ZEELAND.
Onrechtmatig bezit
De inkomsten van leden van
Ged. Staten.
DOROTHEA GERARD.
HUISHOUDELIJKE VOORLICHTING.
MIDDELBURG.
VLISSINGEN.
WALCHEREN.
KANKERBESTRIJDING.
(Wordt vervolgd.)
Het voorstel om te bepalen, dat, in
dien een lid van Ged, Staten een com
missariaat, dan wel een bestuursfunctie
vervult in eenige corporatie, waarbij de
Provincie blijvend financieel is betrok
ken, dit lid de inkomsten uit dien hoofde
genoten met uitzondering van pre
sentiegelden en vergoedingen voor even-
tueele reis- en verblijfkosten in de
Provinciale kas moeten storten, heeft in
alle afdeelingen der Prov. St. tot dis
cussie aanleiding gegeven. Er waren le
den, die, zoo zij al niet bepaald bezwaar
tegen het voorstel hadden, zich dan
toch ongerust maakten over de naleving
er van. Men achtte het o.a. mogelijk,
dat men bijv. door verhooging der pre
sentiegelden, de betrokkenen ter wille
zou zijn en wees op de Z.V.T.M., waar
presentiegelden van 60 regel waren.
Enkele leden waren van den aanvang af
tegen de motie geweest en zijn thans nog
niet van zienswijze veranderd. Ook zijn
er leden, die meenen, dat van de leden
van Ged. Staten niet kan worden ver
langd, dat zij gelden, voortvloeiende uit
een commissariaat, storten in de Pro
vinciale Kas. Een lid acht om ontdui
king te voorkomen, een limiet van bijv.
200 noodig. Sommige achtten dit te
laag, andere meenden, dat met 200
reis- en verblijfkosten wel te bestrijden
zijn. Een lid van Ged. Staten en ook een
lid der Prov. Staten hebben staatsrech
terlijke bezwaren, een ander lid wil lie
ver het salaris van Ged. Staten verhoo-
gen b.v. tot 4000. Op een vraag wordt
gezegd dat in Overijssel een soortgelijke
regeling bestaat. Ook van de zijde van
Ged. Staten werd de wettelijke toelaat
baarheid van zulk een regeling in twij
fel getrokken. Er is ook nog gevraagd
of geen verschil moet worden gemaakt
tusschen particuliere instellingen en
overheidslichamen als bijv. de P.Z.E.M.
Ook kwam de vraag naar voren wat ge
beuren moet als een corporatie steun
gaat genieten als reeds een lid van Ged.
Staten er bij betrokken is en ook als
een betrokkene lid van Ged. Staten
wordt.
Van de zijde van Ged. Staten is nog
eens duidelijk uiteengezet, dat de bepa
ling niet geldt voor instellingen, die sub
sidies genieten, die elk jaar kunnen wor
den ingetrokken van verschillende zij
den wordt er op gewezen, dat de ge-
heele zaak feitelijk een kwestie van ver
trouwen is. Bij kwade trouw kan men
van elke denkbare regeling misbruik
maken. Alle moeilijkheden kunnen in de
toekomst voorkomen worden, wanneer
aan de voorgestelde motie (feitelijk
mmrgestelde aanvulling der verordening)
me beteekenis wordt gegeven, die er aan
gehecht moet worden. Er zijn leden, die
het in het algemeen niet wenschelijk
achten, dat leden van Ged. Staten als
commissaris in verschillende corporaties
zitting nemen, omdat dan het toezicht
van Ged. Staten lam wordt geslagen.
Een lid van Ged. Staten antwoordt, dat
in de Z.V.T.M. het Rijk volgens over
eenkomst bijna alles te zeggen heeft,
hoewel Ged. Staten zich hiertegen heb
ben verzet, zoodat de controle van Ged.
Staten hierdoor niet gemakkelijker
wordt. Er waren ook leden, die zich niet
goed met het voorstel kunnen vereeni
gen, hoewel zij op het oogenblik niet
weten, wat de beste oplossing zou zijn.
Andere meenden, dat het toch uitgeslo
ten moet zijn, dat leden van Ged. Staten
revenuën zouden trekken. De excessen
moeten worden uitgesneden. Het inter-
pellatierecht, "3aar kan men gebruik van
maken, maar dit is toch minder aange
naam.
door
10).
Het voorstel tot afwijzing van het
verzoek van de Commissie voor huis
houdelijke voorlichting ten plattelande
in Zeeland om wijziging van het be
sluit der Staten tot verleening van
subsidie, gaf in een der afdeelingen der
Staten aan een lid aanleiding tot de
mededeeling, dat het zich niet met het
voorstel kon vereenigen. Dit lid zou
de subsidie niet willen beperken tot
het bedrag der reiskosten van het per
soneel, maar willen uitbreiden ook
tot andere uitgaven de cursussen be
treffende.
lp een der afdeelingen merkte een
lid n,aar aanleiding van bet voorstel
tot afwijzing van een verzoek om sub
sidie van de commissie voor huishou
delijke voorlichting te 's-Gravenhage
op niet goed te begrijpen waarom er
hier een splitsing moest plaats heb
ben en aldus twee organisaties zijn ont
staan. Indien slechts een organisatie
op dit gebied bestond zou de steun
meer doeltreffend kunnen zijn.
Verder werd opgemerkt, dat de
groote gemeenten in den regel in het
bezit zijn van huishoudscholen en dat
het zeer moeilijk gaat voor de bewo
ners van het platteland deze te be
zoeken.
Van de zijde van Ged. Staten werd
opgemerkt, dat aanvankelijk bedoeld
was voorlichting te geven ,aan arbei
dersvrouwen; de goede resultaten, wel
ke zijn verkregen gaven aanleiding dat
later ook jonge meisjes van 18 jaren
en ouder aan deze cursussen deelnar
men. De drie verschillende landarbei-
dersorganis,aties. het Wit-Gele Kruis en
het Groene Kruis vormen te zamen
deze stichting, welke zeer zeker haar
nut afwerpt. De meerderheid in deze
afdeeling kon zich met het voorstel
vereenigen in de beide andere afdee
lingen gaf het voorstel geen aanleiding
tot besprekingen.
HET HUISHOUDONDERWLIS,
Het voorstel van Ged. Staten om af
te wijzen het verzoek van het Comité
voor Zeeuwsch-Vlaanderen ter bevor
dering van het huishoudonderwijs voor
alle meisjes, te Hulst, g'af in alle afdee
lingen van de Prov. Staten van Zee
land aanleiding tot besprekingen. In
een afdeeling was men algemeen van
het groot belang van dit onderwijs over-
tu gd en meende men dat de provincie
moet helpen en steunen. Het verschil
met het werk van de commissie voor
huishoudelijke voorlichting, is dat, dit
comité des avonds lessen geeft, wat
voor de vrij groote industriebevolking
zeer goed is. Gevraagd werd of niet
een weg kan worden gevonden, waar
langs beide organisaties profiteeren
van het provinciaal subsidie. In een
tweede afdeelng pleitte een lid voor
subsidie, al voldoen deze cursussen niet
aan de wettelijke voorschriften,. In
de derde afdeeling zag een der leden
in de goed geleide cursussen het die
nen van een groot sociaal belang, het
huiselijk leven zal er door gebaat wor
den. Een ander lid slaat de waarde van
dit onderwijs niet zoo hoog aan en is
van oordeel, dat het huishouden in de
eerste plaats dient geleerd te worden
onder leiding van de huismoeder. Nog
een ander lid meent juist dat de avond
cursussen groot nut zullen afwerpen.
In alle afdeelingen werd de vraag
naar voren gebracht of het niet moge
lijk is de drie organisaties, welke hel
geven van dit onderwijs tot doel heb
ben, door samenspreking tot elkaar le
brengen. De inspectrice is reeds in die
richting bezig, over 1936 is f 673 voor
het doel u tgegeven, terwijl een maxi
mum van f 1500 is toegestaan. Een lid
bleek tegen sectarisch onderwijs en
wees er op. dat de Z. L. M. in deze de
oudste rechten heeft, terwijl in een
andere afdeeling gewezen werd op de
besl ssing om geen nieuwe subsidies te
geven.
Van de zijde v.an Ged. Staten werd
„Op dien dag heeft uw grootvader za
liger de belooning verdiend, die hem is
geschonken. Als die dag er niet geweest
was, meesteres, wie weet of u thans niet
voor uw dagelijksch brood moest wer
ken in plaats van als eigenares van Lu-
bynia op uw landgoed te wonen.
Katya bleef met het hoofd leunen te
gen den rug van haar zitplaats, terwijl
haar oogen blikten naar het deel van den
hemel, dat tusschen het struikgewas en
het riet voor haar zichtbaar was. Zij ant
woordde eerst niet, maar na en poosje
stilte, gedurende hetwelk men enkel het
geritsel van het wuivende riet en nu en
dan het geplas van een visch hoorde,
merkte zij ten slotte op:
Ik zou wel eens willen weten of er
nog iemand van dien naam in leven zou
zijn."
,,Van den naam Swigello? Hoe zou dat
kunnen? De oude graaf had maar één
zoon en die was een van die dwaze jon
gens, die trachtten de Oekrajina tot op
stand te bewegen en dientengevolge op
hun kop kregen.... hun verdiende loon j
voor zoo'n bende kwajongens."
„Ze werden toch niet allen gedood;
een. paar zijn er bovenop gekomen en
werden naar Siberië gezonden."
„Ook mogelijk", zeide Timosh, zich blijk
baar daarover niet warm makend.
„En de jonge graaf Swigello hoorde
daartoe. Ik heb dat juist gister gehoord
van den Stanowoi (commissaris van po
litie) Klobinski. En hij is er ook achter
gel omen, dat graaf Stanislas ongeveer
dertsg jaar geleden uit Siberië is terug
gekeerd, tengevolge van amnestie of zoo
iets, en dat hij zich toen ;n Üostenrnk
heeft gevestigd. Maar meer kon hij niet
"ïtvinden, daar hij geen connecties met
Oostenrijk heeft".
Timosh keek zijn meesteres met on
verholen verbazing vermengd met eeni-
ge afkeuring aan.
„Waarom maakt mijn genadige mees
teres zich druk. over dergelijke dingen?
Wat kan het ons schelen, of er nog een
Swigello leeft of niet? Is mijn genadige
meesteres bevreesd, dat hij zijn bezittin
gen zal komen .opeischen? Laat hij dat
maar eens probeeren! Vadertje zal hem
gauw de deur wijzen. Heeft Andrej Ni-
kolajow uit de hand van Vadertje, het
landgoed niet gekregen? En is u daarom
niet de rechtmatige eigenares er van, u,
zijn wettige kleindochter?"
„Ja, dat ben ik wel, zou ik denken",
zeide Katya!, steeds het blauw des
hemels bestudeerend, „Neen, ik ben
niet bang, dat ik uit Lubynia zal wor
den verjaagd. Maar dat verhindert niet,
dat ik nieuwsgierig ben naar de Swi-
gello's. Graaf Stanislas zelf zou, onder
steld, dat hij nog tot de levenden be
hoort. zeker meer dan zestg jaar oud
zijn. Zou hij nog wel eens aan Luby
nia denken? Natuurlijk wel, het is te
mooi om het te vergeten. Zelfs ik zou
als ik het moest verlaten, het nooit
het voorstel uitvoerig verdedigd, als
men doorgaat ook bij verdere aanvra
gen die in te willigen, dan kan het de
Provincie eenige duizenden guldens
kosten. In verband met de fnancieele
consequenties kan niet verder worden
gegaan.
BEREKENING VAN OPPERVLAKTEN.
De heer Van Duin lid der Prov. Sta
ten vroeg in de eerste openbare verga
dering der zomerzitting of het ook de
gewoonte is, dat de Provincie bij een
herrekening ter zake van den aankoop
van gronden daarvoor de noodige maat
regelen neemt. Hij voegde daaraan toe,
dat men, naar het hem voorkomt, bij
het koopen van gronden een zekeren
maatstaf aanneemt hetzij per c.a., het
zij per m2 en men beter de afrekening
kan doen plaats hebben onmiddellijk na
de opmeting. Van particuliere zijde is er
aanmerking opgemaakt, dat zulks van
wege de Provincie niet gebeurt.
Ged. Staten deelen nu mede, dat een
voorwaarde, waaronder de Provincie
ten behoeve van wegsverbeteringen
eigendommen aankoopt, luidt, dat on
der- en bovenmaat wordt verrekend
naar den overeengekomen prijs per c.a
nadat door de ambtlijke kadastrale op
meting de juiste grootten der verkochte
perceelsgedeelten zijn komen vast te
staan, behalve bij aankoopen van pu
bliekrechtelijke lichamen, waarvoor be
doelde verrekening niet zal geschieden.
Hoewel van de zijde van den Provin
cialen Waterstaat de aan te koopen per
ceelsgedeelten zoo nauwkeurig moge
lijk worden opgemeten, blijken de metin
gen vaak niet overeen te komen met de
daarna berekende grootten vanwege het
kadaster. Waardoor deze verschillen
ontstaan kan buiten bespreking blijven;
slechts zij opgemerkt, dat blijkbaar de
aankoopen door de Provincie menigmaal
worden aangegrepen om onjuistheden
in het kadaster te herstellen. De opme
tingen vanwege het kadaster geschie
den somtijds jaren nadat de wegsverbe-
tering is tot stand gekomen, derhalve
eveneens jaren nadat de koopakten zijn
gesloten.
De verrekening dit woord schijnt
juister dan „herrekening" geschiedt
nadat de uitkomsten van het kadaster
ter kennis van Ged. Staten zijin ge
bracht.
Het antwoord van Ged. Staten is, dat
de verrekening van onder- en boven
maat der door de Provincie van particu
lieren aangekochte perceielsgecJeelten
geschiedt, nadat door de ambtelijke ka
dastrale opmeting de juiste grootten zijn
komen vast te staan, doch dat deze op
meting soms jaren na het sluiten der
betrokken koopakte ter kennis van Ged.
Staten komt en dat verrekening niet
thuis behoort in den staat der aankoop-
besluiten.
Delegatie van macht..
Bij de bespreking van het voorstel tot
verhooging van het subsidie aan de ge
meente Stavenisse voor herstel van den
toren aldaar, heeft in een der afdeelin
gen van de Prov. Staten een lid de
vraag gesteld of het wel mogelijk is, dat
Ged. Staten een machtiging krijgen tot
het toestaan van kleine verhoogingen
van reeds verleende subsidiën, zulks in
verband met de tegenwoordige verhoo
ging der prijzen van bouwmaterialen,
ten einde stagnatie in de uitvoering te
voorkomen.
Van de zijde van Ged. Staten werd ge
antwoord, dat er wel zeer zelden stag
natie in de uitvoering van werken in zal
treden als gevolg van te laat genomen
besluiten Ged, Staten zouden huiverig
zijn voor een dergelijk besluit en zeker
liever den bestaanden toestand besten
digen.
Polderambtenarenreglement,
Naar aanleiding van opmerkingen in
de afdeelingen der Prov. Staten van
vergeten. En voor mij is het toch niet
hetzelfde, het is niet de plek waar mijn
voorvaderen gewoonjd hebben. Heim
wee is een ernstige kwaal en als hij
nog tot de levenden behoort moet hij
daardoor helaas, ernstig gekweld wor
den."
„Gevoelt u eenig deelneming voor
een goddeloozen opstandeling, die het
onderstond tegen Vadertje te vechten?"
voer Timosh uit, zich geheel omkee-
rend naar zijn meesteres, terwijl zijn
oogjes fonkelden. „De genadige vrouw
weet niet wat zij zegt! Zelfs zijn naam
zou niet zonder een vervloeking er bij
mogen ifitgesproken worden."
„Maar Timosh, zij vochten voor hun
land, voor hun natie. Je zult dat nooit
begrijpen. Je moet het niet opvatten
alsof zij Russen waren."
„Landverraders waren het", krijsch-
te Timosh, met kracht op zijn vaar
boom duwend, „even zwarte landver
raders als die kleine Japansche dui
vels, die onze dappere Kozakken thans
achterna rijden."
„Verraders tegenover w:en? Tegen
over een vreemde regeering?"
„Tegenover Vadertje", antwoordde
Timosh, een kruis slaande. „Hoe kun
nen dergelijke menschen hopen ooit
het hoogste heil te zullen verwerven?"
„Maar de tsaar is hun Vadertje niet",
zeide Katya met een lachje waaru:t
oolk eenige ergernis sprak, want de be
wering was v,an ouden dautm, „even
min als hij de vader der Jdpanners is.
Zij deden alleen wat jijzelf in hun
plaast zou gedaan hebben. Zeg eens,
Zeeland, stellen Ged. Staten nader voor
te bepalen, datfsde bepaling, dat de ont
vanger-griffier, die wegens ongeschikt
heid is ontslagen, binnen zes jaren niet
meer benoembaar is in elke andere pol
derbetrekking, alleen geldt als het ont
slag is verleend naar aanleiding van
fraude of plichtsverzuim.
Het capitulantenreglement.
In verband met het voorstel tot wij
ziging van het reglement voor de water
schappen De Damespolder, De Prins
Hendrikpolder en De Hogerwaardpolder
inzake uitvoering Capitulantenreglement
1935, hebben Ged. Staten op in de af
deelingen gestelde vragen geantwoord,
dat alleen voor de beide eerstgenoemde
polders ontheffing is gevraagd omdat in
die waterschappen, in tegenstelling met
de situatie, zooals die in het watersfchap
De Hogerwaardpolder is, geen betrek
kingen bestaan welke bij uitsluiting door
capitulanten zullen kunnen worden ver
vuld. De bepaling, dat capitulanten moe
ten aangesteld worden, behoort dus in
elk der drie reglementen te worden op
genomen, maar alleen De Damespolder
en De Prins Hendrikpolder kunnen voor
ontheffing in aanmerking komen.
Een propaganda-marsch.
De Middelburgsche Turnvereeniging
„Wilhelmina" zal Zaterdag een propa
ganda-marsch door een deel der stad ma
ken met voorop de band van het tam
bours- en pijperscorps „Juliana" De
stoet vertrekt te half acht van de Ha
ringplaats en trekt langs Sparxjaardstr.,
Balans, Hofplein, Noordstraat, Markt,
Gorststr., Nieuwe Haven, Kaden, Dam
N.Z., Korte en Lange Delft, Markt rond,
Burg, Balans en* zoo terug naar dee Ha
ringplaats.
Regeling inzake het U.L-O. met
buitengemeenten.
In de vergadering van 8 April 1936
besloot de Raad tot het aang'aan van een
gemeenschappelijke regeling tot toelar
ting van leerlingen uit buitengemeenten
op de scholen voor uitgebreid lager on
derwijs. Thans heeft ook de gemeente
Arnemuiden zich bereid verklaard eene
zoodanige regeling met de gemeente te
treffen. B. en W. stellen den Raad voor
een besluit daartoe te nemen, waarbij
met de nieuw vastgestelde teldata reke
ning is gehouden.
Ongeval aan boord van Engelsch jachtje.
Aan boord van een Engelsch jachtje,
liggende aan de Kanaalstraat, is gister
middag een matroos met zijn been be
kneld geraakt, waardoor dit lichaams
deel zoodanig gekneusd raakte, dat de
man op last van dokter Detmar naar het
St. Joseph ziekenhuis moest worden
overgebracht.
Vreemdelingenbezoek.
De provinciale boot vervoerde Don
derdag 2400 passagiers, terwijl 116 auto's
werden overgezet.
O. EN W. SOUBURG. De vereeniging
voor Beschaafde Omgangstaal te Ant
werpen is voornemens op Zondag 18 Juli
a.Si een bezoek aan Walcheren te bren
gen en wel in 't bijzonder aan Souburg'
en het bekende grafmonument van Mar-
nix van Sint Aldegonde,
MAAK ZELF JAM MET
NATUUR-fl"""n,dd-
IN 10 MINUTEM
Wwt Qp«u. Ml) Singel APO. T.hL 87059. Am,l,rd«*C
(Ingez. Med.)
Timosh, wat zou jij doen, als de Duit-
sche keizer het land kwam bezetten?"
„Ik zou hem overhoop steken zoodra
ik er kans toe zag", antwoordde Ti
mosh onmddellijk.
„Welnu, dan zou je hetzelfde doen
wat de Polen n 1863 wilden doen."
„Neen, dat is niet waar, want zij
vochten tegen Vadertje, die Poolsche
zwijnsjakken, en ik zou voor hem vech
ten."
„Och, Timosh, je bent een hopeloos
geval! Daar is de aanlegplaats! Breng
mij daar maar naar toe. Het is van
daag te warm om te kibbelen."
Toen Katya langzaam een der paden
volgde, welke zich kronkelden door een
verwaarloosde ®n schilderachtige wil
dernis van hazelaars en berkeboschjes,
van in het wild groeiende seringen en
zich overal nestelende braamstruiken,
had men aan haar verstrooide blikken
kunnen zien dat haar gedachten elders
waren, vermoedelijk verdiept in be
schouwingen naar aanleiding van de den
vorigen dag door haar ontvangen in
lichtingen, door het jongste gesprek
daartoe geprikkeld. Maar toen het ein
de van het pad door het bosch was be
reikt en zij m het open veld kwam, be
schenen door de stralen van de onder
gaande zon, deed 'n ongewoon gezicht
haar haar schreden inhouden en. bracht
haar naar de werkelijkheid terug.
De zon ging schitterend onder en
schonk, gelijk altijd bij dit weer en op
dit uur,' het statige, witte huis een gansch
ander, een indrukwekkender aanzien.
De zuilen van het terras schenen, baden
Dr. D. J. Hulshoff Pol, inspecteur v,
d. Volksgezondheid b.d, schrijft ons:
Wij zullen er onze regeëring erken
telijk voor moeten zijn, dat zij een ge
deelte der opbrengst van den verkoop
der zomerpostzegels, ter beschikking
stelt van de Kankerbestrijding, Wel
is waar is dit toegewezene slechts een
zeer klein gedeelte van het totaal der
opbrengst en niet meer dan ook wordt
toegedacht aan het „Geleidehonden
fonds voor blinden", maar het feit op
zich zelf, dat de regeering zich aan de
Kankerbestrijding meer dan te voren
gelegen laat liggen, is verheugend. Ver
heugend is dit, omdat uit de statistie
ken, zooals deze in de litteratuur ver
meld staan, valt ,af te leiden dat niet
alleen het aantal kankergevallen,1 be
langrijk toeneemt, maar dat deze ziek
te, doordat zij neiging vertoont zich
uit te breiden onder jeugdiger perso
nen, uit een sociaal oogpunt gevaar
lijker dreigt te worden dan zij te vo
ren reeds was.
Dajt het. aantal gevallen toeneemt
wijzen de cijfers uit die allerwege ver
zameld worden. Hier kan volstaan wor
den met te vermelden dat waar in
1920 op de 10,000 inwoners te Wee-
nen, niet minder dan 13 aan kanker
ten gronde gingen, dit cijfer voor 1928
reeds gestegen was tot 19. Verder
wees Liek er op, dat in Engeland en
Wales in 1911 op elke 15 sterfgevallen
er één aan kanker bezweken was, wel
ke verhouding in 1926 reeds veranderd
was van één op de acht.
Dat helaas in de latere jaren ook
jongere menschen het slachtoffer wor
den dezer ziekte bewijzen de cijfers
der 2e Chirurgische Universiteitskli
niek te Weenen, welke ons door Manal
gegeven werden, en w,aaruit blijkt dat
circa 1931, van de 100 rectum carcino
men, niet minder dan 4 kwamen op re
kening van patiënten tusschen de 40
en 50 jaren en één tusschen het 30ste
en 40ste jaar. Verder lezen wij dat van
de 100 borstkankergev,allen aldaar er
12 waren van den zelfden leeftijd en
van de 100 maagkankers zeven
tusschen het 30ste en het 50ste jaar
ziek werden,
Mne ziet dus hoe deze zoo terecht
gevreesde ziekte zich langzaam maar
zeker naar de jongere jaren verschuift.
Reden tot wanhopen geeft ons dit
niet, want meerdere lichtpunten zijn
er, die er op wijzen dat wellicht maat
regelen gevonden kunnen worden om
deze ziekte tot op zekere hoogte te
bestrijden. Een dezer lichtpunten is ze
ker wel, dat de vermeerdering der ge
vallen niet overal gelijk is en dat er
plaatseri zijn waar van toename nauwe
lijks gesproken kan worden. Dit gun
stige moment wijst er op dat er invloe
den zijin die de vermeerdering tegen
gaan en het is plicht, zoowel van de
overheid als van onze samenleving,
om voorzorgen te treffen opdat de
daartoe bekwamen in staat worden ge
steld deze gunstige momenten te be-
studeeren en zoo mogelijk tot klaar
heid te brengen. Een der eerste maat
regelen is d.an wel die, dat aan de
bevoegde instanties geld, zelfs veel
geld wordt beschikbaar gesteld, ten
einde hen in staat te stellen hun on
derzoekingen naar alle richtingen te
kunnen uitbreiden.
Wij hopen dan ook. dat in deze
maanden het publiek, dus zij die bij de
bestrijding van den kanker het meeste
belang hebben, op ruime schaal de
zomerpostzegels koopen zullen en wij
hopen verder d,at de regeering niet al
leen in dit, maar in alle volgende ja
ren een zeer groot gedeelte der op
brengst van den verkoop der zomer
postzegels, beschikbaar zal stellen voor
de kankerbestrijding.
de in het licht, dubbelen omvang te heb
ben gekregen, en een gullen zonnestraal
streek langs het groote geslachtswapen
boven den ingang waarvan de op zijn
achterpooten staande beer en de kron
kelende slang zich even duidelijk aitee-
kenden als op dien anderen 12den Augs.
Over het niet bijster g'oed onderhouden
maar weelderige grasveld wierpen reus
achtige lindeboomen hun lange schadu
wen tot den voet van het statige hu'.s,
als nederige smeekelingen het hoofd in
het stof buigend
Katya had dit alles reeds ontelbare
malen waargenomen, maar zij werd ne
nimmer moe het telkens weer te aan
schouwen. Maar toch deed dit dagelijksch
terugkeerend schouwspel haar niet stil
staan, doch het onverwachte gezicht van
een vreemdeling, die roerloos onder een
der lindeboomen stond," het gelaat van
haar afgekeerd en naar het huis gewend.
Niet alleen waren vreemdelingen buiten
gewoon zeldzaam op dit terrein,
de gansche houding' van den man had
iets raadselachtigs. Wat deed hij daar?
Waarom nam hij het huis zoo nauw
keurig op? Was het een inbreker, die de
mogelijkheid van een nachtelijke expe
ditie overwoog? Een detective, die de
bewoners bespiedde? Uit overweging,
dat de figuur van den alles bekijkenden
toerist in deze streken nog onbekend
was, scheen een derde onderstelling
vooralsnog uitgesloten.