GGiSCHI COUÖANT-
Echtscheiding.
W.odc
PI 613
BINNENLAND.
ZEELAND.
WEERBERICHT.
NUMMER 269.
TWEE BLADEN.
MAANDAG
15 NOVEMBER 1937. EERSTE BLAD. 180e JAARGANG.
PIRITUS voor aanmaken
ELBURGSCHE COURANT
Dagblad Voor Middelburg, Goes es agent
schap Vlissingen f 2.30, elders 2.50 per
kwartaal Week-abonn. in Middelburg en
G$es 18 ct. p. w. Advertentiën 30 ot. per
regel, lng ez. mededeelingen 60 ct. p. r.
Bij eontr. voor beide veel lager; tar. op aanvr.
Uitgeefster: Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux: Lange Sint Pieterstraat te Middelburg.
Telefoon: Redactie 269, Administratie 139 Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17.
Aangesloten bij bet Bureau voor Publiciteitswaarde der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers.
Familieberichten en dankbetuigingen I7
regels 2.10, elke r. m. 30 ct. Rubriek
„Kleine Advertentiën", ten hoogste 6 regels,
a 75 ct. bij vooruitbetaling Adv. met
„Brieven" of „Bevragen bureau dezer cou.
raat" 10 ct. extra Bewijsnommers 5 cant.
HL
Mr. N. J. C. M. Kappeyne van de
Coppello schrijft ons:
Het tweede stuk onzer beschouwing
eindigde met de vraag, of de bestaande
regelingen der burgerlijke betrekkingen
op het punt der echtscheiding bevredi
gend mochten heeten?
Ons antwoord luidt:
Natuurlijk niet. Zoo volge tot slot
eene proeve, hoe zulk een bevredigen
de regeling dan wel zou zijn te ver
krijgen. De redenen, welke thans in de
wet grond tot onmiddellijke echtschei
ding kunnen opleveren, blijven als zoo
danig gehandhaafd. Slechts zal voor
het overspel de wettelijke regeling met
meer waarborgen d enen te worden
omkleed. Reeds thans kennen wij een
verschijning van partijen voor den pre
sident der rechtbank, die een verzoe
ning beproeft. Wie heeft er ooit ver
nomen, dat zulk een verzoening door
het pogen van dien magistraat tot stand
kw.am? Ondankbare taak! Wie zal, zoo
hij of zij zich van de wederpartij
wenscht te ontdoen op het enkel aan-
hooren van een vertoog van den
"voormelden autoriteit dit voornemen
opgeven? Zoo de opzet kans van - sla
gen moet hebben, dient de(n) redeloo-
ze den tijd gegund zich te "bedenken.
Daarom ware het z,aak, den president
in geval van echtscheiding, gegrond op
overspel, de bevoegdheid te geven,
zoo hq meent, dat een verzoening niet
onmogelijk is, een tweede verschijning
-van beide partijen te gelasten, welke
ten laatste drie maanden na de eer
ste plaats vindt.
Volhardt de requestrant(e) bij zijn ver
zoek, dan worde recht gedaan. Dan
echter dienen de beide beperkingen,
die M'nister Regout in de wet wenschte
te zien opgenomen, daarin ook inder
daad te worden neergelegd. M.a.w.
krijgt de rechter het vermoeden, dat
beide echtgenooten echtscheiding trach
ten te verkrijgen, ofschoon in feite geen
overspel is gepleegd, dan kan hij een
nader onderzoek naar het overspel be
velen. Daarnaast ontvangt hij de vor
dering niet, wanneer de wederpartij
op eenigerlei wijze in het overspel heeft
toegestemd. Maar daarmede is naar ons
inzien het huwelijk nog niet voldoende
veilig gesteld. Een overspel, dat welis
waar n et wordt gerechtvaardigd door,
maar dan toch zijn o.orzaak vindt in de
nalatigheid van de wederpartij, mag
naar moderne begrippen v,an huwelijks
trouw de weegschaal niet ten ongun
ste van dein) overspelige doen over
slaan. Anderzijds kan overspel, met
echtscheiding als sanctie, niet voor el
ke nalatigheid ter andere zijde door
de vingers worden gezien. Het w,are
daarom wenschelijk te bepalen, dat de-
geen, van wie(n) het overspel vast
staat, er zich op mag beroepen, dat de)
wederpartij door zijne (hare) gedragin
gen of nalatigheden mede-oorzaak is
geweest, dat het overspel heeft plaats
gevonden, waarna de rechter kan over
wegen, dat het overspel onder de ge
geven omstandigheden den eisch tot
echtscheiding niet wettigt.
De mogelijkheid tot scheiding van
tafel en bed behoort daarentegen te
worden verruimd. Hier is alle reden in
de wet op te nemen de grond, welke
sommige andere wetgevingen kennen en
die door den Franschman onovertrof
fen juist is aangemerkt als „incompati-
bilité d'humeur" (onvereenigbaarheid
van karakter). Daarmede worden dus
degenen geholpen, die, hoe juist hun
wandel, ieder voor zich genomen ook
moge zijn, tezamen den weg des levens
niet vermogen te gaan. Maar dan is
het ook geboden in dit geval te vor
deren, dat beide, echtgenooten het
verzoek bij den rechter doen. Men on-
derscheide dan de vordering tot schei
ding van tafel en bed ten verzoeke
van beide partijen op grond van on
vereenigbaarheid van karakter en die
door één hunner, allicht op tegenspraak
vanwege buitensporigheden e.d. inge
steld. Voor beide gelde, dat de pres -
dent gelijke bevoegdheid hebbe als in
geval van echtscheiding op grond van
overspel teneinde partijen na verloop
van uiterlijk drie maanden opnieuw
voor zich te doen verschijnen. Daarna
volge dan het onderzoek van den
rechter naar de gegrondheid der vor
dering.
Ten leste keeren wij terug tot ons
uitgangspunt teneinde een slotoverwe-
ging in een regel neer te leggen. De
gereede instandhouding van het huwe
lijk vordert, dat het individu de ver
antwoordelijkheid beseft voor het ver
breken v,an den huwelijksband. Hij, die
de wederpartij niet het overspel kan
verwijten, dat 'n de bovenstaande be
schouwingen na de daar genoemde be
perkingen overblijft, kan niettemin
recht hebben op tijdelijke beëindiging
der samenleving. Wil deze zoo duur
zaam worden, dat een volledige verbre
king van de burgerlijke betrekkingen
des huwelijks gewettigd is, d,an moet
ampel tijd worden gelaten om door het
tijdelijk opgeven van het gezinsleven
en het dus aan den lijve leeren ver
staan, wat zulks omvat, de gevolgen
van een volledig verbreken van den
huwelijksband te kunnen overzien. El
ke bepaling van tijd is ten deze wille
keurig; het eene individu reageert
sneller dan het andere, maar wij mee-
nen toch, dat een tijdsverloop van drie
jaren voldoende gelegenheid biedt om
het gestelde doel te bereiken. Wat dan
om verbreking roept, kan moeilijk meer
een huwelijk genoemd, dat, werde het
ontbonden, het losser worden van den
huwelijksband in het algemeen zou heb
ben bevorderd. Wat reddeloos is ver
loren, worde niet kunstmatig in stand
gehouden. Daarom zou het ons ver
standig voorkomen te bepalen, dat een
kwaadwillige verlating en een scheiding
van tafel en bed, op het verzoek van
één der echtgenooten uitgesproken,
mits zij drie jaren heeft geduurd, recht
geeft (in het laatste geval alleen aan
de(n) oorspronkelijke(n) eischer(es), een
vordering tot ontbinding van het hu
welijk in te stellen, terwijl na een ge
lijk aantal jaren, de echtgenooten, die
te zamen het verzoek tot echtscheiding
van tafel en bed hebben gedaan en zich
zagen toegewezen, ook weer in ver-
eenig'ng de ontbinding van hun huwe
lijk kunnen vorderen.
Wij meenen in het bovenstaande de
vrijheid van het, individu, waar moge
lijk, te hebben gehandhaafd, doch deze
niettemin veelvuldig te hebben hepf»-1
zoodra het belang der gemeenschap
zulks redelijkerwijs vorderde, mitsd'en
beide naar beste weten te hebben ge-
harmoniëerd, doch vooral bijzondere
omstandigheid aan deze netelige mate
rie eigen wat noodig is te hebben
voorgesteld, opdat het individu zijn
vrijheid niet misbruike in een tijdperk,
waarin het de vraag is, of het de verant
woordelijkheid van zijn handelen op dit
punt wel kan dragen.
OUD-MINISTER BOSBOOM
OVERLEDEN.
In 82-jarigen ouderdom is Zondag te
Den Haag overleden de gep. luitenant-
generaal N. Bosboom, oud-minister van
oorlog.
De heer Bosboom maakte van 29
Augustus 1913 tot 15 Mei 1917 deel uit
van het ministerie-Cort van der Linden.
Geboren te 's-Gravenhage, 30 Sep
tember 1855, trad hij in 1871 bij de in
structie-compagnie te Schoonhoven in
dienst en na het volgen van den voorbe
reidenden cursus der artillerie te
Utrecht en van den hoofdcursus te Delft
werd hij in 1877 tot tweede-luitenant
der artillerie benoemd, waarna hij de
subalterne en hoofdofficiersrangen door
liep tot zijn pensionneering als kolonel
in 1912.
Later werd hem de rang van generaal-
majoor en eenige jaren daarna die van
luitenant-generaal verleend.
Op 15 Mei 1917 trad hij als minister
af, naar aanleiding van het aannemen
door de Kamer van de motie-Marchant
betreffende het oproepen van de land
stormklasse 1908.
DE WERKLOOSHEID.
De directeur van den rijksdienst der
werkloosheidsverzekering en arbeidsbe
middeling deelt mede, dat in de week 25
t/m 30 October 1937 bij gesubsidieerde
vereenigingen met werkloozenkas waren
aangesloten 469.000 personen (landar
beiders met 73.700 leden zijn hierin niet
begrepen).
Van deze 469,000 verzekerden was de
geheele week werkloos 23,1 pet, (in de
vorig'e verslagweek, 4 t/m 9 Oct. 1937,
was het percentage 22.6). Het werkloos
heidspercentage voor hen, die de gehee
le week werkloos waren, was in de
tweede verslagweek van de maand Oct.
in de laatste jaren a.v.: 1934: 25,3; 1935:
28,6 en 1936: 28,7.
Overal is de school der wijsheid ge
opend voor hen, die haar liefheeft en
zoekt. Schiller.
FEDERATIE ZEELAND VAN DEN
V. D. B.
Zondagmiddag vergaderde in een der
zalen van De Vergenoeging te Middel
burg de Federatie Zeeland van den
Vrijz. Dem. Bond, onder voorzitterschap
van den heer C. Ouwehand uit Vlissin-
gen.
Spr. gaf een korten terugblik op de
verkiezingen en de daarna gevolgde ka
binetsformatie. Spr. zeide, dat, als de
heer Colijn tijdens de verkiezingscam
pagne pleitte voor een nieuw ministerie
op breeden grondslag, het wel vreemd
aan doet, dat er nu is een ministerie op
smallen grondslag, hoe men dat dan ook
verder noemen wil, een rechtsch-, een
coalitie- of een christelijk kabinet.
Spr. meende dat mr. Oud toch wel een
goed minister moet zijn geweest, als de
katholieken niets anders van hem kun
nen zeggen dan dat hij vrijmetselaar is.
De drie nu samen" regeerende partijen
zijn het direct al niet eens over de toe
passing der Zondagswet. Het is voor de
V.D. het beste nu maar een zoo loyaal
mogelijke oppositie te voeren.
Dank bracht spr. aan allen, die heb
ben medegewerkt aan de verkiezingen,
waardoor Zeeland percentsgewijze den
grootsten vooruitgang in V.D. stemmen
heeft bereikt. Spr. wil niet allen trach
ten te noemen, maar een uitzondering
maken voor den federatie-secretaris,
den heer J. W. Stassen, die geweldig
veel werk heeft verzet.
Het is jammer, dat de heer Stassen
de provincie heeft verlaten, spr, hoopt,
dat het hem zoo goed mogelijk gaat in
zijn nieuwe woonplaats. Hij heeft een
betrekking gekregen, die hem beter lijkt
en dit is thans ook het geval met den
vroegeren secretaris, dr. J. G. Ramaker.
Spr. brengt ook dank aan den heer
Visser, die tijdelijk het secretariaat
waarnam.
Tot opvolger van den heer Stassen
werd met algemeene stemmen gekozen
de heer A. O. J. Lichtendahl te Middel
burg.
De vergadering besloot aan het hoofd
bestuur machtiging te vragen den heer
W. Karelse uit Schore als penningmees
ter en mevrouw E. J. van den Broecke-
de Man uit Aardenburg als bestuurslid te
mogen handhaven, in afwijking van de
bepaling, volgens welke zij niet herkies-
baas zouden zijn.
Het jaarverslag, waarin ook gewaagd
wordt van het groote succes bij de
Tweede Kamerverkiezing in Zeeland, en
de rekening, die een batig saldo aan
geeft, werden goedgekeurd,
mondv van mr.
Met belangstelling werd geluisterd
naar het verslag van het werk der Sta
tenfractie, uitgebracht bij monde van mr.
J. Adriaanse.
Bij de behandeling van den Beschrij
vingsbrief voor de op 27 en 28 Novem
ber te houden Bondsvergadering te
Leeuwarden, vereenigde de vergadering
zich met een amendement op een voor
stel der afdeeling Almelo, luidende „De
Vrijz. Dem. Bond bevordere zooveel mo
gelijk de beoefening en het gebruik van
het esperanto als wereldtaal".
Het amendement luidt: en dringe aan
op het invoeren van het esperanto als
facultatief leervak op de lagere scholen
Verschillende der talrijke voorstellen
der agenda lokten verder korte opmer
kingen uit.
Aan het slot der vergadering heeft de
heer G. F. Maris een nleiding over Es
peranto gehouden en naar aanleiding
daarvan werd de opmerkin g gemaakt,
dat ook onder de in hoerendracht ge-
kleede vrouwen esperantisten zijn, die
wereldcongressen bijwoonden in Euro-
peesche hoofdsteden zonder ook maar
eenigen last van hun kleeding te onder
vinden.
Aan het slot der vergadering werden
de aanwezigen herinnerd aan de lezing,
die mr. P. J. Oud hedenavond te Mid
delburg houdt voor de afdeeling van den
Nederlandschen Protestantenbond.
ENGELSCH SCHIP GEZONKEN,
Een der opvarenden gedood,
Zondagavond heeft op de Noordzee
ter hoogte van het vuurschip „Wande'
laar" een scheepsongeval plaats gehad
waarbij een zeeman om het leven is ge
komen. De Belgische motorloodsboot
rapporteerde n.l. aan de Wandelaars
post dat het Engelsche stoomschip
Ino", welk schip zich bevond op pl.m.
7 mijl O.Z.O. van het lichtschip Wande
laar, in zinkenden toestand verkeerde
en door de bemanning was verlaten. De
loodsboot heeft deze bemanning opge
pikt, waarbij bleek dat er één doode
was te betreuren.
Volgens dit bericht leverde het wrak
gevaar op voor de scheepvaart.
De wandellaarspost is op dit bericht
onmiddellijk op onderzoek uitgegaan,
terwijl ook de te Vlissingen gestation-
neerde sleepbooten „Noordzee" en „Go
liath" uitvoeren om eventueel assisten
tie te verleenen.
Later op den avond bereikte ons het
bericht dat de bemanning te Oostende
aan wal was gezet en dat het schip was
gezonken.
De oorzaak van deze schipbreuk moet
gelegen zijn in een ontploffing aan
boord, waardoor het schip is lekgesla
gen. Bij deze ontploffing zou dan één
der opvarenden doodelijk zijn getroffen.
Hoewel er geruimen tijd onzekerheid
bestond omtrent de naam van het schip,
moet het toch zijn het Engelsche stoom
schip „Ino", een Bristolbootje, groot
1200 ton, een scheepje dat reeds meer
dan 40 jaren oud moet zijn.
DE KOLENBONDEN.
De aan D.E.L. opgelegde boeten.
De verhouding met de Huis
brandcommissie en de prijzen.
Zaterdagmiddag hadden eenige pers-
vertegenmoordigers een onderhoud met
het Bestuur van de Zeeuwsche Federa
tie van Kolenbonden.
De secretaris, de heer Van Oorschot,
zette allereerst uiteen, dat de Federatie
zich niet kant tegen de ordening in den
kolenhandel, doch daarbij, in het belang
van den consument, recht van medespre-
ken vraagt. Volgens de Federatie houdt
de Kolenconventie echter alleen reke
ning met de belangen van den handel.
Alle pogingen der Zeeuwsche Federatie,
om tot een overeenkomst te komen, ble
ven evenwel zonder resultaat. Ook dit
voorjaar werd weer een conferentie ge
houden, waarbij men toezegde, dat de ko
lenbonden a (coöperaties die dagelijks
leveren) en de kolenbonden b coöpera
ties die enkele malen per jaar leveren)
gelijk gesteld zouden worden met den
particulieren handel, doch tot heden
werd daar verder niets over vernomen;
het concept-contract is men nog steeds
wachtende. Zeeland bleef dus zonder een
overeenkomst. Wel stond de conventie
op het standpunt, dat voor Zeeland de
oude bepalingen weer van kracht wer
den, doch de Federatie meende, dat deze
niet konden worden erkend, omdat er
geen overeenkomst was, alles door de
Federatie werd opgelegd.
Toch moesten de leden der Federatie,
voor welke, volgens de Conventie, de
oude regeling gold die te Middelburg,
Vlissingen en Goes de vastgestelde prij
zen noteeren, omdat de conventie ette
lijke strafbepalingen had ingesteld, en
men anders van levering uitgesloten
werd.
Ook D.E.L. te Vlissingen noteerde de
vastgestelde prijzen, maar publiceerde
daarnaast de kostprijzen voor de leden.
Bedoeling was niet, deze prijzen tegen
over de vastgestelde 6 plaatsen (die ook
voor den handel gelden) doch omdat de
statuten van D.E.L. daartoe verplichten.
D.E.L. heeft voor de leden een spaar
systeem ingesteld en alleen als de leden
weten wat voor hen de werkelijke prij
zen gelden, kunnen ze bepalen hoeveel
brandstoffen ze af kunnen nemen. De
Conventie beschuldigle daarop D.E.L.,
dat ze voor die prijzen (dus onder de
vastgestelde) leverde, en legde D.E.L.,
zonder nader onderzoek, een boete van
1600 op. De Federatie adviseerde, die
niet te betalen en behartigde verder de
zaak voor D.E.L. De Federatie wees er
op, dat er geen overeenkomst bestond,
dat hierbij van een eenzijdige wilsopleg-
ging sprake is en dat D.E.L. de boete niet
zou betalen. De Huisbrand Commissie
(in deze uitvoerend lichaam voor de
Conventie) dreigde echter met uitslui
ting. Daarop brachten eenige Federatie
bestuurders een bezoek aan de Huis
brand Commissie en werden opnieuw de
bezwaren, dat er geen overeenkomst be
stond, naar voren gebracht. Het bleek
toen wel, dat ook in de Huisbrand Com
missie geen eenstemmigheid heerschte.
De Federatiebestuurders wezen verder
nog op een verzuim van den handel, bij
de levering aan D.E.L., en het slot was,
dat de boete van 1600 teruggebracht
werd met een principieele boete van'
50, terwijl de Huisbrandcommissie
daarbij als haar standpunt bekend maak-
mi
van haarden. (Houtskool i
I gedrenkt In spiritus)
ftfeaal middel.
(Ingez. Med.)
Verwachting tot morgenavond:
DE BILT: meest matige N.W. tot Z.
W, wind, gedeeltelijk bewolkt tot be
trokken, 'tijdelijk regen, weinig ver
andering in temperatuur.
UKKEL: matige tot vrij sterke wind
uit Z. tot N.WL, afwisselend schoon
weer tot bewolkten hemel, plaatselijk
regen, vooral in het Oosten van België,
koele temperatuur, met een nachtelijk
minimum van ongeveer 0 tot 5 graden.
Di 16 Nov. Zon op: 7 h 24; onder 16
h 05. Licht op: 16 h 35. Maan op: 14
h 51; onder 4 h 46. V.M. 18 Nov,
m
Hoog- en Laagwater te Vlissingen!
November.
Ma.
Di.
Wo.
Hoog-
15
16
17
en
Hoogwater.
10.41 23.11
11.27 23.51
12.08
Laagwater te
November.
Hoogwater.
Ma." 15 12.24
Di. 16 0.54 13.15
Wo. 17 1.40 14.01
Weslkapelle is 28 min.
23 min. vroeger; Veere
(S springtij).
Laagwater.
4.38 17.13
5.29 18.05
6.14 18.47
Wemeldinge:
Laagwater
5.44 18.10
6.37 19.02
7.23 19.43
en Domburg
38 min. late;
(Ingez. Med.)
te, dat de door D.E.L. gevolgde handel
wijze niet past in het saneeringsraam.
De Federatie zal echter aan D.E.L. ad-
viseeren, ook deze boete van 50 niet
te betalen, daar het hier geen quaestie
van principe, maar van methode is. On
getwijfeld zal D.E.L. dit advies opvol
gen. Voorts besloot D.E.L. wel in het
vervolg een andere methode te zullen
volgen, in dier voege, dat na handhaving
der vastgestelde prijzen, aan het einde
van 't boekjaar, die winst ponds-ponds-
gewijze over de leden verdeeld zal wor
den.
De heer Van Oorschot deelde verder
mede, dat van de geheele gevoerde cor
respondentie afschrift was gezonden aan
de Kamerfracties, dit opdat de Kamer
ook rekening zal houden met de belan
gen der consumenten, als de saneerings-
overeenkomsten aan de Kamer ter goed
keuring aangeboden worden. Het Ka
merlid Drop putte alzoo uit deze gege
vens zijn vragen aan den minister.
Voorts verschafte de heer Van Oor
schot nog eenige inlichtingen over het
vaststellen van voorjaars-, zomer- en
winterprijzen en hij merkte daarbij op,
dat volgens de Federatie de prijzen te
hoog genoteerd zijn. Deze prijzen wor
den, onder goedkeuring der Huisbrand
Commissie, door- de Prijzencommissie
Zeeland vastgesteld. In deze commissie
hebben alleen handelaren zitting. Ook
de Federatie wil er zitting in nemen,
doch mits zij over evenveel zetels be
schikken kan als de handelaren, en dan
onder leiding van een onpartijdigen
voorzitter.
Tegen deze te hooge prijzen werd door
de Coöperatie „De Broederband" te Vlis
singen, reeds geprotesteerd. Ook „De
Broederband" wees er in haar protest
op, dat het onlogisch is, eerst prijzen vast
te stellen en dan mede te deelen, dat
daar bezwaren tegen aangevoerd kun
nen worden. „De Broederband" betoog
de daarbij, geen rechtvaardiging te kun
nen vinden voor de prijsverhooging der
eierkolen met 14 ct. en der anthraciet-
soorten met resp. 20, 14 en 20 ct. per
100 kg. Zij meende, dat daardoor geen
sprake meer was van een redelijke
winstmarge en verzocht deze prijzen te
herzien.
De heer Van Oorschot wees er op, dat