Onrechtmatïg bezit
KUNST EN WETENSCHAP
LANDBOUW.
SPORT.
DERDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DINSDAG 28 SEPTEMBER 1937, No. 228.
GEBOORTEN, STERFTE EN
HUWELIJKEN.
DOROTHEA GERAR&
VERLAGING
DER LEERLINGENSCHAAL.
Ui'Ü Gedurende bijna honderd jaren
Het centraal bureau voor de statis
tiek heeft in zijn publicatie Bevolking
en bevolkingsdichtheid der Nederland -
sche gemeenten gegevens verstrekt om
trent de geboorten, algemeene sterfte,
zuigelingensterfte en huwelijken van
1840 tot heden. Het hierna volgende
is aan bedoelde publicatie ontleend.
Geboorten,
De geboorten vóór 1863 schommelen
van jaar tot jaar veel meer dan daarna.
Van 1840 tot 1847 daalt het cijfer sterk
van 35 tot 29 per 1000 inw., waarop
een scherpe stijging intreedt tot 1852
met opnieuw 35 en daarna weer een
daling tot 31,5 in 1855.
Daarna gaat de lijn in de grafiek van
jaar tot jaar vrij scherp op en neer tot
1863 met het cijfer 36, Na 1863 buigt
de lijn zwakker tot in 1876 het hoogste
punt gedurende de laatste eeuw wordt
bereikt met 37 geboorten per 1000 in
woners. Het gaat dan behoudens gerin
ge schommelingen maar steeds naar
beneden tot 1919. V,un laatstgenoemd
jaar tot 1920 stijgt het geboortecijfer
weer van 24,7 tot 28,5. Deze stijging
is zeer waarschijnlijk te verklaren uit
het groote aantal huwelijken van 1918
tot 1920 fzie hieronder onder huwelij
ken). Van 1920 af gaat het weer berg
afwaarts en van 1925 af brengt zoo goed
als ieder jaar een nieuw laagterecord.
In 1936 was het cijfer gedaald tot 20.
Bezien we nu ook nog even de ge
boorten van maand tot maand gedu
rende de jaren 1930 tot Mei 1937. Op
merkelijk is dan, dat v,an jaar tot jaar
het hoogste punt merkbaar is in Fe
bruari en Maart, waarna de lijn daalt
tot Juni en Juli en weer oploopt naar
Augustus en September. Daarna volgt
weer een daling tot het diepste punt
van het jaar in November en Decem
ber, waarop het cijfer oploopt naar Fe
bruari en Maart van het volgende jaar.
Dat w'l natuurlijk niet zeggen, dat in
de betreffende gr,afiek geen enkele af
wijkingen zijn te bespeuren; zoo geeft
de maand Mei van dit jaar (1937) een
hooger cijfer dan de maanden Februari
en Maart van genoemd jaar.
De lijnen der eerst- en latergebore-
nen loopen vrijwel evenwijdig met die
der geborenen in totaal.
Algemeene sterfte.
De sterfte schommelt vóór 1870 van
jaar tot jaar zeer sterk. In 1847 over
treft het sterftecijfer zelfs het geboor-
tecijfer (geboortecijfer 29, sterftecijfer
31 per 1000 inw.) In 1849 is het getal
nog iets hooger en wordt het hoogste
punt in de laatste eeuw bereikt. Na
1870 gaat het met kleine schommelingen
steeds naar beneden tot in 1934 een
laagterecord wordt genoteerd van 8,3.
In 1935 en 1936 volgt dan nog een ge
ringe stijging tot 8,7,
Hieronder volgen enkele verklarin
gen voor de sterftetoppen der betref
fende grafiek.
1846 en 1847: schaarschte van le
vensmiddelen (z'ekte aardappelgewas)
en sterfte aan griep, mazelen, kinkhoest
en roodvonk.
1848 en 1849: cholera asiatica.
1855: mazelen-epidemie, groote sterf
te onder de ouderen aan ziekten der
ademhalingsorganen tengevolge van
den strengen winter en een wein'g ty
phus.
1859: groote kindersterfte en onder
de ouderen kwaadaardige koortsen,
keelziekte en cholera; 1866: cholera
asiatica; 1871: pokken; 1875: hoogere
sterfte ten gevolge van de meeste
doodsoorzaken, vooral ten gevolge van
ziekten der ademhalingsorganen; 1880:
zuigelingensterfte; 1884: kindersterfte
door mazelen en roodvonk en een wei
nig diphtherfo; 1892: ïnfluenza-epide-
77).
door
Maar, goede hemel, waren, dat wel
bevrijders? Met vernieuwde ontzetting
richtte zij haar oogen naar de gestalte
V-aiï. ^en kapitein der gendarmerie, die
zich daareven boog ever een der stuk
ken op den schrijftafel. Zoo op den rug
gezien in de bekende êcndarmerie-uni-
Wm, leek hij voor hare angstig blikken
de oogen in'het minst niet op den man,
dien zij den vorigen nacht had zien zit
ten aan het hoofd van die lang'e tafel.
Zouden de autoriteiten misschien in
werkelijkheid besloten hebben tot een
nachtelijke transport en was dit een echt
escorte in plaats van het pseudo-geleide?
Zij gevoelde zich van angst verstijfd,
terwijl zij staroogde naar den man in
uniform voor haar. Het duurde een volle
minuut eer hij haar kant uitkeek. Ge
durende een deel van een seconde blik
ten zijn kalme blauwe oogen in de hare,
onbewogen, maar een waarschuwing lag
in hun onbewogenheid opgesloten.
Die was evenwel overbodig. Zij, die
vertrouwen hadden uitgesproken in haar
vrouwelijk vernuft, hadden zich niet
vergist. Hoewel haar hart bonsde alsof
het zou barsten, stond haar gelaat even
kalm als een door geen windje gerim
peld water.
Maar zoo was het niet met aller ge
zicht.
mie (het aantal sterftegevallen aan ziek
ten der ademhalingsorganen was dit
jaar 5000 hooger dan een jaar tevoren);
1900: ziekten der ademhalingsorganen
en mazelen-epidemie; 1908 en 1911:
groote zuigelingensterfte in het bijzon
der in Augustus 1911 ten gevolge van
den heeten zomer; 1917: tuberculose-
sterfte; 1918: Spaansche griep en tu
berculose; 1922, 1927 en 1929: griep.
Van 1930 tot Mei 1937 vertoont de
grafieklijn van maand tot maand ieder
j,aar een overeenkomstig beeld. Het
hoogste punt valt in het eerste kwar
taal van het jaar om dan te dalen tot
het laagste punt in het derde kwartaal
en daarn.a weer-te stijgen tot het eer
ste kwartaal van het volgende jaar. De
sterfte is dan ook in de zomermaanden
het laagst en in de wintermaanden het
hoogst.
Zuigelingensterfte.
Na de opmerk'ngen over de algemee
ne sterfte, is omtrent de zuigelingen
sterfte niet zoo heel veel te vermelden.
Het is nml. opmerkelijk, d,at de lijn, die
de zuigelingensterfte aangeeft, vrijwel
evenwijd'g loopt met die der algemee
ne sterfte. Dit geldt zoowel voor de
statistiek van 1840 tot heden als de
meer gespecificeerde grafiek van maand
tot maand over het tijdvak 1930 tot
Mei 1937. Hetzelfde kan ook gezegd
worden v,an de sterfte aan longtubercu-j
lose. De zuigelingensterfte is in 1936
gedaald tot 3,8 per 100 inwoners (laag
terecord) en de sterfte aan longtubercu-
lose tot 3,5 per 10,000 inw.
Huwelijken,
Het huwelijkscijfer onderging sedert
1840 weinig verandering, al schommel
de het tusschen 6,3 en 9,6 per 1000 in
woners. Deze minimum, en maximumcij-
fers kunnen als abnormaal worden be
schouwd, Het minimum valt in 1847 als
gevolg v,an een ziekte van het aardap
pelgewas, met een hoog cijfer (8,9) een
paar jaar later als gevolg van een groot
aantal in den voorbedoelden slechten
tijd uitgestelde huwelijken. In 1920
werd het hoogste cijfer (9,6) waargeno
men (voltrekking van wegens den oor
logstijd uitgestelde huwelijken). Ieder
jaar is !n de maand Mei het aantal hu
welijken beduidend hooger dan in de
andere maanden, terwijl de minste hu
welijken worden gesloten in de eerste
drie maanden van het jaar.
VEREENIGING
„HENDRICK DE KEYSER."
In het 19de jaarverslag der vereeni-
ging „Hendrick de Keyser" te Amster
dam, welke vereeniging ook in Zeeland
geen onbekende is, wordt o.a. gemeld,
dat in tegenstelling met 1935, in 1936
althans aan de e'gendommen één be
langrijk pand mocht worden toege
voegd, namelijk te Delft aan de Oude
Delft, een uit 1759 dateerend huis met
een Lodewijk XV-gevel bestaande uit
baksteen,
In 1936 zijn geen groote restauraties
uitgevoerd. Wel werd ten langen leste
overeenstemming bereikt over het te
volgen project met betrekking tot de
restauratie van het Gotisch Huis te
Goes. Thans is met deze restaura
tie een aanvang gemaakt.
De Vereeniging kan onmogelijk steun
verleenen voor herstel van woningen,
die haar niet toebehooren. Tot aankoop
kon om verschillende redenen niet
worden overgegaan. Onder de huizen,
die hetzij dat ze der Vereenig'ng te
koop werden aangeboden, hetzij, dat
men voor hun herstel een subsidie ver
zocht, kwamen voq.r het perceel Groote
Markt C 88 te Hulst en het huis
genaamd 'te-Gravensteen" te Z i e-
r i k z e e.
Men schrijft ons:
(n.s,In het begin van Augustus werd
door alle onderwijzersorganisaties in ons
land een adres aan de Regering gezon
den, waarin gevraagd wordt de leerlin-
genschaal aanmerkelijk te verlagen.
Daar is iets wonderlijks in, dat mensen
van zo uiteenlopende levensrichting el
kaar vinden. En toch behoeft dit niemand
te verbazen. Immers hebben alle wer
kers aan de verschillende scholen, van
welke gezindte ze ook zijn, steeds meer
in de laatste jaren het euvel van de te
grote klassen ervaren als een belemme
ring voor het geven van goed, vrucht
dragend onderwijs, als een rem voor
goede tucht en opvoeding. Er was een
noodtoestand ontstaan en deze gemeen
schappelijke nood heeft een brug gesla
gen over alle mogelijke verschillen.
Eigenlijk is er iets anders, dat ver
wondering moet baren. En dat is, dat
het alleen de onderwijzers zijn, die hier
actief zijn geworden. Het had veeleer
op de weg van de ouders gelegen, om
ter wille van onderwijs en opvoeding
van hun kinderen in het geweer te ko
men. Ze moeten het toch wel bemerkt
hebben, dat door de bezuiniging der
laatste jaren de klassen steeds groter
werden en er dus aan ieder leerling af
zonderlijk minder aandacht kon worden
besteed dan dat vroeger het geval was.
Dat ook het vraagstuk van de tucht
veel moeilijker geworden is, is de laat
ste tijd ook wel tot ieder doorgedrongen.
Men heeft dit alles echter aanvaard,
zoals men zovele onaangename dingen
in de jaren van economische neergang
heeft aangenomen. Er moest immers
scherp bezuinigd worden en begrijpelij
kerwijze heeft ook het onderwijs ver
scheidene veren moeten laten. Wat ech
ter de gevolgen van de verhoging der
leerlingenschaal in hun volle consequen
tie zouden zijn, beginnen we in de laat
ste maanden pas te merken en als de
verbetering-zou uitblijven, zou de scha
de steeds groter worden.
Want die leerlingenschaal beslist over
het aantal onderwijzers, dat aan een
bepaalde school met een zeker aantal
leerlingen kan worden toegestaan Laten
we een enkel sprekend voorbeeld daar
van nemen. Toen in 1920 minister de
Visser de nieuwe onderwijswet maakte,
kreeg een school van 230 leerlingen 8
onderwijzers. Door de verschillende be
zuinigingen is het aantal onderwijzers
gedaald tot 5, Een eenvoudige deling
laat zien, dat ieder leerjaar dan onge
veer 35 leerlingen heeft, de 7de klasse
minder. Maar voor die Zeven klassen
zijn nu geen zeven onderwijzers beschik
baar. Er moet dus gecombineerd wor
den. Maar zelfs het samenvoegen van de
twee kleinste klassen geeft een groep
van meer dan 50. Dat "dit tot onoverko
melijke moeilijkheden aanleiding geeft,
behoeft niet te worden gezegd. Het is
zelfs wel te begrijpen, dat aan sommige
scholen geregeld weer andere groepe
ringen, andere knipperijen van klassen
worden geprobeerd.
Nu g'aat het met de rijksmiddelen be
ter. Dat dit geen potverteren betekent,
begrijpt ieder. Maar zelfs de meest ver
stokte pessimist zal moeten toegeven,
dat er meer ruimte komt en dat dus de
schadelijkste bezuinigingen kunnen wor
den teruggenomen. En daartoe behoort
stellig de te hoge leerlingenschaal. Ver
betering daarvan komt aan de kinderen
van ons volk, dus aan de gehele volks
kracht ten goede. Daarom vrage ieder
met vrijmoedige beslistheid, dat de vol
gende begroting voor deze verruiming'
plaats geeft, De inkomsten van dc schat
kist laten dit stellig toe,
Onder het twaalftal, over wier lot be
slist zou worden, stond nog een ander
een der vijf ter dood veroordeelden
die evenals Katya, het doen en laten
van den pseudo-kapitein had gevolgd
Enkele geruchten omtrent het plan tot
bevrijding waren onlangs tot in zijn cel
doorgedrongen, niet meer dan vage ge
ruchten, heimelijk verspreid maar zon
der bijzonderheden. Den datum wist hij
niet, hij wist evenmin of men het plan
als onuitvoerbaar had opgegeven, en hij
kon zich dus enkel in gissingen verdie
pen omtrent den toestand van het
oogenblik,
„Dat zou alles prachtig kloppen met
het oorspronkelijke plan", overwoog de
ongelukkige, terwijl hij angstvallig naar
den kapitein blikte, in de hoop te kun
nen uitmaken, of het een echte kapitein
was, dan wel niet; en natuurlijk Zou hij
dan zijn rol wel voortreffelijk spelen.
Maar zoo goed als deze zou het zeker
niet kunnen doen. Het moest wel een
echte kapitein zijn en dus zijn we inder
daad op weg naar de Citadel.
En een oogenblik later:
„Zou iemand zoo netjes de ascb van
zijn sigaret in het bakje deponecen, als
hij wist, hoeveel levens aan een zijden
draad hingen? En toch heb ik vroeger
wel van zooiets gehoord. Als zij nu toch
eens socialisten waren.... maar neen,
dat is ondenkbaar".
Terwijl hij aldujs tu'cschen hoop en
vrees dobberde, had het geen haar ge
scheeld, of een der andere gevangenen
had ze allen verraden.
Toen hij een nieuwe sigaret aanstak
bemerkte de Litauer, dat de oogen van
dien man onafgebroken op hem geves-
stigd waren. Ze herkenden elkaar on
middellijk. Een dier mogelijkheden,
welke, ondanks alle voorzorgsmaatre
gelen, toch aan de aandacht der samen
zweerders waren ontsnapt. Beiden her
innerden zich nu, dat zij het vorig jaar
te Kowno elkaar eenmaal, en dan slechts
gedurende enkele minuten, hadden ont
moet. Den gevangene zei die herkenning
alles, daar ieder precies wist, tot welke
partij de andere behoorde. In de ver
dwaasde oogen van zijn partij genoot las
de Litauer zulk een verrukking, en zulk
een alles overstelpende dankbaarheid,
dat hij weer naar zijn zakmes tastte,
overtuigd, dat het oogenblik om de tele
foon af te snijden was gekomen, Norsch
keerde hij hem zijn breeden rug toe, en
ging zoo staan, dat hij aan de oogen van
den gevangenisdirecteur het gezicht van
dat alles verradende gelaat onttrok, ter
wijl hij tegelijkertijd een stroom van ver
wijten deed hooren over de traagheid,
waarmede de gevangenen werden afge
boekt,
„Ik ga even kijken, oT mijn mannen
klaar staan", ;zei hij nijdig, „ik hoop,
dat u dan eindelijk gereed belieft te zijn
als ik terug ben".
Buiten haalde de Litauer eenige ma
len diep adem. Hij had niet gedacht, hoe
heerlijk de lucht was, welke niet hing in
de gruwelkamer, welke hij daareven had
verlaten. De gevangenwagen stond klaar
met den koetsier op den bok, doch nog
Ontsmetting van pootaardappelen tegen
Rhizoctonïa,
Ter bestrijding van de Rhizoctonia-
ziekte in aardappelen wordt ontsmet
ting van dat pootgoed, waarop de brui
ne of zwartacht ge korstjes van deze
schimmel (zg. sclerotiën) in eenige mate
voorkomen, ten zeerste .aangeraden. De
aanwezigheid van de sclerotiën kan
vastgesteld worden door een flink mon
ster in water schoon te wasschen. De
bruin of zwart gekleurde scletoriën
worden dan goed zichtbaar.
Ontsmetting in het najaar verdient
.aanbeveling boven die in het voorjaar.
Laat in het voorjaar ontsmetten moet
worden afgeraden.
Raadzaam is het ook, de aardappe
len eerst eenigen tijd na het rooien
te behandelen, opdat de huid goed is
.afgehard. Er bestaat anders eenige kans
op beschadiging.
Voordat tot ontsmetting wordt over
gegaan, moeten de aardappelen ont
daan worden van den aanhechtenden
grond, door ze te wasschen in gewoon
water. Wordt dit nagelaten, dan kan
de ontsmettingstof niet voldoende tol
de sclerotiën doordringen.
Ook verf est zij bij de aanwezigheid
van grond spoediger haar werking.
De ontsmetting kan worden uitge
voerd met in alphabetische volgorde
genoemd, Aretan of sublimaat.
Aretan wordt .aangewend in een op
lossing van 1 Vz op duizend, dus 1 'A
gram op 1 liter water, waar'n de aard
appelen, na eerst te zijn afgewass.chen
20 tot 30 minuten worden ondergedom
peld. Aretan k.an meerdere malen ach
tereen, tot zesmaal toe, aangewend
worden, Noodig is dan, dat telkens na
iedere behandeling per 100 liter oplos
sing 4 liter Aretan oplossing van dub
bele sterkte, dus van 3 op du'zend,
wordt toegevoegd.
Wordt de oplossing slechts 3 maal
gebruikt, d.an is dit niet noodzakelijk.
Aretan voege men niet direct aan het
water tóe, maar men make van de be
noodigde hoeveelheid eerst een papje,
dat daarna onder flink roeren in het
w.ater wordt gebracht.
Men kan, daar Aretan ijzer n et aan
tast, hiervoor ook bakken van dit ma
teriaal gebruiken. Zink wordt echter
wel aangetast.
Bij aanwending van sublimaat worden
de aardappelen gedurende 1V* uur on
dergedompeld in een oplossing ter
sterkte van 1/10 pet. (dus 1 op dui
zend dat is dus 1 gram per liter).
Het gemakkelijkst zijn hiervoor te
gebruiken sublim.aat-pastilles a 1 gram
Deze wegen plm. 1 lA gram maar bevat
ten 1 gram sublimaat. Er zijn ook pas
tilles in den handel, die slechts V? gram
sublimaat bevatten. Bij den .aanschaf
houde men hiermede reken'ng!
Ter ontsmetting van 1 hl aardappe
len (plm. 70 kg) is 50 liter oplossing
voldoende. Dezelfde oplossing kan drie
maal achtereen gebruikt worden. Zoo
wel bij aanwending van sublimaat als
van Aretan lette men er vooral op, dat
het water niet te koud 's. Lager dan
5 gr. C. mag de temperatuur in ieder
geval niet zijn. Daar sublimaat metalen
aantast, mag de ontsmetting hiermede
slechts uitgevoerd worden in houten
of steenen vaatwerk.
Na de behandeling dienen de ont
smette aardappelen, voordat ze opge
borgen worden, goed gedroogd te wor
den.
Daar, zoowel subl'maat als Aretan
giftige stoffen (maaggiften) zijn, be
trachte men de noodige voorzichtigheid
Nadere inlichtingen worden ver
schaft door den Plantenziektenkundi-
gen Dienst te Wageningen en door de
bij; dezen Dienst werkzame ambtenaren
zoomede door de heeren Rijksland- en
T uinbouwconsulenten.
enkele politieagenten zaten in een
prachtig natuurlijke houding te domme
len. Hen zoo ruw en barsch mogelijk te
bevelen op te staan deed den overspan
nen zenuwen van den kapitein werkelijk
goed.
„Geef acht!"
Na de gebruikelijke bevelen gegeven
te hebben en den koetsier eens goed te
hebben opgenomen, terwijl hij oogen-
schijnlijk het voertuig inspecteerde
keerde de officier naar het kantoor te
rug, waar hij alweer een ander gevaar
onder de oogen had te zien.
„Mijnheer de kapitein", met die woor
den ontving hem de gevangenisdirec
teur, „zou u mij willen veroorloven
eenig'e leden van mijn personeel ter uwe
beschikking te stellen? Zes man lijken
mij wel wat weinig toe voor de behoor
lijke bewaking van zooveel gevangenen
onderweg. Ik zou u een bereden escorte
kunnen meedgeven".
De Litauer stond op het punt in zijn
verbittering een nijdig antwoord te ge
ven, doch hield zich bijtijds in. Op
eenigszins teemerige wijze zei hij:
„Heelemaal niet noodig. Mijn mannen
zijn puik. Zij brengen het er best af.
•Wil nu nog eens appèl houden over de
gevangenen in mijn bijzijn, We hebben
nu langzamerhand genoeg tijd verbeu
zeld".
De stemmen der gevangenen trilden
hoorbaar als zij op hun namen antwoord
gaven. Het gesprek over het bereden
escorte had hun angst weer doen toene
men, Zelfs zij die tot nog toe niet ver-
VOETBAL.
Wedstrijdprogramma Z.V.B.
Zaterdagcompetitie Walcheren: Arne-
muiden 1Serooskerke 1; Oostkapelle
1R.C.V. 2; R.C.S.S.erooslqerke 2;
R.C.V. 1Souburg 2; S.M.Z. 1Vlissin-
gen; Souburg 1Veere 1.
Adspiranten. SerooskerkeR.C.S.-B;
Zondag. Adspiranten. Eiland Boys
Vlissingen; R.C.S.-ADe Zeeuwen;
ZeelandiaMiddelburg
le kl. A: Hansw. BoysGoes 3; Dom
burgKruiningen;, Middelburg 3De
Zeeuwen 2; R.C.S. 2Vlissingen 3;
le kl, B: B.K.V.VHontenisse; Ter-
neuzen 3Oranje; R.I.A.Tern. Boys;
Corn. Boys 2Philippine 1.
le kl. C: S.C.D.Schoondijke; Hoofd
plaat 2Breskens 2; Oostburg 2Groe-
de; IJzendijke 2Biervliet 2;
Overgangski.; Vlissingen 4Walche
ren; Middelburg 4De Noormannen;
NieuwlandEiland Boys 2;
2e kl. A: CortgeneDe Zeeuwen 5;
E.M.M 2Elljcwoujtsdijk 1; Gojes 4
De Zeeuwen 4; Zeelandia 4RC.S. 3,
2e kl. B.: Philippine 2Terneuzen 4;
Axel 3Corn. Boys 3; Sluiskil 2Hon
tenisse 2.
2e kl. C.: Groede 2Schoondijke 2.
3e kl. A,: R.C.S. 4Domburg 2; Vlis
singen 5E.M.M. 3; Walcheren 2De
Zeeuwen 6; Walcheren 3Zeelandia 5.
ATHLETIEK.
Tijdens athletiekwedstrijden te Parijs
heeft de Belgische athleet Mostert het
wereldrecord op de driekwart mijl ver
beterd en gebracht op 3 min 4/10 sec.
Het oude record stond op naam van La-
doumiegue met 3 min 6/10 sec.
SCHAKEN.
DE SCHAAKLOOPBAAN VAN KERES
Door zijn partij tegen Capablanca re
mise te maken heeft, zooals reeds ge
meld, de 21-jarige Esthlander Keres den
sterk bezetten achtkamp in Oostenrijk
gewonnen.
Paul Keres is, als zoon van een kleer
maker, in 1916 te Parnu in Esthland ge
boren. Het lag in de bedoeling, dat Paul:
ook het vak van de naald en de schaar
zou kiezen, doch hoe geheel anders is
het geloopen. Thans, 21 jaar oud, is hijj
student in de wiskunde aan de universi
teit te Reval en een gevierd grootmees
ter.
Op zeer jongen leeftijd heeft Keres
het schaken geleerd. Zeer spoedig nam
hij een vooraanstaande positie in het
schaakleven van zijn land in. Hij is op
het oogenblik vice-voorzitter van den
Esthlandschen schaakbond (nauwelijks
meerderjarig) en redigeert het officieel
orgaan van deze organisatie. Toch is.
Keres geen eenzijdig type. Hij houdt
van voetbal, speelt tennis en pingpong,
en is een verwoed.... postzegelverza
melaar.
Aljechin's stijl'..
Van alle jongere spelers imponeert de
stijl van Keres het meest. De Esthlander
is vol ondernemingslust, heeft een uit
gesproken voorkeur voor gambieten,
ontwikkelt vrijwel altijd een aanvallend
spel. Geen wonder, dat zijn wijze van
spelen vaak met die van Aljechin verge
leken wordt. En ondanks zijn aanval
lend spel, verwaarloosd Keres de verde
diging niet, integendeel, hij is zeer taai
en moeilijk te verslaan. Theoretisch is:
hij uitstekend op de hoogte en hij heeft,
een speciale studie gemaakt van ope
ningsvarianten.
Keres' sportiviteit wordt alom ge
roemd. Hij neemt een verliespartij rustig
en kalm op, maar wee.... den verlie
zer. Immers, bij een volgende gelegen
heid speelt Keres tegen zijn overwin
naar altijd scherp op winst. Talrijke:
oordeeld waren, begonnen te geloovenv
dat zij in eens naar de galg zouden ge
bracht worden. Met hun bundeltjes goed!
aan hun voeten of onder hun arm dedem
zij denken aan een troepje landverhui
zers, die op een of andere onherbergzaam
strand waren geworpen.
Op een van de namen kwam geen
antwoord; het was van die van den jon
gen man met hoofd en hand in verband,,
die, te ver weg om te antwoorden, zwij
gend op zijn beenen stond te wankeleav,
blijkbaar op het punt van ineen te zak
ken. Een oogenblik liet de Litauer zijn
oogen op hem rusten doch hij ging daar
na haastig verder, alsof hij vreesde toe^
te geven aan een uiting van medelijden»
welke te zeer zou afsteken bij de rol,
die bij tot nog toe zoo onberispelijk bad
vervuld
Na de registratie der namen,, restte
nog de onderteekening van het stuk,
waarin verklaard werd, dat de gevan
genen waren overgenomen, Het moei
lijkste oogenblik moest nu komen. Met
een goedgeveinsde verstoordheid wierp'
de kapitein de pen op den grond, den'
gevangenisdirecteur een flink standje:
gevend, dat hij hem zulk een onbruik
baar ding had durven geven. In zijn ver
warring draaide deze veelgeplaagde
ambtenaar zich om ten einde zijn assi
stent daarvoor te berispen, maar deze
haastte zich de schuld op een der aan
wezige beambten le schuiven. Onder 'n
storm van verwijten en berispingen be
gon de uittocht der gevangenen uit het
kantoor. (Wordt vervolgd);