SEK9ENGD NIEUWS. IN 1 KIELZOG VAN DE WEEK. (Jii de Hiddelborgsche Course via vóór vijftig jaar. WAAR IS WERK? wet er- ter ko- :ich en en. ei- men van het monument dat men in de Abdij bezit. Het spreekt vanzelf, dat den Raad een verderen restauratie na aan het hart moet liggen. Het hotel staat niet cp de monumentenlijst, ook niet als een gebouw van geschiedkundige waarde, het zou echter wel goed zijn geweest, al is het gebouw in de vorige eeuw ook nog zoo veranderd. Alleen als hotel kan men het gebouw behouden, niet voor welke andere za ken ook en daarom was plaatsing op de lijst zeer gewenscht. Het gaat niet al leen om matcrieele, maar ook wel de gelijk cultureele belangen. Spr. wijst op de cijfers in het artikel van Vreemdelin genverkeer, waaruit blijkt dat er toch een grooten trek is naar het hotel De Abdij. Men geniet meer van zulkeen omge ving als men er langer vertoeven kan, dan dat men er even een kijkje gaat ne men. Ais menschen als prof. Huizinga er over schrijven en voor getuigen, dan zegt dit toch wel veel. Een hotel heeft ook het groote beteekenis voor lever anciers en voor hen bij wie de bezoe kers koopen. Men moet echter de vraag stellen of er noodzaak is voor onteigening. De VOORZITTER ontkent dit werk voor den Raad is. Mevr. WEIJL zegt, dat als er te kort aan ruimte is, en in voorzien moet wor den. Maar dat bewijst nog niet de nood zaak voor deze onteigening. Er is geen reden te vreezen voor ver waarloozing, en geen bezwaar tegen restauratie. De Raad mag zich doen hooren, maar spr. meent, dat hij dit niet moet doen als belanghebbende, maar op minder officieele wijze. Spr. is het wel eens met de vorm van het ter kennis brengen, maar niet met den inhoud, om dat het cultureele belang er niet in ge noemd wordt. Spr. stelt daarom een wijziging van het schrijven voor, waarin de cultureele bezwaren naar voren worden gebracht en waarin verzocht wordt de uitbreiding op een andere wijze te verwezenlijken en de zeer gewenschte restauratie van het hotel toch uit te voeren. De heer LAMBERMONT zeide, dat het moeilijk is weer nieuwe argumenten naar voren te brengen. Spr, wil het vooral hebben over het tekort aan ruimte, omdat hij dit het zwakste argument voor de onteigening acht, omdat men helaas te Middelburg ruimte te over heeft. Spr. is voor het voorstel-Portheine, van dat van B. en W, voldoet hem geenszins. Spr. zou het woord „vrees" in het voorstel-Porthei ne willen zien gewijzigd in „dat de Raad overtuigd is". Spr. wil zich aansluiten bij hen, die een krachtig protest willen doen hoo- -reB, De heer PAUL zeide, dat het gaat over de vraag op welke wijze de Raad bezwaren zal indienen tegen de ont eigeningsplannen, Terecht hebben B. en W. in het ontwerp-schrijven gesproken over de schade van het verdwijnen van het hotel. Spr. kan zich vereenigen met het voorstel van B. en W„ maar is het met den heer Portheine c.s. niet eens, dat de gemeente belanghebbende is, want zij kan z.i. alleen tegen het plan van het werk bezwaren inbrengen, maar niet tegen de onteigening. Spr. meent, dat er wel degelijk een verband is tusschen de hotelexploitatie en de restauratie. Spr. kan zich begrij pen, dat het rijk alle gebouwen wil heb ben, mits zij dan gerestaureerd worden zal dit zeker goed kunnen zijn. Op welken termijn slaan de cijfers? Velen zullen zeker toch komen al is het dan in andere hotels. De kantoren van een gouvernement hooren toch zeker bij elkaar, en moeten bij elkaar liggen. De voornaamste allinea van het schrij ven zou spr. willen lezen, dat nog meer de restauratie op den voorgrond zou woorden geplaatst. In plaats van „en daarom ernstig te betreuren, wanneer niet binnen zeer bekwamen tijd daarom een begin zou worden gemaakt met een volledige ar chitectonische buitenrestauratie van hef onteigende" wil spr. lezen. „en daarom ernstig te betreuren wan neer de onteigening zou geschieden voor dat met een volledige architectoni sche buiten-restauratie aangevangen is.' De heer v. d. FELTZ meent, d,at er een stemming is gewekt, als of er een ramp dreigt, als het hotel verdwijnt. Spr. wil de zaak terug brengen uit de sfeer van angst tot die van zakelijk heid. Er zijn twee soorten v,an belangheb benden; zij die dit direct zijn, en zij, dit indirect zijn. Men moet bezwaar ma ken tegen verandering van eigenaar; maar dit zal men ook niet doen als een particulier het hotel zou koopen. Men moet zich afvragen of de Architectoni sche schoonheid van het plein zal ver minderen en of de gemeente er finan- meese schade van zal hebben. Er is hier laak weggelegd voor den aad ten opzichte v,an de eerste vraag cn wat de tweede vraag betreft kan spr niet gelooven men mjncJer fog. he^ hotel krijgen door opheffing van ,o:eilemdet Verontruste Middelbur- rs gerust ie stellen, kan spr. zich wel vereenden met het ontwerp-schrijven van B. en W. De heer KöGELER kan zeer kort zijn; hi) K.an zich aansluiten bij den heer Portheine. Wel is hij teleurgesteld door het voorstel van B, en W., omdat de motiveering niet is van de Raad, maar doorgeven van de meening die leeft bij de ingezetenen. Spr. had ook gaarne een uitspraak van den R,aad. De heer HEEMSKERK voelt juri disch veel voor het standpunt van B. en W, Ook spr. is teleurgesteld omdat B. en W. niet meer positief getuigen in hun voorstel. Spr. logeerde ruim 40 jaar geleden zelf in de Abdij en genoot toen veel meer van de omgeving, dan als er maar enkele oogenblikken ver toeft. En ook later hoorde spr. van be zoekers, o.,a. van Amerikanen die ge tuigden, dat niets met de rustige omge ving van de Abdij is te vergelijken. Het is niet na te gaan hoeveel bezoekers men zal missen voor Middelburg. Goec zou het z.i. zijn als de gemeente het hotel zou hebben, om te zorgen dat het steeds die bestemming behoudt. Spr. zou het een ramp vinden voor Middelburg, als de Abdij een doodsche binnenplaats zou worden met alleen bureaucratische ambtenaren. Voor de Thoolsche kamer maakt spr. een uitzondering. Hoe moet de restau ratie geschieden? Zal dit grondig gebeuren, of alleen wat afkrabbelen van de pleister, en herstellen van het dak in den ouden vorm? Men weet echter niet wat de plannen van het Rijk zijn. Spr. meent, dat in het gebrek aan ruimte kan worden voorzien door het verplaatsen van den Polder Walcheren en aankoop v,an panden in de Gist- straat. Spr. wil dit doen uitkomen in den brief aan 'den Minister door er aan toe te voegen, „als er niet op eenige andere wijze in ruimte kan worden voorzien" en ook „dat na onteigening, het hotel ten allen tijde moet blijven". De heer DEN HOLLANDER meent, dat Middelburg veel te danken heeft aan het Rijk ten opzichte van het ver krijgen van de Abdij zooals zij nu is. Er is nimmer geprotesteerd tegen den rommel bij het Venduhuis en nu deze stemming tegen de onteigening. Spr. wijst op het Bagijnhof te Am sterdam en het Binnenhof te Den Haag, waar toch ook rust is. Daar zijn toch ook geen hotels. Men g,aat naar 'n hotel voor de inichting, huisvesting, ^goede verzorging enz. Waarom zou eenzelfde soort hotel elders in de stad niet even veel gasten trekken? De Abdij is geheel van het Rijk, ook het Abdijplein; het Rijk wil zijn eigen domsrecht daar dus gaan vergrooten. Spr. wil echter het zeer voorzichtig gestelde voorstel van B. en W. steu nen. De VOORZITTER heeft met genoe gen gehoord, doch met bevreemding, dat B. en Wi. iets meer deden dan de heer Jeronimus wilde. Spr. begrijpt de pleidooien van vele particulieren en kan die ook waardeeren. Maar hier geldt het de gemeente. B. en W. doen niet onder in waar deering van het groote nut van het ho tel. De Raad kan het niet beoordeelen of er urgentie is voor voorziening in ruim te en ook niet of een andere oplossing te aanvaarden is. Men kan die kwestie niet met zakelijke argumenten bestrij den. Men kan niet zeker zeggen of de winst door restauratie niet grooter is dan het verlies door verdwijnen van het hotel. Men moet een hotel beschouwen als iets van een tijdelijke situatie. Als er eens een einde komt aan het exploiteeren van het hotel zou er dan geen onherstelbare schade toe zijn ge bracht. Met niet-onteigenen is het blij vend bestaan van het hotel „De Abdij" geenszins gewaarborgd. Het wordt thans geëxploiteerd op uitstekende wijze door een familie, die hoog staat aangeschreven en haar voet sporen op dit gebied heeft verdiend. Wie kan eenige garantie geven, dat dit zoo zal blijven? Het Rijk kan ook niet bepalen dat er steeds een hotel zal blij ven ter plaatse. De gemeente moet zich zeer zeker niet het eigendom toeëigenen; en dan nog wel met de voorwaarde, te zorgen dat er steeds een hotel moet blijven. Spr. meent, dat de Raad alleen wen- schen onder de aandacht van den mi nister kan brengen. De voorbereiding van plannen kan heel lang duren, en daarom moet men vragen, dat de exploitatie zoo lang mo gelijk wordt toegestaan. Spr. meent, dat het gymnastieklokaal heelemaal niet in aanmerking komt. De Raad moet niet gaan buiten de hem aangewezen lijn. Zeker is Het Vreemdelingenverkeer van groot be lang. Maar er zijn nog meer belangen, die hier mede tellen. Het amendement-Paul namen B. en W. over. De heer PORTHEINE zette de kwes tie der belanghebbenden en rechtheb benden nader uiteen en hij bleef van meening, dat er voor het gemeetebe- stuur een taak is weggelegd ten deze, en hij ziet de zaak geheel uit het oogpunt van het vreemdelingenverkeer, en deze zijn ook wel degelijk te behartigen door het gementebestuur. Spr. hand haaft daarom zijn z.i. vrij sobere voor stel. Men moet komen met een prin- cipieele bestrijding. Spr. wil het woord .vrees" handhaven en niet veranderen in overtuiging. Mevr. WEIJL meende, dat de ver schillende sprekers niet zoover van el kaar staan. Zij ;wilde alleen verzoeken, een andere oplossing te zoeken, en daarnaast voorkomen, dat men de res tauratie als zoodanig zou tegen werken. Men moet niet vergeten, dat het ge bouw, reeds eeuwen het doel' had lo gies te verschaffen, eerst aan regee- ringspersonen, later als hotel. De heer JERONIMUS meende dat toch v,an een „plan" kan warden ge sproken. Spr. houdt vol dat B, en W. hetzelf de deden, wat hij wilde. De VOORZITTER sloot nu de dis cussie en werd tot stemming overge gaan. Het voorstel-Portheine werd verwor pen met 10 tegen 6 stemmen, die van de heeren Portheine, Jeronimus, Hel der. Kögeler, Lambermont, Heemskerk Het amendement-Weijl onderging het zelfde lot en daarvoor stemde met mevr, Weijl de heeren Portheine, Jeronimus Helder, Lambermont en Heemskerk. Het voorstel van B. en W. werd ver volgens z.h.s. aangenomen. Het uurwerk van de Lange Jan. De heer JERONIMUS vroeg of B, en W. al hebben opgemerkt, dat de klok van den Langen Jan zoo ongere geld slaat en speelt. De VOORZITTER zeide onderzoek toe. Uitbreidingsplan. Na een korte vergadering met ge sloten deuren, vereenigde de Raad zich z h.s. met het voorstel om uitbreidings plannn te doen opmaken voor den Ou den Vlissingschen weg en daarop uit komende wegen en voor den Veerschen weg en daarop uitkomende wegen. Te kwart over elf sloot de VOOR ZITTER de vergadering. In de lage landen, die moeilijke maanden hebben doorleefd, is dje vreugde der goede verwachting weer gekeerd. En Bep mag in zijn nieuwe va derland blijven, nu we tot zeven hebben geteld. Want door de niet gedachte overwinning, aan de boorden van de Maas op elf gevreesde Belgen be vochten, is de zon fel doorgebroken tot het veld van onze nationale voetbal eer, dat langen tijd onder de grauwe wolken van het pessimisme in het duis ter verscholen heeft gelegen. „Zeven twee", luidde de kreet, die Zondag door den vaderlandschen hof schalde, en die de reeds gestorven hoop in de ongetel de harten van voetbal minnend Neder land deed herleven. Deze kreet heeft den laatsten glans-van Bakhuis' ster ge doofd, en den kleinen Smit snel opge takeld naar den top van den Olympus der volksgunst, waar hij thans in alle waardigheid troont naast koningin Rie de Tweede, die ondanks haar 15 jaren kans zag een strook water ter lengte van 200 m nog sneller te doorklieven dan de veel gevreesde blonde Ragnrild uit het hooge Noorden. En aan den voet van den Olympus staat de vaderland- sche samenleving, elkaar hoopvol op de schouders tikkend, met een ontroerden blik in het oog te staren naar koning Smit en naar Marie, die zoo onderne mend waren deze lage landen op te hef fen uit den poel der sportieve vergetel heid, waarin zij dreigden weg te zin ken. Holland leeft weer; Holland ge loofd weer; Holland lacht weer. En het besluit van Karei uit Dordrecht, onder zijn rechterarm de verzekerings-porte- feuille torsend, en onder zijn linker een voetbal, om der wille van de portefeuil le uit den bal de F.I.F.A.-lucht te laten loopen, brengt daarin niet de minste verandering. Wij blijven hopen, en blij ven gelooven. Zooals anderen blijken gelooven aan de onmetelijke schatten, die onder de oppervlakte van het zilte nat in de Lutine sluimeren, zooals zij blijven hopen het goud aan den vasten greep van den Terschellingschen Nep- tunus te zullen ontrukken, Des heeren Beckers falen en vele andere vergeef- sche pogingen ten spijt Vooral in Brabant en Limburg heeft men in de afgeloopen week ge leefd, en gelachen. En gedanst, gezon gen, en zich zacht dan wel wild laten wiegen op de golven van sotternij en van al dan niet alcohol houdende con sumptiemiddelen. Want prins Carnaval hield open hof in de Zuidelijke landouwen, en overal waar men de bel letjes van zijn zotskap hoorde rinkelen ontgloeiden in de snel ontvlambare har ten der Zuidelijke bevolking de simpele vreugden van het vastenavond-festijn. De ernst is er vele dagen en nachten schuil gegaan onder den sierlijk wappe renden mantel van scherts en jolijt, die boven den Moerdijk niet in aanzien is. Maar toch leeft ook thans het Zuiden nog. Al lacht het niet meer, en al is Bayer eraaiji te pas moeten komen Herr Göring, die in Polen op wilde dieren men mag aannemen van zuivere afkomst heeft gejaagd, heeft na zijn terugkeer in de Heimat het jachtgeweer weliswaar onmiddellijk verwisseld voor den gloed-nieuwen maarschalkstaf, doch ook toen heeft hij de achtervolging niet direct kunnen Sta ken. Met de zware patronen zijner fan tasie heeft hij, ter gelegenheid van dèri derden jaardag van de Duitsche lucht vaar.t, jacht gemaakt op de toekomstige vijanden van hët Derde Rijk, reeds door Herr Hitier bij de viering van het eer ste'lustrum van den nationaai-socialisti- schen staat, uit het niets tot een schim mig leven gewekt. Deze jacht moge op de Europeesche samenleving niet zoo veel indruk hebben gemaakt als zijr jacht op de Poolsche fauna: van indruk ken verstoken gebleven is men toch ook weer niet. In Italië overleed een zeer merk waardig man. Misschien zelfs een zeer groot man. Want het is thans nog niet wel doenlijk uit den doolhof van opzien barende eigenschappen en van fantasti sche ensceneeringen te geraken tot de kern van den dichter en krijgsman, die Gabrielle d'Annunzio heeft geheeten. Maar Italië rouwt om dezen veel be sproken, opvallenden, moedigen mensch, die zijn land, de schoonheid en de fan tasie zeer lief heeft gehad. Rouw dreigt ook weer in Rusland, waar ter afwisseling van de blijkbaar gevaarlijke rust, opnieuw een monster proces op stapel is gezet, waarvoor a een bloedroode omlijsting klaar schijnt te liggen. De r.k. Staatspartij heeft het klaar gespeeld de teugels van haar niet altijd makke paard in de vaste hanc van koetsier Verschuur te leggen; de gemeente Haarlem heeft door het aan vaarden van meneer Marchant's spel lingssysteem ambtelijk Nederland een onderwerp ter meditatie verschaft; een van de eerste daden van meneer De Vlugt van Amsterdam na zijn glij-partij in de Zwitsersche sneeuw was zijn tele^ foneerende onderdanen automatisch met 67 gemeenten te verbinden. De va derlandsche voortvarendheid is bij tante Pos in goede handen. Beter dan de va- derlandsche boter in de handen van on ze boterleveranciers naar Engeland, dat tegenwoordig tijdens het nuttigen van ons koe-product den geur van kool in den neus krijgt, en daarom van plan schijnt de Deensche waar te preferee- ren. Riskant was het, de Engelschen met koollucht te herinneren aan de voor werpen, die men deze fiere natie den laatsten tijd gestoofd heeft. Terwijl de levende wezens, die de wereld bevolken, zich roerden, zat de natuur niet stil. Het is nog Maart, maar reeds kan men den lichten tred vernemen van de lieve jonge lente, die schuchter naderbij komt. De zon steekt haar de helpende hand toe; de luchten worden lichter en lichter, en op het land en in onze tuinen worstelt de vrij heid al met de gebondheid. De mensch gelooft en hoopt weer; de mensch lacht weer. Kwartiermeester. Hif wilde een eigen zaak beginnen. De Haagsche politie was er deze dagen achter gekomen, dat de 42-jarige horlo gemaker P. J. D., die in dienst is van een juweliersfirma in de Spuistraat, een groote hoeveelheid horlogeonderdeelen, armbanden, enz. in zijn huis had opge slagen. Dit feit trok temeer de aandacht omdat de man zijn werkzaamheden niet thuis, maar op het atelier van de firma verricht. De politie vond het gewenscht het huis van den horlogemaker te door zoeken. Men vond een hoeveelheid hor logeonderdeelen en armbanden tot een gezamenlijke waarde van f 1000.De politie stelde de juweliersfirma met de zen vondst in kennis, waarna een on derzoek het vermoeden bevestigde, dat de materialen aan de firma toebehoorden en zij dus uit het atelier waren ont vreemd. De horlogemaker heeft bekend, dat hij de onderdeeler.. in den loop van de laatste twee jaren heeft gestolen. Hij had het voornemen daarmede te zijner tijd een eigen zaak te beginnen De politie heeft den man in voorlocpige bewaring gehouden. Waarschuwing. De burgemeester van Eijsden geeft aan belanghebbenden in overweging, alvorens in relatie te treden met Pe trus Hendrikus Roels, geb. te Bergen op Zoom 12 Maart 1895, koopman, ged. luldaar, zich ter verkrijging van nadere inlichtingen eerst tot genoemden bur gemeester te wenden. Genoemde per soon maakt er zijn beroep of gewoonte van om brillen, welke een betrekkelijk geringe waarde hebben, tegen abnor maal hooge prijzen te verkoopen, daar bij den indruk wekkende oogspecialist te zijn. Tilburg: 1 doode. Gisternacht is de 44-jarige landbouwer A. van de W. uit Moergestel op den Moergestelschen weg te Tilburg door een personenauto aangereden en op slag gedood. De verongelukte landbouwer was gehuwd en vader van zeven kinderen. Kindje uit het raam gevallen en terecht gekomen op voorbijganger. Vrijdagmorgen is een driejarig kind in een onbewaakt oogenblik uit de tweede verdieping van een woning in de Sint Annastraat te Amster dam gevallen, 9e week 1888, Een der weinige mannen van talent op het gebied der kunst in onze ge meente is zijn gezin, zijn leerlingen en der kunst ontvallen. Jan Frederik Schutz, de talentvolle schilder van tal van marinestukken is heengegaan. Veel is er door hem geproduceerd en vooral in onze omstreken sieren vele zijner doeken de salons van zijne ver eerders. Aan de Volkszangschool is met 1 April a.s. tot onderwijzer benoemd de heer W. K, Kuiler alhier. Naar aanleiding van de gehouden schietproef met het slachtmasker van dr.. Sigismund te 's Hage, op 15 Febr. jl. is door den hoofdintendant bij het leger bevolen dat bij de militaire slach terij alhier in te voeren, De van het 4e regiment bij het 3e regiment infanterie nieuw benoemde eerste luitenant W. F, Hartman is in gedeeld bij de 2e compagnie van het 4e bataljon te Vlissingen. De gemeenteraad van Amsterdam heeft de voorstellen v,an den heer An kersmit alle aangenomen, zoodat er geen beurs komt op het gedempte Dam rak. De regeeringen te Weenen en Pest onderhandelen over een legerverster- king geëvenredigd aan die van DuitscH- land. Tot burgemeester van Haamstede en Burgh is benoemd de heer M. Bolle Lz. Door het kiescollege is gisteravond met bijna algemeene stemmen beroepen tot predikant bij de Nederduitsch her vormde gemeente alhier ds. P. J. Ros- cam Abbing. Voor het overschot der schatkist van de Ver, Staten v,an Noord Ameri ka worden schuldbrieven aangekocht. Ergerlijk is de wij'e waarop van conservatieve zijde in Pruisen de op richting van een Heine-gedenkteeken wordt bestreden. Door den hofprediker Stöcker is opzettelijk een vergadering te Berlijn belegd, waarin deze christe lijke leider niet genoeg kwaad van Duitschlands grooten dichter kon zeg gen. De districts Arbeidsbeurs voor alle gemeenten op Walcheren N. en Z. Beve land, Schouwen en Duiveland, zendt ons de volgende aanvragen: Binnenland: UTRECHT, bekw. afteekenaar voor machinewerk; bekw. machineboorder bekw. machinesteker; bekw. kotteraar, dad. loon volgens den Metaalbond; voor onbepaalden tijd. VENRAIJ, bekwaam constructeur in stalen ramen branche, dad., aanvangsa- laris 100 per maand. APELDOORN, voor confectiezaak 1c verkoopster, moet in confectie- of stof fenzaak hebben gewerkt; voor 1 April a.s., 55 tot 70 per mnd. (naar be kwaamheid). BREDA, bekwaam smout- en macht- nezetter, indiensttreding n, o. t. k., con tractloon, voor onbep. tijd. AMSTERDAM, 2 bekw. draaier-kot - teraars en 4 bekw, metaaldraaiers, loon volgens den Metaalbond. AMSTERDAM, bekw. metaalsmelter, bekend met olie- en smeltovens, bij voorkeur gewerkt hebbende in staalgie- terij, niet boven 45 jaar, dad., loon n.o.t. k. voor onb. tijd. BREDA, constructiewerkers (metaal bewerkers voor licht constructiewerk, speciaal betonstorttorens); loon volgens den Metaalbond; voor onbep. tijd. LEEUWARDEN, zeer bekwaam ge routineerd kookster bekend met een voudige en fijne keuken en dieetvoeding voor 400500 menschen; P.G., indienst treding liefst spoedig; aanvangssalaris 60 per mnd. en kost, inwoning en ge neeskundige behandeling; eerst op proef, daarna in jaarverband, voor vast, reis kosten worden na oproeping vergoed. BREDA, constructie-teekenaar, op leiding M.T.S. of daarmede overeenko mende (geen diploma vereischt) bij voor keur met praktijk, dad., loon n.o.t.k. WINSCHOTEN, bekwaam horlogema ker, moet beslist eerste kracht zijn en in staat de leiding van de werkplaats op zich te nemen; er zijn nog drie andere ondergeschikte krachten loon naar be kwaamheid en n.o.t.k.; voor spoedige indiensttreding, (doch niet later dan 1 April a.s,); goede positie, eerste klas zaak. Alle aanbiedingen uitsluitend aan de Plaatselijke Organen der Arbeidsbe middeling, Het kind kwam terecht op hoofd en schouder van een voorbijganger, die over lichte pijn in deze lichaamsdeelen klaagde. Het slachtoffertje is met een hersenschudding naar het O. L. V. Gasthuis vervoerd.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 7