I LAATSTE BERICHTEN. BEVOLKING. UIT.DE VAN EEN POLITIEMAN v. LEURDERS EN BEDELAARS. Van Hollywood naar Goes. ffroefmtóó uilhet,,Vuistje hl ERINNE"RING,EN Is centralisatie gewenscht? Meermalen werd en wordt in vak bladen en üjdschrnten aangedrongen op centralisatie van den opsporingsdienst. Overal in het land waar een ernstig misdrijt wordt gepleegd, zou of zal dan een onderzoek wuraen ingesteld van u-t het een ot ander centraal recherche-bu- reau. De stemmen voor centralisatie zi)n voor het meerendeel afkomstig van poli tiemannen uit de groote steden, die veel al wemig kijk hebben op toestanden in kleine p aatsen en dikwijls niets afweten van pol tie-aangelegenheden op het platteland. Met het boven vermelde streven heb ik nooit voor 100 procent kunnen in stemmen. Zeer zeker verdient het vor men van centrale punten, waar sporen van misdrijven en signalementen van misdadigers worden verzameld en ge rangschikt, alle aanbeveling. Nu voor misdadigers van allerlei soort het motorrijwiel en de auto zulke prachtige middelen zijn om hunne werk zaamheden over het geheele land uit te breiden, moet het vormen van derge lijke centrale punten zelfs noodzakelijk worden geacht. Gegevens van kleine plaatsen en van het platteland, omtrent aldaar woon achtige misdadigers of gepleegde mis drijven, hebben oneindig meer nut, wan neer zij tevens worden bewaard op cen trale punten, dan wanneer zij alleen ter plaatse worden opgeborgen. Ook de toepassing van de moderne opsporingskunst in haar vollen omvang zal bij de plaatselijke politie dikwijls niet in veil ge handen zijn. Niet alleen ontbreken in kleine plaat sen de noodige middelen er voor, doch de gelegenheid om bekwame deskundi gen te vormen is niet aanwezig. De justitie stelt terecht geen ver trouwen in halve deskundigen. In gevallen, dat het optreden van des kundigen gewenscht wordt geacht, zul len deze in de door mij bedoelde plaat sen vrijwel steeds van elders moeten worden ontboden. Dit wil evenwel niet zeggen, dat de plaatselijke politie van het onderzoek jmoet buitengesloten worden, zooals blijkbaar bij voorstanders van het cen- tralisat:e-systeem de bedoeling is. Het is mijn overtuiging, dat het onder zoek, ook in ernstige misdrijven het veiligste is bij de politie, welke ter plaatste op de hoogte is met personen en toestanden. Dit geldt in het bijzon der, wanneer de dader in de plaats of gemeente zelf moet worden gezocht. Ik heb hierbij niet alleen het oog op de gemeentepolitie, doch ook op de ter plaatse gestationneerde marechaussee en rijksveldwacht. Het spreekt vanzelf, dat daarbij aan genomen wordt, dat deze politie vol doende bekwaamheid, ijver en andere karaktereigenschappen bezit, noodig om dergelijke onderzoeken te doen. De ondervind-ng heeft mij geleerd, dat het aantal politiemannen, dat aan die eischen voldoet, niet gering is. Ieder rechtgeaard politieman acht het doen van onderzoek inzake misdrijf tot het aangenaamste deel van zijn taak. Het is naar mijn meening een gemeen schapsbelang, hem de interesse daarin niet te ontnemen. Ik houd in deze nog niet eens rekening met de noodzakelijk heid tot snel optreden, wil men den da der in handen kunnen krijgen. Hieronder volgt een voorbeeld uit de praktijk, waarbij de bekendheid van de plaatselijke politie met de personen, die bij een misdrijf waren betrokken, den doorslag gaf bij de ontdekking van den dader. Meer dan dertig jaren geleden werd in mijn standplaats Z. op een Maandag morgen in de vroegte aangifte gedaan, dat in een gang tusschen twee schuren, het lijk lag van een jongen man. Uit het onderzoek bleek, dat de dood reeds verscheidene uren te voren was ingetreden. Het lijk was n.l. reeds geheel verstijfd. Het lag voorover op den grond. Aan de linkerzijde er van bevond zich een groote bloedplas. Uit de wanorde v/aarin de kleeren verkeerden kon worden opgemaakt, dat er een worsteling of vechtpartij had plaats gehad. De mouw van den linkerarm was nat van bloed en bij verder onderzoek bleek, dat zich in den linkerbovenarm een diepe steekwond bevond. Blijkbaar was de slagader doorgesto ken en was verbloeding de doodsoor zaak. Verschillende snijwonden in het zitvlak en in de beenen moesten zijn toegebracht nadat de dood reeds was ingetreden of kort er voor. Uit laatstbedoelde wonden was n.l. geen bloed gevloeid. Ongeveer 200 meter van de plaats waar het lijk zich bevond, zoowat mid- en in het dorp, werd een plek gevon- ,.^?arJ bHjkens de sporen, een vecht- parü] had plaats gehad on WajS duidelijk, dat de overledene makkelük\ WaS ^est°ken, want ge worden gevolgdVato?aar CT bl,0ldsP°0r i:ïi i tot aan de plek waar het lijk lag. Nergens was een mes te vinden. Ook andere aanwijzingen omtrent een dader ontbraken. De doode was iemand geweest met buitengewoon veel lichaamskracht en was licht geneigd daarvan tegenover an deren bewijzen te geven. Om zijn lichaamskracht was hij bij de overige jonge mannen van het dorp ge vreesd en omdat hij wat opschepperig was, bovendien uit een andere streek kwam, haatte men hem. Terwijl we met het onderzoek bezig waren kwam een rechterlijk ambtenaar, die per omnibus door het dorp trok om een zitting van het naburig kantonge recht bij te wonen en van den moorc gehoord had, ter plaatse. Nog op dat tijdstip hadden we geen enkel vermoeden, wie de dader kon zijn Bedoelde ambtenaar vestigde onze aandacht op half verbrande rood g kleurde lucifers, welke in de nabijheid van het lijk lagen. Het lijk was inmiddels door ons in bes'ag genomen en vervoerd. We maakten den ambtenaar duidelijk dat de lucifers voor de opsporing geer waarde hadden, want de vier winkeV op het dorn betrokken de lucifers aller van denzelfden grossier. In het dorp wa ren slechts rood gekleurde lucifers te verkrijgen. Bovendien hadden verschillende per sonen, vóór de polit;e ter plaatse was, in de nabijheid van het lijk hun pijp op gestoken en de gebruikte lucifers achte loos op den grond gegooid. Toen gaf de ambtenaar in overweging een waterput in de nabijheid te doer leegscheppen. Het mes waarmede de steek was toegebracht, zou er in kun nen liggen. We toonden het bezwaar daarvan aan. Het water uit de wellen van den put vloeiden net zoo snel aan als het er uit werd geschept. Ook aan de aanwezige voetsporen hadden we niets, daar deze afkomstF waren van de nieuwsgierigen, die bij het lijk waren geweest. Intusschen had de gemeenteveldwach ter van Z., een schrander politieman, zich bij ons gevoegd. Deze was met al les en met iedereen in de gemeente be kend. Zijn advies luidde, dat we eens naar den boerenknecht K. moesten gaan. Deze K. had een paar maanden van tevoren van B., den vermoorde, een pak ransel gehad. Volgens den veld wachter was K. er de man niet naar om dat te vergeten en hij was ook licht ge neigd naar het mes te grijpen. Blijkens de aanteekeningen van den veldwachter had hij K, met nog een paar andere jonge mannen op een Zon dagavond achter den vermoorde zien Ioopen en toen al verwacht, dat er iets zou gebeuren. Op grond van dit advies werden ,T en P., de vrienden van K., afzonderliik gehoord. Stug en gesloten van aard als ze waren, was er aanvankelijk geen woord uit te krijgen. Daarna gaven ze toe den vorigen avond in gezelschap van K. te zijn geweest en toen de veldwach ter hen voorhield wat door hem eenige keeren was opgemerkt, verklaarden ze den vermoorde B. ook den vorigen avond te hebben gezien. Zoo, beetje voor beetje, kwam de waarheid voor den dag. Bij onderzoek van de Zondagsche kleeren van K., bleken deze stuk ge trokken te zijn, wat op een vechtpartij kon wijzen. K. was reeds vroeg in den morgen naar het veen gereden om turf te halen. Hij zag vreemd op toen hij, zich nog bevindende in het veen, werd aangehou den. Zijn scherp geslepen zakmes, waar op duidelijk bloedsporen waren te zien, had hij bij zich. Natuurlijk namen we dat onmiddellijk in beslag. Zooals bij de bewoners van Z. gebrui kelijk was als zij door de politie wer den gehoord, hie1d K. zich eerst van den domme. We kregen den indruk, dat hij nog niet wist, dat B. dood was en toen we 't hem mededeelden schrok hij zicht baar. Tenslotte bekende hij B. met een mes te hebben bewerkt, doch niet de bedoeling te hebben gehad hem te doo- den. Ruim drie uren nadat het lijk van B. was gevonden was de dader ontdekt en aangehouden. Het is de vraag of de dader ontdekt zou zijn indien dit onderzoek had moe ten worden verricht door centrale re cherche. Men bedehke hoeveel kostelijke tijd er verloren zou zijn gegaan eer deze ter plaatse zou zijn geweest om het onder zoek aan te vangen. Die tijd kon door den dader zijn be nut om sporen te doen verdwijnen en met zijn vrienden afspraken te maken. Met wetenschappelijke opsporings middelen is in zoon geval weinig of niets te bereiken. De voorstanders van centralisatie van het recherche-onderzoek zullen wel licht aanvoeren, dat in gevallen als hier beschreven, de plaatselijke politie het onderzoek zou kunnen aanvangen en voortzetten tot de zaak werd overge nomen door de centrale. Inderdaad zou dat kunnen, doch voor ieder, die rekening houdt met mensche- lijke eigenschappen, is de vraag gewet tigd of zulks de ambitie van de plaatse lijke politie zou bevorderen. EEN ENQUêTE. I. In groote en kleine steden zoo goed als op het platte land komen de leurders en de bedelaars aan de deur. De lange afstanden, zon en wind en regen schrik ken deze lieden buiten de steden even min af als de barsche bordjes „Aan de deur wordt niet gekocht" die men in de steden zoo veelvuldig vindt. Deze lieden, de leurders en de bede laars, vormen een probleem, een vraag stuk. Eenerzijds toch rijst de vraag of zij, wanneer ze in drommen opdagen, gelijk in tijden als wij thans beleven, niet met recht een plaag genoemd mogen wor den: wie geen apart bellemeisje meer op de monsterrol heeft en hoe velen kunnen zich deze weelde nog veroorlo ven ziet door dit herhaaldelijk de voordeurbel beantwoorden meer tijd van zijn gedienstige, of wel, bij ontbreken ook daarvan, van z'n eigen hard-werken- de huisvrouw in beslag genomen, dan er bij een goede arbeidsverdeeling voor deze „niet-noodig" belletjes af kan. En dan komt het nog, niet zelden, voor dat deze menschen indringerig en vasthou dend, soms zelfs, dat ze ergerlijk brutaal zijn. Dit is de eene onze kant van de zaak. De andere zijde is de hunne: het is hard, wanneer een medemensch die met prijzenswaardige volharding tracht langs eerlijken en behoorlijken weg in zijn levensonderhoud te voorzien, overal een kortaf „neen" te hooren krijgt. Want voorzeker: al moeten wij ons hoeden voor de luien, de bedriegers en bedrieg sters met gladde tongen en al te vlugge vingers, de lieden die 't met tranen in de oogen en stokkende stem afgebedel de geld in drank, en erger, omzetten (ze zijn er zoo!) toch zijn wij menschen, die beschaafd willen heeten, wel degelijk onzes broeders en onzer zusters hoeders, in dien zin, dat in onze maatschappij niemand honger en kou mag lijden, uu dezen hoofde rusten op degenen, die nog bezitten hoe schraal wellicht ook inderdaad niet te ontkennen verplichtin gen. De moeilijkheid is echter deze: hoe moet voorkomen worden, dat de min- en onwaardigen met de bu:t gaan strij ken, en daardoor de hongerigen en ar- moelijdenden, die uithoofde van hun be hoorlijke gezindheid daarop eerder een zedelijk recht zouden kunnen doen gel den, minder of niet krijgen? Als gezegd: dit is, dunkt ons, een vraagstuk. En een, waarop wij alleen maar niet zoo zouden durven zeggen: zóó is het en zóó moet het. Weshalve wij hieromtrent een kleine enquête in richtten: een aantal notabele persoon lijkheden in ons gewest hebben wij de vraag voorgelegd, hoe h.i. m e n s c h e- lijk en verstandig te handelen ware ten aanzien van: le. kooplieden met koopwaar die men absoluut niet noodig heeft en die, naar haren aard, meestal veel te duur is ook nog (postpapier, zeep, potlooden) maar die bovendien soms nog dient om het eigenlijke doel, rechtstreeksche bedela ren, te verbergen. Bovendien zijn deze „kooplieden" soms stumpers, maar vaker uiterst brutaal, en probeeren zij met name alleen thuis zijnde vrouwen te in- timideeren (voet tusschen de deur, etc.); 2e. zoo op 't oog behoorlijk gekleede colporteurs (met boeken, serie-uitgaven e.d.) die met een „introductie" van vrienden, bekenden of collega's komen, derhalve beleefd ontvangen worden, dan met een soms inderlaad zeer droef ver haal van wal steken, en tenslotte vra gen om in te teekenen op iets, dan wel, liefst, om „eenigen bescheiden financi- eelen steun". Het was ditmaal niet bepaald onze be doeling, enkel de inzichten van enkele politieke geestverwanten hieromtrent te vernemen. Het probleem is alge meen, en, wij zijn er zeker van, onze lezers zouden het ook op prijs stellen te weten, hoe men in onderscheidene krin gen der Zeeuwsche bevolking over dit vraagstuk denkt. Derhalve richtten wij onzen omzend brief tot autoriteiten en notabelen uit allerlei bevolkingskringen en het ver heugt ons, dat men ook van zeer vele zijden ons van voorlichting ter zake heeft willen dienen. Daarvoor komt den genen, die op onzen brief antwoordden, onzen en des lezers dank toe. In volgende nummers van ons blad zul len wij met de publicatie dezer antwoor den een aanvang maken, onder vermel ding, voorzoover daartegen geen be zwaar gemaakt werd, van naam en func tie der betrokkene. ONTVANGEN BOEKEN. In den cyclus Merijntje Gijzens jonge jaren, door A, M. de Jong, ver scheen bij de N.V. Em. Querido's Uit gevers Mij. te Amsterdam het nieuwe^jdeel: „Het boze gerucht". „Gedachten over het leven", ver zen van Tonny Viruly-Butner. Uitg'ave Andries Blitz te Amsterdam. „Het laatste bedrijf", door M. H. Székely-Lulofs (cshrijfster van „Rub ber .„Koelie „De Hongertocht,, enz.) Verschenen bij de N.V. Uitg. Mij. „Else vier" te Amsterdam. „In en om het kleine dorp". Vertel sels in rijm en onrijm, door Kerst Zwart. Uitgave W J. Thieme en Cie, te Z u t p h e n. NIEUW- EN ST. JOOSLAND. Bij de huldiging op 4 October van dr. A. J, de j Weerd, die 25 jaar arts is in deze ge meente, werden den jubilaris enkele ge- schenken toegezegd. A^ vervolg op die j toezegging, zijn hem Dinsdagavond in 'n bijeenkomst n de school, drie schilderij en en een stoel a s bewijs van de waar- I deering, die hij onder de bevolking ge niet, aangeboden. EERVOL ONTSLAG BURGEMEESTER VAN ZUIDZANDE. Bij K.B. van 16 November 1937 is aan F. H. van Vessem, op zijn ver zoek met ingang van 21 November 1937 eervol ontslag verleend als bur gemeester der gemeente Zuidzande met dankbetuiging voor ds langdurige diensten in 2ijn betrekk ng bewezen. K. L. M. SLUIT LUCHTLIJNEN NAAR TEXEL EN EINDHOVEN. Tijdens de wintermaanden. Met ingang van 22 November a.s. sluit de K. L. M. haar luchtlijnen naar Texel en Eindhoven, onder voorbehoud van mi- nisterieele goedkeuring. Dat de jongste lijn in het binnenland- sche luchtnet RotterdamAmsterdam Texel tijdelijk opgeheven moet worden is hieruit te verklaren, dat het vervoer langs dezen luchtweg zich hoofdzakelijk aan het seizoensverkeer aanpast. In de wintermaanden blijkt de belangstelling voor de luchtverbinding met Texel on voldoende te zijn om haar met succes te kunnen handhaven. Daarom zal de lijn vermoedelijk tot het voorjaar van 1938 gesloten worden. De laatste dienst wordt Zaterdag 20 November uitgevoerd. De sluiting van de verbinding met Eindhoven heeft een andere oorzaak. Immers deze lijn voldeed goed als aan voer van passagiers en vracht voor de internationale luchtverbindingen. De diensten van en naar Eindhoven waren dan ook zóó gelegd, dat men op de groo te Nederlandsche luchthavens een direc te aansluiting verkreeg op de internatio nale luchtlijnen. In verband hiermede moest een Douglas-toestel van dezen dienst geregeld op het vliegveld Wel schap overnachten. Gedurende de win termaanden blijkt het om technische re denen echter zeer bezwaarlijk vliegtui gen in de buitenlucht den nacht te laten doorbrengen, en aangezien Welschap nog steeds niet met een grooten hangar is uitgerust, waarin de vliegtuigen kun nen worden geborgen, moest de K. L. M. overgaan zij het ook noode tot het prijsgeven van haar luchtverbinding met Eindhoven, eveneens voor den duur van het winterseizoen. DE BOTERPRIJS DAALT WEER. De commissienoteering voor Neder landsche boter is heden vastgesteld op 88 cent per kg (vorige week f 1.04). De heer H.(outekamer) schrijft in „Ons Nederland": v an een gezagvoerder van een der schepen der Holland-Amerikalijn ont vingen we het verzoek uit San Francisco of we voor een Amerikaansch schrijfster uit Hollywood Mrs. M. L. White, een Zeeuwsche familie kenden, die deze da me in haar kring wilde opnemen voor eenige dagen. En dit is gebeurd. Ruim twee maan den verbleef Mrs. White te Kloetinge Goes, doorkruiste niet alleen geheel Zeeland, maar trok er telkens weer op uit naar N. en Z. Holland, Friesland, Groningen, Overijsel, Limburg, Brabant, enz. Dezer dagen is ze weer naar Holly wood afgereisd met vele souveniers uit ons land en een massa gegevens om de ze voor diverse periodieken uit te wer ken. Enthousiast schrijft zij over Zeeland, over de gebouwen, kerken, musea, maar vooral over het Zeeuwsche landschap, de costuums, de zindelijkheid der be volking, de vruchtbaarheid van den bo dem, het geheel eigen karakter van Zeeland, Holland, en meer speciaal Goes,, noemt zij een heerlijk land. Deze Amerikaansche zal zeker wel de noodige belangstelling oor ons land weten te wekken. W ie „Anton Hunink's" rookworst kent| Wil nimmer and're, is verwend! ANTON HUNINK, DEVENTER p—wmsasaamum\ Mummi.vm (Ingez. Med.) Goeskade 5, naar Den Haag, W. G Fran sen v. d. Putte, zonder beroep van Kloe- tingsche weg 7 naar Leiden; B. W. M. Stieger, cand.-notaris, van L. Kerkstraat 10 naar Schaijk; W. F. Lakké en vrouw, steenhouwer, van Zaagmolenstraat 41 naar Zierikzee; Adr. Goeree, winkel juffrouw, van Schengestraat 46 naar B. op Zoom; J. A. Kanaar, dienstbode, van Beestenmarkt 14 naar Kruiningen; H. P. Loneux, bankwerker, van Heernisse- weg 39 naar Mechelen; A. v. d. C ngel, bakkersknecht, van Sit. AdS'iaanstraat 15 naar Wemeldir.ge; A. H. M. Spau- wen, mijnbeambte, van v. d. Boutstraat 1 naar Beek; Cath. Louisse, Jeerl. ver pleegster, van Westwal 44 naar Vlis- singen; A. C. P. J. Leendertse, dienst bode, 'van KI. Kade 29, naar Rilland- Bath; C. M. Kosten, zonder beroep, van Rozemarijnstraat 6 naar Fjon Helder; C. G. Veenis, leerl. verpleegster, van Kreukelmarkt 12 naar Amsterdam; C. L. Bal, dienstbode, van Noordeinde 1 naar Hoedekenskerke; M. J. Fraanje, waterb. opz., van K. Vorststraat 11 naar Giesendam; L. Maartense, hulp huish-, van Nieuwstraat 44 naar Vlissingen. GOES. Ingekomen: J. Vermeulen, werkman van Souburg, St. Jacobstraat 28; S. A. van Ommeren, dienstbode van Ginne- ken, Wilhelminastraat 3; A. Vinke, win kelbediende, van Zevenbergen, Piccardt- straat 72; J. J. van Sabben, kapster, van Wemeldinge, Koningstraat 4; M. Baaijens en gezin, horlogemaker), van Kloetinge, Lange Vorststraat 82, A. Heij- ens, arbeider, van Terneuzen, Bocht van Guinea 7; J. M. Valkier, dienstbode, van Kortgene, Wijngaardstraat 51; J. Dinge- manse geb. van Strien en kinderen, win kelierster, van Souburg, St. Jacobstraat 28; A. P. P. Huizinga, geb. Bruel, en kind, zonder beroep, van Leiden, 's-H. H.kinderenstraat 59; C. Makkenze en gezin, chef monteur, van Rotterdam, Le liestraat 23; I. J. Monteau en gezin, land bouwersknecht, van Kloetinge, Zaagmo lenstraat 41. Vertrokken: D. Groenenberg en ge zin, reiziger, van Kloetingsche weg 28 naar Koudekerke; M. van Boven, dienst bode, van Wijngaardstraat 51, naar 's-H. Arendskerke; Wed. Wielink, zonder be roep, van Westhavendijk 29 naar Vlis singen; A. de Pan, dienstbode, van v. d. MARKTBERICHTEN. Middelburg, 18 Nov. Op de eierveiling waren heden aangevoerd 11.500 stuks. Witte kippeneieren: 46 48 kg 3.74—3.93; 48—50 kg 3.74 3.93; 50—52 kg 3.90—4.00; 52— 54 kg 4.11; 54—56 kg 4.54; 56—58 kg f 5.86 58—60 kg 6.20; 60—62 kg 6.14—6.25; 62—64 kg 5.81—6.28. Bruine: 6062 kg 6.25; 62-64 kg 6.50. Eendeneieren 4.32. M i d d e 1 b u r g, 18 Nov. Op de graanmarkt was'de noteering: Schokkers 1516.50; Kleine groene Erwten 910; gelezen Witte Boonen 18 19; ongelezen Witte Boonen 10 17; gelezen ronde bruien boonen 13 14; ongelezen ronde bruine boonen 1012; lange bruine boonen 9 11- Middelburg, 18 Nov. Aangevoerd door Walchersche boerinnen (offic'eele prijsnoteering). Boter f 0.77%, Eieren f 6.50, Poelje f 4.50, Eendeieren f 5 50. Aangevoerd door handelaren: Boter f 0.77%, Eieren f 6.50, Poelje f 4.50, Eendeieren f 5. Particuliere prijs van den marktzetter van de Z.L.M.: Boter f 0,85, Eieren f 7.50, Poelje f 5.50, Eendeieren f 6,50. Idem handel: Boter f 0.85, 5ieren f 7,. Poelje f 4.70, Eendeieren f 5,10. K a p e 11 e, 17 Nov, Veilingsvereeni- ging „Kapelle-Biezelinge en Omgeving". Groote veikng. Zure Kroetappels 1, Breekpeen 1821. Kleine veiling Appels: Goudreinette 517, Sterappels 49, Jonathan 1015, Zure Bellefleur 1%8%, Dubb. dem 24%, Court Pendu 311, Baldwin 2%—4, Bramley Seedling 35%, Tante Dora 3, Jac. Lebel 2%4, Fransche Rein, 37, Peperappels 25, Ermgaard 38%, Campagne zoet 25%, Hol- landsch Zoet 14, Pomme d'Oranje 4-12. Peren: Comtesse du Paris 1122, Jo- denperen 26%, Wintersuikerij 36, Winter Bergamotte 46%, St. Remy 2 5, Gieser Wildeman 29%, Kleiperen 27, Winterloutjes 46%. Diversen: BI. druiven 1024, Mispels 35, Frambozen 29. Groenten: Witlof 10'14, Uien 25% Spruiten 811. Veldsla 5%, Sjalotten 10, Prei 2%3%, Sav. kool 2.102.60, Roode Kool 310—3.20, Witte kool 0.80 1.50 alles per 100 kg, Andijvie 0 60 0.70, Kropsla 0.60, Bloemkool 29, Knol selderij 22.10 per stuk. Kipeieren 5.50 per 100 stuks. Goes, 17 Nov. Veilingsvereenigïng „Zuid-Beveland". Druiven: Black Alican te 1725 per 100 kg. Groenten: Spruiten 512, Spinazie 7 9, Veldsla 68, Breekpeen 3, Blauw- koprapen 1, Prei 4, Uien 35, Groene Savoye kool 13, Gele idem 2, Witte kool 2 10, Roode kool 24, Blauwe Aardappels 3.10, idem (drielingen) 1.50, per 100 kg, Bloemkool 1.509, Kropsla 0.600.90, Andijvie (breedblad) 0.60— 0.80, idem (krul) 1.1(11.30, Knolselderij 22.30, per 100 stuks, Raoen 35, Ram menas 1, Kroten 25, Wortelen 4, per 100 bos.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1937 | | pagina 3