50
35
WYBERT
KRONIEK van den DAG.
Gevaarlijk spel.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURCSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 28 OCTOBER 1937. No. 254.
EEIII
MIDDELBURG.
WALCHEREN.
20 e*.
Thans ook
met menthol-smaak!
£U!Q-*EV£LAN*-.
Honqarijeen lijn buren.
In midden-Europa wordt steeds groo-
ter onrust merkbaar over de politieke
samenwerking tusschen Duitschland en
Italië. Wij hebben meermalen uiteenge
zet, dat o.i. ju st in dezen hoek van de
wereld de beide dictatoriaal geregeerde
{andên onverzoenlijke tegenstanders
zijn, nademaal hun belangen hier tegen
elkaar indruischen. Maar het is natuur
lijk denkbaar, dat zij om belangrijker
belangen elders in de wereld (Afrika en
het nabije Oosten) deze belangen-tegen-
stellng bewust negeeren en haar zelfs
voorwerp van een compromis v,an we-
derzijdsche opofferingen gemaakt heb
ben. In welk geval de bedoelde onge
rustheid vooral in Oostenrijk en Tsje-
cho-Slovakije reden van bestaan zou
hebben. Men weet te Weenen en te
Praag, wat voor politieke droomen
Hitler ten aanzien dezer beide landen
koestert. Inlijving van geheel Oosten
rijk en van dat deel der Tsjecho-Slo-
vaaksche republiek, dat door de Su-
deten-Duitschers wordt bewoond, is er
vermoedelijk de kleinste omvang van.
Merkwaardigerwijze moet nu echter
geconstateerd worden, dat die onge
rustheid zich ook v,an een flink deel
van het Hongaarsche volk meester gaat
maken; waarmede het politieke aspect
n midden-Europa belangrijk wordt ge
wijzigd. Men weet, dat de ontevreden
Hongaren (ontevreden, omdat groote
gebieden met een in meerderheid Hon
gaarsche bevolking na den wereldoor
log bij Tsjecho-Slovakije, Roemenië en
Zuid-Slavië werden gevoegd) jarenlang
dikke vrienden met de Italianen zijn ge
weest en dat, toen de verleden jaar
overleden minister-president Gömbös
aan het bewind kwam, een politieke
oriëntatie op Du tschl.and werd nage
streefd, Gömbös hoopte in samenwer
king met Duitschland en Italië op den
duur de verloren gebieden terug te zul
len winnen, desnoods dooi middel van
een nieuwen oorlog, en was bovend en
een bewonderaar van het nationaal-
soci,alisme. Het is waarschijnlijk, dat
hij, was hij in leven gebleven, een ré
gime in navolging van het Duitsche zou
hebben 'ngesteld. Na zijn dood kregen
democratischer gezinde elementen -e
Boedapest echter weer de overhand.
De huidige minister-president Daranyi
schijnt aan le sturen op een deugdelijk
democratisch bewind. In naam bestaat
dat nog steeds n Hongarije, doch it»
werkelijkheid is het er een aanfluiting
van; de politieke erfenis van Gömbös
moet eerst nog verder worden gelnui-
deerd.
Uiteraard behoefde de democrat -
scher koers niet mee te brengen,
dat Hongarije nu ook in de buitenland-
sche politiek een nieuwe oriëntatie
zou zoeken. Immers de op dit laatste
geb ed nagestreefde doeleinden bleven
ongewijzigd. Men ziet het nu echter
toch gebeuren. En de reden daarvan
schijnt te zijn, dat zich te Boedapest
wantrouwen jegens Italië en Duitsch
land v.an steeds meer politieke gees
ten meester maakt. Velen moeten er
reeds min of meer van overtuigd zijn,
dat, als er eens wat ging gebeuren
in midden-Europa, Hongarije heel ge
makkelijk mede het kind van de reke
ning zou kunnen worden. Bovendien
wint de gedachte v,an een restauratie
der Habsburgers voortdurend veld, het
geen een toenadering tot Oostenrijk
meebrengt; omdat ten deze Weenen en
Boedapest dezelfde belangen hebben.
Ook zal bij een en ander wel een groei
ende afkeer van den oorlog een rol
spelen. Het besef, dat een Europeesche
oorlog bij de tegenwoordige verhoudin
gen alleen maar verlies van alle par
tijen zou kunnen opleveren, wordt ook
in Hongarije blijkbaar steeds levendiger.
Deze week is de Oostenrijksche
bondskanselier Schuschnigg bij zijn col
lega Daranyi op bezoek geweest voor
het houden van politieke besprekingen.
Volgens de mededeelingen van een
Hongaarsch blad zouden zij het vooral
over de mogelijkheid van een m dcfën-
Europeesch blok gehad hebben, los van
de ,,as" RomeBerlijn; een blok dus
van Oostenrijk en Hongarije met de
kleine Entente: Tsjecho-Slovakije, Roe
menië en Zuid-Slavië. De totstandko
ming daarvan is niet heelemaal onwaar
schijnlijk meer. Boedapest toonde zich
reeds eerder bereid tot de Kle ne En
tente toenadering te zoeken; zulks dan
natuurlijk met opzijzetting van de grie
ven tegen de drie landen. Voorwaarde:
dat de Hongaarsche minderheden, voor
al in Tsjecho-Slovakije en Roemenië
beter zullen worden behandeld en dat
Hongarije wederom het recht erlangd
naar eigen goeddunken zijn weermacht
in te r chten (evenals Duitschland en
Oostenrijk werd het dit recht bij de
vredesverdragen ontnomen en anders
dan Duitschland en Oostenrijk hield
het zich er tot dusver formeel al
thans aan). Het schijnt dus zoo te
zijn, dat de Hongaren voorshands hun
revisionistisch streven zullen willen
opgeven voor deze concess'es en dan
willen samenwerken met ,al hun nabuur-
staten,
Of er in de naaste toekomst werke
lijk een toenadering in dezen zin gaat
plaats vinden, moet worden afgewacht.
Op zichzelf reeds is de gebleken koers
verandering van Hongarije's buitenland-
sche pol tiek, zc moge dan nog eenigs-
zins tastend zijn, een ding van belang
voor geheel Europa. Immers een on
derling zoo verdeeld midden-Eur pi
als tot dusver zou heel wat eerder
speelbal van ondernemende groote
gendheden worden dan een naar builen
betrekkelijk eensgezind gezelschap vat-.
Doiiau- en Balkanstaten, Koe minder
gelegenheid de groots heeren krijgen,
om in troebel poiit ek Donau-water p?
visschen, hoe beter. Dat Hongarije hu
als 't v/are bezig schijnt de troebelheid
te helpen verdrijven, stemt onmiddfili';1
tot verheugenis.
Uit het Engelach van
PAUL TRENT.
22).
„Ik vind het beroerd, dat u uit bede.
len gaat
„Ik wil me in het stof vernederen om
jou te helpen".
De heer Hallam scheen op de een of
andere geheimzinnige wijze te zijn ver
anderd. Zijn manieren waren veel be-
s.ister geworden en hij sprak met een
ongewone zekerheid.
zal een taxi nemen en zoo gauw
mogelijk terug komen. Ga niet uit vóór
ik terug ben, Guy. Ik ben geen goeden
vader voor je geweest".
„Je bent een bovenste beste", viel
Guy hem haastig in de rede.
„Neen ik ben te zwak geweest en
te gemakzuchtig. Maar ik ben erg trots
op je geweest en ik ben nog trots op je.
Ik schijn al mijn zorgen te hebben ver
geten voor de jouwe. Ik kom zoo gauw
mogelijk terug".
Hij ging naar Guy toe, legde zijn hand
op diens schouder en keek hem diep in
de oogen. ,,Ik geloof, dat deze zaak
hoogst ernstig is. Er is maar één uitleg
mogelijk. Je bent het slachtoffer van een
sluw complot. Maar je bent flink genoeg.
DE KAARTJES DER WIENER
SaNGERKNABEN.
„Es ist nicht Wahr", zegt de
impresario. Maar onze
zegsman houdt vol, met meni
gerlei bewijs.
Naar aanleiding van ons berichtje om
trent een minder aangename ervaring,
die een stadgenoot met een reductie-bon
voor de uitvoering der Wiener Sanger-
knaben had opgedaan, is de secretaris
of impresario dezer onderneming met
opgestreken zeil aan de telefoon geko
men, ons sommeerende onder aanbieding
onzer nederige verontschuldigingen ons
een geheel-en-al onware voorstelling van
zaken gevende bericht inzake het voor
gevallene terug te nemen. Volgens dezen
heer was er niets anders gebeurd, dan
dat de noodzakelijke belastingbonnen
even op waren, en de zenuwachtig ge
worden bureaulist van de Concertzaal,
zoo zeide de man aan de telefoon, had
toen een of twee menschen met zoo'n
bon per ongeluk weggestuurd, maar ove
rigens zouden allen geholpen zijn.
Naar aanleiding van deze nadere in
formatie hebben wij ons andermaal tot
onzen zegsman, een der prima zaken
lieden van onze stad, gewend.
Deze deelde ons toen het volgende
mede:
„Voor een onzer zaken gaf men ons
een raambiljet, vergezeld van een ge
heel onpersoonlijke bon, vermeldende,
dat deze bon recht gaf op reductie voor
twee eerste-rangs plaatsen. Dit stelsel
van het verstrekken van zoodanige vrij
kaarten of reductiebonnen voor het op
hangen van reclamebiljetten in winkels
e.d. is algemeen bekend. Wij hebben, j
i
zelf dien avond verhinderd zijnde, deze,
als gezegd, volstrekt onpersoonlijken,
bon ter hand gesteld aan een relatie, den
heer X. De heer X bood de bon ter
inwisseling aan, waarop de bureaulist
van de concertzaal heeft gezegd: „Nee,
dat kunnen we niet meer aannemen. Ze
hebben wel 500 van die dingen uitge
reikt, d.i. 1000 plaatsen. U begrijpt zelf
wel: dat gaat niet. We hebben er trou
wens gisteren ook al geweigerd." De
heer X. is hierop weggegaan en heeft ons
toen een en ander medegedeeld. Wij
hebben toen den concierge van de con
certzaal opgebeld en hem gevraagd, hoe
dat in elkaar zat. Hij antwoordde toen
eerst, dat de zaal uitverkocht was. Wij
zeiden toen, dat zulks niet waar was,
aangezien hij aan den heer X. had ge
zegd, „dat hij zich van die papiertjes
niets kon aantrekken, daar er hiervan
„veel te veel" waren afgegeven", en hij
den vorigen dag ook reeds andere per
sonen had geweigerd. Hierop antwoord
de hij ons, dat bij een telefonisch onder
houd, hetwelk hij had gehad met de di
rectie van deze tournee, was gebleken
dat deze 500 bonnen had afgegeven, d.i
dus 1000 plaatsen. Dat hij bedoelden
persoon had gezegd „Wat deze toch was
begonnen, aangezien er slechts ruim 600
plaatsen waren". Antwoord: „je moet
dat niet zoo nauw nemen".
De concierge was in dit onderhoud
tegenover ons zeer beleefd en vond het
zelf ook zeer onaangenaam.
Achteraf hoorden wij, dat voor de uit
gereikte 500 bonnen 1000 plaatsen)
de conaierge 100 kaartjes ontving. Toen
deze uitgereikt waren, was 't afgeloo-
pen."
Volgens den heer X. zijn er dan ook
verschillende personen, die over deze
handelwijze ontstemd waren."
Zierhier onze nadere inlichtingen van
twee ons persoonlijk als volkomen be
trouwbaar bekend staande stadgenooten
Wij hebben in ons vorig bericht reeds
van onze onwetendheid omtrent de
vraag, of we hier met oplichterij te ma
ken zouden hebben, doen blijken; een
nadere bestudeering van art. 326 W. v.
S. heeft ons tot de overtuiging gebracht
dat, alhoewel „het oogmerk zich of een
ander wederrechtelijk te bevoordeelen"
zoowel als de „listige kunstgrepen" of
wel een zij het dan onuitgesproken
„samenweefsel van verdichtselen" moge
lijkerwijs hier aanwezig geacht zouden
kunnen worden te zijn, de vraag, of het
verstrekken van publiciteit door middel
van het ophangen van een biljet als „de
afgifte van eenig goed" te beschouwen
is, vermoedelijk aan eenigen twijfel on
derhevig geacht kan worden te zijn. In
elk geval, en hoe dit o'ok zij, de elemen
ten voor oplichting schijnen ons niet
voldoende sterk aanwezig om zelfs de
ter zake voorzichtig geopperde onder
stelling te durven laten bestaan zoo
dat wij, onder aanbieding der verlangde
excuses, dit gaarne terugnemen. Elk
make nu maar voor zichzelf uit, wat het
voorgevallene dan wel is!
RAAD VAN BIGGEKERKE.
De nieuwe steunregeling voor
kleine boeren is voor de ge
meente niet te betalen!
BIGGEKERKE. Woensdag' vergaderde
de Raad, onder voorzitterschap van bur
gemeester Simonse, voltallig.
Naar aanleiding der notulen deelde
de voorzitter mede, dat B. en W. voor
nemens zijn een parkeerplaats aan het
eind van den Zandweg te maken van
koolasch. Besloten werd toe te treden
tot de fraude-onderlinge van de Ver-
eeniging van Nederlandsche gemeenten.
Aan de Gewestelijke Landstormcommis
sie werd een subsidie verleend van f 10
voor 1938.
Besloten werd het wederom inhuren
van het strand aan te houden, zulks in
verband met een gerezen kwestie over
het door den ontvanger der domeinen
Je zult je er wel doorheen slaan".
Er stonden tranen in zijn oogen en
hij wischte ze zonder schaamte af. Guy
zag hem de kamer uit gaan en had het
gevoel of hij zijn vader nooit werkelijk
g'ekend had. Het was goed zulk een va
der te hebben.
Guy trachtte zoo kalm mogelijk te
wachten op Stella's komst, maar het was
hem onmogelijk rustig te blijven zitten.
Telkens stond hij op om voor het ven
ster naar haar uit te kijken. Dezelfde
man stond nog steeds op den hoek en
Hallam twijfelde er niet aan of deze
moest er op letten, dat hij niet uit ging.
Landelijk reed een open taxi voor en
fl.f cn Valda stapten uit. 1
Hij snelde naar beneden en zoodra ze
binnen was kuste Stella hem hartelijk.
„Ik ben dadelijk gekomen. Wat be-
feekent dat vreemde brieve? Heb je
goed nieuws?" vroeg ze opgewonden.
„Ik vrees van niet. Ga mee naar bo
ven, dan zal ik het je vertellen", zei Guy
ontwijkend. Maar toen hij tegenover de
twee meisjes stond, viel het hem moei
lijk om te beginnen. Valda keek hem
ernstig aan. Eindelijk beschreef hij in
het kort alles waT" gebeurd was.
„Ik begrijp er niets van", zei Stella
verward, toen hij klaar was. Valda zweeg
en haar oogen waren op den grond ge
vestigd. Stella liep op Guy toe en sloeg
h: ar armen om zijn hals.
„Guy, lieveling, wat is er? Een man,
voorgenomen besluit om 200 m van het
in deze gemeente liggende strandgebied
te verhuren a§n V.V.V. te Zoutelande.
B. en W. zijn van meening, dat hierdoor
het gemeentebestuur in zijn vrijheid be
knot wordt en de te verwachten re
venuen aan de g'emeentekas worden ont
trokken. De Raad verklaarde achter B.
en W. te staan.
Besloten werd tot hernieuwde vast
stelling van de verordening tot heffing
van 75 opcenten op de hoofdsom der ge
meentefondsbelasting en die voor
schoolgeld, ongewijzigd zooals deze voor
1937/1938 gelden.
Op voorstel van B. en W, werd beslo
ten deel te nemen aan de spaarregeling
voor B.-steun voor werkloóz'en, wat op
ongeveer f 60 zal komen. B. en W. heb
ben besloten geen collecte te houden,
omdat het aandeel der gemeente hierin
geen groote verwachtingen opwekt. Ten
aanzien van de steunverleening aan de
kleine boeren deelen. B. en W. "mede,
dat bij nauwkeurige berekening' is ge
bleken dat' dit voor de gemeente een
uitgaaf zal beteekenen van f 1500 tot
f 2000. Zonder zich in principe uit te
spreken over de al of niet wenschelijk-
heid meenden B. en W. hiertoe onmoge
lijk te kunnen overgaan in verband met
den financieelen toestand der gemeente.
De heer P. J a n s e verklaarde zich
hiermede niet te kunnen vereenigen;
omdat de gemeente geen Rijkssubsidie
ontvangt worden de kleine boeren hier
van de dupe. Spr. trok de juistheid van
de berekening in twijfel en meende dat
bij de individueele beoordeeling ter
plaatse verschillenden zullen afvallen.
De v o o r z. antwoordde, dat de bere-
ken'ng zeer serieus is geschied aan de
hand van de inventarisatielijsten van de
L.C O, en geheel overeenkomstig de in
lichtingen door ir. Stevens verstrekt.
Daarbij kwam men tot een wekelijks uit
te betalen steun van f 50. De gemeente
kan er voorloopig niet aan denken, zoo
veel uit te g'even. Wordt de regeling van
Rijkswege opgelegd, dan. moet de regee
ring ook de middelen maar aanwijzen;
waarschijnlijk is deze oplossing nog het
meest van al te prefereeren. Nadat ver
schillende leden nog het woord hadden
gevoerd, werd het voorstel van B. en
W. aangenomen, met aanteekening dat
de heer P. Janse tegen was,
In behandeling werd genomen de
steunregeling. Na verzending der agen
da's was nog een verzoek ingekomen van
de organisaties met verschillende wen-
schen t.a.v. He steunregeling. Hoewel in
eerste instantie B. en W. hadden voor
gesteld den steunnorm te verhoogen
met 50 cent, werd thans, naar aanlei
ding van het verzoek, voorgesteld deze
voor de georganiseerden met f 1 en voor
de ongeorganiseerden met 50 cent te
verhoogen. Verder werd. overeenkom
stig de voorstellen van B. en W. het
volgende besloten:
a. de steunnorm voor de georgani
seerden te brengen van f 6 op f 7 en
voor de ongeorganiseerden van f 5.50
op f 6;
b. f 100 uit te trekken voor beschik
baarstelling van brandstof;
c. een vergoeding te geven van 1/3
der premies voor ziekenhuis, ziekenhuis-
verpleging en doktersfonds, alleen ge
durende den tijd dat steun wordt ge
trokken;
d. de wachtweek in steun door te
brengen;
e. vrijheid te laten in de keuze van
werklooze arbeiders 'oij plaatsing in de
bedrijven met steun van de gemeente
cn hiervoor alleen steuntrekkers in aan
merking te doen komen;
De heer P. Janse kon zich niet ver-
eer.'gen met hei voorstel om alleen tij
dens het steuntrekker, de premie voor
ziekenkas e.d. te vergoeden en niet tij
dens het trekken uit de werk'.oozenkas.
De begrooting voor 1938 werd in 5
die jou bewaakt? Wat beteekeni dat?"
vroeg ze bevend.
Guy keek naar Valda. „Juffrouw
Glyn", riep hij en ze keek vlug op,
„kunt u er een uitleg van geven?"
De kleur steeg naar haar de wangen.
om daarna weer weg te vloeien em haar'
doodsbleek te laten. Heftige woorden
drongen haar naar de lippen, maar bij
het gezicht van Stella's armen om zijn
hals weerhield ze. Ongetwijfeld kon ze1
ailes ophelderen, maar zou ze spreken"7
Zwijgen zou waarschijnlijk vervreem
ding van Stella beteekenen. Z.e vocht
met zichzelve. Telkens weer was ze op;
hel punt om te spreken. Eindelijk had ze
haar besluit genomen.
■Jk kan niets uitleggen", zei ze koel,
„Gisterenavond wilde u me zoo graag
spreken. Had dat iets te maken met ba
ron Branden?" vroeg' hi:
„Het had niets te maken met baron
Branden." i
Hij keek haar doordringend aan, maar
weer sloeg ze de oogen neer,
„Ik wist niet, dat je Guy gisteravond
had ontmoet waarom heb je me dat
niet verteld?" vroeg Stella,
„Ik heb het vergeten", zei Valda ner-
veus.
„Dat vind ik nogal vreemd",
„Ik heb je gisterenavond niet meer
gezien en vanmorgen had ik geen gele-
genheid, je had zoo'n haast om hier te
komen. Je gelooft me toch wel Stella?"
(Ingez. Med.j
Maar Stella had alleen gedachte voor
Guy.
„Ik ben zoo in de war, liefste, vertel
me toch wat dit alles beteekent", vroeg
ze.
„Het kan maar één ding beteekenen.
Ze moeten denken, dat ik militaire ge
heimen van de marine verraden heb".
,Jjuy", riep Stella ontsteld, maar ze
begreep direct, wat er in hem moest om
gaan. „Mijn arme jongen. Jij nog wel, die
zoo met hart en ziel in je werk opgaat.
Het is een krankzinnig idee, gewoon
krankzinnig".
Valda keek hen aan; ze was niets op
haar gemak. Sedert ze Guy den vorigen
vond verlaten Kad, had ze weinig rust
gekend. Ze had uren lang wakker gele
gen en getracht tot een besluit te ko
men Ze had er geen oogenblik aan ge
twijfeld of de baron was er in geslaagd
Guy in den val te doen loopen. Ze had
een duidelijke voorstelling van wat er
gebeurd was. Als ze er toe kon komend
hem alles te vertellen, zou ze meteen
moeten verraden dat zij zelf in den ge
heimen dienst van Duitschland was.
Haar jalouzie overheerschte nu ieder
ander gevoel en ze verharde haar hart.
De deur ging open en de heer Hallam
kwam binnen, zijn arm door die van een
ouden heer.
„Guy, sir George stond er op om mee
gaan. Hij vindt dat je een ui' was om
niet eerder bij hem te komen", zei de
minuten behandeld en vastgesteld op
i 19723.
GOSTKAPELLE. Woensdagavond
werd in de Ned, Herv. Kerk een lezing'
gehouden en lichtbeelden vertoond door
den heer C. L, Rozeboom, ouderwijzer
aan „Effatta" instituut voor doofstom
me kinderen te Voorburg. In de pauze
was gelegenheid zich op te geven als
conattur. De belangs'.i-lhnl was niet
groot en bestond voo" het grootste deel
ii i I n 'eren.
HANSWEERT. De heer J. T. v. d.
Winckel, assistent der directe belastin
gen enz. te Amsterdam wordt met in
gang van 1 Dec. a.s. overgeplaatst naar
Hansweert.
De berg ng van het nabij de Kruis-
sehans gezonken schip „Edward. Keur-
vels" is opgedragen aan W. v. d.
Taks Bergingsbedrijf te Rotterdam.
Het bergingsvaartuig „Bruinvisch
heeft gister naar het wrak van. het ge
zonken motorschip „Irma" gevischt. Het
meerit echter niet gelukken het wrak te
vinden.
De pogingen zullen voorloop g niet
v/orden voortgezet.
IERSEX"T v'Gen-dagavond wis het
Neerboschzangkoor in de Geref. Kerk.
De leden van het koor kwamen rond 3
uur per autobus en bezichtigden eerst
c-e oester- en mosselcultuur door hun di
verse gasfhe~ren begeleid. De samen
komst in de Geref. Kerk werd geopend
dor-r den heer W. Houders met een Har
telijk welkomstwoord, waarin ook de
pas overleden ds. Engelsma, die de eer-
te werkzaamheden voor de komst van
het koor bad geleid, werd herdacht. Ds,
Kluin sprak over de vele zorgen en
moeilijkheden die Neerbosch doormsa t
maar ook van de heerlijke taak die aan
de leiding is opgedragen dit alles te mo
gen besturen.
De liederen die het koor ten gehoore
bracht werden door de talrijke aanwezi
gen in stille aandacht beluisterd.
KLOETINGE. Voorloopig vrijgesteld
van dienstplicht wegens broederdienst
de ingeschrevenen der lichting 1937: S.
Holiestelle, W. E. Nieuwdorp en A. Ver-
schuure.
WEMELDINGE. Met ingang van 1
November a.s. is als teekenaar bij den
Rijks Waterstaat te Utrecht benoemd
de heer H, Ferdinandusse alhier.
Momenteel circuleert er in deze
gemeente een circulaire ter teekening
om bij het Hoofdbestuur van Rijks Post-
Telegraaf en Telefoondienst aan te drin
gen op een ruimere openstelling van het
hulppostkantoor alhier. Gewezen wordt
op de groote drukte die er de laatste 2
jaren in de scheepvaart is. (Momenteel
passeeren hier 2000 schepen per jaar
heer Hallam een, weinig heesch.
Sir George kwam dichterbij en keek
nieuwsgierig naar de beide meisjes. „Stel
me even voor", zei hij kortaf.
Hij boog met ouderwetsche hoffelijk
heid en wendde zich toen t'ot Guy.
„Zoo, dus dit is mijn petekind. Waar
om heb je me genegeerd, jij jonge
dwaas?", vroeg hij boos,
„Ik ben bijna aldoor op zee geweest".
„Ja vader heeft me van zijn stommi
teit verteld. Ik ben een rijk man en als
ik dood ga kan ik mijn geld niet meene
men. Ik was van plan jou mijn geld na
te laten. Ik zie niet in, waarom je er nu
geen g'ebruik van zou maken. Je gezicht
staat me aan. Ik zal je een toelage geven
van 500 pond per jaar". Hij sprak alsof
hij een onaangename mededeeling deed
en toen Guy probeerde hem te bedan
ken, viel hij, hem kortaf in de rede:
„Genoeg daarover".
„Wie zijn die dames?" vroeg sir
George achterdochtig.
„Juffrouw Cameron heeft beloofd met
me te zullen trouwên, maar nu dit ge
beurd is
Sir George keek Stella scherp aan.
„Wanneer ik een beetje karakterken
nis heb. dan zal dat voor haar geen ver
schil maken. Geef me een kus, meisje".
(Wordt vervolgd.)