S>e best verzorgde en
SPORT,
SCHOENFABRIEKEN WAALWIJK
Middelburg: Gortstraat 26.
Vlissingen: Walstraat-Kleine Markt
In zeer mooie vierk
leest m. keurig bew.
voorbl. Beige, br.
Zeer chique en apart.
Heerlijke luchtigedracht
In beige
Schitterende uitvoering ,van
boerenlinnen m. bruin af
gezet. Vierkante leest.
Zeer apart en sierlijk
bewerkt model, chi
que, correct. Beige
Bijzonder sierlijk en
elegant in wit,- bruin -
en zwart-suède.
Zeer fijn. S
Een prachtig model
m. zeer mooi echt
leder gevl. voorbl.
In bruin Vanaf
Zeer prettig en
aardig kinder
schoentje Keurig
bew. In beige,
wit, vanaf
Een schitterende coll.
Kinderschoentjes in
alle kleuren en leer
soorten. Lak, maat 18
vanaf 95 ct. In wit
vanaf
maat 18
maat 18
Sandalen in vele
modellen en uitv.
Extra sterk. Bijz.
goede pasv.
vanaf
Buitengewoon mooie
snit en zeer chique
kleuren ook oxblood
Pr. calfsleder.
maat 18
Bijzonder mooi model
van zeer fijn calfsleder.
Prima pasvorm, yfev
Met origineel gevlochten
voorblad. Heerlijke
luchtige dracht.
maat 18
antwoord te hebben (over de „knallen"
op bieten, die ongevaarlijk zijn; de prac-
tische wiedmachine die de bieten niet
beschadigdt enz.) merkte spr. nog op, dat
tegen „bietenmoeheid" van den grond
niets te doen is. Men komt er niet van
af. Men moet oppassen met den grond
geen anderen grond te besmetten. In elk
geval geen bieten meer zaaien geduren
de acht jaar,
Verder zeide spr. nog, dat een vroege
zaaitijd altijd aan te bevelen is. Niet 15
April, uit sieur, maar de eerste week in
April.
Mr. DIELEMAN zegde spr. dank voor
zijn uiteenzetting. Uit de vele vragen
bleek wel de groote belangstelling. Spr.
schorste daarop de vergadering.
De middagvergadering.
Na heropening van de middagvergade
ring de zaal was nu vrijwel geheel
bezet door mr. DIELEMAN 'uitte de
ze zijn vreugde over de aanwezigheid
van vele dames. De vrouw moet den
man aanvullen. De man redeneert en re
deneert, maar moet soms door de vrouw
tot daden gebracht worden. En als hij te
hard loopt, moet ze hem soms remmen,
Spr. heette dan in het bijzonder nog wel
kom mej, I. Cammaert, uit Hulst, met
haar dames, die een en ander op het
tooneel ten beste zal geven.
De oud-leerlingen van de landbouw-
huishoudcursussen te Westkapelle (al
en in dracht) zongen hierna, beginnende
m b°.ncUlied, enkele liederen op
werkelijk uitstekende wijze. Er bleken
hee wat mooie stemmen onder te schui
len, zoowel onder de alten als onder de
sopranen en de toeschouwers gaven,
door een enthousiast applaus van hun
waardeering blijk.
Vervolgens gaven dezelfde dames een
aantal volksdansen ten beste, die op
karakteristieke wijze uitgevoerd werden
en veel bijval verwierven. Mej. Cam
maert verzorgde daarbij de pianobege
leiding.
In korte toespraak zeide mej. Cam
maert nog, dat zij het betreurde, dat er
alleen nog danseressen zijn en geen dan
sers. Dit ligt haar als een steen op het
hart. Zij hoopte, dat ook de Zeeuwsche
jongens zich voor de volksdansen zullen
gaan interesseeren.
De waarde van den boeren
stand voor onze Nederland
sche samenleving.
Dr. H. G. VAN DER WIELEN, te
Dakkeveen, hield hierna een causerie
over het bovengenoemde onderwerp.
Spr. zeide dit niet wetenschappelijk en
ook niet uitgebreid te zullen behande
len. Teen hij heden dwars door 't mooie
en vruchtbare Nederland reisde, bedacht
hij onwillekeurig hoe kan ik over dit al
les in een uur spreken? Spr. vergeleek
dan de Nederlandsche hoerenwereld met
die in andere landen. Elders een groote
eenvormigheid, hier een groote verschei
denheid. Ook is het bedrijf in Neder
land zeer intensief van opzet. In de eer
ste plaats is de landbouw van belang
omdat zij ons volk voedt; in de tweede
plaats is de boerenstand in zekere mate
de vasthouder van onze cultuur. Spr.
stond dan stil bij het jaar 1880. Toen had
de boerenstand stil gestaan. De handel
was richting geving en gaf haar opdrach
ten aan de industrie. Het boerenleven
was vrijwel verstard. Toen deed zich de
felle crisis kennen. Het overzeesche ge
bied kwam op. Er deed zich een graan-
crisis voor. De Deensche zuivelproduc
ten, coöperatief opgezet, veroorzaakte
ook een zuivelcrisis, Het Hollandsche
platteland werd uit zijn dommel wakker.
Een gedeelte moeqt verdwijnen. Vele
Hollanders trokken naar Amerika, Afri
ka, en veel van onze familieleden leven
daar nog. Anderen trokken naar de in
dustriesteden in eigen land, in Duitsch-
land. In den boerenstand die achter bleef,
greep een verandering plaats. Het ont
wikkelde zich van een gesloten in een
exportbedrijf. Er moesten wegen komen,
het land stelde zich in op de stad. Som
mige bleven nog geïsoleerd, behielden
hun historische cultuur, andere werden
geheel in de moderne cultuur opgeno
men. Er kwam in de dorpen een geeste
lijke verscheidenheid en ook een groote
onkerkelijkheid. Sterke materieele ten-
denzen deden zich gevoelen. Langs die
zelfden autoweg kwamen andere stroo
mingen. Sociale, van goeden en slechten
inhoud. Er kwamen verbeteringen, voor
al voor de vrouw, maar ook groepeerin
gen, scherpere tegenstellingen. Er kwam
ook een strooming van cultuurloosheid.
Hier in Zeeland vinden we nog iets van
een volkscultuur, al is er reeds veel ver
val, en spr. wil een waarschuwend woord
laten hooren, en wraakt dan vooral de
cultuurloosheid in de architectuur. Denk
om de rustige, waardige gevels van het
verleden. Dan ineens wordt die gevelrij
verbroken door een protserigen winkel.
En ook in het boerenbedrijf deed zich
die verandering voor. Het woonhuis
schijnt soms zoo uit de stad geïmpor
teerd. Zonder eenige harmonie met het
bedrijf. Het interieur toont nog grooter
veranderingen. Het oude, mooie boeren-
meubel verdween, en we vinden ze thans
in de woning in de stad. De kleedkist,
het spinnewiel, ze maakten plaats voor
een wankele theetafel op bonnensys
teem gekocht. Ook de zang is bezig te
verdwijnen. De boerenzoons zingen
thans over „blauwe oogen" en een
„mooie molen". Literair is het boeren
land nooit sterk geweest. Thans leest
men, maar wat? Kennen we een Gezelle,
een Styn Streuvels, een Felix Timmer
mans? Neen. We lezen het feuilleton, 't
petroleumblaadje, „Het geheim van de
Sjeik", enz. Wat brengt het vermaak-
leven? Is er nog een oogstfeest? Zijn er
geen derde-rangs vermaken gekomen.
De dancings staan open en men ver
maakt zich met jazz en fox-trot. Het is
een teloorgaan van groote groepen on
zer jongeren, die hen niet krachtiger en
zelfbewuster maakt.
Wat de producten betreft, de buiten-
landsche markten zijn gesloten, men moet
zich meer op eigen land toeleggen. Zij
moet nu zichzelve doen gelden. Hoe zal
zij zich ontwikkelen. Moet zij meer me
chanisch worden? Zal zij zich over de
geheele lijn meer doen gelden? Met on
ze jongeren staan wij voor een moeilijk
vraagstuk. Die worden niet zoomaar op
gelost; doch worden die mèt haar of
zonder haar opgelost. Wil de boeren
stand mee spreken, dan moeten de jon
geren zich her-instellen op de organi
sche gemeenschap die verloren ging, op
den bodem die men bewerkt. Ook de
sociale problemen moet men benaderen
langs den innerlijken, den geestelijken
kant. Er liggen uitgesproken waarden in
den boerenstand, waarden, die de volks
cultuur in stand kunnen houden, indien
we bewust worden ook van onze eigen
waarden, indien we ze benaderen, door
ons zelve heen.
De VOORZ. zegde den spr. in harte
lijke woorden dank voor zijn mooie en
gloedvolle rede.
De Westkapelsche oud-leerlingen zon
gen hierna nog eenige liederen en gaven
nog een paar Engelsche volksdansen ten
beste. Een en ander met veel succes.
De VOORZ. bracht de dames in welge
kozen bewoordingen dank en bood daar
bij aan mej. Cammaert en mej. Dekker,
de leidster van het koor, een tuil bloe
men aan.
Vervolgens hield de heer L. VAN
DIJK, te Schoondijke, de lezing met
lichtbeelden „Uit de geschiedenis van
den oogst", van welke we in ons vorig
nummer reeds een beknopt overzicht
gaven.
De VOORZ. zegde den spreker dank
voor zijn belangwekkende lezing en sloot
daarop, tegen vijf uur, met een kort op
wekkend woord den welgeslaagden acht
sten Zeeuwschen Ontwikkelingsdag.
VOETBAL.
R. C, S.—AXEL 3—2.
De eerste promotiewedstrijd.
Het sympathieke Souburgsche ploegje
R. C. S. geniet in de derde klasse een
reputatie om de buitengewone producti
viteit der voorhoede. Het is voor de kee
pers der tegenpartij om te rillen wanneer
cle R. C. S.-schutters hun kogels afvu
ren; 201, 192, 151, 112, dat zijn
zoo eenige cijfers waarmede R. C. S. in
de competitie zegevierde. Voetballief
hebbers met doelpuntenhonger kunnen
zich hier verzadigen. We weten wel, dat
er in de derde klasse zwakke elftallen
uitkomen, doch dit feit mag toch niet als
de eenige oorzaak van de hooge scores
der Souburgers gelden, de schuttersca-
paciteiten tellen toch ook mee.
We hadden nu niet direct veel doel
punten verwacht in den promotiewed
strijd tegen Axel, maar eerlijk gezegd is
ons de productiviteit der R.C.S.-voor
hoede dezen middag wel een beet
je tegengevallen. Desondanks bleek uit
een en ander toch wel, dat dit elftal een
uitstekende voorhoede bezit.
Alle vijf spelers in deze linie hebben
een goede spelopvatting, alleen aan de
uitvoering ontbrak nog het een en an
der. Linksbinnen Marteijn vormt de
schakel tusschen middenlinie en voor
hoede. Deze speler gooit telkenmale het
spel goed open en ook de andere voor
hoedespelers zetten hun aanvallen haast
alle via een der vleugelspelers op. Hoe
best deze opvatting ook moge zijn, toch
volhardde men hierin wel heel sterk;
weinig variatie in den opbouw was er
het gevolg van. Axel had dit spoedig in
de gaten en door het dekken der vleu
gelspelers werden vele aanvallen lam ge
slagen. De twee backs en de spil namen
het binnentrio voor hun rekening en
mede doordat de R.C.S.-binnenspelers
en de midvoor te veel een afwachtende
houding aannamen en het bij hen aan
doorzetten ontbrak, bleven doelpunten
uit. Zoo moesten twee goals ontstaan uit
een hoekschop en een uit een vrijen
schop.
Er waren twee opmerkelijke fouten in
de R.C.S. voorhoede: het te laat star
ten en het spelen van den bal naar een
gedekten medespeler. Aan dit laatste
zondigde Axel eveneens. Het viel name
lijk telkens op, dat wanneer een der spe
lers den bal toegespeeld kreeg, hij nim
mer met den bal naar voren ging om
daarmee een tegenstander naar zich toe
te lokken en zoodoende zijn medespeler
vrij te krijgen, doch den bal direct door
zond naar zijn clubgenoot, hoewel deze
laatste dan zwaar gedekt stond. Wel
licht speelden de zenuwen parten, maar
het kan toch niet ontkend worden, dat
onnoodig verscheidene aanvallen hier
door verloren gingen.
Overigens mag deze R.C.S.-voorhoede
er zijn. Een jeugdig, frisch vijftal dat het
beste deel van de ploeg vormt. Ook de
middenlinie met den linkshalf aan het
hoofd, speelde een goede partij, doch de
achterhoede is een zwakke plek. De
backs spelen te onrustig en ruimen het
leder telkenmale onvoldoende op. Zij
onderbreken de aanvallen maar half.
Met kalmer overleg is hier wel meer te
bereiken. De keeper viel niet tegen, hoe
wel het tweede doelpunt van Axel aan
een fout van hem te wijten was. Hij
sprong te vlug, en bovendien onnoodig,
naar den bal.
De Axel-keeper leek ons veel betrouw
baarder. Hij verdedigde met moed zijn
doel. Ook de backs en de middenlinie
vielen ons mee, In de voorhoede echter
was het binnentrio zwak. Linksbuiten
Koster was hier de gevaarlijke man. Een
beste kracht die de beide doelpunten
tot stand wist te brengen. Over het al
gemeen is Axel ons niet tegengevallen.
Het is een hard werkende ploeg, die nog
wel een flink woordje zal meespreken
in deze promtotiecompetitie. Vóór rust
speelde zij zwak, doch in de tweede helft
gaf Axel best partij.
De overwinning van R.C.S. is ver
diend, zoowel door de veldmeerderheid
als door het betere spel. Over het alge
meen had R.C.S, weinig geluk. Op hoog
peil stond de ontmoeting niet, al vielen
wel aardige spelmomenten te bewonde
ren; echter vergoedde de spanning veel.
De doelpunten.
In de eerste helft oefende R.C.S. steeds
een hevigen druk uit op het Axel-doel.
De eene aanval volgde na den ander.
En wat men zoo dikwijls ziet: een der