nmmiMü. Nationaal-Socialisme en Christendom zijn onverzoenlijk. Het oog van Abu een godenmaal KRONIEK van den DAG. £en maIscbe biefstuk tferscbe aardappeltjes jonge üeldsla Dobbelmann lekkerman! TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GQESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 10 MAART 1938. No. 58. De beteekenis van het proces tegen ds. Niemöller. Voor eén Belijdende Kerk schijnt in Duitschland geen plaats meer. Door ALAN DARE. Verlichting van vaste lasten voor den tuinbouw. Dilemma voor Schuschnigg Er komt nu al aardig teekening in de Oostenrijksche aangelegenheid. De na zi's roeren zich steeds meer en men kan er nauwelijks nog aan twijfelen, dat bin nen afzienbaren tijd Oostenrijk zoo niet bij Duitschland ingelijfd dan toch een willooze vazal van het Derde Rijk zal worden. Minister Seiss Inquart, die Von Schuschnigg op verlangen van Hitler in zijn kabinet heeft moeten opnemen als vertegenwoordiger der nat.-socialistische beweging, heeft Zondag jl. te Linz in Op- per-Oostenrijk, vrij duidelijk kleur be kend. Oostenrijk, zoo vertelde hij de luisterende schare, zal onverbiddelijk den „Duitschen weg" bewandelen. Mis» schien streeft de heer Seiss niet recht streeks naar den onvoorwaardelijken Anschluss. Hij is ook nog roomsch-ka- tholiek, en beseft vermoedelijk, dat de volslagen inlijving voor het Oostenrijk sche roomsch-katholicisme bedenkelijke gevolgen zou kunnen hebben. Maar hij is blijkbaar niet roomsch-katholiek genoeg, om als Schuschnigg het nationaal-socia- lisme te kunnen weerstaan. Seiss Inquart is te Linz als een afgod vereerd. Evenals te Graz heeft te Linz het nat.-socialisme een geweldigen aan hang. Het haakkruis werd er Zondag door duizenden gedragen. Eigenlijk mocht dat niet. In het openbare leven is het dragen van het nazi-embleem niet toegestaan. Maar in omstandigheden als Zondag te Linz zien de autoriteiten geen kans het verbod te handhaven. Zoover is het reeds gekomen met de tenuitvoer legging van de overeenkomst van Berch- tesgaden. De nazi's spreiden in hun ge drag een eigenaardige zekerheid ten toon: de zekerheid van te zullen over winnen. Sommige heethoofden willen die overwinning zelfs stormenderhand op korten termijn verwezenlijken. Den ge matigden, die (nog) de overhand hebben, lijkt het echter verstandiger den weg der geleidelijkheid te gaan: Zij willen zich langzamerhand meester maken van de leiding van het Vaderlandsche Front en van daaruit van de regeering. Het Vaderlandsche Front was de laat ste jaren de eenige getolereerde politie ke beweging in Oostenrijk. Ze vormt in wezen de voortzetting van de vroegere „Christ.-sociale partij", de groote poli tieke organisatie der roomsch-katholie- ken. Zooals men weet worden de natio naal-socialisten nu toegelaten tot het Vaderlandsche Front. Niet als zelfstan dige politieke partij hebben ze hun vrij heid van actie en propaganda herkre gen, doch als „beweging" binnen de or ganisatie van het Vaderlandsche Front. Misschien heeft Schuschnigg gehoopt hen op deze wijs onder de knie te kun nen houden. We kunnen ons niet voor stellen, dat hij zulks dan nog hoopt. De nationaal-socialisten vormen zonder twij fel een minderheid in het Oostenrijksche volk. Maar ze blaken van ondernemings lust en hun aanhang breidt zich thans met den dag uit. Er lijkt geen kruid meer tegen gewassen, nu Schuschnigg zich zijn voornaamste wapen: de onder drukking, door Hitier uit handen heeft laten nemen. Evenals hun Duitsche par- tijgenooten verstaan de Oostenrijksche nazi's de kunst der propaganda bij uit nemendheid. Vermoedelijk zal het ech ter niet eens noodig zijn voor hen, om een meerderheid onder het volk te wer ven. Heeft ook Hitier het niet klaar ge speeld de macht te veroveren, toen zijn aanhang nog op geen stukken na de helft van het Duitsche volk besloeg? Uiteraard ontstaat er als vijandige pendant der nat.-soc. activiteit ook toe neming van politieke werkzaamheid on der de tegenstanders van den „An schluss". Uit alle deelen van Oostenrijk stroomen Schuschnigg voortdurend aan hankelijkheidsbetuigingen, moties, waar in Oostenrijk's nationale zelfstandigheid als een goed, dat desnoods met bloed verdedigd zal worden, wordt voorge steld, en wat dies meer zij, toe. Ook is er eenige beweging ontstaan onder de arbeidersmassa, welke voor het huidige bewind in de soc.-democratische partij was georganiseerd. Zij verlangt dezelfde politieke rechten als aan de nationaal- socialisten zijn verleend. Het is niet on mogelijk, dat de regeering er iets voor voelt aan dit verlangen onder zekere voorwaarden tegemoet te komen. Maar het lijkt ons zeer onwaarschijnlijk, dat zij daarbij veel baat zal vinden, evenmin als ze vermoedelijk veel kan hebben aan de bovengenoemde aanhankelijkheids betuigingen. De regeering zou misschien kunnen probeeren, de nog steeds socia- listisch-voelende arbeidersmassa tegen het nationaal-socialisme uit te spelen. Zulk een paardenmiddel is echter ver schrikkelijk gevaarlijk. Maar al te ge makkelijk zou een nieuwe burgeroorlog er het gevolg van kunnen zijn. Nadat bovenstaande geschreven was, werd uit Weenen bericht, dat Zondag a.s. een volksstemming zal worden gehou den. Uit dit besluit van Schuschnigg blijkt duidelijk, hoe groot de politieke spanning reeds geworden is, Maar dat die volksstemming veel aan den gang van zaken zal kunnen veranderen, lijkt voorshands niet erg waarschijnlijk. 37). - „Onmenschelijke bruut!" riep zij uit. „Hebt u dan in het geheel geen ziel?" „Ziel! Jij met je kinderachtige gevoe ligheid bent zielloos. Een doode is een doode, en dat is zijn einde."" „Al wat ik weet, is, dat u ontbloot bent van elk menschelijk gevoel. Sinds den dood van mijn vader hebt u mij achter volgd. U hebt mijn man probeeren te vermoorden, en u verwacht dat ik alles zal vergeten. Als ik een man was, zou ik' zou ik „Ik moet tot je eer zeggen, dat ik ge- jont, dat je dan een of andere dwaas- heid tegen mijn leven zou beproeven, In de gegeven omstandigheden is het heel g'oed voor je, dat je een vrouw bent Maar „enoeg van dit alles. Over tien minuten gaan wij aan land." v..een koos gezicht schuifelde hij weg. Zij zelf ging naar haar hut en pakte eenige noodzakelijke dingen in. Toen zij op het dek terugkeerde, zag zij, dat degenen, die naar land >zouden gaan, zich in de wachtende boot inscheepten. Daarbij waren de twee dwergen, Han de kok, Dave een groote Zweed, Peters geheeten Katinka en Phenuit. De rest van de bemanning moest aan boord van DOOR DRS. C. VAN LIERE. (N.S.) Wie de enige weken geleden in dit blad verschenen artikelen over de ver.houd'ng tussen Nat. Socialisme en Christelijke Kerk aandachtig gele zen heeft, zal begrepen hebben, dat het in het proces Niemöller niet in de eer ste plaats ging over een conflict van een of andere willekeurige dom'née met de politie. D,at is in de laatste jaren zo vaak voorgekomen, dat de belang stelling juist voor-dit proces daaruit n et te verklaren is. Het is ook niet alleen een min of meer toevallig conflict tus sen Staat en Kerk: ook dat zou n et de aandacht v,an de halve wereld trekken. De belangrijkheid juist van dit proces gaat verre boven alle toevalligheden uit: hier komen twee wereldbeschou wingen met elkaar in botsing, die on verzoenlijk zijn, twee wereldbeschou- w'ngen, die vijf jaar geleden nog meen den broederlijk naast elkaar te kunnen voortbestaan en elkaar wederkerig hulp te kunnen bieden. Het zijn de wereld beschouwingen van het Nationaal Soci alisme en van het Christendom, Het gaat niet om dictatuur of democratie: deze strijd 's in Duitschland al lang uitgevochten, het gaat niet om nat. soc. of socialisme, laat staan communis me, want er is niemand, die den be klaagde van deze beide „misdaden" be- schuld gt, het gaat tussen den nat.-soc. staat en een n.at.-soc. predikant, die echter tevens Christen is. De predikant heeft in woord en geschrift zijn afkeu ring doen blijken van een regime, dat Gegrondvest is 'n de mythe van Ras, Bloed en Bodem, uit deze mythe als religie leeft en deze religie in praktijk brengt door het staatsbelang tot norm aller dingen te maken. Hij heeft er op gewezen, dat deze religie een overtred'ng is van het eer ste gebod en dat de politiek van het Derde Rijk weliswaar een aards rijk kan bouwen, maar het Rijk Gods volko men uitsluit. Hij heeft gesproken van onoplosbare gewetensconflicten waar voor de Christen komt te staan, die een goed Duits staatsburger wil zijn. „Wanneer in de nat.-soc. wereldbe schouwing bloed, ras, eer, en „Volks tuin" de rang van eeuwigheidswaarden krijgen, d,an wordt de Christen door het eerste gebod gedwongen deze waardering af te wijzen. Als de arische mens verheerlijkt wordt, dan betu gt Gods Woord de zondigheid van alle mensen. Als het Christendom binnen het kader der nat.-soc. wereldbeschou wing een anti-semitisme wordt opge drongen, dat tot Jodenhaat verplicht, d,an staat voor"hem daartegen over het Christelijk gebod der naastenl'efde. Wij zien met diepe bezorgdheid, dat het jacht blijven, „Maak voort", snauwde Phenuit. Langs een soort ladder klom zij in de boot. Phenuit volgde met de vlug'heid van een aap. In zijn wit drill costuum leek zijn gezicht nog onheilspellender. Zij merkte op, dat hij nog' steeds zijn moordenden zwarten stok bij zich had, en dat zijn zijzak uitbolderde door iets, dat op een revolver leek. In weinige minuten was de boot op dezelfde plaats geland, waar de uitrus ting lag. Zoodra het gezelschap aan land was gestapt, namen de twee roeiers af scheid van Phenuit en roeiden naar het jacht terug. Maxine vroeg izich af, op welke manier zij het binnenland moes ten bereiken, daar de uitrusting veel te groot was, om door het kleine aantal mannen te worden gedragen. „Peters!" De vreeselijke Zweed trad op Phenuit toe, die hem een brief overhandigde. „Volg dat pad naar het dorp en geef dezen brief aan een man, dien je in de eerste hut zult vinden de groote ronde. Hij zal voor muilezels en drie gidsen zorgen. Vlug!" Peters kwam een half uur later terug met eenige muilezels, die door drie half naakte Indianen gedreven werden. Phe nuit sprak hen aan in een taal, die Maxine gedeeltelijk verstond. Alle man nen hielpen, de muilezels te beladen, en toen men hiermee gereed was, wees de een moraliteit, die aan het wezen van het Christendom vijandig is, ons volk binnendringt en het met ondergang be dreigt." „Heidendom is de Christelijke kerk binnengedrongen". En wanneet er in de kerk twee groepen kopien van „Deutsche Christen", een gematig de en een radik,ale, die be'de trachten de kerk te grondvesten op het Evange lie van Christus èn op de leer van ras, bloed en bodem, dan stelt hij daarte genover de theologische verklaring van de Berner Synode (2931 Mei 1934) en verwerpt de dwaalleer, ,als kon eft moest de kerk als bron harer verkon diging buiten en behalve het éne Woord Gods, Jezus Christus, ook nog andere gebeurtenissen en machten gestalten en waarheden als God's openbaring erken nen en verwerpt hij de .aanspraak van de Staat op de totaliteit van het leven. En tengevolge van deze in Christus gefundeerde ievens- en wereldbeschou wing weigert hij de gehoorzaamheid aan een kerkbestuur, dat zich bij de staatsgoden w'1 aanpassen. Hij over treedt de voorschriften der Geh. staats politie, die hem o„a. het collecteren voor de belijdeniskerk verbiedt, wordt in hechtenis genomen en staat na 7 maan den terecht voor een speciale recht bank. Wat zal deze rechtbank, die als alle 'nstituten in het Derde Rijk, het staats belang als hoogste recht te dienen heeft, met hem doen? Zal ze hem als misdadiger vonnissen en daardoor het Christendom als staatsgevaarlijk afwij zen? Bij deze vraag is de Christenheid in al haar sch.akeringen betrokken. De u't.erste rechter- zowel als de uiterste linkerzijde de meer dogmatisch en de meer humanistisch georiënteerde Chris tenen, zij allen kijken met spanning naar de gesloten deuren van het ge rechtsgebouw. Het gaat hier om het Christendom in zijn gehele omvang. W,as het dan n et reeds lang bekend, hoe de nat. soc. staat zich verhoudt tot grondslag en ethiek van het Christen dom? Zonder twijfel en wie bv. Ro senberg's „Mythus des 20 Jahrhunderts" gelezen en de gebeurtenissen in 1933 en 1934 trouw had gevolgd, verkeerde daaromtrent geen ogenblik in twijfel. Maar men zat nog altijd met het insti tuut Kerk", op welks onvoorwaarde lijke medewerk:ng men bij de opbouw v,an de nieuwe staat meende te mogen rekenen. Dit viel tegen. De gelijkscha- k'elingspogingen van de „Deutsche Christen" mislukten. De Kerk had zich bezonnen op zijn grondslag en op zijn eigenlijke wezen en een deel ervan „de helijdenisbeweg'ng" had onvoorwaarde lijk „nen" gezegd tegen de totaliteits- eisen van de staat. De daarop gevolg de pogingen van Rijksminister Kerrl aanvoerder der gidsen naar het Noord- Westen. Phenuit boog het hoofd en de stoet zette zich in beweging. Een uur lang ging het door zanddui nen, waar het loopen zwaar viel. Toen betraden zij een woud, en volgden de dieren een goed zichtbaar pad. Maar na korten tijd verloor zich dit in de om geving'. Het gezelschap was door een dicht begroeid woud omringd, waarin overal rotsblokken verspreid lagen, die overblijfselen van oude gebouwen le ken, zooals ze in werkelijkheid dan ook waren. Laat op den middag werd er halt ge houden en maakten de mannen het kamp in orde. Er liep een klein stroom pje dichtbij en daarin werden de ver moeide muildieren geleid. Han, de Chi nees, had al spoedig een vuur aange maakt en hield zich druk bezig met zijn potten en pannen. Toen de tenten op gezet waren, ontdekte Maxine tot haar schrik, dat zij er een moest deelen met de vrouw, die zij verafschuwde. „Ik wil niet", zei ze, „Je doet, wat je gezegd wordt", snauwde Phenuit. „Het is een eer, die je eigenlijk niet verdient." „Ik ga liever dood, dan dat ik „Laat haar haar gang gaan, Phineas", teemde Katinka. ,,AIs zij slangen en dui- zendpooten boven mijn gezelschap ver kiest, laat ze die dan hebben". „Dat doe- ik", antwoordde Maxine. om de beide uitersten in de kerk, be- Iijden'sbeweging en Deutsche Christen (geenszins te verwarren met orthodoxe en vrijzinnig) met elkaar in één orga nisch kerkverband bijeen te brengen, bleken op 15 Febr. 1937 door het af treden der kerkcommissies mislukt te zijn. Het eenheidsfront der belijdenis- kerk werd daardoor weer versterkt. Het bleek hoe langer hoe meer, dat de illusie van 1933, een bondgenoot schap v,an Staat en Kerk, moest worden opgegeven. Beide ontwikkelden zich in tegenovergestelde richting. De politicus Kerrl trok zijn conclusies, In een aantal opzienbarende redevoe ringen in Nov, 1937 verklaarde hij: De nat.-soc. staat heeft geen kerk nodig, het nat. soc. zelf is religie en wereld beschouwing tegelijk. Ook de „Natio- n.alkirche" der radicale Thjüringer rich- t'ng der D. Chr. is overbodig, hoe sym pathiek in politiek opzicht de aanhan gers ook zijn. Een document van Ro senberg, in een der laatste nummers van dit blad in hoofdzaak opgenomen, sluit zich daarbij geheel aan. Rosenberg zegt het nog 'ets duidelijker: ook de D. Christen zijn eer schadelijk dan nut tig voor de Staat, Zij wekken nog de gedachte, dat het nat. soc. enige ver dediging of aanvulling zou behoeven van de zijde van het Christendom. De nat. soc. wereldbeschouwing echter staat geheel op zich zelf Ze omv,at al les, wat het leven in het „Diesseits" (op deze aarde) vereist. De oud-ger- maansche religies dienen haar niet, de D. Chr. hinken op twee gedachten, de belijdeniskerk staat diametraal tégen over haar. Aan deze of gene enkeling moge zulk een rel'gié iets te vertellen hebben over het hiernamaals, voor het volk in zijn geheel heeft dat geen waai de. Het nat. soc. daarentegen is abso luut en algemeen geldig, het kent geen compromis allerminst met het Chris tendom. De duizend jaren van het Christendom zijn voorbij. Het Duitse volk als geheel volgt van nu af def'ni- tief een andere koers en daar de nat. soc. politiek onverbiddelijk slechts één koers voor het gehele volk kan eisen, moeten de kerken verdwijnen. In de eerste plaats de broederraden der be lijdende kerk, wier militantste strijder ds. Niemöller is. N'emöller, die zijn land tijdens de oorlog op de gevaarlijkste posten met algehele toewijding heeft gediend, de hoogste oorlogsonderschei ding heeft gekregen en nu meent aan Volk en Staat de beste dienst te be wijzen door het de prediking te bren gen van Gods wet en Gods genade, Gods werkelijkheid en' Gods absolute heerschappij en d e meent dat „wij al len tesamen zonder dit Woord van God niet kunnen leven en niet kun nen sterven." Met vonnis is ree -ï Lekmd D. recm- hank heeft hem veroordeeld, zij net ook op een voor den beklaagde eer volle wijze: geen gevangenisstraf, maar vestingstraf, die als geboet wordt be schouwd door de hechtenis, en t»vee geldboeten. Maar de beklaagde werd niet n vrijheid gesteld, hij blijft staats gevaarlijk, de geheime staatspolitie heeft hem opnieuw in hechtenis geno men. De motivering van het vonnis werd n et in 't openbaar voorgelezen „omdat de ernstige kwesties, die het proces opgeworpen Heeft, de veiligheid van de st-aat in gevaar zou kunnen bren gen." Inderdaad wie zoals Niemöller de vernieuw'ng van zijn volk en zijn land wil grondvesten „op de onwrikbare grondslag van het Evangelie" en daar uit ook voor het openbare leven zijn conclusies trekt, is een blijft staats gevaarlijk voor wie als Rosenberg en Kerrl die vernieuw ng duurzaam wi' verankeren in de mythe van ras, bloed en bodem en de nationale eer als het hoogste goed beschouwt. De toekomst ziet er voor de belijdende kerk ir Duitsland buitengewoon somber uit. „Er bestaat niets ter wereld, dat ik niet zou verkiezen boven een samenzijn met u". Katinka haalde haar schouders op. Zij scheen er heelemaal geen geweten op na te houden en begon een kop thee op te drinken, die Han haar had gebracht. „Heel goed", zei Phenuit. „Maar ik waarschuw je, dat het nutteloos is, te trachten te ontvluchten". Zij kreeg eenige kleeden en nadat zij haar maal had opgegeten, vond zjj een plek, waar zij wilde slapen. Het krioel de er reeds van gonzende insecten, en later kwam de zorgzame Dave met een muskietennet aandragen. U doet beter dit te gebruiken", fluis terde hij. „Die akelige dieren zullen u anders opeten", „Dank je, Dave". „En neem een raad van mij aan, juf fie, jaag' die vrouw niet te veel tegen u op stang. Zij is zoo giftig als een adder en kan steken, als zij wil". „Ik haat haar." „Haat haar dan in stilte. Zij is ge vaarlijk". „Ik zal probeeren, er aan te denken". Zij keek hem na, terwijl hij zich bij de andere mannen voegde en ging toen lig gen en liet haar gedachten den vrijen teugel. Alleen het voortdurende gonzen der insecten verbrak de doodsche stilte. Met den nacht kwamen vrees en pijn Maar: alle dagen malsche biefstuk, versche aard appeltjes, jonge veldsla.... U zoudt geen biefstuk met aardappeltjes en sla meer kunnen zien. Maar altijd, 'n mannen leven lang, een pijp IBIS. verveelt niet. Ziehier het verschil tus- schen biefstuk en IBIS. (Ingez. Med.) De regeering is van meening, r'aï regelingen uit het bedrijf zelf moeten .opkomen. Zij is echter bereid daarbij ie hel pende hand te bieden. Men meldt ons uit Den Kaag: Bij de behandeling' van de begrooting van het landbouw-crisisfonds voor 1938 in de Tweede Kamer heeft de minister van economische zaken ten aanzien van de vaste lasten in den tuinbouw mede gedeeld, dat het in zijn voornemen lag de totstandkoming te bevorderen van plaatselijke organisaties in den tuin bouw, die naar zijn meening in staat zouden zijn, crediteuren en debiteuren bij elkaar te brengen. Op die wijze zou langs den weg der bemiddeling getracht kunnen worden te bereiken, dat de cre diteuren zich de verliezen realiseeren, welke zij in feite reeds hebben geleden. Bij herhaling is de aandacht gevestigd op de moeilijke omstandigheden, waarin talrijke tuinders in den loop der jaren zijn gekomen, doordat de op hun be drijf rustende financieele verplichtingen niet of niet noemenswaard werden aan gepast aan het lagere peil der bedrijfs- inkomsten. Bij de regeering werd meer malen aangedrongen op het nemen van maatregelen, waardoor de verlichting dezer vaste lasten langs wettelijken weg tot stand gebracht zou kunnen worden. De regeering is evenwel van oordeel, dat het niet op den weg der overheid ligt, met dwingende voorschriften in de ze materie in te grijpen. Evenmin wil zij rijksgelden beschikbaar stellen om even- lijke herinneringen, maar ook deze ver dwenen eindelijk, toen de slaap verge telheid bracht. HOOFDSTUK XVII. De spoorzoekers. De boot, waarmee Kennedy en Horn- blow reisden, bleek zoowel zeewaardig' als snel te zijn. De eerste aanlegplaats was Progreso, waar de twee reizigers aan land dachten te gaan. De lange reis deed wonderen 'aan Hornblow. Zijïi ziekte verdween eenige dagen, nadat zij de haven verlaten hadden, en tegen den tijd, dat het vaartuig in de Caraïbische Zee was, was hij zoo gezond als een visch. Maar Kennedy werd door ongeduld en angst verteerd. De gedachte, die hem het meest verontrustte, was, dat hij op een verkeerd spoor kon zijn. Er was geen enkel teeken, dat er op wees, dat Maxine naar Yucatan was gebracht. Het eenige, wat hem leidde, was haar verklaring', dat haar vader ergens op het schiereiland begraven was. Zijn ver stand zei hem, dat Phenuit naar het graf zou gaan, maar verstand is niet al tijd onfeilbaar. Hij kon een dozijn rede nen bedenken, waarom die tocht niet gemaakt zou worden. (\X; ordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 5