HEEMAF
KRONIEK van den DAG.
ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 16 MAART 1938. No. 63.
HET OOG VAN ABU
De Nieuwe Spoorweg
dienstregeling.
FIRMA TQNNFMA& Qa FABRIKANTEN VAN KING PEPERMUNT! SN EEK
en Uw stofzuiger
kunnen elkaar verdragen!
De Heemaf maakt een stofzuiger met
den beroemden S.K»A. motorl Iedere
electricien kan U vertellen,, hoe be
trouwbaar die is. De eenige stof
zuiger zonder koolborstels. Vonken
isiuitgesloten, radiostoring dus on
mogelijk! Als hij draait, kunnen
buren enihuisgenooten een.Mengel
berg concert genietenl
Vraag demonstratie.
STOFZUIGER
Electro Techn. Bur. M. J. v. d. BERGE, L, J." VAN 't WESTENDE,
MIDDELBURG.
GOES.
VLISSINGEN.
WALCHEREN.
U ontvangt hel
dubbele en Uj
betaalt minder
Engeland en de positie
van Tsjecho-Slowakije
De Engelsche regeering is boos op Hitier,
echt boos. Dat Oostenrijk bij Duitschland
gekomen is, vindt ze op zichzelf niet zoo
heel erg. Was het nu niet gebeurd, dan
later wel. Het hing om zoo te zeggen, in de
lucht. Maar de manier, waarop het is ge
beurd. De Engelschen zijn op manieren ge
steld. En die van Hitier, zijn politieke dan,
vinden ze onfatsoenlijk. Daarom die boos
heid te Londen.
Er zit wat in deze opvatting. Men kan
de gebeurtenissen in Oostenrijk inderdaad
onder den gezichtshoek van manieren be
schouwen. Dan worden ze overzichtelijker,
en beter hanteerbaar. Immers principieel
kan men het Duitschland moeilijk kwalijk
nemen, dat het naar bevrijding van de
boeien van Versailles streeft. Maar het doet
er wel degelijk toe, hoe dat geschiedt. De
inlijving van Oostenrijk nu openbaart het
een en ander te dezen aanzien: zoodra de
kans schoon is, zet de Duitsche" regeering
door, zonder aanzien van den politieken toe
stand. Von Ribbentrop hield besprekingen
te Londen, toen de Duitsche troepen Oos
tenrijk binnen marcheerden. Moet de En
gelsche regeering niet het gevoel gehad
hebben, alsof het de taak van den Duit-
schen minister was in haar gezicht te mees
muilen?
Duitschland zet door. Hitier legt het pro-,
gramma, dat men verspreid in zijn „Mein
Kampf" beschreven kan vinden, stelselma
tig ten uitvoer, in den vorm van periodieke
verrassingen, welke voor Engeland en
Frankrijk uiterst onaangenaam zijn. Vooral,
omdat hij daarbij de Franschen en Engel
schen feitelijk voortdurend om den tuin
leidt. Er schijnt langen tijd geen vuiltje aan
den politieken hemel. In hun redevoeringen
stellen de Duitsche machthebbers zich als
vredesapostelen voor. En dan opeens een
coup de theatre, zoo onverwachts en zoo
snel doorgezet, dat het voldongen feit er
is, voordat de heeren te Londen en Parijs
gelegenheid hebben gehad, goed en wel tot
bezinning van den toestand te komen.
Dit zijn inderdaad manieren, waar, in 't
bijzonder de Engelschen, het land aan moe
ten hebben. Maar, wat stelt men zich te
Londen dan voor? Dat Hitier eerst overleg
met Blum en Chamberlain had moeten ple
gen over de inlijving van Oostenrijk; met
den hoed in de hand op 't matje, om te
vragen, of zij het goed zouden vinden?
Chamberlain heeft in het Lagerhuis be
rispende woorden over Hitier gesproken. Te
Praag zal men echter tevergeefs naar een
stellige verklaring betreffende Tsjecho-Slo-
vakije in zijn redevoering hebben gezocht.
Chamberlain weet, wat er op 't oogenblik
in de Tsjechen omgaat. Zij vreezen, dat nu
een deel van hun land aan de beurt is, om
bij het Derde Rijk ingelijfd te worden. Zij
zullen daar weinig tegen kunnen doen, als
ze van hulp verstoken blijven. Twee landen,
Frankrijk en Engeland, komen voor die
hulp in aanmerking. Frankrijk is bereid
haar toe te zeggen, heeft haar feitelijk
reeds toegezegd in het bestaande Fransch-
Tsjechische vriendschapsverdrag. Maar
Chamberlain heeft er met geen woord van
gerept. De Tsjechen moeten het gevoePheb-
ben, dat Engeland, evenals de vorige week,
toen Oostenrijk werd overmand, werkeloos
zou blijven toezien, indien Duitsche troepen
xnu de Tsjechische grenzen overstaken.
Hitler's politieke manieren zijn inderdaad
bedenkelijk, heel bedenkelijk voor den vrede
in ons werelddeel. Maar Frankrijk en En
geland hebben de laatste jaren niets na
gelaten, om hem als 't ware in het kwaad
te stijven. Toen indertijd Japan Mantsjoe-
rije binnenviel en Amerika in 't geweer wou
komen, gaf Londen niet thuis. Toen Musso
lini zijn avontuur in Abessynië begon en
Engeland doeltreffende sancties voorstelde,
meende de Fransche minister Laval een
soort van sabotage-politiek te moeten toe
passen. Zoo hebben Londen en Parijs om
beurten het hek op den dam der politieke
vrijbuiterij verder opengezet. En dat dan,
nadat ze bijna 20 jaar geleden te Versailles,
te St. Germain etc. de kiemen voor nieuwe
conflicten zaaiden.
De politieke gang van zaken neemt nu
zijn beloop dwars tegen de wenschen en
verlangens van Parijs en Londen in. Er zijn
nu in Europa menschen met slechte poli
tieke manieren. En John Buil moet zich
hun optreden laten welgevallen. Tenzij hij
bereid zou zijn, met zijn zwaard te rinke
len. Maar ook na.de inlijving van Oosten
rijk blijkt hij daar nog niet veel voor te
door
ALAN DARE.
42).
„Vooruit!" riep Dave.
Hij duwde haar verder en het volgend
oogenblik trof een oorverdoovende. knal
haar ooren. Dave wankelde en viel getrof
fen neer. Door die vreeselijke, donkere gang
spoedde zij zich alleen voort, met het geluid
van achtervolgende voetstappen achter
zich. Tweemaal viel zij en bezeerde zich,
maar stond dadelijk weer op en snelde
voort. Eindelijk bereikte zij het vorige ge
welf.
Maxine snelde voort, doch plotseling
greep Peters haar.
„Laat mij gaan bruut!" riep zij schrei
end.
Maar Peters hield haar stevig vast. Zoo
wel zij als Dave werden door de nauwe
doorgang naar den anderen kelder ge
bracht, en voor den op een sphinx geljjken-
phenuit op den grond geworpen. Hij
schopte met zijn laars tegen het voorover
gebogen lichaam van Dave.
„Gedood?" vroeg zij.
Peters knikte.
oed! Hij richtte zijn onheilspellende
cogen op Maxine.
„Je hebt de ongelukkige gewconte, an
deren m „moeilijkheden te brengen. Eerst
den man, dien je trouwde en nu dezen ar-
f1®" ,d^v.aas' Je vleide hem net zoo lang,
totdat hy een verrader werd en
De onmeedoogende gezichten om haar
heen gaven haar de overtuiging, dat ant
woorden nutteloos zou zijn. Zij had een ge
voelen. Zijn gedachtengang kan men aan
voelen: is het stukje Tsjecho-Slovakije,
waar de Sudeten-Duitschers wonen, in laat
ste instantie een Europeeschen oorlog
waard? Welk een ontzettende vraag eigen
lijk voor Londen. Want zelfs een lange be
zinning er op, kan het zich nauwelijks ver
oorloven. Men heeft het gevoel, dat Hitier
vóór die bezinning ten einde is, door een
nieuw voldongen feit, het antwoord zou ver
mogen te geven.
Engeland zal het tempo zijner herbewa
pening versnellen. Dat is weliswaar ook
iets. Maar kan Chamberlain deze aankondi
ging niet tevens gebezigd hebben in de
plaats van een antwoord op de vraag aan
gaande Tsjecho-Slovakije? Men stelle zich
in dit verband voor, hoe zijn woorden te
Berlijn gewikt en gewogen zullen worden.
Nog snellere uitbreiding der Engelsche
weermacht. Ach, is het veel meer dan een
wissel op de toekomst? En wie verzilvert
dergelijke dingen? Berlijn in geen geval.
Een voorloopige indruk van de
Zeeuwsche lijn Op Amsterdam
een winst van 9 tot 31 minuten.
Wij zijn in de gelegenheid hierbij een
overzicht te geven van het voorloopige ont
werp van de nieuwe dienstregeling der
Ned. Spoorwegen, zoo als deze voor de lijn
VlissingenRoosendaalAmsterdam ont
worpen is.
Men houde evenwel, bij hetgeen hierom
trent volgt, in het oog, dat dit nog slechts
een ontwerp is: er kunnen nog op verschil
lende punten, van ondergeschikt belang,
wijzigingen in komen. Maar het beeld dat
de nieuwe dienstregeling ons zoo aanstonds
zal bieden, laat zich reeds vrij goed er in
onderkennen.
Het eerste wat opvalt is, dat „onze" lijn,
ook wel de „Zeeuwsche" lijn genoemd, niet
meer bestaat. In het spoorboekje teminste
niet: lijn 6, ons nommer, is vervallen en
we zijn nu lijn 1 geworden, nl. Vlissingen
(Esschen)Roosendaal, Dordrecht, Rotter
dam, Amsterdam.
Vervolgens zien we, dat de Zeeuwsche
lijn, nu dan het Zeeuwsche deel van de
eerste lijn des lands geworden, althans in
het spoorboekje, tot en met Roosendaal
nog maar 10 stations telt (tegen vroeger,
toen Vlake ook nog bestond, wel 15!). Het
zijn er nu nog: Vlissingen, Middelburg, Ar-
nemuiden, Goes, Kapelle-Biezelinge, Krui-
ningen-Ierseke, Krabbendijke, Rilland-Bath,
Bergen-op-Zoom en Roosendaal; na Vlake,
hetwelk reeds enkele jaren geleden opge
heven werd, zijn met ingang van 15 Mei
nu dus ook nog verdwenen: Lewedorp,
's-Heer-Arendskerke, Woensdrecht en
(Ingez. Med.)
Wouw. (Op het verdere traject tot Rotter,
dam zijn, voorzoover wij kunnen nagaan,
geen stations meer opgeheven).
Wat den loop der treinen betreft: de ge
normaliseerde rijtijd van een normale snel
trein is van Vlissingen naar Roosendaal
van tien minuten voor een vol uur, tot het
daarop volgende geheele volle uur. Dat is
het „regelmatige" systeem.
Bijvoorbeeld: de laatste trein uit Zee
land een sneltrein vertrekt om 20.50
of tien minuten voor negen uit Vlissingen;
deze is om 22.00 of tien uur in Roosendaal.
De rijtijd over dit stuk is dus één uur en
tien minuten, d.i. acht minuten korter dan
tot dusverre.
De duur van een sneltreinrit met den,
bestaan blijvenden, befaamden middagtrein,
naar Amsterdam (stoppen te Middelburg,
Goes, Kruiningen-Ierseke, Bergen op Zoom,
Roosendaal, Dordrecht, Rotterdam D.P.,
Den Haag,) wordt nu Vlissingen 13.50, Am
sterdam 17.08, is drie uur achttien minuten;
tot dusverre duurde deze rit 13.41 tot 17.30,
is drie uur en negen-en-veertig minuten;
d.w.zT een winst van goed een half uur.
Maar dit is ook wel een heel erg snelle
sneltrein; de ochtendtrein van omstreeks
8 uur, die eveneens ietwat veranderd in
stand blijft, doet er Vlissingen-Amsterdam
7.5011.15 drie uur vijfentwintig minu
ten; toch nog een winstje op vroeger van
negen minuten.
Wat nu de dienstregeling betreft ver
melden wij de doorgaande treinen, met ver
melding S=snel, B=boemel; motortrein
tjes e.v. die maar op een stukje loopen, bv.
Vlissingen Goes, enz., laten we onvermeld.
We geven hieronder gemakshalve vertrek
en aankomst dezer doorgaande treinen van
en naar Middelburg; voor Goes scheelt aan
komst of vertrek 17 minuten bij een snel
trein en 20 min. bij een boemel
I. Middelburg, vertrek: 5.58 S; 6.34 B;
7.58 S; 9.29 B; 11.29 B; 13.58 S; 15.29 B;
«-*
Verkrijgbaar bij:
Lange Vorststraat 48, Goes, Telef. 375. Gortstraat 21, Middelburg Telef. 387
(Ingez. Med.)
voel, alsof zij stikte, alsof zij vergeven was.
Phenuit zei iets en Peters greep haar bij
den arm. Langs een steil pad begon het
troepje het keldergewelf te verlaten.
„Dave Dave!" klaagde zij.
Toen trok Peters haar voort en zij volg
den de Indianen, die de uitrusting droegen.
Zij kwam weer in het vroolijke zonlicht,
maar alles om haar heen was een zwarte
ruïne asch en rook. Zij zag echter niets,
want zij was geheel overstuur.
„Wij moeten de muildieren opvangen",
zei Phenuit. „Er zullen er wel eenige zijn,
die het overleefd hebben".
„Zij wenschte van ganscher harte, dat zij
het niet had overleefd. Eerst Bob nu
DaveHad het eenig nut, tegen het
blijkbaar onvermijdelijke te strijden?
Wat er daarna gebeurde, wist zij niet.
Zij had een vagen indruk van kale boom
stronken, asch, die mijlen ver lag, de lijken
van twee muildieren, en de kwellende ge
dachte, dat er bij het graf in Hammuxi nog
een wandaad zou bedreven worden.
HOOFDSTUK XX.
Te laat.
Kennedy en Hornbiow hedden geen tiid
verloren laten gaar.. In die anders onge
repte wildernis konden zij de indrukken der
muildierenhoeven en voetstappen niet mis-
loopen. De spanning voor Kennedy was nu
zeer groot, want hij was ervan overtuigd,
dat nog slechts een mijl of twee hem van
zijn tegenstander scheidde.
„Het is net, of er iets brandt", zei hij.
„Ruik je wel?"
„Ja. Ik ruik het al eenigen tijd."
„Dat moet hun kampvuur zijn."
Zij liepen behoedzaam voort en bemerk
ten, dat de brandlucht steeds doordringen
der werd. Plotseling hield Kennedy halt en
wees op asch op den grond..
„Het is meer dan een kampvuur. Sapper
loot, Hornbiow, ik geloof dat het bosch voor
ons in brand staat. Kijk eens naar die om
gekrulde en verdorde bladeren!"
„Je hebt gelijk. Dat -is rook daarginds!"
Toen zij verder gingen, ontmoetten zij
meer teekenen van den brand.
„Heb je nog wat water over?" vroeg hij.
„Het mijne is heelemaal op."
„Nog een beetje".
Hij nam de helft van wat er in Horn-
blows flesch over was en liep weer voort,
overal rondspiedend. De schaarschte aan
water was op het oogenblik van niet veel
belang, want zij wisten, dat zij in de onder-
grondsche gewelven altijd nieuwen voor
raad konden krijgen, maar het voedsel was
een andere zaak. Al de geconserveerde
etenswaren en vruchten waren op, en reeds
twee dagen hadden zij geleefd van voedsel
dat het woud hun verschafte. Nu alles tot
asch verbrand was, was hun toestand zeer
ernstig.
„Hallo! Wat is dit?" riep Hornbiow uit.
Het bleek een dood muildier te zijn, half
verbrand door de vreeselijke hitte. Ken
nedy deinsde terug voor de grimmige be-
teekenis hiervan. Verderop zouden zij op
mensehelijke lichamen kunnen stuiten
het lichaam van de vrouw, die zijn geheele
leven veranderd had en met wie hij eenige
maanden van volmaakt geluk had gehad.
Hornbiow begreep, waaraan hij dacht, en
raakte zacht zijn arm aan.
„Dat hoeft nog niet, oude jongen", zei
hij. „Muildieren raken bij zoo'n onverwach
16.58 S; 17.29 B; [de twee boottreinen, ver
trekkende uit Vlissingen onderscheidenlijk
18.08 en 18.421; 19.29 B; 20.58 S. [Deze
laatste trein komt 22.56 in Rotterdam aan,
met aansluiting 23.27 Den Haag; 29.39 Lei
den; 23.59 Haarlem en 0.15 Amsterdam].
II. Middelburg, aankomst: 8.30 B. [ver
trek uit Rotterdam: 5.551; 10.03 S [vertrek
uit Amsterdam: 6.431; 12.03 S; eerste boot
trein; 13.21 B; tweede boottrein; 15.03 S;
17.21 B; 18.07 S; 19.21 B; 21.03 S; 23.21 B;
0.03 S.
Het spreekt vanzelf dat de enorme ver
schillen in rijtijd slechts op de heel
lange afstanden voorkomen; Vlissingen
Leeuwarden, AmsterdamMaastricht, en
dergelijke. Maar het versnelde tempo
komt toch ook op onze Zeeuwsche lijn en
zjjn meest voor de hand liggende verbin
ding naar het midden des lands reeds tot
uitdrukking.
Een voorjaarsbode?
Een geacht ingezetene van Oostkapelle
berichtte ons gisteren, dat hij voor het
eerst in 1938 de koekoek heeft gehoord.
EEN NIEUW POSTKANTOOR.
Daar het bestaande postkantoor aan de
Markt te Goes niet meer aan de eischen
voldoet, zijn plannen ontworpen voor den
bouw van een modern kantoor. Het bestuur
der posterijen heeft in de Wijngaardstraat
de gronden aangekocht, waarop vroeger de
Oude kerk heeft gestaan, en ook de huizen
op den hoek WijngaardstraatMiddelburg-
sche straat zijn in eigendom aan de P.T.T.
overgegaan. Het ligt in de bedoeling het
nieuwe postkantoor met het front aan de
Middelburgsche straat te bouwen, en het
in gebruik te nemen zoodra de automati
seering van de telefoon haar beslag zal heb
ben gekregen. Vermoedelijk zal de gemeen
te het oude postkantoor eerlang ten deele
benutten om op de plaats, waar het zich
bevindt, een dringende verkeersverbetering
tot stand te brengen.
Luchtbescherming.
De afd. Vlissingen van de Ned. Ver.
voor Luchtbescherming hield gisteravond
haar jaarvergadering, onder voorzitter
schap van den heer P. E. Matzinger. De
vergadering was sleóht bezocht. In de
plaats van de heeren F. Schets en Kuijk
werden tot leden van het bestuur geko
zen de heeren J. Pronker en B. J. Dijk-
drenth.
Uit het jaarverslag bleek, dat het plan
der gemeentelijke luchtbescherming thans
geheel voltooid is, zoodat oefeningen kun
nen worden georganiseerd. De kas sluit
met een batig saldo van f 245. Het aan
tal leden bedraagt thans 730.
De gemeentelijke luchtbeschermings
dienst is op 4 Febr. jl. geheel gereed ge
komen en door den rijksinspecteur van
den luchtbeschermingsdienst goedgekeurd.
Aan het hoofd van den gemeentelijken
Lbd., den heer A. O. F. W. E. Gasinjet,
is als secretaris toegevoegd, de heer J. van
Waarden.
De werkloosheid.
Het aantal werkloozen in onze gemeen
te verminderde deze week met 31 personen,
waardoor het aantal ingeschrevenen kwam
op 545. Daarvan werden 95 pesonen in de
werkverschaffing geplaatst.
te gebeurtenis den kop kwijt. Een man
of een vrouw is slimmer. Misschien zijn de
muildieren op hol geslagen."
Zij spraken weinig, terwijl zij zich voort
spoedden. Over een uitgestrektheid van
vier mijl had het vuur alles platgebrand.
Toen kwamen zij op een breede open plek.
Hier was de brand gestuit. In de verte za
gen zij dicht onberoerd geboomte.
„Hij moet hier weer eenige van de muil
dieren hebben teruggevonden", zei Ken
nedy. „Hier zijn sporen van hoeven".
„We kunnen niet ver van Hammuxi meer
zijn".
Kennedy knikte instemmend. Zijn ge
zicht was hard en zijn oogen koud. In zijn
gewone doen een zeer vredelievend mensch
was hij nu bezield door den lust tot wraak.
Hij kon zich voorstellen, wat Maxine moest
hebben doorstaan. Ongetwijfeld dacht zij,
dat hij dood was, en was misschien op dit
zelfde oogenblik getuige van het hartbre
kende opgraven van haar vaders lijk.
„Kijk, één of ander dier!" fluisterde
Hornbiow.
Hij wilde zijn geweer aanleggen, maar
Kennedy hield hem tegen.
„Het is beter, een poosje honger te lij
den, dan Phenuit te waarschuwen. Mis
schien vinden wij daarginds wat vruchten".
„Je hebt gelijk. Hè ik heb een honger als
een paard."
De sporen waren nu moeilijker te onder
scheiden daar de grond hard was en hier
en daar steenhoopen lagen. Maar toen zij
aan den rand van het woud kwamen, wer
den de indrukken weer dieper.
„Nu moeten we voorzichtig voortgaan",
fluisterde Kennedy. „Hij zal waarschijnlijk
AAGTEKERKE. Maandagavond werd al
hier de eindles gehouden van den 2-jari-
gen landbounw-cursus, uitgaande van den
C.B.T.B., en gegeven door den heer G. Beu-
kelmans, landbouwonderwijzer te Melis-
kerke. Na de gebruikelijke vragen werden
de diploma's door den heer Droogendijk
aan de volgende deelnemers uitgereikt: A.
Verhage, F. Dekker, N. Minderhoud, Joh.
de Visser, W. de Visser, Ch. Dekker, S.
Brouwer, J. Wisse, Joh. Janse, W. v. d.
Meule, A. Willemse, P. Kodde, A. Bosse-
laar, Jac. Louwerse, G. de Visser en I. de
Buck.
De alhier gehouden collecte ten bate
van de „Alleen staande Blinden", Plan
tage Middenlaan Amsterdam, bracht de
som op van f 16.
SINT-LAURENS. Maandagmiddag reed
de landbouwerszoon K. W. met een zaai-
machine, bespannen met twee paarden, over
den Noordweg alhier naar het land. Op de
zaaimachine reed het zesjarig zoontje van
G. V. mede. Vermoedelijk schichtig gewor
den door signalen van motorrijders, sloe
gen de paarden op hol. Het jongentje viel
van de machine tusschen de scharren en
werd over een grooten afstand meegesleurd.
Toen de paarden tot stilstand waren ge
bracht, bleek het jongentje diepe snijwon-
den te hebben bekomen. Het werd onmid
dellijk naar dokter De Boer gebracht, die
het naar het ziekenhuis te Middelburg ver
voerde om daar verder te worden behan
deld. Zijn toestand is thans redelijk.
VEERE. Dinsdagmiddag en -avond heeft
de Chr. Meisjesvereeniging „Dorcas" in
het dr. Weijlandhuis resp. een tentoonstel
ling gehouden® en een uitvoering gegeven.
Een bijzondere attractie, waarvoor dan ook
zeer velen uitdrukkelijk gekomen waren,
was het Oranje baby-uitzet, dat veel be
kijks had. Dit uitzet, dat destijds door de
dames der vereeniging is vervaardigd, is
tot heden nog niet uitgereikt kunnen wor
den.
Des avonds werd de uitvoering gegeven*
en evenals des middags, een verloting ge
houden. Na enkele huishoudelijke zaken
heeft men voor een aandachtig gehoor
enkele aardige zangspelletjes en tooneel-
stukjes ten beste gegeven, die, getuige het
applaus, wel in den smaak vielen.
WESTKAPELLE. Benoemd tot opper-
brandmeester alhier de heer Adr. Hen-
drikse, in de plaats van den heer S. Lie-
vense, die heeft bedankt.
OP ELKE BUS EEN BON VOOR GESCHENKEN
VïO«6ïlfA
(Ingez. Med.li
in hinderlaag gaan liggen, als hij ons ziet".
Voetje voor voetje kropen zjj vooruit,
met de hand aan hun geweer. De sporen
liepen in kronkelende bochten steeds ver
der door het woud, alsof zij nooit zouden
eindigen. Hornbiow haalde zwaar adem en
de lust in avonturen blonk hem uit de
oogen. Maar Kennedy kon niet in zijn geest
drift deelen. Voor hem was de toestand ze-
nuwsloopend. Wat kon er nu al niet ge
beurd zijn! Phenuit was zoo'n groote dui
vel, dat hij best in staat was, met zgjn ge-
VEingene af te rekenen zoodra hij zjjn doel
bereikt had.
Ten overvloede begon de dichte duister
nis te vallen. Zij verhaastten hun schreden,
niettegenstaande het dreigende gevaar. Het
was bijna geheel donker, toen het smalle
pad hen bij de ruïne van een prachtigen
tempel bracht. Nu was hij klein, maar
blijkbaar was hij eens van reusachtige af
metingen geweest. Groote brokken puin
lagen er aan alle kanten omheen, en op zjj
waren vier dikke, prachtig gebeeldhouwde
kolommen.
Hammuxi!" fluisterde Hornbiow.
„Het lijkt er wel op. Maar we doen be
ter, ons nog wat schuil te houden. Phenuit
moet in de buurt zijn".
Zij legden hun pakken onder een boom
en namen slechts hun geweer mede, om op
verkenning uit te gaan. Links van den tem
pel waren overblijfselen van een vuur, maar
nergens was eenig teeken van leven. Plot
seling uitte Hornbiow eer. Itreet, die Ken
nedy aan zijn zijde bracht. Ee:. meter van
hen af was een half leeg hol, en daarnaast
eenige aarde en steenen en een houten
kruis. (Wordt vervolgd).