KUNST EN WETENSCHAP.
ERI NNPRpfN-GEN
BUITENLAND.
GEMENGD NIEUWS.
UIT DE
VAN EEN POLITIEMAN
DUITSCHLAND.
„Wilhelmina's Wish".
Van bevriende zijde zendt men ons
een Amerikaansch kinderboekje ter
inzage, gekocht door iemand in Toron
to (Canada). De bedoeling is een „echt
Hollandsch" boekje te maken: het is
een verhaaltje van een Walchersch
meisje dat met haar moeder (en haar
jonge geitje) op de fiets naar Middel
burg gaat om daar een bezoek bij Opa
en een tante te brengen.
Het eerste gekleurde plaatje is ken
nelijk geïnspireerd op een anzichtkaart
van Zoutelande; een volgend plaatje
doet duidelijk de Balans met Sint Jo
ris onderkennen.
Natuurlijk is er veel onnauwkeurigs
in: kappen zooals die in Volendam ge
dragen worden op Zoutelandsche vrou
wenhoofden, een Zeeuwsche boer met
een Amerikaansche tabakspijp, huisjes
zoo als men ze in heef Nederland niet
vindt maar daarnaast zijn er ook
weer goede details; het gekleurde
plaatje van de Z.-Bevelandsche boerin
in het nvdden is nog zoo slecht niet.
In aanmerking nemende hoe luchtig
de Amerikaan soms met zulke dingen
om-springt, is dit specimen nog zoo
erg niet.
ORGELBESPELING NIEUWE KERK.
De bespeling van het orgel in de
Nieuwe Kerk te Middelburg door den
hr. Ferwerda heeft gisteravond niet
izoo'n grootje belangstelling getrokken
als het enkele weken geleden gehouden
concert. Toch was er nog al eenig pu
bliek, dat met groote aandacht het spel
van den organist en mevrouw Betsy
BonthuisDhont (viool) volgde. Even
als op 5 October was ook thans weer op
het programma een groote plaats inge
ruimd voor werken van Bach, waarvan
het koraal „Wenn ich einmal soil schei
den" en Toccato en Fuga voor orgel
door den heer Ferwerda op eminente-
wijze gespeeld werden.
Welk een verschil deze grootsche mu
ziek gesteld te zien naast een werkje
als dat van Bellando „Interlude". Bach
breed, verzekerd massief en juichend.
„Interlude": ragfijn, een elegie als late
gothiek, doch beide in een vertolking
die alle details tot hun recht deden ko
men, hetgeen 'eveneens gezegd kan wor
den van no. 8 „Offertaire" van Fal-
louard.
Bijzonder opvallend was het goede
samenspel van viool en orgel bij de ove
rige nummers. De organist had hier wel^
een moeilijke taak te vervullen, doch
met vaste hand wist hij zich er doorheen
te slaan. Betsy BonthuisDhont is een
geroutineerde violiste, die technisch
haar partij zeer zeker aan kan en ook
glans aan haar spel weet te geven. Dat
bewees zij bij de uitvoering van de So
nate F-dur van Handel, dat met zijn vier
korte deelen, een glanspunt van het
concert was. In Menuette van Puguani
was er bij het strijken niet immer de
noodige vastheid, doch daar stond te
genover dat de twee Grieg-nummers bij
hun betrekkelijk eenvoudige muziek,
door Betsy Bonthuis met groote overtui
ging en gloed gespeeld werden, zoodat
zij wonnen aan intensiviteit, welke
Grieg tóch al eigen is.
Voorts waren daar nog het Largo uit
Sonate IV en Bourrée van Bach, even
eens voor orgel en viool, waarmede bei
de kunstenaars zich introduceerden, (no.
H
in.
Onder vermomming.
Bij de bestrijding van de misdaad
kunnen verschillende methoden worden
toegepast.
Welke methode kan worden gevolgd
hangt af van plaatselijke toestanden,
soort van het misdrijf, dat moet worden
bestreden en voor,al d ent rekening te
worden gehouden met den volksaard
van de bewoners der streek waar de
misdrijven worden gepleegd.
Om daders van bepaalde misdrijven
te ontdekken, zal men in steden soms
met resultaat middelen kunnen aanwen
den, waarmee men ten plattelande hee-
lemaal geen succes kan behalen.
Ik denk in dit verband aan de metho
de om te trachten misdadigers te vat
ten door een politieman, dien zij niet
kennen, in hun kring te doen binnen
dringen en zich als hun gelijke voor te
doen. Er wordt dan op gehoopt, dat de
misdadigers zoo iemand in hun zaken
zullen betrekken. Natuurlijk zal dat
overal waar het wordt toegepast bui
tengewone moeilijkheden opleveren,
doch op het platteland is een dergelijke
methode vrijwel steeds tot mislukking
gedoemd.
Ik heb daaromtrent ondervinding op
gedaan.
In den winter van 1899 op 1900 en
den daarop volgenden winter waren in
een gedeelte van den oosthoek van
Friesland en het daaraan grenzende
deel van Groningen, inbr,aken aan de
orde van den dag.
Kleeding, schoeisel, gereedschappen,
eetwaren, veevoeder, goud- en zilver-
waren, ja zelfs werden eenige keeren
pas geslachte varkens in hun geheel
weggekaapt. De d:even strekten hunne
werkzaamheden uren in den omtrek
2 van het programma) en die door de
wijze waarop zij gespeeld werden groote
voldoening boden en goede verwachtin
gen wekte voor het verdere concert.
Het is geen teleurstelling geworden,
zoodat trouwens te begrijpen was, ge
zien de vorige uitvoering.
EEN REDE VAN HITLER.
Rijkskanselier Hitier heeft in den voor
avond van den 9en November (op den
9den November 1923 werd in Beieren
een nazi-putsch op touw gezet, welke
echter mislukte) in den Bürgerbraü
keiler te München een redevoering ge
houden tot zijn oude getrouwen. In deze
redevoering zeide Hitier o.m.: Toen ik
vijf jaren geleden de leiding overnam,
was Duitschland de minstgeachte staat
ter wereld. Nu kan evenwel iedere Duit-
sche trotsch en met opgeheven hoofd in
zijn land reizen. Hij behoeft zich er niet
meer voor te schamen een Duitscher te
zijn.
Wij allen zien, dat het isolement, dat
ons meer dan 15 jaar omgaf, geëindigd
is. Niet door nietszeggende resoluties
van een onbeteekenend internationaal
forum, doch door de beteekenis, welke
Duitschland zich zelf weer heeft gescha
pen. Uit deze beteekenis resulteeren
voor ons niewe betrekkingen, die men
misschien kan beschouwen als niet in de
Volkenbonds-ideologieën passend, doch
die in ieder geval voor ons en onze be
langen passen. Zij passen ook bij de be
langen van andere volken, die deze be
trekkingen met ons hebben opgenomen.
De overeenkomst met Italië
en Japan.
De zekerste waarborg voor de duur
zaamheid van dergelijke betrekkingen
zijn niet een of ander soort frasen, maar
de nuchtere en klare erkenning der doel
matigheid. Uit deze doelmatigheid zijn
drie staten thans tot elkander gekomen:
twee groote Europeesche mogendheden
en een groot vrij volk in Oost-Azië,
Ik ben er van overtuigd, aldus Hitier,
dat de pogingen van onzen ouden tegen
stander de onrust over de geheele we
reld uit te dragen in dezelfde mate wor
den bemoeilijkt als deze gemeenschap
van trouw sterker wordt.
Want deze gemeenschap bestaat niet
uit drie machtelooze producten, doch
berust op drie staten, die bereid en vast
besloten zijn hun recht en hun levens
belangen vastberaden te behartigen.
Hoezeer, aldus vfervolgde Hitier, het
geheele volk ook zijn toestemming geeft
aan deze politiek, hebben wij enkele we
ken geleden in Duitschland beleefd, toen
de groote vertegenwoordiger van een
dezer met ons bevriende naties voor de
eerste maal een bezoek aan Duitschland
heeft gebracht. Wij hebben daarbij ge
zien, dat zeer wel de behartiging van
werkelijke belangen de innigheid van
een hartelijke toestemming der volken
kan verkrijgen, en, wanneer wij in
Duitschland enthousiast en gelukkig wa
ren over dit bezoek, was ook het Itali-
aansche volk gelukkig en enthousiast
over zijn beloop en zijn resultaten.
In de rest van zijn redevoering herin
nerde de rijkskanselier aan de gebeurte
nissen van 9 November 1923. Ik heb
toen, aldus Hitier, een zeer moeilijk be
sluit genomen, in het bewustzijn dat ge
heel Duitschland een beslissende cata-
uit.
Het lag voor de hand, dat de die
ven de toegevroren vaarten en kana
len benutten. Bij de geregelde nacht
diensten door marech.aussée's, rijks- en
gemeenteoolitie verricht, werden die
vaarten en kanalen dan ook terdege in
het oog gehouden.
Noo t mocht het echter gelukken ver
dachten aan te houden.
Uit verschillende aanwijzingen bleek,
dat men met een georganiseerde bende
te doen had. Hoewel geweldplegingen
tot nu toe achterwege waren gebleven,
hield de politie er rekening mee, dat
het bij een aanhouding of bij een tref
fen hard om hard zou gaan.
Aanvankelijk w'st men niet eens in
welke richting de daders moesten wor
den gezocht.
In den winter van 1900 op 1901 wer
den inlichtingen verkregen waaruit
bleek, dat de daders moesten worden
gezocht in de buurtschap H.
Zelfs werden namen genoemd van
degenen, die er op uittrokken en van
dengene, d e de gestolen goederen op
kocht. Geruchten deden de ronde, dat
verkenners voor de bende werden uit
gezonden en dat geladen geweren wer
den medegevoerd.
Nu werden de nachtdiensten in
hoofdzaak verricht in en om de buurt
schap H. Ieder die 's nachts werd aan
getroffen werd staande gehouden en
gefouilleerd. Het besurveilleeren van
de buurtschap was niet gemakkelijk.
Voor het meerendeel bewoonden de
ingezetenen hutten, welkte h:er en daar
in de heide waren neergezet. Zij waren
dikwijls nief anders te bereiken dan
langs smalle kronkelige voetpaden.
Zoowat iedere hutbewoner hield een
hond. Deze dieren waren :n de mees
te gevallen afgericht als bunsinghond en
als mollenvanger, doch ook waren het j
uitstekende waakhonden.
Kwam er een vreemde in de nabijheid
v.tn de hut van zijn baas, dan deed
zoo'n dier een woedenden uitval. Zijn
geblaf werd door de andere honden
(Ingez. Med.)
strophe tegemoet zou gaan. Toen ons in
dertijd van de zijde van de tegenstan
ders bevestigd werd, dat omstreeks 12
November een revolutie, en wel een Bei-
ersche revolutie zou worden uitgeroepen,
onder de leuze: uitbranding van het bols
jewistische Noorden en tijdelijke af
scheiding van Beieren, toen wist ik: nu
komt het uur van Duitschlands lot. Ik
nam het besluit vier dagen te voren er
op los te slaan en op deze wijze de wet
van het handelen naar ons toe te trek
ken. Dat het mislukte, was misschien
het grootste geluk van mijn leven en het
grootste geluk voor de Duitsche natie.
Zooals het toen gebeurde, moest het ge
beuren. De versplintering van Duitsch
land was echter in ieder geval verhin
derd. Men heeft ons daarbij niet mond
dood kunnen maken, maar als een ont
ploffing zijn onze ideeën over geheel
Duitschland getooverd. Daarmede was
mijn stap gerechtvaardigd.
Tenslotte herdacht Hitier de voor de
beweging gevallen partijgenooten.
EEN MANIFEST VAN DE
EVANGELISCHE KERK.
Uit Berlijn wordt gemeld: De Evange
lische Kerk heeft een manifest uitgege
ven, dat onderteekend is door 96 voor
aanstaande prediktanten, en dat naajr
men meent te weten hooge officieele
kringen heeft bereikt.
Na verscheidene vragen met betrek
king tot Rosenbergs jongste publicaties
vraagt het manifest aan de nationaal-
socialistische beweging en de rijkslei
ders of het o.a. toegestaan is of niet, dat
Evangelische predikanten in het open
baar het christelijk geloof als een god
delijke macht erkennen en of de chris
telijke kerken monumenten van schoone
kunsten zijn, of dat zij huizen blijven,
waar het evangelie van Christus wordt
gepredikt zonder dat de predikanten en
hun gehoor beschouwd worden als ver
raders en staatsvijanden.
In het memorandum wordt voorts ge
zegd, dat de last van deze vragen nog
wordt verzwaard door het feit dat er
vrijheid bestaat om het woord te voeren
tegen de christelijke kerk, terwijl de
verdediging in het openbaar van de
christelijke waarheid en de eer der
der geestelijkheid belemmerd en verbo
den wordt. Indien aan deze activiteit
niet onomwonden paal en perk wordt
gesteld, moet zij wel een einde maken
aan het geloof van het vok in de belof
ten, de vrijheid van het christelijk ge
loof en de rechten der christelijke kerk
te garandeeren.
beantwoord en dat nachtelijk concert
was voor de buurtbewoners voldoende
om de conclusie te trekken, dat er po-
lit'e in de buurt was.
Tenslotte waren genoeg aanwijzingen
verzameld om aan de justitie het doen
van een algemeene huiszoeking voor le
stellen.
De rechtbank waaronder H. ressor
teerde gaf er verlof toe.
Op een vroegen wintermorgen werd
een groote politiemacht te H. samen
getrokken. Dit bracht natuurlijk de hee
le buurt in rep en roer.
Een deel van het aantal politieman
nen stond ter beschikking van den
rechtercommissaris, den officier van
justitie en den griffier. Door deze au'
toriteiten werd de huiszoeking verricht.
Een stuk of tien hutten werden iedei*
door twee polit:emannen bezet en aan
niemand van de bewoners werd toege
laten om de hut te verlaten. Aan niet-
bewoners van de bezette hutten werd
het betreden er van niet toegestaan.
Andere politiemannen hadden tot taak
eventueel verzet te voorkomen of tegen
te gaan.
De huiszoeking werd grondig verricht.
Verschillende voorwerpen, in den loop
van de beide winters hier en daar ge
stolen, werden in beslag genomen.
Een en ander was aanleiding, dat vijf
personen door de justitie werden aan
gehouden. De meeste voorwerpen wer
den aangetroffen bij den persoon, die
volgens de geruchten de heler zou zijn.
Het spreekt vanzelf, dat ook hij werd
ingesloten.
De voorloop ge aanhouding van de
verdachten duurde eenige maanden. Ze
waren echter zoo dicht als een pot en
ontkenden alles. ,,5r wordt nooit ie
mand vrijgesproken, die bekent", was
hun redeneering.
De justitie vond tenslotte geen ter
men aanwezig om hun zaak naar de te-
rechtzitt'ng te verwijzen. Zij werden
dan ook in vrijheid gesteld.
Ik diende destijds bij het wapen der
Koninklijke Maréchaussee.
EEN AVONTURIëR.
Zondagmiddag is het s.s, „Rhea" van
de K.N.S.M'.' de Amsterdamsche haven
binnengeloopen met een passagier, be
ter gezegd een stow-away, aan boord,
die na maandenlange omzwervingen
weer in het vaderland is teruggekeerd.
Deze 21-jarige Nederlander uit hel
Hooge Noorden, een Fries, kon niet di
rect als vrij man voet aan wal zetten.
Ten eerste omdat hij de reis op straf
bare wijze, als stow-away, had medege
maakt. Terug in eigen land volgde dus
eerst uitlevering aan de politie.
Bij zijn verhoor door de politie bleek,
dat de jongeman voor een kleine over
treding nog twee dagen hechtenis subs,
twee gulden boete schuldig is, die hij al
eer naar huis te kunnen terugkeeren
nog eerst zal moeten boeten. Reeds
werd hij voor deze zaak voorgeleid.
Intusschen zijn zijn omzwervingen in
den vreemde niet van avontuur ontbloot.
De jongeman, een uit het leger der
werkloozen, wilde nu ongeveer acht
maanden geleden, zijn geluk eens in het
buitenland gaan beproeven en vertrok
daartoe naar Frankrijk, waar hij eenigen
tijd werkzaam is geweest. Vandaar ging
hij naar Spanje en nam werk aan in een
munitiefabriek. Al gauw werd dit werk
verwisseld voor den dienst aan het
front: hij schaarde zich aan de zijde der
regeeringstroepen.
Hier streed hij mede tot het regiment
waarbij hij was ingedeeld de wijk moest
nemen voor de troepen van Franco.
Op de vlucht belandde hij weer in
Frankrijk, waar hij dienst nam in het
vreemdelingenlegioen.
Hij nam dienst met de hoop op een
ontvluchtingsmogelijkheid voor oogen en
vertrok naar Marokko. Vandaar werd
hij op transport gesteld naar de Sahara,
en hier deed zich na eenigen tijd de
kans tot ontvluchten voor. In Tunis
zwierf de man langs de haven, speurend
naar een schip, dat hem het dichtst bij
huis zou kunnen brengen en ziet, daar
lokte de naam „Rhea" op den boeg van
een Nederlandsch schip dat huis-toe
voer. Hij bezon zich niet lang. Als stow-
away wist hij aan boord te komen en hij
had het geluk buiten de haven eerst in
volle zee te worden ontdekt.
Zoo stoomde hij naar het vaderland,
en binnen enkele dagen zal hij naar den
huiselijken haard kunnen terugkeeren.
In den zomer van 1901 werd ik be
vorderd tot onderofficier en kreeg L.
als standplaats.
Begin December werd ik ontboden
bij mijn d:stricts-commiandant.
Hij zette mij uiteen, dat men vreesde,
dat in den loop van den winter de dief
stallen in de omgeving van H. zich zou
den herhalen.
In overleg met de justitie was beslo
ten iemand van de pol tie naar H. te
zenden, die moest trachten zoodanig
het vertrouwen van de dieven te win
nen. dat zij hem in hunne diefstallen
betrokken.
Hierin werd een mogelijkheid gez en
hen op heeterdaad te betrappen.
Mijn commandant vroeg mij of ik ge
negen was een opdracht als bovenge
noemd te .aanvaarden. Hij wees er mij
op, dat de personen waartegen het gint?
tot alles in staat waren en dat het werk
niet zonder gevaar was.
In verband daarmede was besloten
mij slechts met mijn toestemming de
opdr.acht te geven.
Het zou in strijd zijn met de waar
heid indien ik hier beweerde, dat ik
met het gevaar geen rekening hield.
Behalve dat begreep ik, dat er zeer
veel andere moeilijkheden zouden zijn
te overwinnen. Het vervullen van zoo n
opdracht loopt niet altijd zoo gesmeerd
als dat wordt voorgesteld in een of
ander detectiveverhaal.
Ik was echter jong, vond zoo'n op
dracht wel interessant en besloot ie
accepteeren. Hoe ik wilde handelen
werd aan mij zelf overgelaten.
Jammer genoeg behield ik geen vrij
heid voor wat betreft het kiezen van
huisvesting. Ik was nml. verplicht ver
blijf te houden op de brigade D., onge
veer een uur gaans van H.
Gelukkig was de ligging van het ge
bouw zoodanig, dat men gemakkelijk
langs verschillende wegen kon komen
en gaan, zonder dat zulks werd opge
merkt.
Het was half December eer ik in b
aankwam. Des daags na mijn aankomst
Mijnwerker door vallende betimmering
getroffen en omgekomen.
Gistermorgen is de 35-jarige houwer
A. P. uit Heerlen, bij het verrichten van
werkzaamheden in de ondergrondsche
werken van de Oranje Nassaumijn 3 te
Heerlerheide, door een omvallende be
timmering zoodanig getroffen, dat de
dood onmiddellijk intrad. Het slachtof
fer was gehuwd en vader van twee kin
deren.
Scheepsbotsing bij Hoek van Holland.
Het Noorsche stoomschip „Stavange-
ren" komende van Rotterdam mej be
stemming Gothenburg is bij Hoek van
Holland tijdens mist in aanvaring geko
men met het Duitsche stoomschip „Vic
toria" komende van Koningsbergen en
bestemd voor Rotterdam.
De „Victoriais aan bakboordzijde
beschadigd, en nabij de plaats der aan
varing aan den grond gezet.
De sleepbooten „Maas" en „Blanken
burg" zijn er in geslaagd het schip leeg
te pompen, zoodat de „Victoria" weer
drijvende is gemaakt. De „Victoria" is
vervolgens door drie sleepbooten opge
sleept naar Rotterdam.
Proeven tot mistbestrijding te
Amsterdam.
De weerkundige, Aug. Veraart, heeft
gisteren zijn proeven tot mistbestrijding
bij Schiphol en bij Nieuwendam her
haald.
Om elf uur werd bij Schiphol aange
vangen met het spuiten van water in de
lucht en in den namiddag begon de drij
vende brandspuit de „Havenpolitie 1"
bij den Nieuwendammerdijk groote hoe
veelheden water in het Vliegenbosch te
spuiten. Dit bosch is wegens zijn groote
verdampingscapaciteit een dankbaar
object voor deze proeven.
Toen om half vijf het spuiten op bei
de plaatsen werd stopgezet en de balans
van het werk kon worden opgemaakt,
werd geconstateerd, dat het zicht op
Schiphol 1000 tot 2000 meter bedroeg,
terwijl dat in Rotterdam 50 tot 200 me
ter was.
In de Maasstad was dan ook geen en
kel schip of vliegtuig binnengekomen.
Op Schiphol had daarentegen het ver
keer gewonen voortgang. Op Haamstede
was het zicht slechts veertig meter.
Het spuiten te Nieuwendam was voor
al ondernomen om, profijt trekkend van
den Noordoosten wind, den mist boven
de hoofstad te verdrijven, althans te
verminderen.
ging ik op stap.
Venten met kaarten.
Mijn plan w,as om tot het nieuwe
jaar te gaan venten met nieuwjaars
kaarten.
Ik kleedde mij 'n overeenstemming
met dat beroep. Jas, pantalon en vest
waren van verschillende kleur en be
hoorlijk versleten, een zwart trontje
met een wit hartje, een oude pet en
een di.kke das maakten een behoorlij
ken venter van me. Door mijn kleeding
en een donkeren stoppelbaard, welke
ik had gekweekt, zag ik er nu niet be
paald guns lig uit.
Een paar van mijn vrienden beweer
den trouwens, dat het om er ongunsdé
uit te zien niet noodig w,as geweest
om me te vermommen.
Bij een boekhandelaar te D. schatte
ik mij een partijtje nieuwjaarskaarten
aan. Hij leverde me er 140 voor tach
tig cents.
Mijn uiterlijk boezemde hem bhjic-
baar niet veel vertrouwen in. Ik haal
de mijn linnen geldzakje voor den d,ag
en betaalde met een rijksdaalder.
Om wisselgeld tc halen moest hij den
winkel verlaten, doch voor hij ging
sloot hij behoorlijk de geldlade af en
stak den sleutel er van bij zich.
Dus trok ik, hier en daar mijn kaar
ten te koop aanbiedende, langs een
omweg in de richting van H. Met den.
verkoop g:ng het vrij goed en het
winstpercentage was meer dan vol-
Tegen den avond belandde ik te H.
Nu was het zaak aansluiting te krijgen.
Daarbij was het geluk met me.
In de hut v,an een zekeren Lwerd
ik dadelijk binnengeroepen. Het bleek,
dat ik bij een beroepsgenoot was be
land. Het hoofd van het gezin en een
zoon ventten nml. ook met nieuwjaars-
De andere huisgenooten stelden veel
belang ri mijn collectie en waren
nieuwsgierig naar mijn prijzen.
Voor een begin kon ik tevreden zijn.
De manschen waren gastvrij en toe-