maatregelen, die het moeder
schap beletten, worden ingetrokken; wat
nog kort geleden door den Staat zelf aan
gemoedigd werd, is nu strafbaar geworden.
Twintig jaar lang heeft men alles gedaan
om het gezin uit te roeien, twintig jaar
lang werd de jeugd door theorieën als die
van Kollontaj vergiftigd. Het heette, dat
het gezin van een „kapitalistische", „bur
gerlijke" instelling was, dat het morsdood
was, dat de vrouw haar verworven „vrjj-
Oorspronkelijke detective-roman
door John Simson.
36).
„Och", zei hij zacht. „U zult het mis
schien kinderachtig vinden, maar toen ik
weer boven kwam, heb ik dadelijk mijn
koffertje gepakt en tegen moeder gezegd,
dat ik in een hotel ging slapen. Dat vond
ik toch maar veiliger!"
De officier was stil geworden, de com
missaris ook. Daddy gaf hen een wenk.
Alle drie stonden op.
„Mijnheer Messing", zei de officier
zacht. „Wij danken u zeer voor uw mede-
deelingen".
Intussehen was Daddy al naar de deur
gegaan. Hij had leven gehoord op de gang.
Eén hand legde hij op den deurknop, en
kreeg toen het gevoel, dat aan den ande
ren kant van die deur óók iemand stond.
Veelzeggend legde hij één vinger tegen zijn
mond.
„Sst!" zei hij tegen de andere twee en
maakte voorzichtig de deur open....
XXIII.
Donderdagmiddag half zeven.
Op de gang schemerde het. Daddy stond
even roerloos stil. In het trappenhuis, aan
de achterzijde van het kasteel, hoorde hij
leven. Iemand maakte zich haastig uit de
voeten. Daddy rende die richting uit en de
andere twee achter hem aan
Op de trap zag de detective een witte
schim voor zich uit zweven, eerst nog be
trekkelijk langzaam, maar zoodra die
die schim hem bemerkt had al harder en
harder. Met razende vaart volgde hij, tol
heid' nooit zou willen prijsgeven. Doch nu
de overheid de beletselen voor het gezins
leven afgeschaft heeft, herstelt het gezins
leven zich, begint een terugkeer tot die
„burgerlijke" instelling.
Het experiment heeft duidelijk aange
toond, dat de psyche van de vrouw zich
tegen de z.g. „vrijheid" verzet, dat zoowel
de vrouw als de man behoefte hebben aan
liefde, die tevens vriendschap is, die geba
seerd is op een zekere geestelijke verwant
schap. De bolsjewistische theoretici, wilden
de liefde afschaffen, die door duizenden
dichters bezongen is, wier raadselen dui
zenden denkers vergeefs getracht hebben
op te lossen, zij wilden ze door een „vrije
verhouding" vervangen. Zij bleken echter
volkomen machteloos te zijn tegenover het
geheimzinnige gevoel, dat wij „liefde" noe
men en dat ons dwingt in strijd met de ra
tionalistische opvattingen te handelen. De
betrekkingen tusschen den man en de
vrouw leiden vaak tot allerlei onoplosbare
problemen. De bolsjewiki redeneerden als
volgt: waarom zijn de menschen zoo dwaas
en martelen zich zelf en de anderen? Je
hoeft alleen maar even bij de ,zags" (bur
gerlijke stand) aan te loopen en het „on
oplosbare probleem" is opgelost. Je laat
je van dezen man scheiden en je trouwt
een anderen. Alles scheen zoo eenvoudig
en duidelijk. Ook de bolsjewistische prak
tijk heeft echter geleerd, dat het noch een
voudig, noch duidelijk was.
PRINS BERNHARD GEÏNSTALLEERD
ALS BESCHERMHEER VAN DE
HOLLANDSCHE MAATSCHAPPIJ DER
WETENSCHAPPEN.
In de nieuwe zaal van het gebouw der
Hollandsche Maatschappij der wetenschap
pen te Haarlem is Zaterdag Z. K. H. Prins
Bernhard geïnstalleerd als beschermheer
dezer maatschappij.
DE VORMING VAN
VOEDSELVOORRADEN VOOR
DEFENSIE.
DE
Het Tweede Kamerlid Bierema heeft
aan de ministers van economische zaken
en van defensie de volgende vragen ge
steld:
1) Berusten de geruschten, dat de regee
ring overweegt voorraden voor de voeding
van mensch en dier te vormen ten behoeve
van de defensie, waarbij importeurs ver
plicht zullen worden tot de vorming dezer
voorraden, zonder dat daarvoor vergoeding
zal worden gegeven en waarbij de impor
teurs de kosten zullen moeten dekken door
deze op de afnemers te verhalen, op juist
heid?
2) Indien de eerste vraag bevestigend
wordt beantwoord, willen de ministers dan
mededeelen, op grond van welke bevoegd
heid zij meenen, deze verplichting aan im
porteurs te kunnen opleggen?
3) Zijn de ministers, afgezien van de in
de tweede vraag bedoelde bevoegdheid, niet
van oordeel, dat het verhalen van de kos
ten op de afnemers een eenzijdigen druk
legt op de minst draagkrachtigen der be
volking en dat een regeling de voorkeur
zou verdienen, waarbij de importeurs zich
verplichten tegen een zekere uit 's rijks
schatkist te betalen vergoeding, de ge-
wenschte voorraden aan te houden?
DE GEVLUCHTE SPANJAARDEN.
Het Tweede Kamerlid Van der Goes van
Naters (s.d.) heeft aan de ministers van
buitenlandsche zaken en van justitie de vol
gende vragen gesteld:
1. Is het waar, dat sinds 18 Mei jl. weder
een viertal geïnterneerde Spanjaarden
(Franco-aanhangers) uit hun aangewezen
verblijfplaats zijn ontvlucht, en wel dezelf
de personen, die reeds eerder wegens het
breken van hun eerewoord en het doen
van een poging tot ontvluchting op Ame
land zijn geïnterneerd geweest?
2. Zijn de ministers niet van meening
wanneer dit inderdaad waar is dat na
de eerste ontvluchtingspoging dezer man
nen, en na de ontvluchtingen, waarover on-
dergeteekende op 6 December 1937 vragen
heeft gesteld, ten aanzien van de overige
krachtens internationale overeenkomst,
wet en kon. besluit (art. 3 van het k. b. van
11 Juni 1937 staatsblad 163) geïnterneerden
een strengere controle noodzakelijk is, dan
de als 't ware de trap af, steeds lager en
lager. De witte schim rende alle trappen
af, tot in het onderhuis, en daar glipte ze
de keuken in. Viel dan op een stoel neer.
Vlak daarop vertoonde Daddy zich. Lena,
bij de gootsteen, zag hem met verschrikte
oogen aan. Willem en Mina keken ook iet
wat vreemd op. Dan keken ze eens naar
de schim, die haar hoofd verborgen had
in haar schort.
„Pietje, kind, wat hèb je?" vroeg Lena
bezorgd.
„Die meneer daar heeft me nagezeten",
hijgde het linnenmeisje en Daddy vond die
opmerking niets prettig.
„Maar waarom luisterde je dan ook aan
de deur!" zei hij kwaad.
„Och meneer", zei Lena opeens, „dat
moet u haar maar vergeven. Ze is zoo ver
schrikkelijk nieuwsgierig, dat kind!"
„Ja maar, dat komt toch niet te pas"
Met groote bijkans smeekende oogen zag
Pietje hem aan.
„Groote goedheid", zei ze, als was haar
plotseling een licht opgegaan, „meneer
dacht toch niet, dat ik het spook was?"
Daddy zweeg. Hij vond het van geen be
lang, wat hij gedacht had. Dan voelde hij
een tikje op zijn schouders: de officier en
de commissaris hadden hem ingehaald.
Even hielden ze een korte gedachtenwis-
seling: het personeel in de keuken was
voltallig aanwezig, met uitzondering van
Jan de buitenknecht, die dagelijks om zes
uur naar huis ging. Dus grepen ze meteen
de gelegenheid aan, om het een en ander
te vragen.
„Wel Lena", begon Daddy, „wat zeg jij
wel van den aanval op mevrouw Messing?"
„Nou meneer, als ik 't zoo zeggen mag,
de melding, eens per week, aan het politie
bureau?
3. Zjjn de ministers bereid, ter nakoming
van de uit de genoemde overeenkomst
voortspruitende internationale verplichting
en ter uitvoering van bovengemeld k. b.
ten aanzien van de nog aanwezige geïnter
neerden strengere bewakingsvoorschriften
te geven en te doen handhaven, zooals blij
kens het antwoord op bovengenoemde vra
gen tijdelijk is geschied, zulks in overeen
stemming met de maatregelen ten aanzien
van andere vreemdelingen, die onder bij
zonder toezicht staan?
Vleesch tegen stroo, boter en
tuinbouwproducten.
Uit betrouwbare bron vernemen wij, dat
met de betrokken Duitsche instanties een
ruilovereenkomst tot stand is gekomen,
waarbij tegen Nederlandsche levering van
stroo, boter en tuinbouwproducten Duitsch-
land 4000 ton bevroren vleesch zal leveren.
De leveringen zullen wederzijds franco
grens geschieden. De clearing zal hierbij in
genen deele worden belast.
Hoewel de eerste besprekingen hebben
geloopen over een hoeveelheid vleesch van
10.000 ton, is uiteindelijk overeenstemming
bereikt over een hoeveelheid van 4000 ton,
voldoende om gedurende ongeveer een half
jaar of iets langer in de behoeften van de
distributie van vleesch voor werkloozen en
daarmede gelijkgestelden te voldoen.
Met de wederzijdsche leveringen zal zoo
spoedig mogelijk een aanvang worden ge
maakt.
De besprekingen met de vertegenwoordi
gers der vleeschwarenfabrieken zijn reeds
aangevangen en zullen zoo spoedig mogelijk
worden voortgezet.
VERBOND VAN VEREENIGINGEN
VOOR VEILIG VERKEER.
Z. K. H. Prins Bernhard aanvaardt
beschermheerschap.
In het jaarbeursrestaurant te Utrecht
vergaderde Zaterdag het Verbond van Ver-
eenigingen voor Veilig Verkeer.
In zijn openingswoord deelde de voorzit
ter, mr. A. baron Schimmelpennlnclc van
der Oyen, mede dat bericht was binnenge
komen, dat Z. K. H. Prins Bernhard het
beschermheerschap over het verbond beeft
aanvaard.
ERNSTIGE AARDBEVING OP
CELEBES.
Vrijdag in den vroegen ochtend zijn op
Celebes ongeveer 20 aardschokken gevoeld,
waarvan vooral de beide eerste zeer hevig
waren. Tot dusver worden acht personen
vermist, terwijl reeds drie lijken gevonden
zijn. Veel vee, tienduizenden klappernoten,
enz. zijn weggespoeld. Van Toriboeloe tot
Parigi zijn ongeveer 450 huizen ingestort,
honderden andere woningen zijn scheefge
zakt.
De kust, welke door een vloedgolf werd
geteisterd, is hier en daar weggespoeld.
Vrijwel alle bruggen in de omgeving zijn
vernield of ontzet. Ook de wegen zijn
zwaar beschadigd en onbegaanbaar gewor
den.
Te Tawaeli zijn dertig huizen beschadigd.
Te Boeloebete zijn de tribunes van de ra
cebaan en een passarloods ingestort.
Federatie van brokkenhuizen gesticht.
Dezer dagen is te Utrecht gesticht de
federatie van brokkenhuizen in Nederland.
Er zijn plm. 35 brokkenhuizen in Nederland
of vereenigingen, welke op gelijke basis
werken. De bedoeling der federatie is door
uitwisseling van gedachten en ruiling van
reclame van goederen enz. tot nog grooter
activiteit te komen, gezTen de vele aanvra
gen in dezen moeilijken tijd, nu er weinig
geld maar nog wel goederen zijn te krijgen.
Tevens zal getracht worden twee keer
per jaar over ons land een ophaaldienst te
organiseeren welke per radio zal worden
toegelicht. Het bestuur werd zoodanig
samengesteld dat iedere provincie er in is
vertegenwoordigd. Voor Zeeland heeft mej.
J. Ermerins te Middelburg zitting in het
bestuur.
Tot algemeen voorzitter werd gekozen
de heer H. J. Klaassens, te Groningen tot
secretaris penningmeester de heer Jac.
Ponsen, eveneens te Groningen.
dan geloof ik, dat mevrouw net precies
den dans ontsprongen is!"
„Heb je mevrouw al gezien?"
„En of! We moeten altijd allemaal ko
men kijken, als er zooiets prettigs gebeurd
is! Ik schrik al, als ik geroepen word".
„Maar ditmaal riep mevrouw Messing
jullie toch zeker niet!"
„Om den duivel niet! Het mensch was
heelemaal buiten westen, ze kon geen
mond meer open doen. Neen! Mijnheer
Trom riep ons".
„Hoe laat was het toen?"
„Even voor half zes, denk ik. Het be
gon al donker te worden".
„Mijnheer Trom was er dus het eerste
bij?"
„Ja, meneer, die eer komt hem beslist
toe. En van ons vijven was ik er het
eerst".
„Niettes!" zei Mina opeens. „Ik was
veel eerder boven, dan jij".
„Meid, hoe kom je er bij. Ik zeg je: ik
was er het eerste. Maar wat geeft 't eigen
lijk! Toen mjjnheer Trom riep waren we
allemaal om zoo te zeggen direct boven".
„En wat deed je toen, Lena?"
„Nou, meneer, 't was nogal donker in de
gang. Ik heb dadelijk een lichie gemaakt".
„Niet waar!" stoof Mina op. „Ik heb het
licht aangedraaid!"
„Nou nog mooier! Meid wat verbeeld jij
je wel! Ik durf er op wedden, dat ik het
licht aangedraaid heb!"
„En ik zeg je, dat ik het gedaan heb".
„Dat kan!" zei Willem opeens. „De een
draaide het dan zeker voor op en de ander
achter. Beide lichten begonnen tenminSfb
ongeveer tegelijk te branden".
Stom verbaasd keken de meisjes elkaar
Plannen voor uitvoering van een
grootsch openluchtspel.
Op een conferentie, die de Goesche pers
Zaterdag mocht hebben met het Bestuur
der Oranjevereeniging, bleek ons, dat er
grootsche plannen bestaan voor de viering,
begin September van dit jaar, van het 40-
jarig regeeringsjubileum van Koningin Wil-
helmina.
Bedoeling is o.a. een groot openluchtspel
uit te doen voeren, dat speelt in het begin
van de negentiende eeuw en tot titel zal
dragen: „Wij willen blijven wat wij zijn".
Het spel, dat geschreven is door een be
kend stadgenoot, speelt van Willem V tot
Koning Willem I, en geeft episoden uit het
leven dezer vorsten en van de Fransche
overheersching. Wij hopen op den inhoud
nog eens terug te komen, doch uit de ons
verstrekte beschrijving, en uit de gedeelten
die ons voorgelezen werden, bleek ons
reeds, dat het een spel is, dat op hoog peil
staat en dat ook door zijn inhoud en han
deling zal weten te boeien. Uit den aard
der zaak zal ook de historische aankleeding
van het geheel een groote attractie zijn.
Verder is van groote beteekenis, dat het
een episode uitbeeldt, die weergeeft, van
welk een groote beteekenis de Oranjes voor
ons land zijn, hoe innig ons volk met dit
vorstenhuis, en dit vorstenhuis met ons
volk, verbonden is.
Wij bleken ons, met onze waardeering,
in goed gezelschap te bevinden, want ons
werd tevens medegedeeld, dat het stuk ter
beoordeeling gezonden werd aan den be
kenden directeur van de Amsterdamsche
Tooneelschool, den heer Baltazar van Ha
gen, die een zeer waardeerend oordeel over
het spel gaf. Een oordeel, dat van te meer
waarde is, daar de heer Baltazar van Hagen
zeer critisch tegenover alle dilettantisme
staat.
Bedoeling is dit spel in te studeeren on
der leiding van één der beste Nederland
sche regisseurs en het op te doen voeren
in den tuin van Schuttershof. Deze tuin,
met muziektent, vijver en lommerrijke om
geving, leent zich het best voor de uitvoe
ring en biedt daarbij plaats aan bijna 1000
toeschouwers.
Er is echter nog één zeer moeilijk punt:
de financieele zijde van de zaak, want de
voorbereidingen zullen eenige duizenden
guldens vergen. En de kas van de Oranje
vereeniging is nagenoeg leeg. Toch zou de
Oranjevereeniging liefst geen „bedelpartij"
op groote schaal beginnen, alhoewel zijn
anderzijds zulk een risico niet op zich mag
nemen. Daar het echter niet onmogelijk is,
dat de uitvoeringen, indien zij voldoende
publiek trekken, zich zullen dekken, meent
het Oranjecomité te kunnen volstaan met
het vormen van een garantiefonds. En van
de animo voor dit garantiefonds zal het af
hangen, of dit grootsche programmapunt
uitgevoerd zal kunnen worden.
Wij hopen, waar het hier om een uitvoe
ring gaat, die zeker ook velen van buiten
naar Goes zal trekken, dat het garantie
fonds „overteekend" zal worden!
VERBETERING BOULEVARD.
B. en W. stellen den Raad voor om langs
de huizen van den Boulevard de Ruijter van
het hotel „Noordzeeboulevard" tot aan de
Oprit naar de Weststraat, een trottoir van
gewone trottoirtegels, ter breedte van plm.
3 meter te doen aanleggen en 't straatdek
aldaar te doen bedekken met een laag „car-
pave", de kosten daarvan zullen bedragen
10.052.
NOG MEER HUIZENBOUW.
Het bestuur der vereeniging tot verbete
ring van de volkshuisvesting te Vlissingen
en omliggende gemeenten is voornemens
20 ééngezinswoningen te bouwen op het
terrein gelegen aan de Margrietenlaan,
Goudsbloemlaan en aan de nieuw gepro
jecteerde laan, welke B. en W. voorstellen
de naam te geven van Boterbloemstraat.
Deze woningen zullen worden verhuurd
voor 4.25 per week, terwijl de bouwkosten t
zijn geraamd op 65000, met inbegrip van
de kosten voor den aankoop van den grond.
Het bestuur van het „ondersteunings
fonds" en van het „aanvullingspensioen
fonds" der N.V. Kon. Maatsch. „de Schelde"
heeft zich bereid verklaard het benoodigd
kapitaal ter leen te verstrekken, tegen een
rente van 3% pet. 's jaars en af te lossen
in 50 jaren, onder beding, dat de gemeente
zich borg stelt voor de betaling van rente
en aflossing en onder waarborg van eerste
hypotheek.
B. en W. stellen de Raad voor om aan ge
noemde woningbouwvereeniging in eigen
dom over te dragen 2600 m2 grond, tegen
een prijs van 5 per m2, alzoo voor 13000
en zich borg te stellen zooals boven is om
schreven.
DOMBURG. Onze gemeente kan zich ge
lukkig prijzen dat ze nu het kleinste getal
werkloozen heeft sedert het tijdstip dat
werkverschaffing en steunverleening tot
haar zorgen zijn gaan behooren. Voorgaan
de week waren er slechts drie in de steun
verleening opgenomen. Alle anderen heb
ben werk gevonden voorloopig.
DOMBURG. Vrijdagavond vergaderde de
Winkeliersvereeniging ;„Domburgsch Han
delsbelang" onder voorzitterschap van den
secretaris M. Reynhoudt Jr. Verscheidene
leden hadden den wensch te kennen gege
ven om hun zaken nog tot 15 Juni 's avonds
om 8 uur te sluiten, hoewel de gemeente
lijke verordening tot 10 uur het verkoopen
toelaat. Voorstanders van dezen wensch heb
ben zich nu verbonden, om het sluitingsuur
voor hun zaken nog voorloopig op 8 uur te
houden.
Aan de feestelijkheden van de Oranjever
eeniging op 7 Sept. a.s. zal, daartoe uitge-
noodigd, worden deelgenomen. Staande de
vergadering werd een elftal samengesteld
voor den gecostumeerden voetbalwedstrijd,
terwijl tevens besloten werd met een praal
wagen aan den optocht deel te nemen. Ook
zal de Oranjevereeniging gevraagd worden
een étalage-wedstrijd te willen organiseeren
RAAD VAN GRIJPSKERKE.
GRIJPSKERKE. Vrijdag vergaderde de
Raad, onder voorzitterschap van burge
meester De Keijzer voltallig.
Besloten werd tot deelneming aan de
Frauderisico-onderlinge van gemeenten, te
's-Gravenhage ten aanzien van den alge-
meenen dienst der gemeente en het burger
lijk armbestuur voor een totaalbedrag van
3000.
De rekening 1937 van het burgerlijk arm
bestuur werd vastgesteld aan inkomsten op
1081; uitgaven 812, met batig slot 269.
Een verzoek van het bestuur van de Ver
eeniging tot stichtting en instandhouding
van Chr. scholen voor zwakzinnige kinde
ren op Walcheren, om deze zaak te steu
nen met een jaarlijksche bijdrage van 30
per leerling, benevens een nader te bepa
len aandeel in de vervoerkosten der kin
deren, ten aanzien waarvan door B. en W.
werd voorgesteld hetzelve in te willigen,
ontmoette bezwaar bij de heeren C e v a a 1'
en De Nood, die vreesden dat hier
door de ouders van sommige kinderen in
hun vrijheid zullen worden beperkt. De
v o o r z meende, dat hiervoor niet de
minste vrees behoeft te bestaan. Het voor
stel van B. en W. werd aangenomen met
de stemmen van de heeren Cevaal en De
Nood tegen.
Besloten werd de oud-brievengaarders-
woning te verhuren aan W. Coppoolse Dz.,
voor 150 per jaar tot 31 Dec. 1941.
Vervolgens kwam ter tafel het plan
drinkwatervoorziening, meer in het bijzon
der de vraag, of het mogelijk zal zijn, dat
ook deze gemeente zal toetreden tot de
N.V. Waterleiding-Maatschappij Midden-
aan.
„Gunst, gunst" zeiden ze knikkend,
„dan. hebben we het samen gedaan en dan
hadden we allebei gelijk!"
„En wat zagen jullie, toen het licht op
was?" vroeg Daddy verder.
„Wel, mevrouw Messing lag op den grond
en mijnheer Trom stond naar haar te kij
ken. Het arme mensch kon geen boe noch
ba meer zeggen. Wij stonden in een kringe
tje om haar heen en toen ze mijnheer Trom,
dat ze naar boven gebracht moest worden.
Nou, dat waren we allemaal met hem eens:
we konden haar toch zoo niet laten liggen!"
„En hebben jullie dat toen gedaan?"
„Dat wil zeggen," zei Lena, „mijnheer
Trom heeft haar naar boven gedragen. Hij
kon haar alleen niet van den grond krijgen:
daarbij moesten wij hem even helpen, maar
verder wilde hjj absoluut geen hulp heb
ben. Toen hij haar eenmaal in zijn armen
had, sjouwde hij er mee, alsof het een pas
geboren kindje was."
„Dus mijnheer Trom droeg haar alléén
naar boven?"
„Heel alleen! En dat wil wat zeggen: die
korte dikkertjes zijn altijd verbazend zwaar.
Ik had nooit gedacht, dat mijnheer Trom
zoo sterk was."
Daddy knipoogde eens tegen den officier.
Hij had al dadelijk gezien, dat het paard
van Troje een paar stevige armen aan zijn
lijf had. De commissaris had dit trouwens
ook opgemerkt.
„En," vroeg de detective verder, „hebben
jullie een van allen mevrouw Messing ook
hooren vallen, hooren schreeuwen, gillen of
zoo?"
De drie meisjes keken Willem aan.
„Jij Willem?" vroeg Daddy hem.
„Jawel, mijnheer", klonk het zwak.
„Precies vertellen! Waar was je, toen je
wat hoorde?"
„Op de trap, mijnheer."
„Dus jij was niet in de keuken?"
„Wij waren alle vier in de keuken", zei
Lena opeens. „Jan ook, maar hij was op de
trap."
Daddy meende op te merken, dat de
mooie livrei-knecht haar op dat oogenblik
graag in den krater van een vuurspuwen-
den berg gestopt zou hebben. Willem liet
daarvan echter niets blijken. De detective
ook niet.
„Welke trap?" vroeg hij bedaard. „De of-
ficieele trap, Willem?"
„Jawel, mijnheer. Ik stond juist boven
aan de trap op de eerste verdieping, toen
ik mevrouw Messing hoorde gillen."
„En toen ben je zeker dadelijk gaan kij
ken?"
Willem zweeg en de meisjes trokken een
gezicht, dat onmiskenbaar getuigde van in
gehouden vroolijkheid.
Daddy begreep 't niet.
„Kom, Willem", moedigde hij aan, „ging
je toen kijken of niet?"
„Ik stond boven aan de trapbegon
Willem.
„Kom vooruit!" zei Lena toen opeens,
„vertel het mijnheer maar, anders zal ik
het doen. Ziet u", vervolgde ze knikkend,
„mevrouw had hem juist den dienst opge
zegd."
„Heeft mevrouw je den dienst opgezegd,
Willem?" vroeg Daddy verbaasd, „en waar
om dat?"
(Wordt vervolgd).
Boer.