KRONIEK van den DAG. Onrechtmatig bezit BINNENLAND. ZEELAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 16 SEPTEMBER 1937. No. 218. DOODENDAGBOEK VAN HET VERKEER. Slapershil (Gr.) 1 doode. vergeten zou zijn, dat hij nu Oos-i straatwe£ bi, Slapershil, gem. Hoogkerk, tenrijk feil zou hebben voor de opoor- "f onverminderde vaart sterk naar DE RADIO-UITZENDING VAN DE TROONREDE. BEVOLKINGSDICHTHEID Amsterdam: 1 doode. LANDBOUW EN MAATSCHAPPIJ. De Ned, Herv. predikanten uit- genoodigd tot bijwoning eener veréadering van den Zeeuw- schen Agrarischen Bond, Het dagelijksch bestuur van den Zeeuwschen Agr. Bond, afdeeling' Zee land van den Nationalen Bond „Land bouw en Maatschappij", heeft alle Ned. Herv. predikanten in ons gewest uitge- noodigd tot het bijwonen eener verga dering op Zaterdag 25 Sept, in „De Prins van Oranje" te Goes, NEEM VOOR DE WASMACHINE ALLÉÉN „OVERVETTE RINSO"! cmecoette Mussolini en Hitler. Men schijnt in Engeland en Frankrijk te vreezen, dat de Duitschers zich bin nenkort, als Mussolini bij Hitier op bezoek komt, schadeloos zullen stel len voor de matiging, welke zij met het oog op de aanwezigheid der bui- tenlandsche diplomaten, te Neuren berg moesten betrachten. Volgens som- miger angstige voorstelling gaat de wereld daveren van de krijgshaftig heid welke dan gedemonstreerd zal worden. De beide dictatoren zouden het geplaagde menschdom nog eens wat willen laten zien: zooveel dat het een heele poos noodig zou hebben, om van zijn consternatie te bekomen. Men k,an als nuchtere Nederlander een glimlach moeilijk onderdrukken bij het lezen van zooveel fantasie. Uiter aard zullen de Führer en de Duce een ietwat luidruchtig, en soldatesk schouwspel bij hun ontmoeting ten bes te laten geven M.aar om de wereld den schrik op het lijf te jagen, daar voor is op 't oogenblik een beetje meer noodig. De wereld is zoozeer ge wend geraakt aan dit soort van schouw spelen en de redevoeringen en pol tie- ke verklaringen, waarvan ze vergezeld plegen te gaan, dat ze er koud noch Warm meer van wordt. Bij benadering valt nauwelijks te schatten, wat de beide dictatoren zouden moeten pres- teeren, om werkelijke consternatie te verwekken. Het is trouwens niet in te zien, waarvoor ze daartoe zooveel lust zouden hebben. In de Engelsche pers houdt men zich ook reeds bezig met de vraag, wat H t- ber en Mussolini wel allemaal zullen bespreken. Er is stof genoeg: de- Spaan - sche burgeroorlog, de Japansche expe ditie in China, met de anti-bolsjewis tische leuzen, de gemeenschappelijke pol tieke ondernemingen contra Frank rijk en Engeland, de toestand in Mid- den-Europ,a.Tja, Midden-Europa, en dan vooral: Oostenrijk. Een der En gelsche bladen heeft als zijn meening ten beste gegeven, dat de Duce spe ciaal naar zijn Duitschen collega gaat, om Oostenrijk te verkwanselen. De hulp, welke Duitschland aan Italië heeft verstrekt in het internationale politieke schaakspel om Spanje, zou betaald moeten worden met dat arme, geteis terde Oostenrijk. Dat lijkt ons een duren prijs. Toen een jaar of drie geleden de Oostenrijk- sche nazj's Dollfuss vermoordden en hun l.and bij het Derde Rijk schenen te zullen inlijven, trok Mussolini onmid dellijk een groote troepenmacht bij den Brenner samen. Het scheelde maar wei nig, of er was een Duitsch-Itaraansche ook niet, dat Duitschland, kreeg het Oostenrijk er bij, evenzeer uit anderen hoofde, een geduchte bedreiging voor Italië zou gaan worden: In Midden- en Zuid Oost Europa zijn en blijven de beide mogendheden mekaars mededin gers. Niemand heeft hier meer een uitbreiding van de Duitsche invloeds sfeer te vreezen dan Mussolini. Men zal zich het politieke tafereel van de ontmoeting der beide staatslie- dus naar alle waarschijnlijkheid voor oogen moeten stellen met uitsluiting v,an Oostenrijk. En men kan zich dan van de vriendschap der beide dictato ren een beeld vormen, dat een beetje afwijkt van wat nu eenmaal onder werkelijke vriendschap wordt verstaan. Wij hebben altijd het gevoel, dat Mus solini in zijn hart min of meer gering schattend over Hitier denkt, dat hij den Duitscher Füihrer op het stuk der buitenlandsche politiek een d lettant acht, die zijn (Mussol ni's) spel niet dóór heeft. Men verlieze nooit uit het oog, dat de politieke samenwerking tusschen Duitschland en Italië tot dus ver verweg de grootste winst voor Italië heeft opgeleverd. Tegenover, d* Italiaansche occupatie van Abessynië vermag Du tschland feitelijk alleen de verbreking van de boeien v,an Versail les te plaatsen. Zonder Italië's steun zou het zich echter ook aan die boeien ontworsteld hebben. Maar Mussolini kan moeilijk beweren, da! zijn Abes- sijtnsche avontuur goed ou zijn afge- loopen, ind en Engeland en Frankrijk geen rekening met Duitschland hadden moeten houden. En nu weer: als Fran co in Spanje overwint, is het Italië, dat daarbij de meeste zij spint. Men kan het dus zoo zien, dat de Duce listig van het optreden van Hit- Ier in Europa is 'gaan profiteeren; dat hij 't er op waagt, ten deze hoog spel te spelen, doch geenszins van plan is, om heeft hij zijn winst eenmaal bin nen zijn collega erg veel te gunnen. Temeer dringt zich deze onderstell'ng op, nademaal het nationaal-socialisme met zijn rassen-theorie voor de Itali anen al even bedenkelijk moet heeten als voor alle zuidelijke volkeren. De ,-Nor- dische" hoovaardij der Duitschers komt op de keper beschouwt ook het fas cisme te na. Het s trouwens nog niet i zoo heel lang geleden, dat er in de Italiaansche pers over dien ..Nordischen waanzin" heel smalend werd geschre ven. Gisteravond reed een groote bestel auto van de firma Van Doorn te Gro- oorlog ontbrand. Er zhn natuurlijk hee- geladen met stukgoederen, van le rare dingen mogelijk: maar dat Mus- j Grom£fn ,naar Leeuwarden. Plotseling solini die episode nu ineens heelcmaal zwenkte de -wa^elL °P den Fneschen tnnist'sche liefde van het nat <oc 1J,nks' ™ak.\e ee[s\ ?en 'U1S,t, Passeeren" Duitschland. neen, dat wil er bij ons den wielrijder, botste vervolgens tegen nog steeds niet in. Een inlijving van f.el} bo°m Z -°é A* "Vw"™ Oostenrijk bij Duitschland zou voor j fietser, de 24-,ange smidsknecht J. Wes- Italië nog veel bedenkelijker zijn dan terhof ult een overwinn'g der „communisten" in Spanje. Zuid-Tirol, dat Italië o.m. als oorlogsbuit toeviel, heeft nu eenmaal een Oostenrijksche, alias „Duitsche" bevolking, welke heel graag van de Italiaansche heerschappij bevrijd zou worden. Zoolang Oostenrijk kie n en zwak blijft als nu, hoeft Mussolini niets te vreezen. Maar als Hitier er kwam te gebieden Neen, het is o.i. ondenkbaar, dat Mussolini geneigd zou zijn, Oostenrijk te verkwanselen. Hij kan om poli tieke redenen een tijdlang doen als- l eegkerk, die van zijn werk te Aduard op weg naar huis was, werd verscheidene meters weggeslingerd. Door omwonenden, die kwamen toesnellen, werd hij na eenig zoeken in een sloot gevonden; hij bleek reeds overleden te zijn. De 24-jarige bestuurder van de be stelauto is De V, uit Groningen en een naast hem zittende vriend H. P. uit Zuid- horn, die voor plezier meereed, wisten zich, hoewel zwaar gewond, uit de ge heel vernielde en brandende cabine te werken. De V. kon nog mededeelen, dat er iets aan de stuurinrichting had geha perd, doch daarna verloor hij het be- of. In werkelijkheid moet de onafhan- wustzijn. De beide zwaar gewonden zijn kelijkheid van het kleine land hem nog s naar Eet academisch ziekenhuis te Gro even na aan het hart liggen als drie j vervoerd. De bestelauto is geheel jaar geleden. Men vergete tenslotte I verbrand. door DOROTHEA GERARD. 67). Ondanks zijn ongeduld waren be roepsbezigheden oorzaak, dat hij tot de laatkomers behoorde. Zij was niet in de zaal, maar zij was er wel geweest, gelijk hij weldra vernam, terwijl hij tevens hoorde van haar onverwacht vroegtijdig heengaan. De oplossing van dat raadsel lag voor de hand! Ze was zonder van iets af te weten op het bal verschenen, en was weer heengegaan zoodra zij op de hoogte was. Maar waarheen? Naar haar kamer, om in haar eentje te weenen? Het was 'n onderstelling, welke zijns in ziens echter niet strookte met haar ka rakter, Het leek hem veel aannemelij ker, dat zij een of andere wanhopige poging zou doen om het vonnis onge daan te maken. Hij moest, gevoelde hij, er achter komen, wat het ook mocht zijn. In het hotel, dat hij kort na haar be trad, ontving' hij de teleurstellende me- dedeeling, dat zij er een oogenblik was geweest, maar daarna weer was heen gegaan. Waarheen? De portier kon het hem niet zeggen. Hij had den koetsier geen adres hooren opgeven. Met ge fronste wenkbrauwen en opeengekne- pen lippen stond Klobinski een oogen blik na te denken. Haar volgen? Maar waarheen? Er waren zooveel adressen, waarheen zij zich kon begeven en als hij naar het eene ging', dan had zij zich misschien aan een ander vervoegd. Of misschien zou zij o ontzettende ge dachte. overtuigd van het hopelooze van een appèl, pogen nog voor de laat ste maal haar beminde te zien. Zou zij misschien nu in de Pawiak zijn, met goud zich een weg banend tot de cel van den ter dood veroordeelde? Bij die gedachte gevoelde hij zijn hart met ja- louzie vervuld. Het zou toch maar het verstandigst zijn om direct naar de Pa- wia te rijden. En misschien zou zij dan i) aar terugkeer juist zijn weg krui- s\nV V n,eenJ was toch wel de onge- schikste daad. Neen, het bleek uit alles, dat in het midden van die zee van onzekerheid het hotel het eenige vaste punt was, daar zij toch vroeg of laat daar ten 'slotte moest terugkeeren, „Ik zal haar wachten", zeide hij tot den portier, die rustig zijn orders had afgewacht, „maar", zeide hij, zich naar het restaurant begevend, „ge moet aan Panna Malkoff alleen zeggen, dat een heer haar wenscht te spreken, niets an ders. Begrepen?" ,,Ik heb het begrepen", zei de por tier met een onderdanigen blik naar de donkergroene uniform, welke hij in het diepst van zijn ziel verachtte, daar hij een Pool was en een broeder in Siberië had. In het restaurant gekomen, dat al bij- Zooals reeds eerder werd bekend ge maakt, zal de troonrede door H.M. de Koningin op Dinsdag 21 September uit te spreken bij gelegenheid van de ope ning van de Staten-Generaal, door mid del van den radio-omroep worden uit gezonden. Voor wat Nederland betreft, zal dit geschieden door de A.V.R.O. en de K.R.O., die verder aan de uitzending ieder een eigen reportage verbinden, aanvangende te 12.30 uur. Door de rijkszenders PCK op 16,3 m en PCV op 16,6 m golflengte zal de troonrede naar Indië worden uitgezon den, aangevuld met de A.V.R.O.-repor tage. VAN NEDERLAND. Blijkens de publicatie Bevolking en bevolkingsdichthe d der Nederlandsche gemeenten van het Centraal bureau vcor de statistiek bedroeg het aantal inwoners in 'Nederland op 1 Januari 1937 8,556,920 d.i. 260,3 per km2. Met betrekking tot de provincies bedroeg het aantal 'nw. per km2: Zuid-Holland 717,3 (dichtst bevolkt), Noord-Holland 553,2; Utrecht 337,7Limburg 270,5; Noord-Brabant 198,9; Groningen 180,7 Gelderland 179; Overijssel 165,9; Zee land 142,2; Friesland 125,6 en Drenthe 90,6 (dunst bevolkt). De bevolkingsdichtheid van Amster dam bedraagt 5220,6 per km2; van Rot terdam 5707,2; Den Haag 7355; Utrecht 7036,1; Gron ngen 4170,8; Haarlem 5432,3; Eindhoven 1626,5. De overige provinciale hoofdsteden, die een klei ner inwonertal dan 100,000 hebben, no- teeren per km2: Leeuwarden 3198,9; I Assen 356,3; Zwolle 2167,5; Arnhem 1283,4; Middelburg 1338,4; Den Bosch 2094,7; Maastricht 2066,9. De dichtst bevolkte gemeente van Nederland 's Schiedam met 7668,1 inw. per km2, hierop volgen Den Haag met 7355; Ut.recht met 7036,.1; Leiden met 6102; en Maassluis met 6045,9; de dunst bevolkte gemeente ia Schiermon nikoog met 5,2 inw. per km2, waarop volgen Vlieland met 9,6; Rozendaal (Gld.) met 14,3 en 's-Heer Abtskerke (Zld.) met 28,4. De bevolkingsdichtheid van Neder land 's de laatste eeuw geweldig toe- genotnen. Op 1 Januari 1830 had Ne derland per km2 nog slechts 80,2 inw. en thans 260,3. Bij beschouwing van de provincies blijkt, dat Zuid-Holtand en Noord-Holland, die in 1830 de groot ste dichtheid der bevolking aanwezen (Noord-Holland 166 en Zu d-Hollanö 158,1), dat ook thans nog doen. Utrecht steeg van 96,5 tot 337,7Limburg van 83,9 tot 270,5; Zeeland van 82,8 tot 142,2; Noord-Brabant van 68,3 tot 198,9; Groningen van 67,3 tot 180,7; Friesland van 62,7 tot 125,6; Gelderland van 61,1 tot 179; Overijssel van 53 tot 165,9 en Drenthe van 24 tot 90,6. De afstand, die de inwoners van el kaar zou scheiden, als de geheele Ne derlandsche bevolking gelijdelijk over ons land was verdeeld, zou in 1830 heb ben bedragen 120 m en thans 67 m. We kruipen dus aardig naar elkaar toe. De 37-jarige J. S. uit Zaandam is gis terochtend op den Oostzanerdijk te Am sterdam bij het per rijwiel oversteken van den weg door een auto uit Kromme nie overreden. Met een ernstige hersen schudding is hij naar het binnengasthuis vervoerd, waar hij na korten tijd na aan komst aldaar is overleden. Het bestuur doet dit, aldus de uitnoo- diging op de volgende gronden: „Naar de stellige overtuiging van het Bestuur is een der oorzaken van „de nood der Kerk" het feit, dat de diena ren der Kerk zich te weinig interessee ren voor althans te weinig op de hoogte zijn met de maatschappelijke toestanden, waarin hunne gemeentele den verkeeren. De verg'dering nu, waartoe Gij bij de zen zijt uitgenoodigd, is uitermate ge schikt U eenigsz'ns in te licditen over de oeconomische omstandigheden, waar in het platteland zich bevindt, zijnde Gij toch herders en leeraars ten plattelan- de of in steden, die (gelijk alle steden) geheel afhankelijk zijn van het platte land. Want het is met de plaats van den landbouw in de samenleving en de functie van den plattelander in de volks gemeenschap, dat „Landbouw en Maat schappij" zich bezighoudt. Daarom heeft deze organ satie ook bestaansrecht naast de bestaande landbouw-organisa- tie's, houdende deze laatste zich bezig met de technische oeconomische zijde van het landbouw-bedrijf en richtende deze zich op de bedrijfsvoering, waar Landbouw en Maatschappij zich richt op de sociaal-oeconomische zijde van het landbouwbedrijf en er (mede blijkens dit schrijven) voor ijvert om de publieke opinie zich te doen bezinnen op het ge wicht van den landbouw voor de maat schappij, Gij vraagt: Maar van welke levens beschouwing gaat Landbouw en Maat schappij uit? Onderg'eteekenden ant woorden: Wij respecteeren ieders gods dienstige overtuiging, maar godsdienst wordt verondersteld. H0t medehelpen aan de vorming van iemands levensbe schouwing is taak der Kerk. Maar eene levensbeschouwing wordt van de leden van L. en Ml verwacht, omdat wij uit gaan van een wereldbeschouwing, geliik die laatst eens met het volgende beeld geformuleerd is door onzen propagan dist, den heer J. de Lange: Dë samenleving vormt een organisch geheel. De raderen der verschillende bedrijfstakken moeten geruischloos en in een zelfde rythme in elkaar grijpen, opdat de geheele gemeenschap als een goed gesmeerde machine op haar best zal kunnen „draaien". Echter vraagt de Nationale Bond „Landbouw en Maat schappij" aandacht van alle leden der maatschappij voor het feit, dat de ra deren van industrie en handel door menschenhanden stopgezet en in bewe ging gebracht kunnen worden, terwijl het rad der primaire voortbrenging niet door menschenhanden kan worden be- heerscht. Want „Wij polegen en wij eggen, wij [zaaien op het land, Maar wasdom en g'edijen staat [in des Hoogsten hand". Daarom zullen de raderen van in dustrie en handel zich moeten aanpas sen aan het rythme van dat eerste rad in de samenlev ng dat niet door men schenhanden in beweging gebracht wordt, doch door den grooten Schepper aller dingen. Waar Landbouw en Maat schappij aldus eene wereldbeschouwing en maatschappijleer voorstaat, die van zijn leden eene levensbescho«wing eischt, in dewelke de groote Schepper aller dingen gekend moet worden, en waar Gij dienaars der Kerk zijt, die de menschheid omtrent dien Schepper moogt leeren en ook wilt leeren, daar meent de Nationale Bond Landbouw en Maatschappij terecht Uwe belangstel ling voor zijn streven te mogen vragen. Maar daar ig nog meer. Want „naast de plaats van den landbouw in de sa menleving' vraagt Landbouw en Maat schappij aandacht voor de functie van den plattelander in de volksgemeen schap" laast Gij hierboven Inderdaad. Landbouw en Maatschap pij aanschouwt de crisis der huidige cul tuur en de cultuurverwarring, waar onder deze wereld gebukt gaat. Naar zijne meening is de oorzaak dezer crisis het niet meer aanleggen der zedelijke maatstaven, die aan alle cultuur moeten worden aangelegd. De Cultuurwaardee- ring is verwaarloosd. Daarom zijn ook vele goede gevolgen van het aanleggen dier zedelijke maatstaven, die in een bepaalde volkscu tuur volksdeugden ge noemd mog'en worden, verloren gegaan, of bezig te verdwijnen. Landbouw en Maatschappij is van meening, dat het platteland deze goede oude waarden nog het meest bewaard heeft, omdat het platteland als het conservatieve deel van de volksgemeenschap nog het meest vastgehouden heeft aan de. zedelijke maatstaven, die een volk 'n den op bouw zijner cultuur heeft aan te leggen. Landbouw en Maatschappij ziet dus de na ledig was, had Klobinski een flesch wijn gesteld, in de eerste plaats oihdat het onvermijdelijk was iets te bestellen en hij zich niet hij machte gevoelde wat te eten. Voor hij de flesch half ledig had, wenschte hij zich geluk met zijn inval. Het bloed stroomde hem nu vlot ter door de aderen en de wijn bewerk te wonderen bij hem, gelijk hij altijd doet bij doorgaans matige drinkers, Als hij zijn gevoelens van het oog'enblik vergeleek met die van een half uur ge leden, herkende hij zichzelven haast niet. Die verkillende vrees, waarmede hij tegen de ontmoeting met Katya had opgezien, was vrijwel verdwenen. Hij gevoelde zelfvertrouwen, was bijna heldhaftig. Blijkbaar had hij een nieuwe kostelijke ontdekking gedaan, die van een onuitputtelijke bron van geest kracht," waaruit hij naar hartelust kon putten. Toen Katya's droschke voor het hotel stil hield, gevoelde hij zich to*t alles in staat. ,,Ja, dat ben ik!" zei hij, eenigszins waggelend opstaande. „Is u verbaasd?" Zij was dat meer dan zij zelve zeggen kon, niet alleen over den persoon van haar bezoeker doch ook over zijn uiter lijk. Zijn tahlg rg'elaat had een hooge kleur gekregen, zijn kleine, zwarte oogen keken haar zoo glazig aan, als zij nog nooit had gezien. Zelfs het' sluike haar was op bijna onherkenbare wijze in de war. In het eerste oogenblik bracht zij, uit onbekendheid met derge lijke verschijnselen, ze niet in verband Eindelijk een speciaal wasmiddel, waarbij nu eens terdege rekening is gehouden met de mogelijkheden, die de wasmachine biedt. De nieuwe Rinso lost on middellijk in lauw water op en geeft een overvloedig schuim, omdat zij ,,overvet" is. Bovendien bevat Rinso bijzonder werkzame bestanddelen, die het tijd rovende voorweken van de was overbodig maken. En het Rinso-sop, waarin U heeft gewassen, behoeft U niet weg te doen! Na hét witte goed kunt U achtereenvolgens nog het gekleurde goed, het flanel en het tricotgoed in hetzelfde Rinso- sop wassen voor slechts 1 2| ets. Lees slechts de eenvoudige gebruiksaanwijzing. Als U een wasmachine bezit, neem dan voortaan geen ongeschikte wasmiddelen meer, maar uitsluitend: SPECIAAL VOOR DE WASMACHINE met de flesschen, die op tafel stonden. „Ja, ik ben verbaasd, ik dacht, dat ge de advocaat waart". „De advocaat? Hi, hi!" (hoe afschu welijk klonk onder deze omstandighe den zijn gehinnik, veel luidruchtiger dan anders!) „De advocaat van hem, den verrader, die zijn verdiende loon heef! of op het punt staat te krijgen?" „Durft gij van verrader spreken?" barstte zij los, terwijl haar oogen met ongewonen g'lans in haar bleek gelaat schitterden. Als hij zich geen moed had ingedronken, zou hij haar blik nooit hebben kunnen trotseeren. Maar thans had hij de kracht snoevend te antwoor den: „Waarom niet? Ik durf alles; zelfs durf ik u vragen, waar u thans vandaan komt", „Het gaat u niets aan, waar ik van daan kom". „O, zoo! Nu, wij zullen eens zien! Waar ben je geweest, Katya, waar ben je geweest? Toch niet in de Pawiak?" Hij had een paar onvaste schreden in haar richting gedaan en stond nu zoo dicht bij haar,' dat zijn met wijngeur bezwangerden adem tot haar neus door drong en zij ineens den toestand be greep. -* „Goedenavond, P/an Klobinski", zei de ze kortaf. „Ik ga naar bed en zou u willen raden hetzelfde te doen". Zij ging naar de deur, maar dat was voor hem een aanleiding om al zijn krachten in te spannen. Tot haar ont (Ingez. Med.) steltenis ging hij voor haar staan, ver sperde haar den doortocht. „Neen, Katya.... neen! Ge gaat niet heen zonder eerst op mijn vraag te heb ben geantwoord. Waar ben je geweest? Bij je minnaar? Je trouweloozën min naar, die je versmaad heeft, den man, aan wiens voeten ik je in het woud heb zien kruipen? Zullen je kussen hem het sterven verlichten? Och, stakkerd, hpe zou hij ze verdiend hebben?" „Laat me door!" zei Katya, ijzig van stem en blik. „Wat? Nog altijd zoo trotsch en koud? En dat tegenover mij, Katya, mij, die je nooit heb aangedaan wat die man je heeft berokkend, die maanden, neen jaren je slaaf is geweest! Ah, wat zou ik niet hebben gedaan voor één dier kussen, die je aan hem hebt verspild!" Hij was zelf niet er op verdacht, dat hij dergelijke woorden zeide. Hij was niet hierheen gekomen om zijn ilefde te verklaren. Wanneer hij „volkomen bij zijn positieven ware geweest, zou hij het oogenblik daarvoor niet bij uitstek ge schikt geacht hebben. Maar wijn is wel een voortstuwende, doch geen verstan dige raadgever. De minachtende blik ken, de tril'ende neusvleugels, het ge zicht van blanke armen en van een blanken hals, welke uit den los om haar hangenden mantel te voorschijn kwa men, dat alles deed hem zijn bezinning verliezen. (Wordt vervolgdl.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1937 | | pagina 5