Gevaarlijk spel. VERDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN VRIJDAG 31 DECEMBER 1937. No. 308. 1937hel jaar van op- en neergang. behoeft niet van blu- a*s> WAT GING EN WAT K0ME. Financier? economisch Jaaroverzicht IN AMERIKA DEED EEN NIEUWE DEPRESSIE HAAK INTREDE MAAK DEZE VENDEN AARD TE ZIJN BELANGRIJKE OPLEVING IN ONS LAND EN INOIë Het 3 KENTE-TïPE VOND INGANG. I*t jaar 19u7 s in verschillende op- mpktea een merkwaardig jaar geweest. Ingezet met de beste verwachtingen, sloot het onder zoodanige omstandighe den, dat men zich alweer min of meer in depress e-toestand waant. Wij ge- looven dat de situatie ook thans nog Steeds te donker wordt ingezien; in derdaad zijn er aanwijzingen te over dat het met de conjunctuur niet m^er wil zooals. wij dat gaarne zouden zien, maar .laten wij ons daarbij n et te veel leiden door de angst? Angst is een slechte raadgeefster; tenslotte is het geheel economische leven ingesteld op een sfeer van vertrouwen; ontbreekt deze, dan is een der voornaamste be staansvoorwaarden voor een rustige ontwikkeling om hals gebracht en kan men verwachten dat dit zijn nvloed op de göederenprijzen en de industrieele ontwikkeling zal hebben. Nu dient men toe te geven, dat er in het achter ons liggende jaar met man en macht is ge werkt, om dit zoo onm share vertrou wen in den kiem te smoren. En dan gaan onze gedachten in de eerste plaats naar de in April door den President van de Vereenigde Staten afgelegde verklaring dat het niveau der prijzen van grondstoffen, nood g voor de pro ductie der kapitaalgoederen, te hoog moeejt worden geacht. Dit was het eerste alarm-sein, weldra gevolgd door de Regeering aan den dag legde voo de vakbeweging welke zich onder leiding van het Comittee of Industrial Organiza tion in dit jaar tot een zeer be.angrijke macht .n den staat wist op te werken dan heeft men het beeld vrijwel voi ledig; er aan toegevoegd behoeven dai slechts te worden de bepalingen welk* de Regeering afkondigde op het stui van minimale loonen en maximale werktijden, gecombineerd met een ver bod tot tariefsverhooging voor die be drijven welke hun bestaansrecht hier door z,agen aangetast. Brengt men a. deze factoren tezamen, dan kan hei toch waarlijk geen verwondering baren dat het Amerikaansche bedrijfsleven hiervan den terugslag moest ondervin den en ook heeft ondervonden. N,aai bekend, beweegt de activiteit der staal industrie zich bij het scheiden van het jaar op een niveau van nauwelijks 25 der productie-capaciteit. Datgene wat wij in Amerika waar nemen, valt tot op zekere hoogte ook in ons land te constateeren en het is hierom dat wij op Amerika, welks n- dustr'ee;e ac'iviteit tot op zekere hoog te ook bepalend is voor die van an dere landen, iets dieper zijn ngegaan. Als eigenaardig verschijnsel, dat in dit verband ten zeerste de aandacht verdient, is dan nog het steeds groo- tere bedrag aan besparingen, welke in overhe dsleeningen worden belegd, hetgeen niet te onderschatten gevaren voor de toekomst in zich bergt, omdat immers een steeds grooter gedeelte van ons volksvermogen wordt vastge legd in deels improductieven staatslee- ningen. Over de beleggingsmarkt n het afge- locpen jaar sprekende, kan men con stateeren,, dat deze. werd gekenmerkt door een nauwelijks onderbroken pro ces v,an rentedaling, waarvan het einde nog steeds niet in zicht is. In den loop' van dit jaar werd dan ook het enorme een tweede niet minder ernstige waar- bedrag van ruim f 2 mill ard tot con- schuwing van den overkant van den versie gebracht, een cijfer dat in verge- oceaan, dat het niet uitgesloten moest j lijking tot het vorige jaar toen slecnts worden geacht, dat de Am er kaansche f 60 millioen in de zelfde periode werd .autoriteiten zich- genoodzaakt zouden j geconverteerd, wei scherp afsteekt. De kunnen zien den goudprijs, die feitelijk Staat kw,im naar Dakend, n dit jaar alleen nog door hen gefixeerd wordt op I met de 3% leening 1937 ter conversie een vasten prijs, te verlagen. Men her - j van de spoorwegfondsen, terwijl Indiè inp'ert zich de oorzaak van deze waar- j met de bekenae „monster conversie schuwing; onder den nvloed van del van ruim f 900,000,000 een beroep op betere conjunctuur vond het gcudop potten allengs zijn einde terwijl een groot gedeeltè van dit gepotte goud tot liquidatie werd gebracht. W,aar al leen de Vereenigde Staten, nog koo- pers waren van goud tot een vasten prijs, leidde dit er toe dat alle goud zijn weg naar dit land vond met het h'eraan verbonden niet denkbeeldige, geiwar, dat hiervan een ongewenschie crediet-inflatie het gevolg zou kunnen zijn. Hadden de Engelsche autoriteiten wat eerder water in den wijn gedaan, in dier voege dat zij zich bere d zouden hebben verklaard ook hunnerzijds goud op te nemen, zeer waarschijnlijk zou het dan niet zoo ver zijn gekomen. Nu echter werd er een groote onrust ge schapen omdat men zich terecht reali seerde dat een dergelijken stap op nieuw tot groote verstoringen aanlei ding zou geven. Daarbij kwam echter nog een andere factor en wel de moe - lijkheden welke de Amerikaansche overheid het particuliere bedrijfsleven in den weg legde in de vrije uitoefè- ning van het bedrijf, terwijl d,aarnaast een niet te loochenen drang naar staats- social sme viel waar te nemen. Wel moet worden toegegeven dat den laat- sten tijd dit streven minder sterk op den voorgrond treedt, maar in de pe riode dat het Amerikaansche bedrijfs leven bloeide, bjeteekende dit duide lijk waarneembare streven een ernsti ge rem voor een rust'ge ontwikkeling van het particulier initiatief. Brengt men voorts nog in herinnering de zeer groote blijken van instemm'ng welke Uit het Engelsch van PAUL TRENT. 76). „Je moest heel gelukkig zijn. Ik zou graag willen dat je me vergaf wat ik gezégd heb toen we elkaar de eerste keer spraken. ïk was mezelf niet. Ik heb Guy daarna ontmoet. Ik ging er heen met de bedoeling hem terug te krijgen. Ik schaam me voor mezelf. Ik had beter moeten weten. Ik heb hem één keer in den steek gelaten toen hij mij noodig had. Hij zat in groote moeilijkheden en ik vergrootte die nog inplaats van hem te troosten. Maar ik ben niet jaloersch op jou. Valda, Guy heeft mij lief". Stella sprak met zoo'n kalme zeker heid, dat Valda zich bitter gegriefd voelde. „Ja, maar toch gaat hij met mij trouwen", zei ze heftig. „Ja, en Guy zal een goede man voor ie .fijn. Maar altijd zal hij in zijn droomen mijn gezicht zien. Hij zal altijd mij blij ven lief hebben. Vindt jij dat Guy er den man^ naar is om ooit te veranderen?" eindigde Stella minachtend. „Waarom zeg je, dat Guy van jon houdt? Heeft hij dat gezegd?" vroeg Valda zenuwachtig. „Wat ken j'e hem weinig als je dat ge looft, Hij is gebonden aan jou en zou liever sterven dan een woord zeggen de markt deed. Het is bekend dat deze laatste emissie geen onverdeeld succes is geworden en dat er nog een zeer behoorlijk bedrag van „boven de markt hangt," Toch kon worden onbemerkt, dat die debiteuren t.w. publiekrech telijke lichamen welke met een- 3 leening kwamen en een betrekkelijk korten looptijd,' bv. 20 jaren, op pari koers, zeer goed terecht konden. Een zeer duidelijk voorbeeld hier van vorm de de recente uitgifte der 3 leening Zeeland a 100 Op de vrije -inschrij- v ngen konden slechts zeer beperkte bedragen worden toegewezen. Het wa ren echter niet alleen de publiekrechte lijke lichamen welke, met uitzondering van den Staat vrijwel alle hun lèenin gen in het 3 of 3h type .wisten te converteeren, maar evenzeer de hy potheekbanken, welke, nog niet zoolang geleden, voor werkelijk groote proble men stonden. Momenteel is de s tuatie aldus dat zelfs de eerste scheepshypo- theekbank het aandurft met een pand brief van het 3 V> type te komen tot den koers van 99 H En het gold in dezen niet slechts conversie's van uitgelote pandbrieven in die van een lager rente type, maar evenzeer de nog niet u tgelote of aflosbare pandbrie ven, waartoe men langs het instituut der vrijwillige conversie, zijn toevlucht nam. Het hoeft wel geen betoog dat de ze gang van zaken op de beleggings markt niet weinig heeft bijgedragen tot een verbetering van het hypotheekbank- bedrijf. Onder den invloed van bovengenoem de tendens, kon een stijging van de lager rentende leeningen natuurlijk niet uitblijven; vandaar dan ook dat integra len een vaste stemming ,aan den dag legden. Wat het jaar echter nog niet heeft gebracht is de lang verbeide con vers e der Nederlandsche Staatslee- ning, waarmede een bedrag van t 1,800,060,WO is gemoeid. Op du oogenblik tast men omtrent het oogen blik en de voorwaarden nog steeds ii. het duister. Als vaststaand zal men echter wel mogen aannemen dat het vrijwel onmogelijk lijkt dat het Rijk, waar andere en minder goede debiteu ren zijn voorgegaan, tegen een hooger rente type dan 3 zou willen conver teeren. Het grootste probleem zal echter wel de looptijd blijven. Om eindelijk tot de economische si tuatie van ons land te komen, kan men opmerken, dat deze bij het scheiden van het jaar intusschen nog steeds be vredigend kan worden genoemd.. En kel cijfers mogen, dit onderstreepen. In onze zeehavenè bedroeg het goede renverkeer ruim 30 meer dan het vorige jaar. De n aanbouw zijnde scheepsruimte bedroeg dit jaar 60 meer dan het vorige jaar; terwijl ,aan steenkool voor industrie-doeleinden ruim 20 meer werd afgeleverd dan het vorige jaar; voor electrischen stroom bedroeg het cijfer 12 meer Onze handelsbeweging stelt echter duidelijk in het licht dat het met in zoowel als met uitvoeren, bergafwaarts gaat. Zoo waren voor het eerste half jaar 1936 onze invoeren naar het kwantum gemeten bv. 19 hooger dan in het overeenkomstige tijdvak van het vorige jaar; voor November 1937 bedroeg de mport naar kwantum nog slechts 3 meer dan in November 1936. Voor de exporten staan de zaken al niet gunstiger; voor de zelfde perio den waren de cijfers resp. 30 en 5 D t neemt' natuurlijk niet weg dat voot de afgelöopen 11 maanden van 193? het totale beeld natuurlijk veel gunsti ger was dan dat van 1936, Het handels balanstekort blijkt nl. met niet minder dan r 137 milKoen te zijn gestegen tol f 374 millioen. Uit i economisch oogpuni moet een dergelijke gang van zaken natuurlijk wordeii toegejuicht gn s verre te verkiezen boven een eenzij dige toename van onze exporten. Dit' neemt niet weg, dat onze exporten naar verhouding sterker zijn gestegen dan onze importen. Alles bij elkaar ge nomen mogen wij- dus over de ont wikkeling van ons handelsverkeer in het afgeloopen jaar n et klagen. Deze betere gang van zakenkwam ook tot uitdrukking in het terugloopen v.an het tekort op onze clearing met Duitsch- land. Door de ^aanzienlijk vergroote importen uit difHand nl. werd het mo gelijk de achterstallige vorderingen in den vorm van „Sonder- en Treuh&hoer konto" tot l'quidatie te brengen, waar van zooals te begrijpen viel, een be drag vrij kwam dat kon worden aange wend voor het vergrooten van onze exporten op dit land. Het is nu maar te hopen d.at de stagnatie welke onze importen en exporten in de laatste maanden ondervinden, niet van blij venden invloed zijn en dat het zoo mist afgesloten clear'ng-verdrag mei Duitschland tot de wederzijdsche goe derenruil tusschen beide landen za mogen bijdragen. Wat onze groothandelsindex betreft deze steeg sedert de depreciatie me rond 22 pet.; in het afgeloopen jaa echter nog slechts met 4 pet;; voordien dus met 18 pet. Waar gjsnoemde 27 pet, ongeveer correspondeert met het depreciat e percentage van den gulden ad 18 pet., kan men dus stellen, dat momenteel de prijzen van groothandels goederen in goud uitgedrukt zich onge veer op het niveau van vóór de de preciatie bewegen. Het hoeft wel geen dat niet eerlijk tegenover jou was. Maar er zijn geen woorden noodig. Zijn oogen hebben gesproken. Ik heb in zijn ziel ge zien en wat ik daar zag, heeft mij gerust gesteld. Ik haat je zelfs niet, Valda Ik heb eigenlijk meer medelijden met je. Je zult spoedig ervaren dat je alleen maar een schim van een- man hebt, en dat alles, wat de moeite waard is om te bezitten, aan mij toebehoort". „Gu'y wordt mijn man. Hij zal altijd bij mij zijn. Zijn kussen zullen voor mij zijn". „Maar zijn z;el zal van mij zijn", rier Stella met plotselinge drift. „En als hij sterft zullen zijn gedachten naar mi; gaan en niet naar de vrouw aan zijn zij de" „Ik haat je. Maar je liegt. Kijk mij aan". Valda stond op, bewust van haar schoonheid. „Kijk naar mij. Kijk naar mij en ont ken eens dat ik zijn liefde kan winnen. Ik ben niet bang voor je. Hij heeft mijn lippen gekust met hartstocht. Ik zal hem gauw met vaste banden gebonden heb ben". „Maar mijn banden zijn die van den geest", antwoordde Stella kalm en haar oogen gingen langs Valda's mooie ge zicht. Toen voegde ze er beslist bij: „Je hebt Guy door een of andere truc ge wonnen". „Dat is een leugen. Ik heb hem zijn vrijheid aangeboden". Weer is een jaar voorbij en gaat een nieuw beginnen, Een ander tijdsbestek gaat 't oude overwinnen. Het oude jaar gaat heen; het legt het bijltje neer. We hebben het gehad en krijgen 't nimmer weer. We peinzen even na, wat het ons in het leven Aan voor- en tegenspoed zooal wel heeft gegeven. We kijken even om en zien het oude jaar En alles wat het gaf en nam zoo na elkaar. Veel hoop werd niet vervuld; illusies zijn ontnomen. Heel veel, dat werd verwacht is anders uitgekomen. Een zaak, met zorg gebouwd, viel waardeloos ineen, Een band werd losgerukt, die hecht en stevig scheen. Een vriendschap ging teloor, een liefde werd verbroken, Die eens in zonneschijn en vreugde was ontloken. Een kind, een bloedverwant, is van ons heengegaan, Een bede om behoud werd somtijds niet verstaan. Zoo ging het oude jaar, zoo vloden de getijden. We hebben 't zoo aanvaard, 't verdriet met al zijn lijden, En ookde vele vreugd, die 't oude jaar ons bracht, Een zorg, die werd verlicht, herstel van lichaamskracht, Een held're dageraad, die velen zagen gloren, Een onverwacht geluk, een kind, dat werd geboren, 'n Succes, dat werd behaald, een werk, dat werd bekroond, Een studie, lang en zwaar, die glansrijk werd beloond, Een rampdie werd verhoed, een echt die werd verbonden, Een bede, die verhoord, een hart, dat werd gevonden. We hebben 't zoo aanvaard, zoo voor- als tegenspoed We werken immer door, we zijn van goeden moed. We trachten, waar het kan, het goede na te streven, Want dat slechts kan op' 't end den mensch voldoening geven. We zijn van goeden moed en staan opnieuw weer klaar. Dus zien we met een lach naar 't komend nieuwe jaar. Lange Jan. betoog dat voor zoover in dezen in dex, in- en u tvqergouderen te laman zijn verwerkt, eerstgenoemde een be langrijkere stijging in gedeprecieerde guldens te zien geven d.an laatstge noemde. Onder den invloed van de stijging van den groothandelsindex kon het niet uit blijven dat ook de kleinhandels-in dex, aangevende de kosten van levens onderhoud een stijging moesten onder gaan. In het algemeen kan men zeggen dat deze binnen zeer redelijke grenzen bleef. Sedert den 26 September 1936 bedroeg de stijging voor voedingsmid delen n.l. niet meer dan 5% pet. Dat ook onze goederenmarkten de reactie's welke in het"': buitenland vie len waar te nemen, moésten meemaken, is tp begrijpen; een bééld van deze prijsdal'ng geeft het door Moody bere kende indexcijfer. Dit bereikte in April met een cijler van 228.1 den hoo<fsteis stand, om daarna geleidelijk te dalen tot 145; een teruggang dus van niet minder dan 35 pet. Zeer gunstig kon het jaar 1937 v:.or Indië worden genoemd. D't land kreeg de volle baten te incasseeren voor de offers welke het gedurende de depres siejaren in groote lijdzaamheid had gebracht. Waar het Neder!,andsch-In- dische volksinkomen vrijwel geen an dere bron kent dan de arbeid besteed aan alle producten, den exportsfeer be treffende, kan men de welvaart v.an dit land feitelijk zonder meer aflezen aan de grootte van zijn exporten. En dan leeren de besch'kbare cijfers van de eerste 9 maanden van 1937 dat de uitvoer steeg van f 416 millioen tot f 746 millioen, terwijl de invoeren slechts toenamen met f 165 mili'oen tot f 365 millioen. Aldus kon het ex portoverschot de kurk voor alle aan het buitenland te verrichten betalingen toenemen v.an f 200 millioen tot f 330 millioen. Deze gunst'ge gang van zaken moest behalve op een snelle ver mindering van de schuld aan het moe derland, leiden tot een zeer sterke koersstijging van- de Indische cultuur fondsen hetgeen ook inderdaad het ge val was. Met uitzondering van de sui kerfondsen -welk product eerst in een veel latere fase een belangrijke prijsverbetering te zien gaf, en daarna weer ten zeerste w rd gehandicapt door het conflict in het Verre Oosten kan men zeggen dat vrijwel alle andere fondsen van dezen gunstigen gang van zaken hebben "geprofiteerd. Hieraan kw,am pas een einde toen onder den in vloed van omstandigheden, welkt wij in het heg n van ons betoog naar voren brachten, de prijsdalende tendens inzet te, een tendens die daarna nog dooi de groot politieke 'strubbelingen werd verscherpt en dfé cr tenslotte toe leid de clat op verschil],ende dagen van het j&ar, op de beurs stemnmigen,..vielen waar te nemen de in ernstige mate herinneringen aan het- catastrofale jaar 1929 w,akker riepen. Begin Januari ingezet op eeri niveau van 251 de zgn. Telegraaf index voor eene combinatie van u teenloo- pende fondsen steeg deze in Maart tot 265, daalde daarna in April weer tot 236, cui ten slotte in Augustus' bel hoogtepunt met 273 te registreeren. Op 26 November was dit cijfer reeds ge daald tot 206. Eerst in December kon er onder den invloed van de m nder alarmeerende berichten uit - Arne hka eenig herstel plaats vinden waardoor de index het einde van het jaar toch nog met 230 sloot. Men kan dus stel len dat het gemiddelde koerspeil thans cTea 80 pet. van het hoogste in 1937 bereikte niveau bedraagt, doch nóg al tijd 40 pet. boven het nive,au van voor de depreciatie. Tenslotte laten we nog enkele koer sen volgen, van einde 1936 en einde 1937. Unilever 167146; HVA 457- 448; Amsterdamsche Bank 159154; Rotterd. Droogdok 194199; Java Cultuur 187—171; ATTU 44%—46J4: Philips 288—302; Kon, Petr. 415—<373; Del' Mij. 317297;i Holl, Am. Dijn 129113; Scheepvaart Unie 108125, „Toen hij wist dat ik vrij was?" „Ja". „Dan beschouwde hij zichze'f nog aan ;ou gebonden met zijn eer, en ik respec teer er hem te meer om, dat hij jou niet voor mij heeft opgegeven. Ga zitten en schrijf hem. APeen maar om te zeggen dat je je vergist hebt dat je ontdekt hebt, dat je eigenlijk niet van hem houdt. Over een uur zal hij in mijn ar men zijn Je durft hem die kans niet ge ven. Waarom vroeg je me om hier te komen?" „Dat weet ik niet". „Een onrustig geweten, vermoed ik. Ie hebt eens van me gehouden". „Ik wou dat je wegging", zei Valda driftig. „Ieder woord, dat Stella gezegd had, had haar wreed gewond, want ze wist -lat ze waar waren. Ze had haar mede dingster laten komen en die had langs de geheele lijn gewonnen. Dit was de laatste keer dat ze Stella wilde ont moeten. „Goeden dag", zei ze koel en verge- ze'de haar naar de gang. Zij schrokken van een luid gebel en Valda's eerste gedachte was, dat het Guy wel eens kon zijn. Wat moest ze doen? Ze moest in ieder geval 'n ontmoe ting vermijden tusschen hen. „Wil je even in mijn s'aaokamer wachten? Je kunt er uit gaan als da be zoeker binnen is", stelde ze nerveus voor. „Goed", zei Stella koel. Het licht werd opgedraaid en de deur zacht gesloten. Er werd weer gebeld en ze haastte zich open te doen. Baron Branden stond voor haar en glim achte minzaam. „Trek uw mantel aan en ga terstond mee naar mijn huis", zei hij en de woor den waren een bevel. „Ik kan niet meegaan. Ik ben moe", antwoordde zij ongeduldig. „Hallam is er. Mischieji maakt dat verschil. De prins wil je spreken." „Ik wensch hem niet te zien". „Dat is-niet eerbiedig. Hallam moet doorgaan met voor ons te werken. Hij heeft het prachtig klaargespeeld van avond. Ik heb de oorlogsplanne: van den admiraal". „Praat, niet zoo hard", riep Valda verschrikt. „Is er iemand hier?" vroeg de baron achterdochtig, „Niemand". „Dan is het in orde. De prins heeft besloten dat u en Hallam samen moe ten werken. Het kan noodig zijn. dat Hallam weet, dat u in Duitschen dienst ®s"' „Stil toch", riep ze scherp. „Hei geeTt niets Hij is absoluut in onze macht en u ook. Ik ben nu niet' in een stemming voor nonsens. Ga da delijk mee. U moet Hallam overhalen en als u daar niet in slaagt, des te erger voor u". „Goed, ik zal meegaan", zei ze ze nuwachtig. Ga naar beneden en ik zal volgen. Ik kom dadelijk". „Goed". Valda wachtte tot hij buiten was en bleef toen voor de deur van haar ka mer staan. Maar ze kon niéts winnen met uitstel, dus ze ging naar binnen. Ze hoefde niets te vragen. „Heb je het gehoord?" vroeg ze ma chinaal. „Alles. Ik zal wachten tot je terug komt". „Dat kon wel eens heel laat zijn", „Ik zal toch wachten. Tijd komt er nu niet op aan", zei Stella vermoeid. Valda wierp een avondmantel om en snelde den baron achterna. Dat Stella alles wist was gevaarlijk, maar dat was van later zorg, want nu was er een nog dringender probleem* Guy mocht niet weten dat zij o-oit in Ge heimen Dienst was geweest. „Ik heb er nog eens over gedacht", zei ze tegen den baron, toen de auto weg reed. „Hallam hoeft niet te weten dat ik ooit voor u gewerkt heb. Laat hij den ken dat ik pas begin. Wilt het aan mij overladen om met hem te onderhande len? Alleen zal ik meer kans op succer hebben". en fWordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1937 | | pagina 13