BINNENLAND.
ZEELAN0.
De jamboree.
MIDDELBURG.
(Jit de Middelburgsche Courant
van vttr vijftig jaar.
VLISSINGEN.
WALCHEREN.
via de banken geld op prolongatie uit
zetten, nauwelijks meer lucratief is hier
mede door te gaan.
Het groote feit van de markt was na
tuurlijk de aangekondigde samensmel
ting van Lever Bros met Unilever Ltd.,
terwijl deze laatste haar bezittingen bui
ten het Britsche Rijk zal overdragen aan
de Unilever N.V., welke daardoor nieu
we interessen verwerven in de Vereenig-
de Staten, Frankrijk, België en Neder
land. Hiertegenover draagt de Unilever
N.V. haar Britsche belangen over aan
de Unilever Ltd. Aldus wordt aan de
Engelsche maatschappij het Britsche Rijk
en aan de Hollandsche Mij. alle overige
gebieden als terrein harer werkzaamhe
den gereserveerd. De eerste indruk is,
dat in de positie van aandeelhouders
van Unilever N.V. weinig verandering
zal komen. Zoo noodig komen wij hierop
nog terug.
Tot slot laten wij onderstaand koers-
staatje volgen.
U. Steel 85—88.
Anaconda 4144.
Deli Bat. 242—255.
Deli Mij. 332—334.
Senembah 339346.
H.V.A. 528—552.
Amst. Bank 155156.
Ned. Bank 167—172.
Philips 349365.
Kon. Petroleum 420426.
Prins Bernhard bezoekt het In
dische kampement.
Zooals reeds gemeld is Prins Bern
hard gisterochtend tegen 9 uur geheel
onverwacht in het jamboree-kamp aan
gekomen.
Vergezeld van Prins Gustaaf Adolf
van Zweden en van generaal Behrens
heeft de Prins daarna, gedeeltelijk per
auto, gedeeltelijk per voet, een rond
gang over het terrein gemaakt ter be
zichtiging van de kampen.
Ook het Indische kampement werd
hierbij met een bezoek vereerd.
Het hooge gezelschap werd hier aan
de poort ontvangen door den hoofdcom
missaris voor Indië, G. J. Ranneft, die
de verontschuldiging aanbood, dat het
contingent, dat druk aan den arbeid
was, niet in tenue kon verschijnen,
waarop de Prins lachend antwoordde,
dat het juist de bedoeling was, de jon
gens aan het werk te zien.
Met groote belangstelling heeft de
Prins vervolgens het kamp bezichtigd,
waarbij vooral de constructie van de
pendoppo zijn bijzondere aandacht had.
De Prins kon bijna niet geiooven, dat
dit prachtig bouwwerk door de Indische
padvinders zelf vervaardigd was.
Ook de expositie in de pendoppo en
de fraaie door de K.P.M. beschikbaar
gestelde panorama's werden in oogen-
schouw genomen, en de Prins liet zich
uitvoerig inlichten over de tentoonge
stelde door de Indiërs gebruikte voor
werpen.
Toen de Prins vernam, dat zoo juist
de kisten met Chineesch vuurwerk, dat
het contingent dien avond bij zijn licht
spel in de arena zou gebruiken, waren
aangekomen, toonde hij zich hiernaar
zeer nieuwsgierig, waarop de heer Ran
neft onmiddellijk |teen der kisten liet
openbreken), teneinde het vuurwelrk
voor den Prins te demonstreeren.
Een oogenblik was men beducht, om
dat de Prins een pijp in zijn mond had,
maar lachend wéerde Z. K. H. deze
vreesi af.
En daar begon het geknetter- van- de
trossen rotjes, de z.g. „rentengans", ter
wijl de Prins het schouwspel met vol
doening gadesloeg.
Tenslotte heeft de Prins zijn handtee-
kening gezet in het gastenboek, waarbij
Z. K. H. door Prins Gustaaf Adolf werd
gefotografeerd.
De Prins nam hiervoor echter revan
che door een foto te nemen van den
Zweedschen Prins toen deze zijn hand-
teekening schreef.
Als een aardige bijzonderheid verna
men we nog het volgende:
Toen de heer Ranneft den Prins
vroeg zijn handteekening boven die van
Lord Baden Powell te zetten, antwoord
de de Prins laconiek: „neen, hier kom
ik na den chief" en hij plaatste den naam
Bernhard onder de handteekening van
den chief scout.
Op zijn verderen rondgang bracht
Prins Bernhard ook nog een bezoek aan
het kamp van zijn begeleider, waar hij
eveneens op een stuk leer zijn handtee
kening zette.
Défilé van de padvindsters
Het Nederlandsche padvindstersgilde
heeft gistermiddag in de arena voor de
chief guide, lady Baden Powell gedefi
nieerd.
De presidente, mevr. E. van den
BoschDe Jong, heeft daarbij de pad
vindsters van Nederland toegesproken.
Zij zeide o.a. dat de chief-guide lady Ba
den Powell enkele woorden tot de pad
vindsters zou richten en uit haar han
den zou men de wereldvlag mogen ont
vangen, die in de komende maanden
langs al de afdeelingen zal trekken, op
dat ook zij, die door vacantie of andere
omstandigheden hier niet aanwezig kon-
den zijn, doordrongen worden van die
eene betooverende gedachte: broeder
schap, welke de padvindsters hier te
midden van al die gezichten, zwarte en
bruine en blanke van onze broeder pad
vinders zoo sterk beleven.
„Lady Baden Powell zal de vlag, al
dus de presidente, die door de afdeeling
V 1 i s s i n g e n gemaakt werd ook aan
de afdeeling Vlissingen uitreiken, om
dat van haar afdeelingslid, tevens ons
h. b.-lid, mevrouw BrandGroeneveld,
d^ze gedachte is uitgegaan
Hierna sprak de chief-guide, waarna
mevr. Van den Bosch vervolgens na de
overreiking van de vlag en de oorkonde
o.a. zeide: „In de oorkonde door één
van onze p. v.'s gemaakt, staat geschre
ven:
Den zesden Augustus van het jambo
reejaar 1937, begon onze wereldvlag
haar pelgrimstocht door Nederland, om
in de taal van haar symbolen aan elke
padvindster de boodschap te brengen
van de groote zusterschap waartoe wij
allen behooren, en die van ons vraagt,
om over alle verschillen en grenzen
heen, elkander te begrijpen en harte
lijk lief te hebben. Opdat eenmaal de
vrede in haar volle heerlijkheid in on
ze wereld en in de harten van alle men-
schen zal binnentrekken.
Moge onze trekkende vlag deze
boodschap dragen door heel Nederland
en over haar grenzen.
Three Cheers voor onze wereldbond
en zijn vertegenwoordigster, onze we
reld-chief guide Lady Baden Powell."
Kranslegging door de Finsche
padvinders.
Gistermiddag is door de Finsche pad
vinders een krans gelegd aan den voet
van het standbeeld van Willem den
Zwijger, dat op het Plein te Den Haag
is opgericht.
Een zeventigtal padvinders stond in
twee rijen voor het standbeeld ge
schaard en luisterde naar de woorden
van den Finschen chief-scout, dr. Sven
Donner, die in het Duitsch tot zijn jon
gens zeide, dat Holland, evenals Fin
land, voor zijn vrijheid gevochten heeft.
Daarom kwamen de Finsche vrienden
van Nederland hier, om den bevrijder te
eeren.
Met den grootsten eerbied voor de
nagedachtenis van Willem den Zwij
ger, leggen wij, aldus zeide dr. Donner,
hier een krans neer.
Daarna richtte de chief-scout zich
nog in het Finsch tot zijn landgenooten,
om hen op de beteekenis van deze
plechtigheid te wijzen.
Na de korte plechtigheid op het Plein
gingen de Buitenlandsche padvinders in
drie autobussen een rondrit door Den
Haag en omgeving maken, welke hen
door de Finsch-Nederlandsche vereeni-
ging was aangeboden. Tenslotte ver-
eenigde men zich weer op de Finsche le
gatie, waar de zaakgelastigde een the
aanbood.
Een lichtspel van het Indische
contingent.
Gisteravond heeft het Indische con
tingent op de jamboree een lichtspel op
gevoerd, dat door duizenden toeschou
wers werd bijgewoopd.
Op de eeretribune waren aanwezig,
hoofdverkenner staatsraad Rambonnet,
de ministers Slotemaker de Bruine en
Weiter en Prins Gustaaf Adolf van
Zweden.
De wachtenden werden reeds eenigen
tijd in de Indische sfeer ingewijd door
de uit de luidsprekers opklinkende ga-
melan-muziek.
Om tien uur des avonds nam het spel
een aanvang. Het stuk was genaamd
„De vijf geschenken aan den Sultan" en
het speelde in 1637.
De korte inhoud ervan komt op het
volgende neer:
De sultan van Modjopait (op Java)
ontvangt ter gelegenheid van zijn ver
jaardag de gelukwenschen van zijn eigen
volk en van de vorsten der omliggende
landen. Alle afgezanten, bieden hem een
geschenk aan, dat een karaktereigen
schap van waar levensgeluk symboli
seert en geven een daarbij passende de
monstratie van hun eigen volksgebrui
ken. De gezant der Molukken biedt hem
pijl en boog aan, symbool van kracht,
terwijl zijn krijgslieden de eeuwenoude
tjakalele, een krijgsdans vertoonen. De
edelen van zijn eigen volk bieden hem
een kostbare kris aan, een symbool van
ridderlijkheid, en vertoonen daarbij een'
van die kostelijke oude wajangdansen,
waarom de Javaansche cultuur wereld
beroemd is. De gezant van China biedt
een sieraad aan in den vorm van de be-
dende pijlpunt, waarmede de Chineezen
vijfduizend jaar geleden de Noordpunt
in het kompas aangaven. Dit geschenk
symboliseert doelbewustheid. Het ge
volg vertoont het vijftig eeuwen oude
spel van den draak. De draak, de god
die regeert over water en lucht, wordt
in dit spel vertoond als een uiting van
groote vreugde, onder het knallen van
„rentengans" zooals gebruikelijk in Chi
na en ook op Java. De gezant van de
Nederlanden biedt een Jacobsstaf aan.
symbool van eenvoud: zijn musketiers
vertoonen eenige excercitiën. Tenslotte
komt het Arabisch gezantschap. Het
biedt geen stoffelijk huldeblijk, doch
opent voor hem, na een plechtigen groet
in het Arabisch, op wonderbaarlijke
wijze het jaar 1937. De bevolking der
aarde heeft zich vertienvoudigd, en de
jeugd van alle volken treedt op om zich
te vereenigen onder het teeken van we
reldbroederschap: de broederhand.
De Sultan met zijn geheele gevolg
sluit zich daarbij aan, en trekt op om
den chief scout van de geheele wereld
te huldigen namens de jeugd van Ne-
derlandsch-Indië.
Tafereel vier werd verzorgd door de
Hilfertheimgroep te Hilversum, de man-
gokwame groep te Baarn en de Erca-
groep te Bussum.
De opmarsch in tafereel 5 werd ver
zorgd door padvinders uit alle landen.
In de groote arena was een gedeelte
der eeretribune door schijnwerpers ver
licht, dat aan de achterzijde werd afge
scheiden door palen met wimpels. Het
geheel bood een fantastisch schouw
spel, dat werd ingezet met den intocht
van den vorst met zijn gevolg, waarna
het boven omschreven programma werd
afgewerkt, waarbij de spelers op uit
muntende wijze de hun toegewezen rol
vertolkten.
Vooral indrukwekkend was het ver
toonen van den grooten dr,aak, waarbij
het Chineesche vuurwerk werd ontsto
ken, dat veel lawaai en veel rook gaf.
De draak sprong echter onversaagd tus-
schen het geknetter en de rookkolom
men heen, maar toen waren dan ook
alle geesten verdwenen.
Na het aanbieden van de verschillen
de geschenken, hetgeen met schitterend
ceremonieel gepaard ging, werden de
vlaggen der verschillende naties als
symbool van de internationale broeder
schap binnen gedr,agen, waarvan de dra
gers zich rondom de ontvangstplaats
opstelden. De sultan verhief zich hier
op van zijn zetel en schreed vol waar
digheid naar de eeretr'bune. Daar sprak
de hoofdcommissaris voor Indië, de
heer Ranneft ,als volgt:
„Zooals het spel getoond heeft, is de
kris een van de meest edele geschenken,
welke men kan geven. Hij is een vorst
waardig en daarom is het, dat de In
dische padvinders hebben gemeend een
kris te moeten aanbieden aan den chief,
dien zij beschouwen ,als een ongekroon-
den koning. Deze kris, waarvan het
staal 200 jaar is, werd geschonken door
iemand uit Solo, terwijl alle padvinders
uit Indië aan de verdere bewerk'ng heb
ben bijgedragen met een cent per man.
Namens den chief-scout, die niet aan
wezig kon zijn, dankte de hoofdverken
ner Rambonnet voor 't geschenk en den
Indischen padvinders voor de gevoelens,
welke zij dezen avond voor den chief-
scout op zoo schitterende wijze tot ui
ting hebben gebracht,
DE VERDEELING VAN HET
VOLKSVERMOGEN IN ONS LAND.
Opmerkelijke verschuivingen
tusschen provinciën en ge
meenten.
Men schrijft aan de N. R. C.:
Bij het gecompliceerde karakter van
onze huidige samenleving bestaat er
slechts een beperkt verband tusschen de
plaats, waar de bezitters van de indivi-
dueele vermogens zijn gedomicilieerd en
de plaats, waar deze kapitalen in feite
zijn geïnvesteerd. Slechts bij klein grond
bezit, gering huizenbezit, kleinere fa
brieken in persoonlijk of familie-eigen-
dom en dergelijke vallen domicilie van
vermogen en vermogensbezitter samen.
Bij grootgrondbezit is het veelal reeds
anders, maar heel duidelijk vallen deze
plaatsen uiteen bij effectenbezit, en dan
het sterkst natuurlijk bij belegging in In
dische of buitenlandsche fondsen.
Niettemin is er wetmatigheid in de
verdeeling van de vermogens over de
groote, middelgroote en kleinere ge
meenten, zooals er ook een duidelijke
wetmatigheid valt waar te nemen in de
wijze, waarop de oeconomische depres
sie deze verdeeling heeft aangetast.
De verdeeling over de ge
meenten.
Relatief wonen in de middelgroote ge
meenten, met een inwonertal van 20 tot
100 duizend, de minste vermogenden.
In de grootste steden, met méér dan
100 duizend zielen, is hun aantal iets
grooter, maar in de kleinere gemeenten
en vooral in de allerkleinste, met min
der dan 2000 zielen, is hun aantal rela
tief het grootst. De crisis, die het aan
tal vermogenden over de geheele linie
heeft doen dalen, heeft nu merkwaar
digerwijze dit beeld wel intact gelaten,
maar tevens de kleine en kleinste ge
meenten het sterkst aangetast.
Onderstaand staatje geeft aan, hoe
sedert het intreden van de depressie het
aantal aangeslagenen in de vermogens
belasting in de verschillende groepen
van Nederlandsche gemeenten is ge
daald; alles berekend per tienduizend
zielen, waardoor de storende invloed
van een verschillend bevolkings-accrès
is geëlimineerd.
Aansl. verm. bel. Daling
bij aanv. thans in pet.
der crisis
1. boven 100.000 219
2. van 50—100.000 213
met veel grootere steden een relatief
geringe daling konden noteeren. Hoezeer
de werkelijkheid daarvan afwijkt, blijkt
uit de volgende berekening, waarbij wij
de provincies rangschikken in opklim
mende volgorde.
Provincies Aansl. verm. bel. Daling
bij aanv. thans in pet.
der crisis
Limburg 154 148 3.8
Groningen 328 197 9.4
Noord-Holland 244 208 14.7
Noord-Brabant 186 158 15.
Drente 226 192 IS
Zeeland 327 276 15.6
Gelderland 271 228 15.8
Utrecht 231 191 17.3
Zuid-Holland 253 207 18.1
Friesland 305 226 25.9
Zuid-Holland, waar bijna 64 pet. der
bevolking in zes groote steden is sa
mengetrokken, en waar dus een relatief
geringe daling verwacht mocht worden,
bezet de 10e (1) plaats, met een dalings
percentage, dat slechts door Friesland
overtroffen wordt.
Zeeland telt 109 gemeenten, waarvan
er slechts één meer dan 20 duizend zie
len heeft en twee een inwonertal heb
ben tusschen 10 en 20 duizend. Daaren
tegen zijn er 102 (van de 109!) kleiner
dan 5000 en daarvan zelfs 68 kleiner dan
2000 zielen. Hier moest dus een zéér
hooge procentueele daling van het aan
tal vermogenden gevreesd worden. Deze
provincie blijkt evenwel de middelste
plaats in te nemen met een dalings-per
centage, dat nog iets beneden het rijks
gemiddelde ligt. (Zeeland 15.6, Neder
land 16 pct.)è Aan het agrarisch karak
ter der provincie schijnt dit bezwaarlijk
te kunnen worden toegeschreven, daar
immers onze tweede landbouwprovincie,
Friestland, het hoogste percentage (25,9)
boekte.
In Limburg zijn van de 121 gemeenten
er slechts 3 met een zielental van 20 tot
50 duizend en één van méér dan 50.000.
Daarentegen blijven 97 der gemeenten
beneden de 5000 inwoners. Ook in deze
provincie zou de daling van het aantal
vermogenden dus aanzienlijk moeten
zijn, maar in feite noteert Limburg het
minimale percentage van 3.8. En Gro
ningen, waar 70 pet. der inwoners in
kleinere gemeenten woont, weet de
tweede plaats te bezetten
20— 50.000
10— 20.000
5— 10.000
2— 5.000
0— 2.000
213
280
259
279
328
192
184
189
237
210
224
250
12.3
13.6
11.2
15.3
18.9
19.7
23.7
Alleen de groep gemeenten van 20
tot 50 duizend zielen wijkt af van den
zeer duidelijken regel, dat het aantal
vermogenden in de groote gemeenten het
minst en in kleinere gemeenten het
sterkst is afgenomen. Met deze ééne on
derbreking stijgt het dalings-percentage
regelmatig van 12.3 tot 23.7, ten naas
tenbij dus tot het dubbele.
De verdeeling over de pro
vinciën.
De veronderstelling zou nu voor de
hand liggen, dat in de provincies zonder
dichte bevolkings-centra het aantal ver
mogende inwoners het sterkst zal zijn
gedaald en, omgekeerd, dat provincies
Burgemeester van Graauw en Langendam
Bij Kon. B. van 4 Augs, is, met in
gang van 1 Sept. 1937 benoemd tot bur
gemeester der gemeente Graauw en
Langendam mr. F. J. Schlüter.
De nieuwe burgemeester van Graauw
en Langendam is 6 Sept. 1895 geboren.
Hij was secretaris van den voogdijraad
te Paramaribo en, na zijn repatrieering,
advocaat en procureur te Middelburg.
Ook heeft mr. Schlüter enkele jaren
als volontair ter gemeente-secretarie
van Heinkenszand gewerkt en eenige
jaren den inspecteur van het lager on
derwijs te Goes geassisteerd.
(Reeds geplaatst in esn deel der op
laag van ons vorig nummer).
TER AARDE BESTELLING VAN
WIJLEN DEN HEER H. C. WIELANDT
Reeds geruimen tijd voor de lijkstoet
waarmede het stoffelijk overschot van
wijlen den heer H. C, Wielandt, het
slachtoffer van het auto-ongeluk op den
Veerschen weg op Maandag jl. naar de
laatste rustplaatst werd gebracht op
de algemeene begraafplaats aankwam
hadden gisterenmiddag daar velen het
condoleantieregistjer igeteekend, o.a.
vertegenwoordigers van de Vereeniging
„Uit het VolkVoor het Volk"; de ver
eeniging tot bevordering van het Vreem
delingenverkeer; de Vereeniging tot In
standhouding van het Miiddelburgsch
muziekkorps; de IJsclub en van de
buurtcommissie van Seissingel en Seis-
weg. Onder de talrijke bloemstukken,
die de kist dekten of wel in een open
rijtuig werden medegebracht, waren er
van deze corporaties, als ook van de
N.V. Nationaal Spaarfonds, waarvan de
overledene een inspecteursplaats had
aanvaard.
Van de genoemde vereenigingen volg
den de deputaties op het kerkhof, waar
groote belangstelling bestond, den baar
tot aan het familiegraf, waarin onder
diepe stilte de kist werd neergelaten.
Nadat de kransen rond het geopende
graf waren gelegd, trad als eerste spre
ker naar voren, de heer W. de Graaf,
die schetste wat de heer Wielandt in
12 jaar als bestuurslid voor de Vereeni
ging „Uit het Volk—Voor het Volk"
heeft verricht. Als men in moeilijkheden
zat, was het de overledene, die mede-
hielp er overheen tekomen. Spn ein
digde met een: „rust zacht, Henny
Mr. J. Moolenburgh sprak namens de
Vereeniging tot Bevordering van het
Vreemdelingenverkeer en getuigde ook
van de waardeering, die de overledene
in dat bestuur heeft gehad.
De heer L. Leijdesdorff sprak woor
den van dank voor wat de heer Wie
landt in het belang van het Middel-
burgsch Muziekkorps heeft gedaan, ter
wijl de heer A. de Jonge hetzelfde deed
namens de Middelburgsche IJsclub en
de heer P. de Vos namens genoemde
buurtcommissie, waarvan de heer Wie
landt tot voor kort voorzitter was. Alle
sprekers getuigden van het tragische bij
31e week 1887.
Bij herstemming werd tot lid van den
Raad gekozen de heer J. H. Snijders
met 262 stemmen, op den heer C. J. J.
A. van Teijlingen werden 151 stemmen
uitgebracht.
In Vlissingen werd gekozen de heer
J. Ie Sage (A.) met 158 stemmen. De
heer M. P. Troelstra verkreeg er 121.
In Goes werd gekozen de heer D.
Hildernisse met 152 stemmen. Op den
heer mr. N. C. H. van Daalen Wetters
waren 49 stemmen uitgebracht.
In den raad der gemeente Zierikzee
werd een verzoek behandeld om con
cessie voor den aanleg en exploitatie
van eene drinkwaterleiding.
400 republikeinen uit Valencia heb
ben aan Sagasta verklaard tot de nonar-
chale partij van Sagasta's staatkunde
toe te treden.
Met ingang van 2 Augs. is o.a, be
noemd tot adelborst le klasse,
J. P. F. van der Mieden van Opmeer.
Volgens de Amst. verlaat dr. Mezger
wel degelijk Amsterdam voor goed,
5 H.A. 31 A. 30 c.A. bouw- en wei
land behoorende aan de herv. diaconie
te Hoekekenskerke, in 1875 verpacht
voor 438.54 's jaars, heeft 1 Aug. op
gebracht de jaarlijksche pachtsom van
274.26^
De heer J. W. Steens Zijnen Jr. vo
lontair aan de gemeente-gasfabriek al
hier is benoemd tot opzichter aan de
gemeente-gasfabriek te Gouda.
Het Engelsche lagerhuis verwierp gis-
teten, met 153 tegen 107 st. de door
de regeering bestreden bill strekkende
tot het nemen van nieuwe proeven met
het bouwen van een tunnel onder het
Engelsche kanaal.
Men meldt ons dat de concessie voor
den aanleg van spoorwegen in de Trans
vaal thans definitief door de conces
sionarissen (de heeren van den Wall
Bake en Cluysenaer) aanvaard, en ge
lijktijdig overgedragen is aan de Neder
landsche Zuid-Afrikaansche Spoorweg
maatschappij, wel)te het waarborgkapi
taal van honderd duizend gulden in con
tanten heeft gestort.
het heengaan op dezen jeugdigen leef-
tijd.
Tenslotte sprak ds. M. van Empel, die
zeide te willen voldoen aan het verzoek
van de jongen zuster, die in Zwitserland
herstel van gezondheid zoekt en die
hem verzocht woorden vai grooten
dank te spreken voor de groote liefde,
die de overledene haar vooral ook tij
dens haar ziekte heeft gegeven. Spr.
getuigde ook van de groote liefde van
den heer Wielandt voor zijn verdere fa
milieleden, in het bijzonder voor zijn
ouders. Spr. bracht als predikant in
herinnering „God heeft gegeven, God
heeft genomen" en eindigde met gebed.
De vader van hem, wiens stoffelijk
overschot aan de aarde was toever
trouwd, de heer H. A. Wielandt uit
Zeist, sprak woorden van grooten dank
tot allen, die met woorden of door hun
aanwezigheid blijken van belangstelling
toonden en nam met „een tot weder-
ziens" afscheid van zijn eenigen zoon.
Familieleden en vrienden strooiden
witte bloemen in het graf, waarmede de
droeve plechtigheid ten einde was en
de aanwezigen den doodenakker verlie
ten.
ONBEMANDE KANO OP DE
NOORDZEE DRIJVENDE GEVONDEN
De inzittenden verdronken?
De commissaris van politie te Vlissin
gen verzoekt te worden bekend gemaakt
met de herkomst van een kano van het
navolgende signalement: Rood geschil
derde rand; lang 4 m, breed 0.60 m; is
van eiken hout en uit één stuk vervaar
digd. Op de kano komt de naam „The
little ship" voor. Deze kano werd op 5
Augustus 1937 te pl.m. 4 uur n.m. drij
vende gevonden op de Noordzee ter
hoogte van Zeebrugge, door de kapitein
van een Nederlandsch motorschip,
waarna hij haar heeft opgevischt en te
Vlissingen aan wal gebracht, alwaar zij
ter beschikking van voornoemde com
missie, van politie is gesteld. Waar deze
kano over de geheele lengte is ge
scheurd en aan de achterzijde eveneens
is beschadigd, bestaat het vermoeden,
dat het voortuigje is aangevaren en de
inzittende(n) is (zijn) verdronken. In ver
band hiermede heeft bedoelde kapitein
de omgeving, waar hij de kano heett
'aangetroffen, afgezocht, doch niemand
aldaar meer aangetroffen.
DOMBURG. In het reisseizoen passee-
ren dagelijks ontelbare fietsen en auto s
de bank aan het Van Voorthuijsenplant-
soen, waarop „d'ouwe mantjes of zij, die
er eenmaal toe hopen te behooren, ge
zellig zitten te keuvelen met het uitzicht