GOESCHE COURANT imm, W.9d€ PI6S3 NUMMER 200. TWEE BLADEN. DONDERDAG 26 AUGUSTUS 1937. EERSTE BLAD. 180e JAARGANG. DE EENE NATIONALE SCHOOL IN 'T EENE DORP. "fEERBERIMT. De Koningin komt Maandag 6 Sepfemiier naar Zeeland. MIDDELBURG. GOES. MIDDELBU RGSCHE COURANT Dagblad Voor Middelburg, Goes en agent- tsbap Vlissingen 2.30, elders 2.50 per kwartaal Week-abonn. in Middelburg en Goes 18 ct. p. w. Advertentiën 30 ct. per regel, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r. Bij contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr. Ma Uitgeefster: Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux: Lange Sint Pieterstraat te Middelburg. Telefoon: Redactie 269, Administratie 139 Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17. Aangesloten bij het Bureau voor Publiciteitswaarde der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers. Familieberichten en dankbetuigingen 1— F. regale 2.10, «lke r. m, 30 ct. Rubriek „Kleine Advertentiën", ten hoogste 6 regels, n 75 ct. bij vooruitbetaling Adv. mat! „Brieven" of „Bevragen bureau dezer cou« rant" 10 ct. extra Bewijsnommers 5 cessS-. De verdeelïng der scholen over 't platteland zij geen opgave van wiskundige evenredigheid! De school is een der samen bindende factoren eener hechte dorpsgemeenschap Geen af zondering meer: bouwen wij uit openbaar en bijzonder on- derwijis tezamen het eene na tionale onderwies. De heer H. D. Louwes te Ulrum schrijft ons: Op de vier verschillende openbare lagere en middelbare scholen, waar ik mocht leeren, heb ik nooit igts gemerkt van de „gruwelsprookjes", aie in som mige kringen over den geest van ons openbaar onderwijs de ronde doen Nooit heb ik meegemaakt, dat er kwet send gesproken werd over wat een an der heilig was, dat het gezag werd aangerand, dat er politiek in de school werd gehaald. En vele waardige leer meesters en leermeesteressen heb ik gehad, die naast het bijbrengen van kennis wisten op te voeden en voor te gaan. Met groot en niet beschaamd vertrouwen hebben mijn vrouw en ik onze kinderen aan de openbare scholen toevertrouwd. Meer dan ooit echter is fer thans aanleiding voor de vraag: Wachter, wat is er van den nacht? En ik durf het oude gewijde antwoord te geven: de morgenstond is aangebroken, maar het is nog nacht! Het is nog nacht, maar er is een belofte van een rijzend licht aan den oostertrans! Eerst de nacht, die nog heerscht! Nog altijd wordt ons lageronderwijs op het platteland getroffen door het leed der verdeeldheid en feller dan ooit wordt menige openbare school be- drefgd door de bepalingen der gewij zigde lager-onderwijswet van 1937. Het leed der verdeeldheid. Het is er verre van, dat ik eenig schampter of bitter woord zou willen richten tot eenig voorstander van het bijzonder onder wijs. Ik heb uit mijn jeugd nog de her innering aan den tijd, dat het bijzonder onderwijs door vele smalle beurzen werd bekostigd en door zeer schraal bezoldigde onderwijzers om des gewe tens wil werd gediend. En die geest van innerlijke noodzaak leeft nog in de bijzondere school in een kern voort. Ik heb daar groot respect voor. Met ver wijten komen wij bovendien ook nooit tot éénheid, alleen door elkaar te wil len begrijpen. In welken nacht verkeeren wij nu? In dien, welke zijn duisternis spreidt over de eenheid van het dorp. Er is in onzen tijd een veel sterker besef van de eenheid van ons volk groeiende. Men ziet de grenzen rond ons land; niet meer als voor b.v. 50 jaar de neig'ng was als willekeuri ge roode strepen op de kaart, maar men beseft, dat een volk als het onze door zijn geschiedenis en traditie iets eigens heeft, dat het tot een volk maakt. Men meent nu echter te veel, dat ons volk is opgebouwd uit acht milkoen Nederlanders, die alleen ter- wille van een doelmatig bestuur in pro vincies, gemeenten en dorpen zijn inge deeld, en ziet voorbij, dat deze begrip pen, de provincies, de gemeenten, de dorpen en buurtschappen hun eigen ka rakter en geschiedenis hebben; ouder dan de natie en de gewesten is het dorp, de buurtschap. En de Staat is te steviger gebouwd, rust op een hechte- ren grond indien de dorpen ook meer dan administratieve lichamen zijn, doch inderdaad nog iets van een gemeen schap beleven. Nu wordt door onze lager-onderwijs- politiek ten plattenlande over de steden spreek ik niet, omdat deze ge meenschap daar niet te vinden is deze dorpsgemeenschap, dit fundament van den Staat van twee kanten be dreigd: door de splitsing in openbaar en bijzonder onderwijs en door de drei gende concentratie der scholen. Wanneer ik die scholensplitsing be treur, dan spreek ik uit eigen, ervaring. Jaren en jaren nadat ik de school ver liet heb ik pas over de in de jeugd ge trokken scheidsmuren in het d,'orjpsle ven leeren heenzien eij ben ik gaan be seffen en beleven, dat de op de bijzon dere school opgevoede dorpsgenooten even gewone, respectabele en goedwil lende mede-dorpelingen waren als mijn eigen schoolkameraden van destijds, met wie men veel meer gemeenschappelijks dan verschillen had. Misschien heb ik die scheiding sterker gevoeld dan vel© an- S deren en zijn die anderen er gauwer over£ heen gekomen dan ik; ik vrees echter, dat er zeer en zeer velen zijn, die er nooit overheen komen. En daarom ver werp ik als blijvend een toestand, waar bij de kinderen van één volk, van één dorp niet op één school hun leertijd kunnen doormaken. De verdeeldheid over verschillende kerken hebben wij te erkennen zonder meer; nu kan men zeggen, dat kerk en school bijeen be- hooren en dat het vrij willekeurig is wel de verdeeldheid in het geloofsleven, niet bij het onderwijs te willen aanvaar den. Dit moge zoo zijn, ik aanvaard die gedachte niet! Voor mij zijn het gezin, het innerlijk leven en de kerk de plaat sen waar de mensch voor het leven wordt toegerust met die kracht, die hem bij den omgang met anderen het eigene niet doet verliezen, ook niet op de school met al de kinderen van het dorp. In de dreigende concentratie zie ik het gevaar, dat men de verdeeling1 der scholen over het platteland gaat zien als een opgave van wiskundige evenredig heid en verder uit een oogpunt van zoo doelmatig mogelijke bedrijfsvoering. Men wil met zoo weinig mogelijk geld en leerkrachten toe. Ik ontken noch de noodzaak, noch het prijzenswaardige van een zuinig en doeltreffend schoo'beheer. Maar men dreigt één niet in geld uit te drukken factor te vergeten: het g'evaar, dat men door opheffing van een school van een dorp of een buurtschap maakt een hoopje huizen of boerderijen, waar aan de kern is ontvallen: de school, het ééne samenbindende opvoedingscentrum En zoo helpt de cijferende St, Bureaucra- tius hier met de vele andere ontbinden de factoren de hechte dorpsgemeenschap één der fundamenten van den Staat, verder ondergraven, Er zijn meer geva ren: de onderwijzers komen veel verder af te staan van de gezinnen, waaruit hun kinderen voortkomen. En dan het ellen digste gevaar: bij den strijd voor het behoud van een school wordt zoo licht naar dwangmaatregelen uit het economi sche leven gegrepen; het verhuren van woningen, het winnen van arbeiders, het vestigen van ambachten wordt in den schoolstrijd gemengd en feller dan ooit dreig't de schoolstrijd een broodstrijd te worden. En toch sprak ik van den morgen stond, die zou aanbreken, van het licht, dat op dezen nacht zal volgen. Van waar komt het licht? Van twee kanten: het feit, dat in de diepste diepten de oor zaken, die tot splitsing der scholen heb ben geleid, beginnen weg te zinken en ten tweede: de groeiende ontevreden heid met wat nu is. Als ik de meening uit, dat de oorza ken, die tot de scholensplitsing hebben geleid beginnen weg te zinken, dan denk ik aan een omgeving als de mijne, waar die splitsing zich binnen een in het al gemeen protestantsch gezinde bevolking' voltrok en schakel ik de Katholieken uit, omdat bij hen van een kentering nog allerminst sprake is. Het gaat dus o,m ons protestantsche volksdeel. Welke oorzaken leidden tot de scho lensplitsing? Vooral twee: de sterke herleving van het calvinistisch bewust zijn o.a. na de afscheiding van ds. De Cock hier te Ulrum in 1834 aan deze zijde en aan den anderen kant het ge loof bij velen ook bij de overheid dat de toekomst was aan de weten schap, de verlichting en de vooruitgang en dat voor dit licht de godsdienst en zeker die der vaak in verlicht wan begrip voor „drijvers" gescholden cal vinisten zou terugwijken. Sterke cal vinistische bewustwording aan de eene zijde, hartstochtelijk geloof in de rede en in den mensch aan den anderen kant en bij dat alles een overheid, die dit soms of niet begreep of een leeg neu traliteitsbegrip huldigde. Maar nu lig gen al deze dingen reeds weer geheel anders. In onze gereformeerd. ~r- thodox-protestantsche 1 iwolkingsgroe- pen leven aller'i. vraagstukken, die bij allen uite lijken schijn van het tegen deel dc strenge afgescheidenheid de zer groepen meer en meer opheffen. En aan de i anderen kant is het geloof in het hïl der verwachte uiteindelijke overhversching van het verstand en het onge! of ten aanzien van de toekomst van^ ;en godsdienst verloren gegaan. Anti godsdienstigheid is er weinig meer, verlc igen naar de levenszekerheden, die l et geloof kan geven is velerwegen te bc peuren. Zoo is er, naar mijn over- tuigii g, op ons protestantsche platte land peen in de geestesgesteldheid var, het vo! wortelcnce oorzaak meer om In N ord-Groningen. Red. M.C. Kracht voor de strijdenden, Moed voor de lijdenden, Troost voor de dervenden, Hoop voor de stervenden! de verdeeldheid van ons lager onder wijs verder nog in stand te houden, al vlei ik mij allerminst tnet de hoop, dat dit inzicht reeds gemeengoed is gewor den. Maar in mij leeft het stellig ver trouwen, dat, als men de kerkelijke en politieke belangen bij het onderwijs be trokken en het verleden met zijn gesla gen wonden maar kon Vergeten, er op dit oogenblik reeds op ons platteland lager onderwijs zou zijn te geven in zoo- danigen geest, dat de overgroote meer derheid der ouders er hun kinderen met voile gerustheid aan zouden willen overgeven. En tot hen, die ook nu nog de gescheidenheid van ons lager onder wijs willen handhaven zou ik willen zeggen: in een tijd, dat de groote en on vergankelijke levenswaarheden van het Christendom door velen als voorbijge- gaand en schadelijk van uitwerking wer den gezien, hebt gij den moed en de kracht gehad ze onbewimpeld naar Uw inzicht te handhaven en U daarom afge- zondrd? Nu er een algeheele hunkering is naar die levenswaarden, moet gij U voorbereiden uit Uw afzondering te tre den om als een zuurdeesem in het brood ons geheele onderwijs te helpen plaat sen in het licht van ik durf het te zeggen, ondanks alle critiek over dezen term uitgestort het Christendom bo ven verdeeldheid v,an geloof. Als Christus U meer is dan Uwe Kerk, doe het dan en zoek met ons de wegen, waarlangs wij moeten gaan, opdat bij de opvoeding tot de christelijke en maat schappelijke deugden niet duizende kin deren opgroeien en nu denk ik vooral ook aan de steden buiten eenige aan raking met Christus zelve. En daarvoor zijt gij mede verantwoordelijk, omdat gij U afzondert met wat in het volle volks leven behoort. Als ik het nog eens mag zeggen: de geestesgesteldheid van ons protestant sche volksdeel in het algemeen, op het platteland in het bijzonder, wordt rijp om uit het openbaar onderwijs aan de eene en het bijzondere onderwijs aan de andere zijde op te bouwen het eensge zinde, nationale onderwijs, dat op één school alle kinderen van het dorp ver zamelt en opvoedt tot saamhoorigheid en gemeenschapsgevoel, die allen om vatten. De ontevredenheid met wat is groeit! Er gaat een*verlangen naar saamhoorig heid, naar éénheid en vastheid door de menschheid, ook door ons volk. Wil men niet de door den Staat opgebouwde een heid, die wij elders zien, laat ons dan zorgen niet meer verdeeldheid in stand te houden, dan noodig is. Het leven staat nooit stil en wij staan voor de keuze: verder met de verdeeldheid van ons onderwijs en ons geheele volksleven of terug. Of de Nederlandsche man of vrouw van de wieg af tot het graf op sluiten binnen den engen kring der g/eestvepwanten: eigen school, eigen vakorganisatie, eigen radio, eigen groe ne kruis, eigen reisvereeniging, eigen jeugdherberg enz. of weer samen doen wat maar immer kan. En als men wil samenwerken, moet men in de jeugd be ginnen: op ééne, nationale dorpsschool. Doet men dat niet, maar blijft men de meest consequente splitsing van ons volk als ideaal zien, dan is er de kans, dat dit niet zal leiden tot een rustig en sterk volk, maar tot de opgelegde een heid, die in den totalen staat haar uit druk,', mg vindt. In 1. sprak onze Minister-Presi dent, de hvvt Colijn, tot padvinders; hij zeide toen, o 4 hij als een der belang rijkste momente: van de padvinderij on derstreepte, dat rij de samenwerking tusschen jongens u 1 verschillende le venskring bevorder', en dit- een voor recht achtte, omdat "'j alle gescheiden heid, die er op maatsc appelijk en gees telijk gebied bestaat, tc- h ook moet uit komen, dat wij één volk zijn. Gulden woorden, inde: laad! Maar de consequentie dezer woo; len is naar mijn gevoel: begin bij de ne, nationale dorpsschool. Alleen daarc groeit de werkelijke volkseenheid. Westpolder, Ulrum, 26 1 ug. 1937. Het Prinselijk echtpaar. N,aar wij vernemen zal het Prinselijk paar a.s. Vrijdag ten paleize Soestdijk terugkeeren. In verhand met den verjaardag van H. M, de Koningin zullen de Prins en de Prinses a s. Maandag wederom n;aar het Loo vertrekken om daar nog on geveer een week te verblijven. DE SECRETARIS-GENERAAL VAN HET DEPARTEMENT VAN DEFENSIE GAAT HEEN. De secretaris-generaal van het depar tement van defensie, de heer C. P. van Ginkel heeft, na 48 dienstjaren, tegen 1 October a.s. zijn eervol ontslag als zoo danig aangevraagd. Omtrent zijn opvolger zal dezer da gen worden beslist. De heer Van Ginkel werd 13 Juli 1869 te 's-Gravenhage geboren. Na de H. B. S. en vervolgens de militaire school in Haarlem te hebben bezocht, werd de heer Van Ginkel in 1892 benoemd tot tweede luitenant, w,aarna hij van 1898 tot 1908 werkzaam werd gesteld aan de Kon. Mil. acadenfle te Breda. Als kapitein werd hij in 1910 adjudant van den inspecteur van het militair on derwijs, welke functie hij in 1914 ver wisselde met die van adjudant van den territoriaal bevelhebber in Overijssel. Verder werd de heer Van Ginkel be last met de bewaking van het internee- ringskamp te Zeist en werd hij hoofd van het bureau voor het verleenen van eco nomische verloven aan dienstplichtigen. In 1917 verliet hij den militairen dienst als majoor, waarna hij werd be noemd tot referendaris bij het toenmali ge departement van oorlog. In 1923 werd de heer Van Ginkel bevorderd tot administrateur, hoofd van de afdeeling personeel, terwijl hij sedert 1933 werk zaam is als secretaris-generaal van het departement van defensie. DE BAKKERS VRAGEN OPHEFFING DER OMZETBELASTING. De Nederlandsche bond van Prot. Chr. werkgevers in de voedingsbedrij ven, de bond van Christelijke bakkers- patroons in Nederland, de Nederland sche Christelijke b,anketbakkersbond en de Nederlandsche centrale bond van Christelijke arbeiders in de voedings bedrijven hebben zich met adressen ge wend tot de min sters van economische zaken en financiën, waarin wordt aan gedrongen op opheffing, c.q. geleidelij ke afschaffing der omzetbelasting op bakkers- en banketbakkersproducten, alsmede verdere verlaging der mono- polieheff ngen op tarwe. DE EINDHOVENSCHE MELK- STAKING OPGEHEVEN. De Eindhovensche huismoeders heb ben hedenochtend weer hun gewone melkleveranciers aan de deur gehad en thans zonder politiegeleide, aangezien de stak ng bij de beide coöperatieve melkinrichtingen St. Petrus en St. Jo seph in de vroegte was opgeheven. Tot in den n.acht hadden de bestu ren der beide melkinrichtingen onder le'ding van den rijksbemiddelaar mr. T. J. Verschuur met het hoofdbestuui van den Nederlandschen R.K. trans portarbeidersbond St. Bonifacius te Eindhoven vergaderd, waarbij men ten slotte met erkenning van aan beide zij den gemaakte fouten tot het volgende accoord kwam: „Donderdagmorgen 26 Augustus zul len alle arbeiders, die op Maandag 23 Augustus om vijf uur namiddag bij dc coöperat'eve melkinrichtingen in dienst waren en tot staking zijn overgegaan onmiddellijk weer in dienst worden ge nomen, onder voorwaarden op dat tijd stip geldende" (dus een loonkorting van 10 pet. bij een melkprijs van 9 cent). Op Vrijdag 3 September zullen de besturen van de melkinrichtingen en van den transportarbe'dersbond onder handelingen beginnen over een collec tieve iarbeidsovereenkomst. Bij deze bespreking zal ook de kwestie van de 5 pet. loonsverhooging worden behan deld en tevens worden nagegaan of deze alsnog zal worden toegepast met terugwerkende kracht tot 15 Augustus- n. Hedenochtend om zes uur zijn de stakers daarop samengekomen in het gebouw van den R.K. Volksbond. Met algemeene stemmen werd besloten het accoord te aanvaarden. Dadelijk daarop hebben de venters zich wederom bij de melk!nrichtiligen aangemeld en zijn zij met hun wagens uitgereden. Si A Verwachting tot morgenavond: DE BILT: Meest zwakke N. tot O. wind, gedeeltelijk bewolkt, mogelijk tij delijk lichte regen met kans op onweer, weinig verandering in temperatuur. UKKEL: Lichte tot matige N, tot N.O. wind, afwisselend zwaar bewolkte en heldere hemel, plaatselijk onweer, ma tige temperatuur met een nachtelijk mi nimum van ongeveer 12 gr. Morgen vrij schoon weer, tijdelijk be wolkt met opklaringen, plaatselijk re genbuien, matige temperatuur, Do. 26 Aug, Zon op: 5 h 01; onder: 20 h 01. Licht op: 20 h 31. Maan op: 22 h 22; onder: 11 h 40. L.K. 29 Aug. Hoog- en Laagwater te Vlissingen: Augustus. Hoogwater. Laagwater. 4.47 17.00 11.13 23.47 5.27 17.42 11.53 24.31 6.12 18.30 12.37 Laagwater te Wemeldinge: Augustus. Hoogwater. Laagwater. 26 6.41 18.57 12.21 24.45 27 7.20 19.36 13.01 28 8.03 20.21 1.27 13.45 Do. Vr. Za. Hoog- Do. Vr. Za. 26 27 28 en Westkapelle is 28 min. en Domburg 23 min. vroeger; Veere 38 min. later (S springtij). Naar wij uit goede bron vernemen, lig't het in het Voornemen van H, M, de Koningin op Maandag 6 Sep tember a.s. des morgens een bezoek te brengen aan de Landbouw- en Mid- denstandstentoonstellng te Hulst en in den middag van' dien dag te Middel burg het monument ter nagedachtenis van H, M. de Koningin-Moeder te ont hullen. Denzelfden middag vertrekt H. M, weder uit Zeeland. De heer J. Voorhans alhier is be noemd tot tijdelijk hulpcommies bij de invoerechten en accijnzen ter stand plaats St. Geertru'd. DE 25STE RINGRIJDERÏJ VAN VREEMDELINGENVERKEER. Doordat nog een paar der aanvanke lijk aangemelde personen verhinderd waren, kwamen van morgen 36 ringrij- ders aan in de Abdij en kon de strijd op de twee banen begonnen worden met ieder 18 rijders, waardoor de kans op verhooging van het aantal „ommekee- ren" groot werd. Gedurende de morgenuren was het nog vrij rustig, al kwamen toch reeds verschillende vreemdelingen het folklo- risch feest gadeslaan. Tegen half twaalf werden de paarden op hun „toilet" ge keurd en uitgemaakt door een dames jury welk dier het mooist was opgetuigd. Medevoerende de reeds in eigendom zijnde wisselbekers, reden te een uur de rijders in optocht naar de Markt en door Noordstraat en Wagenaarstraat te rug naar de Abdij, waar toen de strijd werd voortgezet. Intusschen was het in de stad weer druk met Vreemdelingen, die per ex- tratrein, bussen, touringcars, auto's, waaronder uit verschillende landen tot uit Turkije toe of per rijwiel naar on ze stad waren opgetrokken. Muziek op het Molenwater, Met een enkel woord herinneren wij er aan, dat de verleden week uitgestel de uitvoering van „Oefening n,a den Arbeid" thans morgenavond bij gunstig weer op het Molenwater zal plaats hebben. Wielrijders opgepast. Wederom staat een rijw'el op het politiebureau, dat onbeheerd werd aan getroffen en wij waarschuwen daarom nog eens tegen het zoo maar neerzetten van de karretjes. Tevens maken wij melding van het opmaken van procesverbaal tegen een wielrijder, die op gevaarlijke wijze een ladder vervoerde. Festival „Euphonia". Naar wij vernemen, zal het festival van „Euphonia" ter gelegenheid van het halve eeuwfeest, op 18 Sept. plaats vin den.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1937 | | pagina 1