GOESCHE COURANT
BIHNENLAND.
It. 0.
G R A T|l S
WEEKBERICHT.
)I 21
NUMMER 297.
TWEE BLADEN.
VRIJDAG
17 DECEMBER 1937.
EERSTE BLAD.
180e JAARGANG.
Beter gezwegen.
De komende bijjde gebeurtenis.
NIEUWE Kwarfaalabonnees
lij te
Istuur
aken
|older
59 en
'37.
Ker-
rinis),
Ivoor-
1 Con-
Ineel-
p.r, in
15 h.
Jec,:
iDan-
jige",
Dec,;
(.00 h.
de
1.00 h.
lilo en
l Café
'burg-
iPtwittctaW
MIDDELBURGSCHE COURANT
jjagblad Voor Middereurg, Goes en agent
schap Vlissingen 2.30, elders 2.50 per
kwartaal Week-abonn. in Middelburg en
Goes 18 ct. p. w. Advertentiën 30 ct. per
regel, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r.
Bij contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr.
Uitgeefster: Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux: Lange Sint Pieterstraat te Middelburg.
Telefoon: Redactie 269, Administratie 139 Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17.
Aangesloten bij het Bureau voor Publiciteitswaarde der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers.
Familieberichten en dankbetuigingen 17
regels 2.10, elke r. m. 30 ct. Rubriek
„Kleine Advertentiën", ten hoogste 6 regels,
a 75 ct. bij vooruitbetaling Adv. met
Brieven" of „Bevragen bureau dezer cou
rant" 10 ct. extra Bewijsnommers 5 cent.
De Nieuwe Rotterdamsche Courant
wijdt een hoofdartikel aan den Haag-
schen journalist, die nu al twee weken
achter de tralies zit, omdat hij we gert
den naam te noemen van een Haagsch
gemeenteraadslid, dat hem eenige -
zeer algemeene inlichtingen ver
strekte over wat er in een geheime
Raadsvergadering der Hofstad verhan
deld was.
Wei swaar komt de N.R.C. daarbij
tot de slotsom, dat deze gijzeling te
veroordeelen is, maar de redeneering
die tot deze slotsom voert, is zoo
eigenaardig, dat een nadere beschou
wing daarvan hier geboden lijkt.
In de eerste plaats toch acht de
N euwe Rotterdamsche Courant zich
gerechtigd en verplicht op journalistie-
ken grond een onvoorwaardelijke ver
oordeeling van de publicatie
in quaestie u t te spreken.
Wel meent de N.R.C., dat het aan
zien der Nederlandsche justitie niet
met deze gijzeling, en een mogelijke
verdere voortzetting ervan, gediend is,
maar zulks,n'et, omdat wij van
oordeel zouden zijn, dat de heer Han
sen zich met betrekking tot de publi
catie van het bericht omtrent de ge
heime vergadering van den Haagscher»
gemeenteraad niets te verwijten heeft.
Aan de w e t heeft hij zich in dit op
zicht niet vergrepen;".... maar....
„dit neemt niet weg, dat een journalist
er niet toe moet overgaan, een langs
dien weg verkregen mededeeling :'n de
courant op te nemen, tenzij een evident
algemeen belang hem daartoe mocht
hebben bewogen. Voor zoover wij (al
dus de N.R.C.) buiten de locale
sfeer van het Haagsche gemeentebe-
lang staande dit kunnen beoordee-
len, was een algemeen belang bij het
gepubliceerde niet of althans in zeer
germge mate betrokken.
Al is dus deze daad van den heer
Hansen te laken, u t strafrechtelijk oog
punt gaat zij vrij uit"....
Reeds hiertegen rijst meer dan een
bezwaar. In de eerste plaats mag deze
onverbloemde veroordeeling dezer pu
blicatie door de N. R. C. wel
ietwat onkiesch heeten. Niet alleen be
treft het hier een geestverwant, maar,
naar iedere b nnenstaander weet, ook
een nauw familielid in de courantenwe
reld: N.R.C. en Vad. behooren beiden
al. tot één dagblad-concern. En nu
spreekt het voor ons en voor een ieder
vanzelf dat, indien de hoofdredacteur
van de N.R.C. als getuige-deskund ge
voor den rechter geroepen zou worden,
deze journalistieke familierelatie na
tuurlijk van geenerlei invloed zou mo
gen zijn, maar waar vrijwillig getu'gen
op dit^ punt door de omstandigheden
toch niet dringend geboden is, doet het
MP Pifn'ijk aan, wanneer oom-
N.R.C. het neefje Hansen, zoon van den
bloedeigen-broer „Het Vaderland",
zoo n dolksteek in den rug geeft. Want
daar komt het op neer.
Te pijnlijker wordt dat echter, wan
neer men w 1 beseffen, dat de N. R. C.
hier geenszins een vaststaand of alge
meen aanvaard oordeel, veeleer een
subjectieve meening uitspreekt, waarin
zij, zooal niet alleen staande,toch ze
ker niet alle deskundigen aan haar zijde
heeft. Integendeel zelfs: naar ons ge
voelen zou een stemming over de vraag
of een voldoende ev'dent algemeen be
lang in dit geval door de pu
blicatie gediend was, gehouden onder
ervaren en tot oordeelen bekwame be
roeps-journalisten, hoogstwaarschijnlijk
wel ten gunste van deze publicatie uit
vallen.
Waarbij dan nog terloops ware op te
merken, dat men bij de beoordeeling
daarvan, zoo al „buiten de sfeer van
het Haagsche gemeentebelang staan-
d e" niettem'n moet trachten (in-
plaat3 van dit ais een voordeel te be
schouwen) dit nadeel zooveel
tnogelijk op te heffen door zich in die
s eer te denken: immers, de publicatie
e relt juist een zaak van em'nent en
zelfs uitsluitend Haagsch locaal ge
meentebelang in een hoofdzakelijk
Haagsch locaal dagblad!
Moesten wij dus reeds vraagteekens
de n'p r a' *e uitspraak van
tr_„ -K-L., dat „deze daad van den heer
je,n laken is" waarom deze
stid e'?°s harde woordenkeus? ern-
de N P rWaar hebben wij er tegen, dat
dc t l me* algeheele negatie van
0ch °P z'n minst nog twijfelacht'ge
fi ot hier al dan niet een beroep op
e, iournalistieke verschooningsrecht
ge ar zou kunnen worden, botweg
stelt dat op den betrokken journalist
de wettel ij ke plicht tot
getuigen rustte.
„Hier was wél een strafrechtelijke
bepal ng, waarmede hij in conflict kwam
door de weigering zijn zegsman te noe
men"....
En, iets verder, nóg krasser:
„Het is dus niet betwistbaar, dat de
justitie hier formeel het recht
tot gijzeling heeft"
D t gaat te ver. Zelfs de N.R.C. mag
zich deze stelligheid hier niet aan
matigen. Zij mag eventueel haar, van
veler anderer oordeel afwijkende, op
vattingen omtrent het al of niet be
staan van het journalist'eke verschoo
ningsrecht in het algemeen of i n
dit geval hebben, kort en goed
als onbetwistbaar stellende wat reeds
dikwerf betwist i s, thans betwist
wordt en door rechtsgeleerden
van grooten naam en even groot aan
zien meer dan eens andersom gesteld
werd, gaat zij over de schreef.
Maar uit het vervolg van haar be
schouwing blijkt al dra, hoe onverstan
dig bovendien de Nieuwe Rotterdam
sche Courant deed, door het journalis
tieke verschooningsrecht en bagatelle
te behandelen. Want daarmede heeft zij
z ch zelve den vasten grond onder de
voeten weggegraven!
Immers: als voor den journalist, in
gevallen als dit, geen verschoonings-
recht bestaat, waarop moet deze
zijn zwijgen dan grondvesten?
De N. R. C- meent hiervoor zeker
vanwege de middeleeuwsche gijzeling
een soort middeleeuwsch ridder,ijk-
heidsgevoel te kunnen opwerpen, en zij
acht dit subjectieve gevoel voldoende om
hierop tegenover den rechter een zwijg
recht te construeeren.
Ziehier haar redeneering in extenso:
„De algemeene wettelijke plicht tot
getuigen ontheft iemand niet van zijn
persoonlijken zedelijken plicht om zich
af te vragen: „Mag 'k doen wat men
van mij vordert? Ook al heeft mijn
zegsman de wet overtreden en ook al
moet ik zelf zedelijke schuld bekennen
door mijn publicatie, geeft mij dit dan
het recht een tweede zedelijke schuld
op mij te laden door mijn zegsman aan
te geven?"
Dan zal een man van karakter daar
niet voor te vinden zijn, ook al legt men
hem nog weken en weken op dit over
blijfsel van de middeleeuwsche pijn
bank: de gijzeling. Wat men onedr om
standigheden zelfs zou respecteeren in
een morodenaar, die zijn medeplichtige
niet wenscht te verraden, zal men ze
ker moeten ontzien in iemand, die den
zegsman niet w'l aanbrengen, door wien
hij in vertrouwen is genomen. Dit is
niet een beroep op het persgeheim (van
hoeveel beteekenis dit ook moet wor
den geacht) en d't is ook niet het op-
eischen van een verschooningsrecht
voor den journalist; het is niet meer en
ook niet minder dan de menschelijke
verschooningsplicht voor elkeen, d e,
schuldig of onschuldig, journalist of geen
journalist, geen verradersrol wenscht
te spelen door een in hem gesteld ver
trouwen te beschamen."
De Nieuwe Rotterdamsche Courant
zet met deze redeneering, naar ons ge
voelen, de zaak op z'n kop.
Het :s namelijk niet zoo, dat het
individu het recht heeft om in ie
der geval tegenover den „alge-
meenen wettelijken plicht tot getuigen"
zijn zedelijken plicht (of vermeenden
zedelijken plicht) tot n et-getuigen te
stellen, maar het is, dunkt ons, veeleer
zoo, dat de rechtsgemeenschap tegen
over deze subjectieve ridderlijkheidsge-
voelens het hoogere recht stelt, en
mag stellen, in het belang der rechts
orde het geven van getuigenis te
e i s c h e n, zoo nood'g dit af te
dwingen.
En daaruit volgt, dat slechts de
rechtsgemeenschap, niet
het individu, van 'dezen alge-
meenen getuigenisplicht kan ontslaan;
zij doet zulks in de bekende verschoo-
ningsartikelen van ons wetboek van
Strafvordering.
Zeker, men zou, menschelijk gespro
ken, een soort primitief-sport'eve waar
deering kunnen hebben voor des N. R.
C.'s ridderlijken „moordenaar, die zijn
medeplichtige niet wenscht te verra
den", maar hoe zou de rechtsgemeen
schap staan, moeten staan, tegenover
den medepl'chtige die uit dezelfde rid
derlijkheidsoverwegingen zijn vriend
den moordenaar „niet wilde verra
den?"
Wij erkennen, in deze volstrekte al-
Waar 't hart niet voor een hooger
[wereld slaat
Kan nog wel geestdrift zijn, maar
[die vergaat,
Als 't uit is met de jeugd en
[schoons droomen,
Als de eerzucht is bevredigd
[of benomen.
N. Beets.
gemeenheid, de.... „menschelijke ver
schoon ngsplicht voor elkeen, die....
geen verradersrol wenscht te spelen
door een in hem gesteld vertrouwen te
beschamen" niet. De rechtsgemeen
schap kan dit aldus ook niet er
kennen, dunkt ons, want dan zou het
den volgenden dag met alle getuigenis
geven u t zijn. Geen enkel behoorlijk
man vindt het prettig, tegen een mede-
mensch bezwarend getuigenis te moe
ten afleggen en dikwijls zal het in strijd
zijn met onze subjectieve gevoelens van
eer en ridderlijkheid. Maar de hooge
re belangen van onze rechtsorde
eischen dit n'ettemin, mogen enmoe
ten dit eischen. Dezelfde rechtsorde
erkent daarin echter in bepaal
de helaas niet al te wèlomschreven
gevallen een verschoonings
recht. In die, nu reeds erkende
of 'n de toekomst nog te 'erkennen
gevallen kan een getuige, die
meent zedelijk verplicht te zijn tot niet
getuigen, zich op dat verschoo
ningsrecht beroepen. En dan mag
hij inderdaad zwijgen. Buiten die geval
len echter moet hij spreken, of de
gevolgen dragen.
Samenvattende:
Het oordeel van de N.R.C., dat de ge
gijzelde journalist niet een evident al
gemeen belang diende met zijn geïncri
mineerde publicatie, is van haar on-
onkiesch, verder ontactisch, onnoodig, en
bovendien niet onaantastbaar;
het buiten beschouwing laten van het
journalistieke verschooningsrecht heeft
de probeemstelling vertroebeld en ver
doezeld en het fundament onder het ge
bouw weggebroken;
het grondvesten van des gegijzeldens
zwijgrecht en zwijgplicht uitslui
ten d op de subjectieve zedelijke over
wegingen van „den man van karakter'
is in rechte bepaald onvo1 doende.
Al-met-al heeft de Nieuwe Rotter
damsche Courant, als gezaghebbend or
gaan in den lande, naar ons gevoelen
met dit hoofdartikel de zaak voor on
zen vakgenoot Hansen er eerder slech
ter dan beter mee gemaakt.
Zij had derhalve beter gezwegen.
KERK EN SCHOOL.
Bij Kon. besluit is benoemd tot di
recteur van en leeraar aan de R. H. B. S
te Schiedam dr. U. Schults, onder gelijk
tijdige toekenning van eervol ontslag als
directeur van de R. H. B. S. te Z i e r i k-
z e e sedert 1932.
Voor het te Amsterdam gehouden
examen Accoutancy A (Bedrijfsecono
mie) van het Nederlandsche Instituut
van Accountants is geslaagd de heer J
A. Pieterse van Wijck te Koudeker-
k e.
Met ing'ang van 1 Jan. a.s. is be
noemd tot kweekelinge met acte aan de
Herv. school te Krabbend ij ke mej.
Verhage te Bergen op Zoom.
Bij de herstemming voor notabelen
der Ned, Herv. kerk te Aardenburg
werd in de vacature A. Butler gekozen
de heer I. W. Vermeulen (65 st.)
In de vacature W. Lucieer werd ge
kozen de heer J. A. Z. de Roos (56 st.)
Bij de Donderdag gehouden stern-
m:ng voor een lid van het kiescollege
van de Ned, Herv. kerk te Hoede-
kenskerke is in de vacature wii-
len den heer J. H. Allewijn, a!s zoo
danig benoemd de heer Job La Grand.
LEGER EN VLOOT.
Bij Kon. besluit is, te rekenen van
25 Sept. 1937, benoemd en aangesteld,
bij het reserve-personeel der landmacht,
bij het wapen der infanterie, tot reserve-
eerste-luit. bij zijn tegenwoordig regi
ment, tot reserve-tweede-luit. ir. J. J.
K. Dominicus, van het 6e reg. infanterie.
De regeeringspersdienst maakt bekend:
Met betrekking tot de viering van de
te verwachten geboorte van een prins
of van een prinses heeft de regeering
o.m. het volgende bepaald.
a. de koninklijke marine.
1. door Hr. Ms. Schepen zal een sa
luut worden afgegeven ten getale van
101 schoten voor een Prins en 51 scho
ten voor een Prinses.
Dit saluut wordt zoo spoedig moge
lijk na het bekend worden der geboorte
afgevuurd, met dien verstande, dat indien
de geboorte na zonsondergang, gedu
rende den avond of den nacht plaats heeft
het saluut direct jna zonsopkomst zal
worden gegeven.
2. terstond na het bekend worden
van de geboorte c.q. vanaf zonsopkomst
wordt a/b van de oorlogsschepen van
top gevlagd tot het tijdstip van vlag
neerhalen.
3. de dag, volgende op dien van de ge
boorte, wordt gevierd als een verjaardag
van een der leden van het koninklijk
huis, zonder dat daarbij opnieuw saluut
schoten worden afgegeven.
b. De koninklijke landmacht.
1. ter plaatse waar de geboorte plaats
vindt, zoomede in de standplaatsen van
de bevelhebbers in de militaire afdeelin-
g'en ("s-Gravenhage, Arnhem, Breda en
Amersfoort) zoomede te Amsterdam
eereschoten afgegeven, ten getale van
101 voor een Prins en 51 voor een Prin
ses. Deze eereschoten worden zoo
spoedig mogelijk afgevuurd. Indien de
geboorte 'gedurende den 'nacht plaats
vindt waarvoor te stellen tusschen
22.00 en 7.00 te 7.00
2. de dag, volgende op dien van de
geboorte, wordt gevierd ais een ver
jaardag van een der leden van het ko
ninklijk huis, d.w.z'. dat na 13.00 dienst
als op Zondag wordt verricht.
3. terstond na het bekend worden
van de geboorte wordt van de kazerne
gebouwen de nationale vlag uitgehan
gen. De vlag blijft hangen gedurende
den daarop volgenden dag.
Wat hierboven is bepaald met betrek
king tot de viering van den dag, vol
gende op dien van de geboorte, voor de
weermacht, geldt mede voor de depar
tementen van algemeen bestuur en de
daaronder ressorteerende diensten en
instel'ingen.
Wat gezegd werd omtrent het uitste
ken van de nationale vlag van de kazer
nes geldt voor alle openbare gebouwen.
Indien de dag, volgende op dien waar
op de geboorte heeft plaats gevonden,
een Zondag mocht zijn, wordt de feest
viering verlegd naar den onmiddellijk
vo'genden Maandag.
Dit laatste geldt zoowel voor de
weermacht als voor de departementen
van algemeen bestuur.
Sterfgevallen van mond- en klauwzeer.
Het aantal sterfgevallen tengevolge
van mond- en klauwzeer heeft seedrt
19 September jl. bedragen: 2317 runde
ren, 2470 kalveren, 2065 varkens er:
biggen,-162 schapen en 42 geiten.
Saneering in den brandstoffenhandeL
Naar aanleiding van een verzoek van
de kolenconventie, vergaderde gister
middag te Utrecht de bond van Neder
landsche handelaren n brandstoffen.
Besloten werd opnieuw onderhande
lingen aan te knoopen met de kolen-
conventie en de regeering.
Aan de regeering zal worden ver
zocht de vestigings-eischen en den sper
tijd ook in toepassing te brengen voor
den brandstoffenhandel. Met algemeene
stemmen werden deze voostellen aan
genomen.
Gijzeling van Haagschen journalist heeft
ook in België sterk de aandacht
getrokken-
De zaak van den Haag'scheu journa
list, die in gijzeling' gezet is. wordt ook in
België met aandacht gevolgd.
De „Indépendance Beige" bevat een
uitvoerig artikel over deze aangelegen
heid, van de hand van Paul Henen, den
voorzitter van den Belgischen persbond.
De schrijver wijst op het belang der
i kwestie, daar hier sprake is van een
princinieele aangelegenhe'd.
Zij brengt, Zoo schrijft hij, de vrijheid
van meeningsuiting' en de persvrijheid,
de hoeksteenen van de democratie, van
de beschaving en van den vooruitgang,
in het geding. Onze Noorderburen heb
ben dit niet over het hoofd gezien. De
kracht, waarmede zij in het onderhavige
Zij, die zich met ingang van 1
Januari a s. op ons blad abonnee-
ree, ontvangen de tot dien„datum
verschijnende nummers
Verwachting tot morgenavond:
DE BILT: zwakke tot matige N.W. tot
N.O. wind, zwaar bewolkt tot betrokken,
waarschijnlijk buien van regen of
sneeuw, temperatuur om het vriespunt.
UKKEL: lichte of matige wind uit N.
W. tot N. richtingen, zwaar bewolkte
hemel en nevelig, op vele plaatsen aan
houdenden mis'i, enkele regen- oi sneeuw
buien, lichte daling der temperatuur,
met een nachtelijk minimum van i tot
7 graden.
Za. 18 Dec, Zon op: 8 h 08; onder: 15
h 45. Licht op: 16 h 15. Maan op: 17 h
01; onder: 8 h 27. L.K.: 24 December.
Ilii
Hoog- en Laagwater te Vlissingeai
December.
Vr.
Za.
Zo.
17
18
19
Hoogwater.
0.09 12.32
0.59 13.23
1.49 14.12
Hoog- en Laagwater te
December.
Hoogwater.
Vr. 17 2.08 14.30
Za. 18 3.02 15.23
Zo. 19 S 3.54 16.13
Westkapelle is 28 min.
23 min, vroeger; Veere
(S springtij).
Laagwater
6.41 19.08
7.36' 19.56
8.29 20.44
Wemeldinge)
Laagwater.
7.42 20.06
8.34 20.57
9.27 21.47
en Domburg
38 min. late:
geval reageeren, is een duidelijk bewijs,
dat zij zich volkomen rekenschap geven
van hetgeen er op het spel staat.
De journalist kan zich, evena's de ge
neesheer en de priester, beroepen op t
beroepsgeheim. Het is een waarborg voor
persvrijheid en een onmisbare voor
waarde voor het tot uitdrukking bren
gen van de waarheid.
De schrijver wijst dan tenslotte op de
noodzakelijkheid, dat het beroepsge
heim van den journalist, waarover de
wet in België, evenals in Nederland
zwijg't, wettelijk vastgelegd wordt.
DE RIJKSMIDDELEN.
November was weer een goede
maand.
Zooals men zich zal herinneren bleef
de opbrengst der rijksmiddelen over
October van dit jaar beneden die vjn
October 1936. Dit feit trok als uitzon
dering op den gang van zaken geduren
de het geheele jaar te meer de aan
dacht, omdat October de eerste maand
was welke werd vergeleken met een
maand van het vorig jaar waarin d e
devaluatie van den gul
den haar invloed had laten gelden.
Zou er nu^meteen reeds een einde aan
de hoogere opbrengsten zijn gekomen?
zoo moest men zich afvragen.
Er waren echter een paar, bijzondere
omstandigheden buiten de devaluatie
cm welke het beeld beïnvloed hadden,
en de opbrengsten van November, wel
ke thans bekend zijn geworden, bewij
zen, dat de vraag hierboven gelukkig
ontkennend moet worden beantwoord.
De maand November is evenals de eer
ste 10 maanden van dit jaar wederom
belangrijk gunstiger geweest dan de
correspondeerende van een jaar gele
den. De indirecte middelen (accijnzen,
invoerrechten, omzetbelasting etc.)
bracten in totaal ru;m 38 millioen op,
tegenover ruim 34 millioen in Novem
ber 1936. Op een paar na hebben alle
middelen een aandeel in het accres.
Zeer gunstig waren de opbrengsten der
dividend- en tantièmebelasting ad
1.821.252 (tegenover 467.849!), den
rechten op den invoer ad 8,1 millioen
(tegenover f 7.6 millioen), der omzetbe
lasting ad 7.2 millioen (tegenover 6 6
millioen) en der loodsgelden ad 84.101
(tegenover 53.875). In al deze cijfers
weerspiegelt zich nog wel deg'elijk een
vrij belangrijke economische opleving.
Óver de afgeloopen 11 maanden van
dit jaar hebben de indirecte middelen nu
in totaal 399 millioen opgeboerd, te-