I'S GOISCHE COUCAHI^ len KT De Griffier der Staten van Zeeland Pleit vóór het Plan J BINNENLAND. WEERBERICHT. Maart Ing N.V. >n 546. "jTi NUMMER 40. 'iwtJi BLADEN.DONDERDAG [gar ^b4T| 17 FEBRUARI 1938. EERSTE BLAD. 181e JAARGANG, k? Een ander overzicht van de fzaak: fs er bij de voorgenomen onteigening van het Hotel „De Abdij" in pleite wel sprake van een schennis van nationaal bezit? ZEELAND. ÜÖOÊLBURG. Fraude op het postkantoor? >rdeelen ertentie ld 11.65 snt- if f 1.95 U ner- maf (15 larantie. Groenten- le boonen [Titlof 13— Koolra- Andijvie Jien 8,5 kool 36' kool 3 Irei 57,5 stuk; Pe- j Narcissen jter in het rat 37-39, kpeneieren Ituks. s) Ned. 120.15 h. „Zon- |r., Sehut- aool spr. Industrie- Je b, der bntw. spr. I, 20.15 h. eel Voor- iisch Hoi- Id en de 20.15 h. hgd Koor khuttersh. Lucht- Ipr, over- j-ens, café Zangver. udeberke iled^fist", 19.30 h. middelburgsShe courant Sugblad Voor Middeiourg, Goes en agent- ichap Vliaaingen 2.30, elders f 2.50 per kwartaal Week-abonn. in Middelburg en Goes i8 ct. p. w. Advertentiën 30 ct. per regel, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r. 3ij contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr. Lhtgeefster. Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant Bureaux; Lange Sint Pieterstraat te Middelburg ielefoon: Redactie 269, Administratie 139 Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17. Aangesloten bij het Bureau voor Fubliciteitswaarde der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers. Familieberichten en dankbetuigingen l-~$ r.aoia 2.10, elke r. m. 30 et. Rubriek „Kleine Advertentiën**, ten hoogste 6 regels, a 75 ct. bij vooruitbetaling Adv. raeï „Brieven" of „Bevragen bureau dezer eo«« rant" 10 ct extra Bewijsnommera 5 eeag. Dr. B. D, H. Teilegen, griffier der Staten van Zeeland, schrijft ons: De voorgenomen onte gening van het hotel „De Abdijheeft zooveel pennen (van tegenstanders) in beweging ge bracht, dat het oogenblik aangebroken schijnt, om over deze aangelegenheid ook eens een, eenigzins anders gericht, licht te doen schijnen. Ik mag hierbij wel voorop stellen, dat ik ten volle onderschrijf, hetgeen in het, aan .den Minister van Financiën te zen den, adres wordt gezegd: „dat immers voor uitbreiding der „Provinciale Griffie een goedkoopere „en in ieder geval veel betere oplos- u8ing ware te vinden in de oprichting „van een modern geoutilleerd nieuw „administratiegebouw, daar de be staande gebouwen van de Griffie „toch altijd gebrekkig blijven.'' Inderdaad zal elke oplossing binnen het kader der Abdijgebouwen, wanneer men het hotel voor een oogenblik bui ten beschouwing laat ook die, welke in het adres worden aangeduid slechts als partieel en tijdelijk kunnen worden beschouwd en is zij bovendien in de meeste gevallen, om redenen van technischen aard, waarop ik hier niet behoef in te gaan, voor mijn dienst on aanvaardbaar. Doch, aannemende, dat het Rijk be reid zou zijn de, waarlijk niet onaanzien lijke, bedragen toe te staan, die voor den bouw van een zoodanig modern ad ministratiegebouw noodig zijn, zou dan niet wellicht juist uit het kamp van de genen, die thans in de oppositie zijn, we derom een storm opsteken en zou men niet, onder de leuze: Het Provinciaal Bestuur was sinds eeuwen, in de Abdij gevestigd! te velde trekken tegen hen, die aldus de schennende hand aan de voorvaderlijke traditie zouden willen slaan? Ik stel de vraag slechts, zonder haai te beantwoorden, ook al, omdat dit aspect der zaak mijns inziens vooralsnog slechts academische waarde hjeeft Komende tot de meer reëele bedrei ging, waartegen men te hoop loopt, meen ik de tegenstanders van de plan nen der Regeering grosso modo in drie groepen te mogen indeelen. Daar zijn in de eerste plaats zij die, hun jeugd indachtig, de Abdij het liefst zouden laten, gelijk zij is. Ik kan dit ar gument niet al te zwaar laten wegen. Vergelijkt men de bekende plaat uit Va der Cats met den tegenwoordigen toe stand, dan ziet men dat, ongeacht de achtereenvolgens tot stand gekomen wijzigingen in de gebouwen, de Abdij toen als nu het geliefde speelterrein was en is, zij het dan met wijziging naar den eisch des tijds van het speel tuig. Dit zal werkelijk niet veranderen, wanneer eenmaal binnen de muren van het tegenwoordige hotel ambtenaren hun plaats en hun werk zullen hebben gevonden; wanneer geen bijzondere rampen deze goede stad treffen, zal ook dan nog en tot in lengte van dagen de Abdij der kinderen veel geliefde en veilige speelplaats blijven. Bovendien zegt de gedachte: de Abdij te behouden gelijk zij is, zoo bijzonder weinig, wan neer men nagaat dat de laatste, toch wel zeer grondige, restauratie nog geen nienschenleeftijd achter ons ligt en dat daarbij nog heel wat ingrijpender ver anderingen zijn aangebracht als, gaat de onteigening door, thans worden voorge steld De tweede groep der bezwaarden, waaronder voor het meerendeel de on- «f. .ef naars Jf,an het adres aan den Minister van Financiën behooren, zijn r« Ai*j""nen' Abdijplein cn hotel ,,De Abdij ^onverbrekelijk aan elkaar verknocht zijn- Ook de waarde van dit argument veroorloof ik mij, in twijfel te jrekken. Het bezwaar van het aldus dreigend gebrek aan hotelruimte, laat ik hier buiten beschouwing, ik kom daarop straks terug. De vraag is thans slechts: is het hotel een essentieele fac tor in de waardeering van het geheel der Abdijgebouwen? En deze vraag meen ik ontkennend te mogen beant woorden. Niet kan worden tegengespro ken, dat op de enkele waarlijk zomer- sche Donderdagen, die ons klimaat ons gunt, een aantal gasten hun koffiemaal gebruiken, gezeten op het plein en dat daarnaast den geheelen zomer door, be zoekers van het hotel van het schoone geheel genieten, doch daarmede is slechts een feitelijke toestand aange toond, niet echter bewezen, dat een en ander noodzaak is, allerminst, dat het hotel als zoodanig in het geheel der Ab dijgebouwen onmisbaar is. Trouwens men zal het wellicht met mij eens zijn, n'en déplaise alle reclame, dat het Ab dijplein niet op zijn mooist is op de Donderdagen in den inid-zomer, doch veeleer in het vroege voor- en najaar, als het lage licht schuin over het plein valt en de, waarlijk gewijde, stilte niet wordt verbroken door de kudden, die onder leiding in enkele uren Middelburg en overig Walcheren „doen". Daarnaast zou ik nog de vraag willen stellen, de voorzitter van V.V.V. beschikt wellicht over voldoende statistisch materiaal om haar te beantwoorden, of zij, die op Donderdag hun koffiemaaltijd in het ho tel houden, niet een zeer gering percen tage uitmaken van het totaal der onze stad bezoekende vreemdelingen. Bij mij althans is wel eens de gedachte opge komen, dat op zoo'n dag meer menschen op de verschillende stoepen en muurtjes rond het plein zitten te lunchen, dan er in het hotel een plaats zochten, waarbij dan allen, die elders in de stad hun heii zochten, uit den aard der zaak buiten beschouwing blijven. Ik zie dus het voortbestaan van het hotel niet als een onmisbare factor in de waardeering van de Abdij en ben eerder de tegenoverge stelde meening toegedaan: er zijn, zoo wel hier te lande als in het buitenland, voorbeelden te over van stemmige bin nenpleinen, waar die stemming' juist be houden blijft, doordat men er enkel als bezoeker, niet als, zij het dan doortrek kend, hotelgast komt. Of zou, om slechts een enkel voorbeeld te noemen, het Ba^ gijnenhof te Amsterdam er bij winnen, wanneer daarbinnen een hotel geves tigd was? Iets anders is natuurlijk, o het hotel prof ij t heeftvan zijn ligging, doch, hiervan uit gaande, geeft men aan de protest-actie een geheel anderen grondslag: het gaat dan in eersten aanleg niet om de Abdij, maar om het hotel! Onder de derde groep van tegentsan- ders breng ik hen, die eensdeels in de voorgenomen onte'gening een daad zien, getuigend van weinig piëteit tegenover de tegenwoordige eigenaars van het ho tel, anderdeels vreezen, dat de huns in ziens reeds geringe beschikbare hotel ruimte in Middelburg door die ont eigening nog zal verminderen. Het eerste argument kan men, als ge voelsargument,, waardeeren; inderdaad kan het hard zijn en financieel ook be zwaarlijk, weg te moeten trekken van een plek en uit een bedrijf, waar men van jongs af zijn -leven heeft opgebouwd. Maar dit bezwaar kleeft niet enkel deze onteigening aan, het heeft zich reeds tal van malen voorgedaan en zal zich nog tal van malen voordoen, overal, waar de eischen van een nieuwen tijd veran dering vorderen. Of hebben de nieuwe bruggen over onze groote rivieren nie mand uit zijn broodwinning gestooten, althans hem verdreven uit zijn meer of minder voorvaderlijk bezit? En indien al de moreele slag wellicht moeilijk te verwerken zal zijn, de materieele scha de vindt tenslotte haar compensatie in de, door den onafhankelijken rechter vast te stellen, schadevergoeding. En deze schadevergoeding wederom opent de mogelijkheid om elders te dezer ste de opnieuw te beginnen; van een on vermijdelijke vermindering aan beschik- De wereld is een blijspel voor den denker, maar een tragedie voor hem, die voelt. bare hotelruimte behoeft dus allerminst sprake te zijn. Bovendien zal ook hier de wet van vraag en aanbod zeer zeker haar invloed doen gelden. Ik zou hier willen eindigen. Slechts nog dit. Ook de adressanten gevoelen, dat het hotel, uiterlijk althans, aller minst strekt tot versiering van het plein, het blijkt uit het slot van hun adres, waarin zij verzoeken „af te zien van de onteigening van het hotel „De Abdij'' te Middelburg tenzij voor her stel en weder in dienststelling als zoodanig". Hieruit volgt m.i. dat ook de adressanten het toejuichen, dat de Regeering tracht de hand te leggen op een der ontbrekende schakels in het complex der Abdijgebouwen en dat zij het eveneens zouden toejuichen, wan neer tot restauratie werd overgegaan. Ten opzichte van de vraag, wat na de restauratie met het pand moet gebeu ren, scheiden zich onze wegen, doch wellicht treffen wij elkander weer in de zienswijze dat, ook wanneer de ont eigening eenmaal zal zijn uitgesproken, de Regeering nog niet onmiddellijk den volgenden dag met de restauratie za beginnen. Laat ons daarom de zaak niet over drijven en in haar juiste proporties be zien en Iaat ons vooral niet naar buiten den indruk wekken, dat hier nu iets staat te gebeuren, een zoodanige schen nis van het nationaal bezit aan schoon heid, dat daartegen allen in het geweer behooren te worden geroepen. Mocht echter het oogenblik voor de restauratie zijn aangebroken, deze zijn voltooid en aan het gerestaureerde ge bouw de bestemming zijn gegeven, die de Regeering daaraan thans heeft toe gedacht, dan zou wel .eens kunnen blij ken, dat Middelburg, van een touristisch standpunt bezien, meer heeft aan een gerestaureerd Abdijplein, waar omdat daarom heen regeeringsbureaux en derg. zijn ondergebracht, iets terug is geko men van de kloosterlijke stemming, dan aan een Abdijplein, waar, door de aan wezigheid van een hotel, dat het ten slotte óók van dagjesmenschen moet hebben, die stemming juist op de dagen, dat het massavreemdelingenbezoek plaats vindt, grondig wordt verstoord. Ook hierom past matiging, opdat men zijn doel niet voorbij schiet. AUTORIT VAN PRINS BERNHARD. Reeds vroeg is prins Bernhard heden ochtend in zijn nieuwen „Ford"-wagen uitgereden in de richting Amersfoort. Omstreeks half twaalf keerde Z.K.H. op het paleis terug. DE POOLSCHE WIEG VOOR PRINSES BEATRIX. Zooals reeds gemeld, is gisteren op het Paleis Soestdijk een Poolsche wieg voor Prinses Beatrix .aangeboden. Het geschenk ging van een oorkon de vergezeld en van een liedje, ged cht door de Poolsche dichteres Kazimiera Illakowicz, waarvan de N.R.C, de ver taling in het Nederlandsch v,an den heer Jan de Groot publiceerde: De houtsnijder van Polen ijverde aan het ahornen wiegje voor Beatrix. Zal het Prinsesje daar rustig in [slapen gaan? Zeer zeker en zeer gewis, Hij sneed de sterren in het ahornhout in het wiegje voor 't Hollandsch [Prinsesje Misschien krijgt zij ook wel een bedje [van goud? Maar dit ahornen is zeker het beste. De snijder sneed het hout in de [z'ngende lente, want de lente brengt het schoonste [ahornhout. Hij sneed en boetseerde tot des [zomers ende, en bladeren vallen in het woud. De bladeren vallen op de wiege-sluier, zij worden verweven met zijde en lint. En vogels keerden haastig uit het zuien, Om een kroon te zijn boven het [Koningskind FRIESCHE GEMEENTE VELDWACHTERS MET 55 JAAR UIT DEN DIENST. De Commissaris der Koningin in Fries land heeft aan de burgemeesters mede gedeeld, dat het zijn voornemen is de Friesche gemeenteveldwachters, die den leeftijd van 55 jaar hebben bereikt of overschreden, krachtens hun instruc tie te ontslaan, tenzen zich bijzondere omstandigheden voordoen die het in dienst houden wenschelijk maken. Alszoodanig merkt de Commissaris aan buitengewone bekwaamheid of ge schiktheid, een speciale opdracht die bezwaarlijk kan worden onderbroken, in 't algemeen alles wat het ontslag van den betrokkene nadeelig voor een goe de uitoefening van den politiedienst zou doen zijn. (Leeuw. Crt.) Duitsch schip aan den grond gevaren. Het Duitsche stoomschip „Golden- fels" is in den afgeloopen nacht ter hoogte van roode boei nr. 39 (Wester schelde) aan den grond gevaren ei blijven zitten. Te Terneuzen gestationneerd liggen de sleepbooten zijn uitgevaren voor het eventueel verleenen v,an ass'stentie Men hoopt het schip bij opkomend wa ter vlot te krijgen, Toen gisterenmiddag op het Post kantoor te Middelburg van hoogerhanc een kascontrole plaats had van de kas van een kantoorbediende, belast met de bediening van het postzegelloket, werd een tekort van 275 ontdekt. De boven den kantoorbediende staande ambtenaren vonden daarin aanleiding de politie te waarschuwen, omdat het tekort grooter is, dan de tekorten, die uiteraard zoo nu en dan voorkomen. De commissaris van politie vond aanleiding om den kantoorbediende naar het bu reau te doen overbrengen en deze be vond zich ook heden in verband met d voortzetting van het onderzoek zoowe van de zijde van de politie als van de inspectie der P.T.T. alsnog in verzeke ring. De politie alhier heeft procesver baal tegen een man, die zich in het be gin van het jaar 1937 op den Nieuwland schen weg alhier heeft schuldig gemaakt aan openbare schennis der eerbaarheid Buurtcommissie Markt Gisterenavond hield de Buurtcommis sie Markt haar jaarvergadering op de bovenzaal van café Groenewegen. De jaarverslagen van den secretaris en den penningmeester werden goedgekeurd Het stemde de aanwezigen tot groote dankbaarheid, dat de Vereeniging tot Bevordering van het Vreemdelingenver keer eene subsidie voor de Augustus- Woensdagavonden had willen geven. De vergadering herkoos de heeren L. Leij- desdorff, P. Blaauw, L. Verhage tot be stuursleden. De vergadering besprak de plannen voor 1938 en besloot in principe op de voor op prijs gestelde Woensdagavon den tijdens de Stadhuisbelichting in de maand Augustus het Middelburgsch Mu ziekkorps weer te laten concerteeren. Aan „Uit het Volk—Voor het Volk" zal wederom bij eventueel door haar te organiseeren Oranjefeesten de grootst mogelijke steun worden gegeven. DE BURGEMEESTER IN DEN RAAD OVER HOTEL „DE ABDIJ". De burgemeester verzoekt ons, het- Verwachting tot morgenavond: DE BILT: Meest matige O. wind, ge deeltelijk bewolkt, weinig of geen neer slag, lichte tot matige -vorst des nachts, overdag om het vriespunt tot lichte dooi. UKKEL: Matige wind uit O. richtin gen, tijdelijk heldere hemel, afwisselend zwaar bewolkt, plaatselijk sneeuw, aan houdend koud, vrij strenge nachtvorst, met een nachtelijk temperatuursmini- mum van 5 tot 10 gr-, op het laatst van den, nacht plaatselijk mist. Éla Vr. 18 Febr. Zon op: 7 h 13; onder: 17 h 16, Licht op: 17 h 46, Maan op: 22 h 34; onder: 8 h 07. L.K. 22 Febr. Hoog- Do. Vr. Za. Boog- en 17 18 19 en Do. Vr. Za. 17 18 19 Laagwater Januari. Hoogwater. 2.46 15.15 3.28 15.56 4.09 16.38 Laagwater te Januari. Hoogwater. 4.52 17.14 5.31 17.51 6.07 18.29 te Vlisungesi 23 (S Westkapelle is 28 min. min. vroeger; springtij.) Laagwater. 9.32 21.34 10.15 22.14 10.50 22.52 Wemeidingci Laagwater. 10.27 22.44 11.11 23.25 11.49 en Domburg Veere 38 min. later. geen hij in den Raad g'ezegd heeft in-1 voorstel Jeronimus afwegen, zake het voorstel-Jeronimus om, bij wij- Er zo ze van conservatoiren maatregel, alvast maar te protesteeren tegen de voorge nomen onteigening van Hotel de Abdij, iets uitvoeriger dan gewoonlijk aldus te vermelden: „Ik wil in geen enkel opzicht aldus 's Raads voorzitter tornen aan de gevoelens die velen bezielen bij de ge dachte, dat het hoïtel „De Abdij te een:ger tijd als zoodanig zou ophouden te bestaan. Dit hotel heeft langen tijd een zeer eervolle rol gespeeld in onze plaatse lijke samenleving'; het doet dat nóg. Het heeft eigen standing. En eif*en charmes. Het biedt gelegenheid de zéér bijzon dere bekoring die er van het onvolpre zen aloude Abdijplein uitgaat, op bijzon dere wijze te ondergaan en te genieten. Hoe langer men dit hotel in zijn glorie heeft gekend, hoe langer men zich met Middelburg samengegroeid voelt, hoe meer men gehecht zal zijn aan wat nu is en hoe meer men hopen zal op behoud daarvan. De schrik waaraan nu uiting wordt ge geven, begrijp ik dus en ik ben bereid die uit bepaalde oogpunten te waardee ren. Intusschen wat er in acties onderno men door lichamen, of organisaties ter bevordering van een of ander specifiek belang, of door particulieren dan ook verklaarbaar moge zijn, de Raad heeft uiteraard voor zichzelven toe te zien. Wanneer het Rijk een bepaalde maat regel overweegt, dien het van belang acht voor eigen diensten en voor die der provincie, dan heeft de gemeetue zich wel tweemaal af te vragen of het op haar weg ligt, zich daartegen te ver zetten. We zouden ons, naa* de bedoe-'ngen van den heer Jernimus. nü, vandaag moe ten verzetten, om na vandaag uit ie ma ken óf en welke gronden er voor dat protest zijn aan te voeren óf blijken ze ons ontoereikend, ons protest' alsnog in te trekken. M.i, kan er van aanvaarding van dit voorstel geen sprake zijn. Wat weten we van de bedoelingen van het Rijk? Zijn die wérkelijk, op korten termijn de exploitatie van het hotel „De Abdij" onmogelijk te maken? Of zou ook na onteigening die exploi tatie desgewenscht nog tal van jaren kunnen worden voortgezet? Als de beëindiging van de hotel-ex ploitatie eens gevolgd werd door eene completeering van de architectonische schoonheid van het Rijksgebouwencom plex, dat onze stad zoo zeer siert, is er dan niet de mogelijkheid, dat er uit ver lies winst geboren wordt? Het Rijk heeSt zi,ch in Middelburg waarlijk niet zorgeloos betoond op dit punt in de laatste tientallen van jaren.- Op de daareven door mij gestelde vra gen kan ik nu in geen enkel opzicht een pertinent antwoord geven. Maar desondanks hebben ze gewicht te leggen in de schaal waarin we het tel Jeronimus afwegen, zouden andere vrag'en te stellen zijn. Ik wil daarvan voor dit oogenblik af zien en den Raad een voorzichtiger en rationeeler weg wijzen dan dien van den heer Jeronimus. B. en W. zijn bereid een poging te doen te bevoegder plaatse, d.i. in dit geval len Departemente, inlichtingen in te winnen. Inlichtingen, waarvan we hopen dat ze mochten ze ons worden ver strekt het ons mogelijk zullen maken den Raad van die voorlichting te die nen op grond waarvan hij tijdig uitma ken kan öf het op zijn weg ligt te dezer zake eenigerlei stap tc ondernemen, ja dan neen Daarbij zij dan voor dit oogenb ik ter zijde g"elaten de vraag welke weg daar-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 1