LANDBOUW. STAÏEN-GENERAAL Elke dag KING Elke dag FIT! FIRMA TONNEMA ClE. FABRIKANTEN VAN KING PEPERMUNT SNEEK (Ingez. Med.) VAN DE BELGISCHE KUST. Zyt wellecome. Latinisme. Cust Waghter, JUSTITIEBEGROOTING. KRUININGEN. ABONNEMENTEN en AD VERTEN- TIEN voor dit blad worden aangenomen door den Agent H. VAN DE VREDE. PERSKRONIEK. Ir. RITMEESTERS AFTREDEN. met 300 te verhoogen. De heer A. v. Overbeeke was het eens met den heer Bruinooge en zeide dat de heer Immink het vorig jaar toch zelf verklaard heeft met 300 tevreden te zijn. Hier. ■zoo zeide de voorzitten zou zich dan 1 geval voordoen; dat de man, die zorgt voor de werkeloozen, minder verdien! dan een werkelooze, wat de heer J Bruinooge ontkende. Er is volgens hem geen enkele werkelooze hier, die per jaar 300 steun ontvangt. De heer S. Alm'ekinders ging niet accoord met het voorstel van B, en W., hij stelde voor zes tweejaarlijksche verhoogingen toe te kennen van 50. De ambtenaar komt dan later aan zijn maximum, maai de heer Almekinders achtte zich niet verantwoord, gezien den tegenwoor- digen toestand der gemeentefinanciën, nu reeds een uitgave te doen, als B. en W., voörtse den. Daarop stelde de voor zitter voor het voorstel Almekinders in stemming te brengen zeide daarbij, da. •de heer Immink volgens dit voorstel mei 3 Mei a.s. dus 200 meer aan salaris zou krijgen dan thans. Dit bleek echter niet de bedoeling van den voorsteller en verschillende leden toonden thans niet begrepen te hebben, dat de bedoeling van B. en W. was de dienstjaren, 8 in getal, die de heer Immink als gemeente secretaris heeft, voor de voorgestelde verhooging m^e'te doen tellen. De heer C. Rottier zeide te begrijpen, dat de heer Almekinders bedoelde, dat het mi nimum-satans als ambtenaar ter secre tarie 6 maal met 50 zal verhoogd wor den, alleen voor de dienstjaren als zoo danig. De heer S. Almekinders wij zigde daarop zijn voorstel, zoodat zijn bedoeling duidelijk uitkwam. Het werd verworpen met 5 tegen 2 stemmen, voor de heer en P. Dekker en S. Almekinders. De voorzitter vroeg eenigszinsc ver- v.cnderd, waarom de heer Rottier te gengestemd had. Deze zegt, dat er nog een ander voorstel is. De heer P. D e k k f r wees op de vele diensten, die de heer Immink als secretaris aan de gemeente heeft bewe zen en zeide, dat het werk, dat deze thans doet door z.i. zekere toename van werkloosheid zich nog zal uitbreiden, waarom spr. verhooging der wedde bil lijk achtte, Daarom gaf de voorzitter een overzicht van wat ambtenaren ter secretarie in verschillende gemeenten verdienen, om daarmee te bewijzen, dat verhooging hier noodzakelijk is. Hij stel de daarna voor het salaris, ingaande 1 Januari 1938 te bepalen op 400 en verder '4 tweejaarlijksche verhoogingen toe te kennen van 50. Dit voortsel nam men aan met 4 tegen 3 stemmen Tegen de heeren J. Bruinooge, A. van Overbeeke en M. Nijsten. Het salaris van den agent der ar beidsbemiddeling eveneens de heer F. W. J. Immink, werd zonder discussie volgens voorstel B. en W. gebracht van 25 op 50. Hierbij dient er op gelet, dat het Rijk 40 percent van dit salaris voor zijn rekeinng neemt, zoodat de ver- h,t>oging voor de gemeente slechts 15 bedraagt. Paar er nooit een instructie voor den havenmeester is geweest, in ieder geval er geen te vinden was op de secretarie, is thans zulk een ontwerp-instructie ge maakt door B. en W. Over art. 5 daar van vroeg de heer S. A 1 m e k i n - d e r s het woord. Daarin staat, dat de havenmeester geen andere betrekkin gen mag vervullen en geen werk ver richten in dienst van anderen. De heer Almekinders vroeg of het de be doeling is, dat de man, ook als er op de haven niets voor hem als havenmeester is te doen, anderen niet behulpzaam mag zijn. Wethouder D e R e g t merk te op zich meermalen geërgerd te heb ben, als hij zag, hoe de havenmeester een heelen dag bezig was bij 't lossen of laden, en zoodoende een werkloozc het werk uit de handen nam. Wethouder Rottier verklaarde het eens te zijn met den heer De Regt, doch zou de mogelijkheid open willen laten dat de havenmeester soms particulier werk doet na toestemming verkregen te héb ben van B. en W. De heer J. B r u i n - o o g e wees er op, dat, wat nu ge beurt, zijn oorzaak vindt in het lage salaris, dat de betrokken persoon bii zijn aanstelling ontving, waar men bij de bepaling van dit salaris er zelfs op wees, dat hij in dienst van anderen er wat zou kunnen bijverdienen. Nu hij ech ter een behoorlijk salaris heeft, achtte ook de heer Br u i n o o g e 't niet ge- wenscht, dat hij voor anderen nog werk doét. Ten laatste besloot de Raad, om dat men weet, dat het een enkele maal voorkomt, dat iemand verplicht is zijn hulp in te roepen, alleen toe te staan in zulk een geval die hulp te verleenen, maar dat werk mag dan hoogstens een half uur duren, in geen geval b.v. een halven dag. De v o o r z. zeide den heer A. van Overbeeke toe, dat den haven meester van 't genomen besluit kennis zal gegeven worden. De v o o r z. stelde voor het verzoek der Oranjevereeniging om een dans- en consumptietent te mogen plaatsen op het Dorpsplein, tijdens de feestelijkhe den op 18 Februari a.s. en om vreemde kooplieden zooveel mogelijk op dien dag te weren, in te willigen. De heer A. \an Overbeeke wilde daarover thans alleen zeggen, dat hij er zijn stem niet aan kan geven, daar hij het in strijd acht met Sods Woord. Het voorstel werd aangenomen met 5 tegen 2 stem men. (Tegen de heeren A. van Over- aeeke en M. de Regt). Daar de borg stelling voor den gemeente-ontvangei .net meer vereischt wordt, zal de ge meente een verzekering sluiten bij di ,'ereeniging van Nederlandsche Ge meenten. Na een langdurige discussie besloo de Raad aan Kerkvoogden der Nee Herv. Kerk, die verzoeken, dat de ge aeente het voetpad op de Draaiweide dat bezit dier Kerkvoogdij is, in onder- noud zal nemen, dreigend anders di voetpad te zullen onttrekken aan het verkeer, te antwoorden, dat de gemeen te de grint voor verbetering zal leveren en bereid is voortaan jaarlijks aan dt Kerkvoogdij een bijdrage van 3 te betalen in het onderhoud van dit pad Men besloot daartoe, al is men over tuigd, dat de Kerkvoogdij haar dreige ment niet zal kunnen uitvoeren, daar het pad er reeds meer dan 30 jaar ligt De twee volgende agendapunten: le aanschaffing nieuw brandweermater- aal en 2e eventueele verandering van het gemeentehiiis staan in verband met de plannen voor luchtbescherming en zullen veel "studie en veel geld kosten, o.a. het aanschaffen van een motorspuit, terwijl ook punt 21 der agenda: verbete ring 'van wegen onmogelijk in één ver gadering kan afgehandeld worden, als men maar alleen bedenkt, dat de verbe tering van den Molenweg met steun der Provincie een bedrag van ongeveer 100000 zal eischen. De v o o r z. stel de daarom voor twee commissiën uit den Raad te benoemen, om" deze zaken te bestudeeren en voor te bereiden, waarna ze met hun voorstellen in den Raad kunnen komen. In de eerste com missie, wegencommissie, werden be noemd de heereij C. Rottier, J. Bruin ooge, P. Dekker en M. Nijsten, in de tw.eede, openbare werken de heeren M. de Regt, A. van Overbeeke, M. Nijsten en S. Almekinders. Op een vraag van den "heer J. Bruinooge, wanneer er met het herstel der haven zal begonnen worden, zegde de v o o r z., dat er nog een punt van verschil is tusschen de Provincie en den deskundige of het' materiaal voor den havendam met koper zal vermengd worden, ja, dan neen. ZEEUWSCH-VLAAMDEREN W.D. BRESKENS. De zaal Wijkman was tjokvol toen de heer Van de Velde Maandagavond om half acht de land stormbijeenkomst opende. Uit alle dee- len van West-Zeeuwsch Vlaanderen wa ren de landstormers met hunne dames opgekomen. De secretaris van het ge west, luit. J. G. Eckhardt, sprak de land stormers toe en zei, dat hij zeker wist, dat, hoewel gescheiden van de overige deelen des lands, er in Zeeuwsch-Vlaan deren trouwe Nederlanders, warme Oranjeklanten en uitstekende landstor mers wonen, die het devies der Oranjes: Je maintiendrai, tot het hune hebben ge maakt. Hij achtte zich gelukkig thans als voor zitter der plaatselijke afdeeling van den B.V.L. te Breskens te kunnen installee ren mr. J. P. Dorst, burgemeester van Breskens. Spr. heeft uit zeer goede bron, vernomen, dat de nieuwe burgemeester den B.V.L, een warm hart toedraagt, en hij hoopte, dat deze nieuwe voorz'ttef zal medehelpen tot grooter bloei der af deeling Breskens, maar ook tot welzijn van den gehee'en Zeeuwschen B.V.L. De burgemeester dankte den secretaris voor de tot hem gesproken woorden en zeide alles te zullen doen wat hij kan voor het instituut van den B.V.L., dat in zoo groote mate zijn belangstelling en sympathie heeft. Daarna kreeg de heer Vienings het woord om een rede uit te spreken, ge titeld: Hoog het Gezag. Eerst ontwik kelde spr. het gezagsbegrip. Er is ver schillend gezag, wat echter met het wer kelijk begrip gezag niets te maken heeft. Dat is het gezag, dat de onderdanen tot slaven van de dictatuur maakt, zooals in Duitschland en Italië. Neen, het gezag, dat wij bedoelen, dat is het gezag dat de Almachtige in zijn alwijs bestuur ge nadiglijk aan zijn onderdanen uitdeelt. Dat is het gezag waar Koningin Wilhel- mina mee bekleed is. Daarom spreken we van Koningin der Nederlanden bij de gratie Gods, Daarom spreken we ook van Majesteit, omdat op haar ligt iets van de Majesteits Gods. Daarom erken nen we haar ook als ons eenig mogelijk regeeringshoofd. De Oranjes hebben al tijd een höoge opvatting van dat gezag gehad, maar daarom hebben ze het ook nooit misbruikt, maar gebruikt om ons volk op te voeden tot een eenheid, waar in vrijheid heerscht. De landstorm heeft zich paraat ver klaard om, als 't moet, dat alles te ver dedigen, desnoods met het geweer in den aanslag. Met een zegewensch voor ons Vor stenhuis besloot .spreker deze meerma len door applaus onderbroken boeiende rede. De secretaris van het gewest dankte den heer Vienings voor de welwillend heid deze rede hier uit te komen spre ken en gaf spr. de verzekering, dat Zeeuwsch-Vlaanderen paraat is. Luit. Eckhardt reikte daarna aan ver schillende landstormers uit West-Z.- Vlaanderen het brevet van scherpschut ter uit, terwijl een tweetal landstormers in het bezit werden gesteld van het bre vet koningsschutter. Na de pauze draai den eenige films, o.%. de geboortefilm, de landdag te Goes en de groote landstorm film „Je maintiendrai". Het edeie natuurproduct verleent KING pepermunt die kenmerkende, heerlijke geur en smaak. Burgemeester Dorst sloot dezen mooi- en avond, die bij allen nog lang in her innering zal blijven, (Van onzen correspondent.) Den door uwen doorluchtigen Voor zitter der Eerste Kamer in ietwat door luchtige taal genoemden „doorluchtigen dag van Januari 31" is hier niet onop gemerkt voorbijgegaan, Integendeel. Waar ter wereld er ook nog zoo dik wijls en nog zoo veel vorstelijke kinde ren mogen geboren worden, het zal, ten zij zulks geschiedt in het eigen koninklijk gezin, nauwelijks de aandacht trekken en de kranten zuljen er drie regels aan geven. Wat een onderscheid met déze blijde gebeurtenis! Dagen, om niet te zeggen weken tevoren, werd er al over gespro ken en geschreven, leefden de menschen in spanning, alsof het een eigen nationale verheugenis tegemoet ging en toen dan eindelijk in den ochtend van den laat- sten Januari de radio even het program ma onderbrak om den volke kond te doen (ge ziet, het voorbeeld van uw Eerste Kamer-voorzitter werkt aanste kelijk) dat in Nederland een prinsesje geboren was, zag men dat het volk in de vreugde deelde, de een vertelde het den ander, en mede door middag van de ra dio, die bij velen den geheelen Maandag en ook Dinsdag op „Hilversum" bleef staan, voelde men dat er zelfs hier een feestelijke stemming in de lucht was. Vele officieele gebouwen, zooals het stadhuis te Brugge en het provinciale gouvernementshuis en de woning van den Gouverneur (in Nederland de Com missaris der Koningin) werden getooid met de Nederlandsche driekleur. Ook aan de kust zelf werd op verschillende gemeentehuizen, o.a. die van Knokke, Blankenberge en Oostende, de vlag van het feestvierende buurland geheschén. ,Heel Holland is iff feest, zoo schreef een Oostendsche gazet, en ook ons land, zou nauw verbonden met onze stambroe ders" en ik denk dat dit laatste: het feit der stambroederschap, wel de voor naamste reden is dat het Vlaamsche volk op zoo buitengewone wijze en zóó echt méé-leefde. Het' bloed kruipt ten slotte toch, als het niet gaan kan; en dit is op zichzelf al een hoera waard. Hoe ra! Het gemeentebestuur van Oostende zond^ het volgende telegram aan de ge lukkige Ouders: Aan Hunne Koninklijke Hoogheden, Prinses Juliana en Prins Bernhard te Soestdijk. Uwe Koninklijke Hoogheden. De gelukkige geboorte van een Neder- landsch Prinsesje, gesproten uit Uw Doorluchtigen echt, heeft de Oostend sche bevolking en het Stadsbestuur in oprechte verrukking gebracht. Deze blijde gebeurtenis, die voor Uwe Koninklijke Hoogheden ongetwijfeld de verwezenlijking is van Uw dierbaarste wenschen, verschaft ons het innig genoe gen onze hoogste waardeering aan de Nederlandsche Dynastie te betuigen. Uit naam van de Oostendsche bevol king en van het Stadsbestuur nemen wij eerbiedig de vrijheid aan Uwe Koninklij ke Hoogheden onze oprechte en warme heilwenschen aan te bieden voor U en voor de Koninklijke Afstammelinge. Wij zijn van Uw Koninklijke Hooghe den de gehoorzame en onderdanige die naars. Voor het College: De Secretaris: M. Surmont; De Burge meester: Dr. Moreaux. Ongetwijfeld hebben ook andere kust- gemeenten .soortgelijke gelukwenschen verzonden en dit alles bewijst nog eens temeer, dat er voor ons maar niet „er gens een prinses geboren is". In Oostende gaat men, met subsidie van Rijk en Provincie, een nieuw Paleis van Justitie bouwen. Dat is zoo'n belangrijk feit niet en het vermelden in deze krant dan ook niet waard. Het is eigenlijk ook niet over dat ko mende gebouw, dat ik wilde schrijven, doch over het opschrift, dat er op zou, maar niet zal komen. Toen het Oostendsche gemeentebe stuur de teekeningen en plannen inzond ter goedkeuring bij het College van Ge deputeerde Staten (wij noemen dat an ders, n.l. Bestendige Deputatie) kreeg het tot antwoord: wij zullen de toege zegde subsidie niet uitkeeren, als het ontworpen Latijnsche opschrift er op aangebracht wordt. Of het provinciaal bestuur dan zoo te gen het Latijn is? •Ik maak mij sterk, dat er nergens zoo veel officieele gebouwen, standbeelden en dergelijke met Latijnsche opschriften zijn, als in België. Of men in België dan zoo voor het La tijn is? Op gebouwen, die voor het geheele volk moeten dienen, op standbeelden, die de gevoelens van Vlamingen zoowel als Walen moeten vertolken, kan men bezwaarlijk, dat gevoelt men wel, alléén Fransche opschriften zetten. Op zijn minst zouden dat tweetalige moeten zijn, Fransch èn Vlaamsch. (Ik spreek nu nog niet eens van de sinds een paar jaren in voege zijnde wet, die uitsluitend éénta- lige, Vlaamsche, Opschriften gebiedt. Ik spreek daarom hier niét van, omdat een wet nog geen redèn is in België zich daarnaar te gedragen, zelfs niet voor openbare besturen. Dat heb ik hier al eens meer gezegd). Doch zoomaar openlijk met het ge hate Vlaamsch voor den dag te komen, dat ging toch ook niet, vonden de hee ren. Franskiljons, Veelal stopte men dan dat Vlaamsch aan de achterzijde van het standbeeld, waar toch geen mensch kwam, en geen enkele vreem deling dus zou kunnen bemerken dat België niet zuiver Fransch enuitsluitend Fransch was. Dat was één truc van de honderden trucs, die men hier heeft om de tweede taal, en in feite de taal van de meerderheid des volks, een trap te geven. Maar voor sommigen was dat zelfs nog te veel. Liever geen Francsh als men daardoor genoodzaakt wordt ook het Vlaamsch te bezigen en zoo ontstónden de Latijn sche opschriften. De wet verbiedt het niet; die zegt slechts, dat er in het Vlaamsche land geen tweetalige publicaties meer mogen zijn en de Vlamingen hebben niets te k'agen, want er staat toch ook geen Fransch. Dat was een tweede truc van de hon derd trucs, die men hier uitvond. En begrijpt mijn lezer nif, wat de vlaamschgezinde Gedeputeerde Sta ten van West-Vlaanderen te Brugge de den, toen zij het Oostendsche gemeente bestuur voor het alternatief plaatsten, je latijnsch opschrift weg of géén subsi die? Ze doorzagen niet slechts de truc- edereen doorziet die-doch voor het eerst in de geschiedenis der Vlaamsche ontvoogding lieten ze zich niet lange in de luren leggen. Geen Vlaamsch, geen centen is de jarenlange leus der echte Vlamingen, en nu voor hei eerst uitgesproken door een regeerings-college. En de keus was spoedig gemaakt, door de heeren gemeentebestuurders van Oostende, want de weg tot het Bart van den man moge door de rriaag gaan- behalve natuurlijk bij u, gerichte lezer, de weg tot de liefde voor het Fransch loont via de portemonnaie. Het zal in Nederland niet onopge merkt gebleven zijn, dat er sinds eeni- gen tijd nog al van zich laat spreken een vereeniging „De Raad der Daad", wier leden er op u t trekken om ver geetachtige openbare lichamen er op merkzaam op te maken, dat ziji in strijd met de wet handelen ,als ze nog steeds maar doorgaan tweetalige straat naamborden en bekendmakingen te ge bruiken. Hier in Brugge heeft het provinc aal bestuur zich nu ook eens „Mannen van De D,aad" getoond. GAPINGE, Maandagavond hield de fok- en controle-verèeniging in de con sistoriekamer der Ned. Herv. Kerk, on der voorzitterschap van den heer M. Arendse Pzn,, haar jaarvergadering. In zijn openingswoord deed de voorzitter o.m. uitkomen, dat 1937 in het algemeen een gunstig jaar voor de vereeniging is geweest. Uit het jaarverslag van den secretaris bleek, dat de vereeniging thans 21 leden telt en dat in 1937 125 koeien zijn gecontroleerd, de gemiddelde pro ductie van de gecontroleerde koeien Be droeg 5084 kg melk, vetgehalte 3,51 en 178,4 kg botervet in 318 melkdagen. Uit het jaarverslag van den boekhouder bleek, dat gedurende 1937 25 koeien werden ingeschreven, 77 kalveren wer den geschetst, waarvan 41 geregistreer de stierkalveren extra waren toegewe zen. Het aftredende bestuurslid J. Bou- werse Jzn,, werd als zoodanig herko zen. Na bespreking werd besloten in het voorjaar van 1938 wederom een vee keuring te houden. In bonte verscheidenheid zijn gisteren bij de behandeling van de justitiebe- groot ng in de Eerste Kamer tal van onderwerpen ter sprake gekomen. De heer K o 1 f f (c.h.) liet er als eerste spreker al dadelijk verscheidene de revue passeeren, waarbij hij aan drong op maatregelen tot beteugeling der zaakwaarnemterij en tot strenger optreden tegen aanranding van het wet telijk gezag. De heer Van Rappard (lib.) bepleitte een meer soepele regeling v,ln den borgtocht in pachtzaken o.a. door subsidieer ng van de pachtbureaux. Verder wees hij op het nut van werk kampen als middel tegen jeugdcrimina liteit en op de wenschelijkh^id van po- litioneele l chte kastijding van balda dige straatjongens. Mej. Ribbi.us Peletier (s.d.) kwam op voor de mogelijkheid van benoeming van vrouwen tot kin derrechter en tegen het leggen van wettelijken dwang op het in stand hou den van m'slukte huwelijken, d,aarbij een verruiming van echtscheidingsgron den bepleitende. De heer In t Veld (s.d.) wenschte een meer tegemoetkomende behandel'ng van vreemdelingen, die om politieke redenen naar ons land zijn ge komen. De heer Van Vessem (n.s.b.) waarschuwde tegen al te groote gast vrijheid voor buitenlandsche politieke propagandisten en betoogde o.a. dat ten aanzien van de huwelijksmoraal veel verkeerds wordt "~geleerd door film en tooneel. De heer Wiardi Beekman (s.d.) drong aan op een wettelijke re- gel'ng van het zwijgrecht van den jour nalist overeenkomstig de in perskringen algemeen gehuldigde rechtsopvatting. De heer Janssen de Lim- p e n s (r.k.) zou meer eenvormigheid in de rechtspraak bij schade wegens auto-ongelukken verlangen. Prof. Kranenburg (v.d.) drong aan op instelling van een college ter beoordeeling en mogelijke verzoe ning bij huwelijksconflicten. Het debat gaat heden verder. In verband met het feit, dat ir. W. Ritmeester zijn functie als secretaris van het hoofdbestuur van de Neder landsche Beweging voor Eenheid door Democrat'e heeft neergelegd en zich uit het hoofdbestuur van deze organi satie heeft teruggetrokken, had het „Utr. Dbl." een onderhoud met den betrokkene, Ir, Ritmeester begon het gesprek met een verwijzing naar een cit,aat uit het boek „Democratie. Einde of opgang?" van dr. A. J. M. Cornelis- sen, waar deze schrijft: ,,Als men vertrouwensvol gelooft in 'n democratische toekomst, welke plich ten hebben de aanhangers der demo cratie dan in deze, tegen de democra tie gekeerde, periode? Geen hunner zal wel zoo naïef zijn te meenen, dat uit de huidige kentering 'n de geschiedenis der menschheid de democratie zonder uiterlijke en innerlijke wijziging te voorschijn zal treden". Aan deze wijzig ng dient, naar de meening van ir. Ritmeester, E. d. D. krachtig mede te werken. Hij ziet de veranderingen daarbij niet noodzakelijk in hetstelsel doch wel in de mentaliteit der democraten. Er is een gebrek aan discipline. Een democraat werkt mede, zoowel in het politieke als in het soc'ale le ven, aan het tot stand komen van re- géien die de samenleving beheerschen Het is dan ziin plicht zich uiterst nauw gezet te houden aan de wetten, veror deningen en regelen, behoudens zijn recht tot het aanwenden van pogingen, wijziging in die regelen te krijgen. Hieraan ontbreekt, aldus ir. Ritmees ter, bij zeer vele democraten alles. Het is de meening van den heer R't- meester, dat de Ned. Bew. voor Een heid door Democratie een taak heeft te vervullen door hare leden en ook alle overige landgenooten bij voortdu ring te wüzen op het belang van orde en lucht. Het is noodzakelijk dat hoofd-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1938 | | pagina 7