SEK9ENGD NIEUWS.
IN 1 KIELZOG VAN DE WEEK.
(Jii de Hiddelborgsche Course
via vóór vijftig jaar.
WAAR IS WERK?
wet
er-
ter
ko-
:ich
en
en.
ei-
men van het monument dat men in de
Abdij bezit.
Het spreekt vanzelf, dat den Raad
een verderen restauratie na aan het
hart moet liggen. Het hotel staat niet
cp de monumentenlijst, ook niet als een
gebouw van geschiedkundige waarde,
het zou echter wel goed zijn geweest, al
is het gebouw in de vorige eeuw ook
nog zoo veranderd.
Alleen als hotel kan men het gebouw
behouden, niet voor welke andere za
ken ook en daarom was plaatsing op de
lijst zeer gewenscht. Het gaat niet al
leen om matcrieele, maar ook wel de
gelijk cultureele belangen. Spr. wijst op
de cijfers in het artikel van Vreemdelin
genverkeer, waaruit blijkt dat er toch
een grooten trek is naar het hotel De
Abdij.
Men geniet meer van zulkeen omge
ving als men er langer vertoeven kan,
dan dat men er even een kijkje gaat ne
men. Ais menschen als prof. Huizinga er
over schrijven en voor getuigen, dan
zegt dit toch wel veel. Een hotel heeft
ook het groote beteekenis voor lever
anciers en voor hen bij wie de bezoe
kers koopen.
Men moet echter de vraag stellen of
er noodzaak is voor onteigening.
De VOORZITTER ontkent dit werk
voor den Raad is.
Mevr. WEIJL zegt, dat als er te kort
aan ruimte is, en in voorzien moet wor
den. Maar dat bewijst nog niet de nood
zaak voor deze onteigening.
Er is geen reden te vreezen voor ver
waarloozing, en geen bezwaar tegen
restauratie. De Raad mag zich doen
hooren, maar spr. meent, dat hij dit niet
moet doen als belanghebbende, maar op
minder officieele wijze. Spr. is het wel
eens met de vorm van het ter kennis
brengen, maar niet met den inhoud, om
dat het cultureele belang er niet in ge
noemd wordt.
Spr. stelt daarom een wijziging van
het schrijven voor, waarin de cultureele
bezwaren naar voren worden gebracht en
waarin verzocht wordt de uitbreiding op
een andere wijze te verwezenlijken en
de zeer gewenschte restauratie van het
hotel toch uit te voeren.
De heer LAMBERMONT zeide, dat
het moeilijk is weer nieuwe argumenten
naar voren te brengen.
Spr, wil het vooral hebben over het
tekort aan ruimte, omdat hij dit het
zwakste argument voor de onteigening
acht, omdat men helaas te Middelburg
ruimte te over heeft. Spr. is voor het
voorstel-Portheine, van dat van B. en
W, voldoet hem geenszins. Spr. zou het
woord „vrees" in het voorstel-Porthei
ne willen zien gewijzigd in „dat de Raad
overtuigd is".
Spr. wil zich aansluiten bij hen, die
een krachtig protest willen doen hoo-
-reB,
De heer PAUL zeide, dat het gaat
over de vraag op welke wijze de Raad
bezwaren zal indienen tegen de ont
eigeningsplannen, Terecht hebben B. en
W. in het ontwerp-schrijven gesproken
over de schade van het verdwijnen van
het hotel. Spr. kan zich vereenigen met
het voorstel van B. en W„ maar is het
met den heer Portheine c.s. niet eens,
dat de gemeente belanghebbende is,
want zij kan z.i. alleen tegen het plan
van het werk bezwaren inbrengen,
maar niet tegen de onteigening.
Spr. meent, dat er wel degelijk een
verband is tusschen de hotelexploitatie
en de restauratie. Spr. kan zich begrij
pen, dat het rijk alle gebouwen wil heb
ben, mits zij dan gerestaureerd worden
zal dit zeker goed kunnen zijn.
Op welken termijn slaan de cijfers?
Velen zullen zeker toch komen al is het
dan in andere hotels. De kantoren van
een gouvernement hooren toch zeker bij
elkaar, en moeten bij elkaar liggen.
De voornaamste allinea van het schrij
ven zou spr. willen lezen, dat nog meer
de restauratie op den voorgrond zou
woorden geplaatst.
In plaats van „en daarom ernstig te
betreuren, wanneer niet binnen zeer
bekwamen tijd daarom een begin zou
worden gemaakt met een volledige ar
chitectonische buitenrestauratie van
hef onteigende" wil spr. lezen.
„en daarom ernstig te betreuren wan
neer de onteigening zou geschieden
voor dat met een volledige architectoni
sche buiten-restauratie aangevangen is.'
De heer v. d. FELTZ meent, d,at er
een stemming is gewekt, als of er een
ramp dreigt, als het hotel verdwijnt.
Spr. wil de zaak terug brengen uit
de sfeer van angst tot die van zakelijk
heid.
Er zijn twee soorten v,an belangheb
benden; zij die dit direct zijn, en zij,
dit indirect zijn. Men moet bezwaar ma
ken tegen verandering van eigenaar;
maar dit zal men ook niet doen als een
particulier het hotel zou koopen. Men
moet zich afvragen of de Architectoni
sche schoonheid van het plein zal ver
minderen en of de gemeente er finan-
meese schade van zal hebben. Er is hier
laak weggelegd voor den
aad ten opzichte v,an de eerste vraag
cn wat de tweede vraag betreft kan
spr niet gelooven men mjncJer fog.
he^ hotel krijgen door opheffing van
,o:eilemdet Verontruste Middelbur-
rs gerust ie stellen, kan spr. zich wel
vereenden met het ontwerp-schrijven
van B. en W.
De heer KöGELER kan zeer kort zijn;
hi) K.an zich aansluiten bij den heer
Portheine. Wel is hij teleurgesteld door
het voorstel van B, en W., omdat de
motiveering niet is van de Raad, maar
doorgeven van de meening die leeft
bij de ingezetenen.
Spr. had ook gaarne een uitspraak
van den R,aad.
De heer HEEMSKERK voelt juri
disch veel voor het standpunt van B.
en W, Ook spr. is teleurgesteld omdat
B. en W. niet meer positief getuigen
in hun voorstel. Spr. logeerde ruim 40
jaar geleden zelf in de Abdij en genoot
toen veel meer van de omgeving, dan
als er maar enkele oogenblikken ver
toeft. En ook later hoorde spr. van be
zoekers, o.,a. van Amerikanen die ge
tuigden, dat niets met de rustige omge
ving van de Abdij is te vergelijken. Het
is niet na te gaan hoeveel bezoekers
men zal missen voor Middelburg. Goec
zou het z.i. zijn als de gemeente het
hotel zou hebben, om te zorgen dat
het steeds die bestemming behoudt.
Spr. zou het een ramp vinden voor
Middelburg, als de Abdij een doodsche
binnenplaats zou worden met alleen
bureaucratische ambtenaren.
Voor de Thoolsche kamer maakt spr.
een uitzondering. Hoe moet de restau
ratie geschieden?
Zal dit grondig gebeuren, of alleen
wat afkrabbelen van de pleister, en
herstellen van het dak in den ouden
vorm? Men weet echter niet wat de
plannen van het Rijk zijn.
Spr. meent, dat in het gebrek aan
ruimte kan worden voorzien door het
verplaatsen van den Polder Walcheren
en aankoop v,an panden in de Gist-
straat.
Spr. wil dit doen uitkomen in den
brief aan 'den Minister door er aan
toe te voegen, „als er niet op eenige
andere wijze in ruimte kan worden
voorzien" en ook „dat na onteigening,
het hotel ten allen tijde moet blijven".
De heer DEN HOLLANDER meent,
dat Middelburg veel te danken heeft
aan het Rijk ten opzichte van het ver
krijgen van de Abdij zooals zij nu is.
Er is nimmer geprotesteerd tegen den
rommel bij het Venduhuis en nu deze
stemming tegen de onteigening.
Spr. wijst op het Bagijnhof te Am
sterdam en het Binnenhof te Den Haag,
waar toch ook rust is. Daar zijn toch
ook geen hotels. Men g,aat naar 'n hotel
voor de inichting, huisvesting, ^goede
verzorging enz. Waarom zou eenzelfde
soort hotel elders in de stad niet even
veel gasten trekken?
De Abdij is geheel van het Rijk, ook
het Abdijplein; het Rijk wil zijn eigen
domsrecht daar dus gaan vergrooten.
Spr. wil echter het zeer voorzichtig
gestelde voorstel van B. en W. steu
nen.
De VOORZITTER heeft met genoe
gen gehoord, doch met bevreemding,
dat B. en Wi. iets meer deden dan de
heer Jeronimus wilde. Spr. begrijpt de
pleidooien van vele particulieren en
kan die ook waardeeren. Maar hier
geldt het de gemeente.
B. en W. doen niet onder in waar
deering van het groote nut van het ho
tel.
De Raad kan het niet beoordeelen of
er urgentie is voor voorziening in ruim
te en ook niet of een andere oplossing
te aanvaarden is. Men kan die kwestie
niet met zakelijke argumenten bestrij
den.
Men kan niet zeker zeggen of de winst
door restauratie niet grooter is dan
het verlies door verdwijnen van het
hotel. Men moet een hotel beschouwen
als iets van een tijdelijke situatie.
Als er eens een einde komt aan het
exploiteeren van het hotel zou er dan
geen onherstelbare schade toe zijn ge
bracht. Met niet-onteigenen is het blij
vend bestaan van het hotel „De Abdij"
geenszins gewaarborgd.
Het wordt thans geëxploiteerd op
uitstekende wijze door een familie, die
hoog staat aangeschreven en haar voet
sporen op dit gebied heeft verdiend.
Wie kan eenige garantie geven, dat dit
zoo zal blijven? Het Rijk kan ook niet
bepalen dat er steeds een hotel zal blij
ven ter plaatse.
De gemeente moet zich zeer zeker
niet het eigendom toeëigenen; en dan
nog wel met de voorwaarde, te zorgen
dat er steeds een hotel moet blijven.
Spr. meent, dat de Raad alleen wen-
schen onder de aandacht van den mi
nister kan brengen.
De voorbereiding van plannen kan
heel lang duren, en daarom moet men
vragen, dat de exploitatie zoo lang mo
gelijk wordt toegestaan.
Spr. meent, dat het gymnastieklokaal
heelemaal niet in aanmerking komt.
De Raad moet niet gaan buiten de
hem aangewezen lijn. Zeker is Het
Vreemdelingenverkeer van groot be
lang. Maar er zijn nog meer belangen,
die hier mede tellen.
Het amendement-Paul namen B. en
W. over.
De heer PORTHEINE zette de kwes
tie der belanghebbenden en rechtheb
benden nader uiteen en hij bleef van
meening, dat er voor het gemeetebe-
stuur een taak is weggelegd ten deze, en
hij ziet de zaak geheel uit het oogpunt
van het vreemdelingenverkeer, en deze
zijn ook wel degelijk te behartigen
door het gementebestuur. Spr. hand
haaft daarom zijn z.i. vrij sobere voor
stel. Men moet komen met een prin-
cipieele bestrijding. Spr. wil het woord
.vrees" handhaven en niet veranderen
in overtuiging.
Mevr. WEIJL meende, dat de ver
schillende sprekers niet zoover van el
kaar staan. Zij ;wilde alleen verzoeken,
een andere oplossing te zoeken, en
daarnaast voorkomen, dat men de res
tauratie als zoodanig zou tegen werken.
Men moet niet vergeten, dat het ge
bouw, reeds eeuwen het doel' had lo
gies te verschaffen, eerst aan regee-
ringspersonen, later als hotel.
De heer JERONIMUS meende dat
toch v,an een „plan" kan warden ge
sproken.
Spr. houdt vol dat B, en W. hetzelf
de deden, wat hij wilde.
De VOORZITTER sloot nu de dis
cussie en werd tot stemming overge
gaan.
Het voorstel-Portheine werd verwor
pen met 10 tegen 6 stemmen, die van
de heeren Portheine, Jeronimus, Hel
der. Kögeler, Lambermont, Heemskerk
Het amendement-Weijl onderging het
zelfde lot en daarvoor stemde met mevr,
Weijl de heeren Portheine, Jeronimus
Helder, Lambermont en Heemskerk.
Het voorstel van B. en W. werd ver
volgens z.h.s. aangenomen.
Het uurwerk van de Lange Jan.
De heer JERONIMUS vroeg of B,
en W. al hebben opgemerkt, dat de
klok van den Langen Jan zoo ongere
geld slaat en speelt.
De VOORZITTER zeide onderzoek
toe.
Uitbreidingsplan.
Na een korte vergadering met ge
sloten deuren, vereenigde de Raad zich
z h.s. met het voorstel om uitbreidings
plannn te doen opmaken voor den Ou
den Vlissingschen weg en daarop uit
komende wegen en voor den Veerschen
weg en daarop uitkomende wegen.
Te kwart over elf sloot de VOOR
ZITTER de vergadering.
In de lage landen, die moeilijke
maanden hebben doorleefd, is dje
vreugde der goede verwachting weer
gekeerd. En Bep mag in zijn nieuwe va
derland blijven, nu we tot zeven hebben
geteld. Want door de niet gedachte
overwinning, aan de boorden van de
Maas op elf gevreesde Belgen be
vochten, is de zon fel doorgebroken tot
het veld van onze nationale voetbal
eer, dat langen tijd onder de grauwe
wolken van het pessimisme in het duis
ter verscholen heeft gelegen. „Zeven
twee", luidde de kreet, die Zondag door
den vaderlandschen hof schalde, en die
de reeds gestorven hoop in de ongetel
de harten van voetbal minnend Neder
land deed herleven. Deze kreet heeft
den laatsten glans-van Bakhuis' ster ge
doofd, en den kleinen Smit snel opge
takeld naar den top van den Olympus
der volksgunst, waar hij thans in alle
waardigheid troont naast koningin Rie
de Tweede, die ondanks haar 15 jaren
kans zag een strook water ter lengte
van 200 m nog sneller te doorklieven
dan de veel gevreesde blonde Ragnrild
uit het hooge Noorden. En aan den voet
van den Olympus staat de vaderland-
sche samenleving, elkaar hoopvol op de
schouders tikkend, met een ontroerden
blik in het oog te staren naar koning
Smit en naar Marie, die zoo onderne
mend waren deze lage landen op te hef
fen uit den poel der sportieve vergetel
heid, waarin zij dreigden weg te zin
ken.
Holland leeft weer; Holland ge
loofd weer; Holland lacht weer. En het
besluit van Karei uit Dordrecht, onder
zijn rechterarm de verzekerings-porte-
feuille torsend, en onder zijn linker een
voetbal, om der wille van de portefeuil
le uit den bal de F.I.F.A.-lucht te laten
loopen, brengt daarin niet de minste
verandering. Wij blijven hopen, en blij
ven gelooven. Zooals anderen blijken
gelooven aan de onmetelijke schatten,
die onder de oppervlakte van het zilte
nat in de Lutine sluimeren, zooals zij
blijven hopen het goud aan den vasten
greep van den Terschellingschen Nep-
tunus te zullen ontrukken, Des heeren
Beckers falen en vele andere vergeef-
sche pogingen ten spijt
Vooral in Brabant en Limburg
heeft men in de afgeloopen week ge
leefd, en gelachen. En gedanst, gezon
gen, en zich zacht dan wel wild laten
wiegen op de golven van sotternij en
van al dan niet alcohol houdende con
sumptiemiddelen. Want prins Carnaval
hield open hof in de Zuidelijke
landouwen, en overal waar men de bel
letjes van zijn zotskap hoorde rinkelen
ontgloeiden in de snel ontvlambare har
ten der Zuidelijke bevolking de simpele
vreugden van het vastenavond-festijn.
De ernst is er vele dagen en nachten
schuil gegaan onder den sierlijk wappe
renden mantel van scherts en jolijt, die
boven den Moerdijk niet in aanzien is.
Maar toch leeft ook thans het Zuiden
nog. Al lacht het niet meer, en al is
Bayer eraaiji te pas moeten komen
Herr Göring, die in Polen op
wilde dieren men mag aannemen van
zuivere afkomst heeft gejaagd, heeft
na zijn terugkeer in de Heimat het
jachtgeweer weliswaar onmiddellijk
verwisseld voor den gloed-nieuwen
maarschalkstaf, doch ook toen heeft hij
de achtervolging niet direct kunnen Sta
ken. Met de zware patronen zijner fan
tasie heeft hij, ter gelegenheid van dèri
derden jaardag van de Duitsche lucht
vaar.t, jacht gemaakt op de toekomstige
vijanden van hët Derde Rijk, reeds door
Herr Hitier bij de viering van het eer
ste'lustrum van den nationaai-socialisti-
schen staat, uit het niets tot een schim
mig leven gewekt. Deze jacht moge op
de Europeesche samenleving niet zoo
veel indruk hebben gemaakt als zijr
jacht op de Poolsche fauna: van indruk
ken verstoken gebleven is men toch ook
weer niet.
In Italië overleed een zeer merk
waardig man. Misschien zelfs een zeer
groot man. Want het is thans nog niet
wel doenlijk uit den doolhof van opzien
barende eigenschappen en van fantasti
sche ensceneeringen te geraken tot de
kern van den dichter en krijgsman, die
Gabrielle d'Annunzio heeft geheeten.
Maar Italië rouwt om dezen veel be
sproken, opvallenden, moedigen mensch,
die zijn land, de schoonheid en de fan
tasie zeer lief heeft gehad.
Rouw dreigt ook weer in Rusland,
waar ter afwisseling van de blijkbaar
gevaarlijke rust, opnieuw een monster
proces op stapel is gezet, waarvoor a
een bloedroode omlijsting klaar schijnt
te liggen.
De r.k. Staatspartij heeft het
klaar gespeeld de teugels van haar niet
altijd makke paard in de vaste hanc
van koetsier Verschuur te leggen; de
gemeente Haarlem heeft door het aan
vaarden van meneer Marchant's spel
lingssysteem ambtelijk Nederland een
onderwerp ter meditatie verschaft; een
van de eerste daden van meneer De
Vlugt van Amsterdam na zijn glij-partij
in de Zwitsersche sneeuw was zijn tele^
foneerende onderdanen automatisch
met 67 gemeenten te verbinden. De va
derlandsche voortvarendheid is bij tante
Pos in goede handen. Beter dan de va-
derlandsche boter in de handen van on
ze boterleveranciers naar Engeland, dat
tegenwoordig tijdens het nuttigen van
ons koe-product den geur van kool in
den neus krijgt, en daarom van plan
schijnt de Deensche waar te preferee-
ren. Riskant was het, de Engelschen met
koollucht te herinneren aan de voor
werpen, die men deze fiere natie den
laatsten tijd gestoofd heeft.
Terwijl de levende wezens, die
de wereld bevolken, zich roerden, zat
de natuur niet stil. Het is nog Maart,
maar reeds kan men den lichten tred
vernemen van de lieve jonge lente, die
schuchter naderbij komt. De zon steekt
haar de helpende hand toe; de luchten
worden lichter en lichter, en op het
land en in onze tuinen worstelt de vrij
heid al met de gebondheid.
De mensch gelooft en hoopt weer; de
mensch lacht weer.
Kwartiermeester.
Hif wilde een eigen zaak beginnen.
De Haagsche politie was er deze dagen
achter gekomen, dat de 42-jarige horlo
gemaker P. J. D., die in dienst is van
een juweliersfirma in de Spuistraat, een
groote hoeveelheid horlogeonderdeelen,
armbanden, enz. in zijn huis had opge
slagen. Dit feit trok temeer de aandacht
omdat de man zijn werkzaamheden niet
thuis, maar op het atelier van de firma
verricht. De politie vond het gewenscht
het huis van den horlogemaker te door
zoeken. Men vond een hoeveelheid hor
logeonderdeelen en armbanden tot een
gezamenlijke waarde van f 1000.De
politie stelde de juweliersfirma met de
zen vondst in kennis, waarna een on
derzoek het vermoeden bevestigde, dat
de materialen aan de firma toebehoorden
en zij dus uit het atelier waren ont
vreemd. De horlogemaker heeft bekend,
dat hij de onderdeeler.. in den loop van
de laatste twee jaren heeft gestolen.
Hij had het voornemen daarmede te
zijner tijd een eigen zaak te beginnen De
politie heeft den man in voorlocpige
bewaring gehouden.
Waarschuwing.
De burgemeester van Eijsden geeft
aan belanghebbenden in overweging,
alvorens in relatie te treden met Pe
trus Hendrikus Roels, geb. te Bergen
op Zoom 12 Maart 1895, koopman, ged.
luldaar, zich ter verkrijging van nadere
inlichtingen eerst tot genoemden bur
gemeester te wenden. Genoemde per
soon maakt er zijn beroep of gewoonte
van om brillen, welke een betrekkelijk
geringe waarde hebben, tegen abnor
maal hooge prijzen te verkoopen, daar
bij den indruk wekkende oogspecialist
te zijn.
Tilburg: 1 doode.
Gisternacht is de 44-jarige landbouwer
A. van de W. uit Moergestel op den
Moergestelschen weg te Tilburg door
een personenauto aangereden en op slag
gedood. De verongelukte landbouwer
was gehuwd en vader van zeven
kinderen.
Kindje uit het raam gevallen en terecht
gekomen op voorbijganger.
Vrijdagmorgen is een driejarig kind
in een onbewaakt oogenblik uit de
tweede verdieping van een woning in
de Sint Annastraat te Amster
dam gevallen,
9e week 1888,
Een der weinige mannen van talent
op het gebied der kunst in onze ge
meente is zijn gezin, zijn leerlingen en
der kunst ontvallen.
Jan Frederik Schutz, de talentvolle
schilder van tal van marinestukken is
heengegaan.
Veel is er door hem geproduceerd en
vooral in onze omstreken sieren vele
zijner doeken de salons van zijne ver
eerders.
Aan de Volkszangschool is met
1 April a.s. tot onderwijzer benoemd
de heer W. K, Kuiler alhier.
Naar aanleiding van de gehouden
schietproef met het slachtmasker van
dr.. Sigismund te 's Hage, op 15 Febr.
jl. is door den hoofdintendant bij het
leger bevolen dat bij de militaire slach
terij alhier in te voeren,
De van het 4e regiment bij het 3e
regiment infanterie nieuw benoemde
eerste luitenant W. F, Hartman is in
gedeeld bij de 2e compagnie van het
4e bataljon te Vlissingen.
De gemeenteraad van Amsterdam
heeft de voorstellen v,an den heer An
kersmit alle aangenomen, zoodat er
geen beurs komt op het gedempte Dam
rak.
De regeeringen te Weenen en Pest
onderhandelen over een legerverster-
king geëvenredigd aan die van DuitscH-
land.
Tot burgemeester van Haamstede
en Burgh is benoemd de heer M. Bolle
Lz.
Door het kiescollege is gisteravond
met bijna algemeene stemmen beroepen
tot predikant bij de Nederduitsch her
vormde gemeente alhier ds. P. J. Ros-
cam Abbing.
Voor het overschot der schatkist
van de Ver, Staten v,an Noord Ameri
ka worden schuldbrieven aangekocht.
Ergerlijk is de wij'e waarop van
conservatieve zijde in Pruisen de op
richting van een Heine-gedenkteeken
wordt bestreden. Door den hofprediker
Stöcker is opzettelijk een vergadering
te Berlijn belegd, waarin deze christe
lijke leider niet genoeg kwaad van
Duitschlands grooten dichter kon zeg
gen.
De districts Arbeidsbeurs voor alle
gemeenten op Walcheren N. en Z. Beve
land, Schouwen en Duiveland, zendt ons
de volgende aanvragen:
Binnenland:
UTRECHT, bekw. afteekenaar voor
machinewerk; bekw. machineboorder
bekw. machinesteker; bekw. kotteraar,
dad. loon volgens den Metaalbond; voor
onbepaalden tijd.
VENRAIJ, bekwaam constructeur in
stalen ramen branche, dad., aanvangsa-
laris 100 per maand.
APELDOORN, voor confectiezaak 1c
verkoopster, moet in confectie- of stof
fenzaak hebben gewerkt; voor 1 April
a.s., 55 tot 70 per mnd. (naar be
kwaamheid).
BREDA, bekwaam smout- en macht-
nezetter, indiensttreding n, o. t. k., con
tractloon, voor onbep. tijd.
AMSTERDAM, 2 bekw. draaier-kot -
teraars en 4 bekw, metaaldraaiers, loon
volgens den Metaalbond.
AMSTERDAM, bekw. metaalsmelter,
bekend met olie- en smeltovens, bij
voorkeur gewerkt hebbende in staalgie-
terij, niet boven 45 jaar, dad., loon n.o.t.
k. voor onb. tijd.
BREDA, constructiewerkers (metaal
bewerkers voor licht constructiewerk,
speciaal betonstorttorens); loon volgens
den Metaalbond; voor onbep. tijd.
LEEUWARDEN, zeer bekwaam ge
routineerd kookster bekend met een
voudige en fijne keuken en dieetvoeding
voor 400500 menschen; P.G., indienst
treding liefst spoedig; aanvangssalaris
60 per mnd. en kost, inwoning en ge
neeskundige behandeling; eerst op proef,
daarna in jaarverband, voor vast, reis
kosten worden na oproeping vergoed.
BREDA, constructie-teekenaar, op
leiding M.T.S. of daarmede overeenko
mende (geen diploma vereischt) bij voor
keur met praktijk, dad., loon n.o.t.k.
WINSCHOTEN, bekwaam horlogema
ker, moet beslist eerste kracht zijn en
in staat de leiding van de werkplaats op
zich te nemen; er zijn nog drie andere
ondergeschikte krachten loon naar be
kwaamheid en n.o.t.k.; voor spoedige
indiensttreding, (doch niet later dan 1
April a.s,); goede positie, eerste klas
zaak.
Alle aanbiedingen uitsluitend aan de
Plaatselijke Organen der Arbeidsbe
middeling,
Het kind kwam terecht op hoofd en
schouder van een voorbijganger, die
over lichte pijn in deze lichaamsdeelen
klaagde. Het slachtoffertje is met een
hersenschudding naar het O. L. V.
Gasthuis vervoerd.