D H H P O Het Liberalisme en het Agrarische vraagstuk LANDBOUW. INBEZONOEN STUKKEN. DERDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE COESCHE CRT.) VAN DINSDAG 30 NOVEMBER 1937. No. 282. LEURDERS EN BEDELAARS. EEN ENQUêTE, LEGER EN VLOOT. Twee ton voor het kind. Verkouden kinderen? door J. SMID. "MS 'X. Mr, F, B, Evers, voorzitter van den Armenraad: Iedereen kent hen wel - zij komen in alle standen voor die zielige figuren, die door een tekort .aan begrip onge schikt zijn voor elk beroep en weerloos staan in de maatschappij. Zij zijn on toegankelijk voor goeden raad, zij be amen alles, omdat zij niets begrijpen. Voor hunne verwanten zijn zij een bron van voortdurende bezorgdhe'd, men weet niet wat met hen ,aan te vangen en prijst zich ten slotte geluk-, kig. als een goedhartig patroon, des noods tegen eenige vergoeding, genegen is hen in zijn kantoor of werkplaats bezigheid te verschaffen; het duurt ge woonlijk n et lang. Het zijn de stum pers, over wie men niet spreekt, maar die men vriendelijk bejegent, ,als men ze ontmoet. Alleen ongevoelig'en nemen een loopje met hen. Behooren zij tot de minder bedeel den, dan is goede raad duur. Men kan hen niet onderhouden; zij moeten hun eigen kostje opscharrelen. Om te voor komen dat zij als bedelaars of landloo- pers gestraft worden, zendt men hen met een kist kramerijen de b.aan op. Nergens zijn deze venters welkom. In de stad staan zij bloot aan de plage rijen der straatjeugd; d'enstboden zijn uil haar humeur, als zij zien wie haai in h,aar werk heeft gestoord. Neen, van de stad moeten zij het niet hebben, daar blijven zij slechts als_^ zij dooi ouderdom hun marschvaardigheid heb ben verloren. Buiten gaat het hun beter; daar heb ben zij de ruimte, daar worden zij met rust gelaten. Voor d,ag en dauw trek ken zij er op uit om eerst tegen den avond in de stad terug te keeren. Zij kennen de adressen, waar een goedhar tige vrouw hun iets te eten geeft en soms wel iets afkoopt. Een aalmoes is hun liever dan een koopprijs. Het zwerven schenkt hun bevrediging; na een vermoeienden dag hebben zij het gevoel iets gedaan te hebben. Waarom zou men deze stakkers hun bestaan misgunnen? Zij zijn het n et, die veel last veroorzaken en voorat niet in onze provincie, waar hun .aan tal niet groot is. Maar er zijn onder de venters typen, die wel lastig kunnen zijn. Dat zijn de menschen, d e, hoewel verstandelijk niet misdeeld, van hun jeugd af weer zin hebben gevoeld tegen elke inspan ning'. Misschien b.ad bij goede leiding wel iets beters u t hen kunnen groei en, maar op school en later als loop jongen hebben zij hun kansen verbruid door luiheid en onverschilligheid en ten slotte zijn zij de baan opgegaan, omdat zij toch eten moeten. In tegenstelling met bovenomschreven goedige soort zijn zij ontevreden, brutaal en onbe trouwbaar. Zij durven wel te gappen, als zij de kans schoon zien, en hun dreigementen maken indruk op alleen- wonenden. In de stad wordt hun het leven door de politie spoedig ondragelijk gemaakt, maar den buitenman tegen hunne prak tijken te beschermen is een minder eenvoudige opgaaf. Wel bestaat in na genoeg elke gemeente een ventverbod, tengevolge waarvan men een vergun ning noodig heeft om te mogen venten, zoodat door vergunn'ng te weigeren de lastige elementen geweerd kunnen wor den, De moeilijkheid zit evenwel in de handhaving van dergelijke bepalingen in buiten-gemeenten, waar het bewakings gebod der politie zoo groot is. Dat evenwel de bewoners der hof steden tegenwoordig terecht van een kooplieden-plaag kunnen spreken, ligt niet zoozeer aan het aantal venters of marskramers dan wel aan een nieuwe groep: de werkloozen. die een handel tje begonnen zijn. Het eindelooze stem pelen moede, bedanken deze lieden voor den werkloozensteun en trachten m hun onderhoud te voorzien door per f ets met koopwaar het land in te trek ken. Deze pogingen mislukken gewoon lijk binnen korten tijd, maar intusschen hebben onze buitenmenschen den last te verduren van deze overbodige be zoekers. Van geheel .anderen aard zijn de be zoeken, welke wij, stedelingen, ontvan gen van lieden, die meneer te spreken vragen, aanvankelijk trachten onze be langstelling op te wekken voor een of ander boekwerk, doch ,al spoed g met het ware doel van hun bezoek voor den dag komen: belangstelling en hulp te vragen voor de geldelijke moeilijk heden, waarin zij buiten hun schuld zijn geraakt. Zijn deze personen ons volmaakt on bekend, d.an mogen wij zonder onder zoek geen hulp verleenen. Voor dit on derzoek is de Armenraad het aange wezen adres. Tallooze malen is reeds gewezen op het kwaad, aan onbeken den zonder onderzoek te geven, maar in dit opz cht is het publiek hard- leersch. Men ontziet de moeite v.an het onderzoek, men laat zich beïnvloeden door de tegenwerping van den bezoe ker, dat hij den uitslag van het onder zoek niet kan afwachten en dat .alleen onmiddellijke hulp kan baten, men gaat argumenteeren, laat z'ch in het n.auw drijven en ten slotte offert men been zilverling om van den man af te komen. Nauwelijks is hij vertrokken, of men gevoelt twijfel rijzen aan de waarheid van het .aangehoorde verhaal; niets waarborgt, dat men niet bedrogen is; men gevoelt zich beschaamd, omdat men moet erkennen in het gunst'gste geval te hebbn gehandeld uit een ge voel van medelijden, het welk niet op de feiten doch op praatjes berust. Mis schien heeft men dienzelfden d,ag ge weigerd in te teekenen op een contr bu- tielijst eener vereeniging, welke on der vertrouwde leiding aan uw geld een goede bestemming had kunnen geven Een eerlijk mensch zal bij eenig naden ken erkennen u t zwakheid te hebben gehandeld. Een aanbeveling van een vriend of ambtgenoot heeft .alleen dan waarde, indien zij de verzekering "oevat, dat men op grond van een betrouwbaar onderzoek tot de overtuigTrig is geko men, dat de aanbevolene verdient ge holpen te worden. 'Berust de aanbe- vel ng op de klakkeloos aangenomen verhalen van den bezoeker, dan dient de vriend ter dege de ooren gewas- schen te worden. Chr. Boeren- en Tuindersbond. In de Vrijdag gehouden vergadering van het Bestuur der Zeeuwsche afd, van den Chr. Boeren- en Tuindersbond werden mededeelingen gedaan over 't te stichten pachtbureau voor de pro vincie Zeeland. Accoord werd gegaan met de verdeeling der zetels. Het voorzitterschap wordt waargenomen door de Z, L. M., het secretariaat door den kring Hulst v,an den N. C. B. Besloten werd alsnog aan te slu ten bij de vereeniging tot bestrijding van tuberculose onder het rundvee. cBBHBBaanaBnmnBHBBMR Bij Kón. besluit is aan den gepen- sionneerde kapitein ter zee J. van Ree- de vergunning verleend tot het aanne men van het ordeteeken van comman deur der orde van de kroon v.an Italië hem geschonken door den Koning van Italië. „NACHTBRIGADE" VAN DE PLUIMVEECENTRALE. Crisis-controleurs contra „ver lichte"' kippen. Naar het Hbld. verneemt, heeft de Pluimveecentrale een „nachtbrigade" ingesteld. Het is nl. aan „erkende" fok kers en vermeerderaars verboden, om den „werkdag" der kippen kunstmatig te verlengen door electr'sche verlich ting van de hokken. Weliswaar wordt de eieren-productie daardoor gestimu leerd, omd.at de dieren langer „op" zijn en dus ook meer voedsel tot zich ne men, doch de broedresultaten der eie ren van zulke „verlichte" kippen kun nen volgens deze crisiscentrale daardoor ongunst g worden beinvloed. Dies tijgen thans de crisisambtenaren er bij donker op uit 's avonds en 's morgens vroeg om te speuren naar verlichte kippenhokken van erkende fokkers en vermeerderaars. De eerste delinquent is reeds gesnapt in de om geving van Barneveld. Het w 1 ons voorkomen, aldus het Hbld., dat hiermede de grens óók van de crisisoverheidsbemoeiïng is bereikt, tenzij hier van werkverschaffing spra ke is Smokkelaffaire in gloeilampen ontdekt. Vrijdag is door den crisis-opsporings dienst te Roos en daal een zekere S. uit Roosendaal aangehouden. Hij bleek een aant.al gloe lampen le vervoeren, welke van smokkelarij af komstig bleken te zijn. Bij 'n u'tvoerig onderzoek is de bedoelde dienst op het spoor gekomen van een uitgebreiden smokkelhandel in gloeilampen. In ver band h ermede is een inval gedaan in een pakhuis van een zekeren M. van L. te Roosendaal, waar o.a. de vloer en de zoldering werden opengebroken. Bij dit onderzoek kwamen tienduizen den gloeilampen voor den dag. Het on derzoek duurt voort. Autodieven na wilde jacht gearresteerd. Zondagnacht merkte een nachtwaker van de A.G.P., V., die zijn ronde in de Oude Hoogstraat te Amsterdam deed, een zespersoons auto op, die met open staand portier in snelle vaart de Klove niersburgwal in verboden richting op reed. Bovendien voerde de wagen ach terop den bumper een passagier mee. De nachtwaker bezon zich geen moment en achtervolgde de auto en zag hoe deze voor perceel 95 stopte. Twee jongemannen sprongen uit den wagen en gingen er vandoor. De man achter op den bumper verliet haastig zijn ongemakkelijke zitplaats, rende den voortvluchtigen na onder het geroep van: houdt de dieven". De nachtwaker en een agent van politie namen als spoe dig aan de achtervolging door de stra ten deel en het gelukte hun de beide mannen aan te houden. De eene werd gegrepen in de Blindemansteeg, de ander in de Regulierdwarsstraat. Inmiddels had de eigenaar van de auto, die deze had geparkeerd op de Prins Hendrikkade aangifte van den diefstal gedaan. Twee jeugdige inbrekers op heeterdaad betrapt. In verband met de vele in den laatsten tijd in Hilversum gepleegde inbraken, zoowel in woningen als in fabrieksge bouwen, waren door den commissaris van politie uitgebreide maatregelen ge troffen teneinde de daders op heeter daad te betrappen. Zaterdagavond werd een tweetal inbrekers ontdekt door een agent van politie, die met zijn zoon (leer ling politieman) zich verdekt had opge steld in een der fabrieksgebouwen aan den Simon Stevijnweg. De inbrekers namen de vlucht naar het dak van het fabrieksgebouw, waarop de agent assistentie verzocht. Onmiddel lijk begaf zich een aantal politiemannen per politieauto naar de fabriek en wer den de uitgangen bewaakt en de fabriek omsingeld. De daders, die geen kans hadden ge zien te ontvluchten, werden met behulp van schijnwerpers op het dak der fabriek gearresteerd en overgebracht naar het hoofdbureau van politie. Beiden waren door den agent en zijn zoon reeds in de kantoren der fabriek gezien, waar zij verschillende bureaux doorzochten. Bij fouilleering werden op hen sleutels gevonden, afkomstig uit an dere fabrieken. Uit het onderzoek is komen vast te staan, dat zij zich aan verscheidene in braken in fabrieksgebouwen hebben schuldig gemaakt. De daders bleken te zijn de 16-jarige J. B. en de 17-jarige Th. E„ beiden wo nende te Hilversum. v- Twee deserteurs gearresteerd. Dé Oostenrijksche politie heeft te Linz twee Duitsche deserteurs, een on derofficier en een soldaat van de lucht macht, gearesteerd. Zij verklaarden op dracht te hebben ontvangen naar Spanje te gaan en van het verlof, dat zij voor hun vertrek hadden ontvangen, gebruik te hebben gemaakt om te deserteeren. Het is niet mogelijk uit te maken of zij waarheid spreken. Vermoedelijk zal de Oostenrijksche politie beide deserteurs naar de Duit sche grens terugleiden, wanneer zij geen middel van bestaan in Oostenrijk heb ben. De jaarlijksche actie voor de weldadigheidspostzegels en brief kaarten. De secretaresse van de centrale pro paganda commissie voor den verkoop der weldadigheidspostzegels in Neder land schrijft ons: Woensdag a.s. zullen aan alle post kantoren in ons land en ook aan heel veel daartoe opgerichte „tentjes" in de kantoren, wederom de welda,digheids- postzege'ls en prentbriefkaarten ver krijgbaar gesteld worden, waarvan de toeslag komt ten bate van het misdeel de kind Bedroeg verleden jaar de bruto-op- brengst aan toeslagen ruim 140.000 en de opbrengst der prentbriefkaarten on geveer 40.000 zoodat aan ongeveer 350 vereenigingen een bedrag van ruim 163.000 kon worden uitgekeerd, dit jaar hoopt de commissie twee ton te kunnen bereiken. De uitgifte geschiedt van 1 December tot èn met 5 Januari. j Er zijn ditmaal voor het eerst vijf ze gels, welke alle het vriendelijke kinder kopje vertoonen, naar een schilderij van Frans Hals uit de tentoonstelling te Haarlem. De geheele serie is voor slechts 38 cent verkrijgbaar. In verband met de op 1 September j.l. door de P. T. T. ingevoerde verlaging van het por to is de toeslag van de kinderzegels verminderd. Naast de gewone propaganda, waar voor alle radio-vereenigingen haar me dewerking toezegden, zal een eenvou dige ,,'tw:ee-ton"-puzzle worden uitge schreven, waarvoor Prinses Juliana den hoofdprijs heeft willen schenken. Naast vele andere prijzen zijn niet min der dan twintig van de nieuwste Phi- lipsradiotoestellen beschikbaar. Nadere mededeelingen over deze puzzle zullen spoedig volgen. Van H. K. H. Prinses Juliana en Z. K. H. Prins Bernhard mocht reeds een be langrijke bestelling voor weldadigheids postzegels worden ontvangen. Ter illustratie diene, als slot, dat thans in ons land in de onderscheidene inrichtingen zijn: 4000 achterlijke, zwak zinnige, idiote kinderen, 28.000 zieke, zwakke, prae-tuberculeuze kinderen, 17.000 verlaten, verwaarloosde, misda dige kinderen en 1000 blinde, doove, doofstomme kinderen. Het lijkt de commissie bijna overbodig er nogmaals op te wijzen dat het hier een nationaal belang betreft. Haar werk is in elk opzicht onpartijdig, alle gezind ten deelen in de opbrengst, die ditmaal de twee ton moge overschrijden. Het secretariaat der centrale propa- ganda-commissie is gevestigd: Nicolai- straat 17, Den Haag. /ZD Wrijf dan dadelijk rug en borstje in met Wonderlijk zooals dat helpt) Pot 50 ct Doos 30. Bij Apoth. en Drogisten (Ingez. Med.) GEEN WIJZIGING DER ECHT- SCHEIDINGSWET? Niettegenstaande het feit, dat de pro testen tegen de huidige echtscheidings- wet steeds dringender en menigvuldige!' worden, heeft de minister van justitie verklaard, dat onder zijn beleid geen wijziging der echtscheidingswet is te verwachten. Toch is deze wijziging meer dan noodzakelijk, want men zal zeer bezwaarlijk de omstandigheid kunnen negeeren, dat zeer vele huwelijken, bv. door ongeneeslijke krankzinnigheid, ho peloos mislukken, zoodat wat overblijft, slechts een verhouding is, die alleen krachtens de wet als huwelijk wordt be schouwd, maar in wezen niets meer daarvan heeft en dus gevoeglijk een hu welijk door wettelijke fictie of fictief huwelijk kan worden genoemd. Deze fictieve huwelijken zijn het, waarin man en vrouw men excuseere mij de uit drukking als kat en hond samenleven, tot groot nadeel en 'vaak tot verderf van al degenen, die daarbij zijn betrokken, Het fictieve huwelijk heeft dan ook na- melooz'e el'.ende veroorzaakt, veroor zaakt het nog en zal het blijven veroor zaken, zoolang de bestaande echtschei dingsregeling n:et door een meer men- schelijke is vervangen. Namelooze ellende....! Is dit de grondslag, waarop de regeering de uit voering van haar programpunt: „Zorg voor een gezonde ontwikkeling van hu welijks- en gezinsleven" wil baseeren? En dit is niet de eenige vraag, die zich bij ons opdringt. Is het dan niet bekend, dat de tegenwoordige echtscheidingswet oorzaak is geweest van zelfmoord en vele op andere wijze vernietigde men- schenlevens, omdat het verblijf in de door deze wet geschapen fictieve gezin nen dikwijls erger is dan een marteling in een middeleeuwsche folterkamer? Zijn er redenen dergelijke fictieve gez'n- nen te handhaven en is een echtschei dingswet, die het vernietigen van men- schenlevens in de hand werkt, zonder dat er van schuld sprake is, verant woord en geen afschuwelijk anachron s me in een tijd, waarin het vernietigen van menschenlevens, zelfs wegens zwa re misdrijven, ten zeerste wordt verooi - deeld? Verantwoord, als deze wet, door vele gezinnen tot ficties, tot vooze uiterlijkheden te maken, den staat treft in een van zijn primaire bestaansvoor waarden: 't gezin? Zijn buitenechtelijke verhoudingen immoreel of de wet, die de menschen hiertoe drijft, door hun in een fictief huwelijk een tegennatuurlijke levenswijze op te leggen? Is er voorts in geval van bv. ongeneeslijke krankz'n- nigheid van den eenen echtgenoot, vol doende reden den anderen in feite le- .tigaM^riiirw—nwr mtmn miwaKmmiMKBimtnmmnmmm 4). - Deze in economischen zin liberale menschen wachten reeds ja ren op eene partij, die de problemen, waarvoor zij staan, ter hand neemt. Dit verklaart de toeloop naar de N. S. B. Indien de liberalen in 1918 hunne taak in dezen hadden be grepen, zou de partij niet tot 4 leden zijn geslonken, maar vermoe delijk wel 20 zetels in de Kamer bezetten. Het is moeilijker begane fouten te herstellen dan ze te voorko men, Toch ligt in dit streven naar herstel de eenige uitkomst. Doen de liberalen wat ik wil, dan zullen zij tal van menschen uit andere partijen naar zich toe halen. De liberalen dienen dan echter te beginnen met veel van hun oude plunje weg te gooien, waarmede zij niet anders hebben be reikt, dan de groepen, die voor de liberale politiek in aanmerking komen, tegen elkaar op te zetten. Behalve herorienteering op sociaal gebied, waarover ik het reeds had, is het noodig de in liberale kringen gangbare opvatting in zake 'den vrijhandel en de verhouding tusschen landbouw en in dustrie te herzien. Wat den vrijhandel betreft, wordt deze thans misbruikt, om de wanverhouding tusschen de belooning van landbouwarbeid en an deren arbeid in stand te houden, terwijl het oorspronkelijk liberalis me de ook in de 18de eeuw bestaande wanverhouding juist beoogde weg te nemen. Men leze maar eens de merkwaardige beschouwingen daaromtrent in the Wealth of Nations van Adam Smith. jL^en f°en evenals thans een toestand, waarbij voor den landbouw de vrije concurrentie, bij de prijsbepaling gold, terwijl die ten aanzien van de niet-landbouwende bevolking was uitgesloten. De liberalen wilden, dat voor de stad zoowel als voor het land de vrijhandel, d.i. de vrije concurrentie, zou gelden. En zij begrepen heel goed, dat daarvoor noodig was aan hen, die eenzelfde bedrijf uitoefenden, te verbieden, zich te vereenigen ten einde invloed uit te oefenen op hunne loonen en prijzen. Deze coalitieverboden zijn m.i. eene absolute voorwaarde voor de goede werking der vrije prijs- voiming. De coalitieverboden hebben echter niet voldaan. Men heeft ze dan ook in de Ï9de eeuw afgeschaft, maar daarbij tevens een der voornaamste pijlers van den vrijhandel doorgezaagd. Deze afschaf fing der coalitieverboden is gevolgd door allerlei sociale maatrege len. die ingingen tegen de vrije loonvorming, Het is dan ook zeer verklaarbaar, dat met deze sociale politiek in verschillende landen ook het protectionisme weer opleefde. Naar het mij voorkomt heb ben de vrijhandelaren dit verband hier te lande nooit begrepen of willen begrijpen. Men kan niet de loonen aan de vrije concurrentie op de wereldmarkt onttrekken en de prijzen daaraan blijven prijs geven. Tot 1918 kwamen de gevolgen van deze fout niet aan het licht. Sedert het midden der negentiger jaren had men eene geleidelijke en sedert 1914 eene sterke stijging der groothandelsprijzen, speciaal van landbouwproducten, waardoor de kosten der nog in de kinderschoe nen staande sociale actie werden opgevangen. Toen beging men echter eene groote, onvergeeflijke dwaasheid. Men paste loonen eri salarissen definitief aan aan het abnormaal hooge prijspeil der oor- logsjaren. Ik moet eerlijk bekennen, dat ik daar toen in hooge mate van ben geschrokken. Ik heb er van meet af aan op gewezen, dat zich groote moei lijkheden zouden voordoen, indien het wereldmarktprijspeil weer daalde, wat toch wel te voorzien was. De daling der loonen en sa larisseri zou dan, zoo betoogde ik, moeilijk zijn te verkrijgen. Met het gevolg, dat de landbouwende bevolking eerst het kind van de re kening zou worden, maar ook de geheele maatschappij zou vast loopen. Blijkbaar dacht men daaraan niet eens. Gesprekken, die ik had met vooraanstaande personen, leerden mij, dat zij raar opkeken van wat ik hun vertelde. Ik. schrijf dit toe aan het feit, dat zij eenzijdig industrieel en stedelijk georienteerd waren. Ik herinner in dezen aan den heer Dresselhuijs, die in 1918 het instemmen met allerlei dwaze eischen vergezeld deed gaan van de verklaring, dat hij in 24 uur meer had geleerd dan vroeger in 24 jaar. En ik herinner ook aan den heer D. W. Stork, die voorzitter was der commissie voor de herziening der ambtenaarssalarissen en daarmede de verantwoordelijkheid op zich nam voor de ingevoerde reorgani satie der salarissen van het overheidspersoneel. Het is dwaas, zoo heb ik toen met het oog op de salarisregeling gezegd, het dak van zijn huis te gaan herstellen, als het stormt. M.i. had men door tijdelijke toeslagen de loonen en salarissen moeten aanpassen aan de hooge prijzen der levensmiddelen, tijdelijke toeslagen, die weer automatisch daalden met de prijzen. Mijne voorspelling kwam wel ter dege uit. Reeds kort na 1920 daalden de prijzen der landbouwproducten aanzienlijk. Toen onstond reeds een latente landbouwcrisis, die de boerenstand te boven kwam met behulp van in de oorlogsjaren gemaakte reserves en door genoe gen te nemen met eene belooning die reeds toen te laag was in ver houding tot de belooning van andere groepen. Deze latente land bouwcrisis ging door de verdere geweldige prijsdaling in 1919 over in een acute crisis, die den toestand onhoudbaar maakte. Het bleek toen, dat de vrijhandelsgedachte op het punt der prijs vorming niet meer werkte. De loon- en salaristrekkende groepen, die wel hadden verlangd, en terecht, dat hunne loonen en salarissen bij de hooge prijzen van den oorlogs- en na-oorlogstijd werden aange past, waren nu in eens het besef inzake het verband tusschen loonen en salarissen kwijt. Aanpassing van de loonen en salarissen aan de gedaalde prijzen der landbouwproducten werd door den politieken in vloed der loon- en salaristrekkende groepen, waartoe feitelijk ook de leden der volksvertegenwoordiging behoorden, politiek onmogelijk, De kortingen, die werden toegepast, mochten in de meeste gevallen geen naam hebben in vergelijking met de gedaalde prijzen. Verder werd aanpassing der prijzen aan het hooge loon- en salarispeil tegengegaan doordien men nog altijd de vrijhandelsgedach te wilde handhaven, voorbijziende, dat deze hare doelmatigheid ver loren had door het achterwege blijven der aanpassing. (Wordt verwolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1937 | | pagina 9