VOOR
JGD,
UIT 'N OUD KOOKBOEK.
VOOR DÉ KRONING VAN
KONING GEORGE VI.
VARIA.
DAMMEN EN SCHAKEN.
MIJN VRIEND CASIMIR.
INTERESSANTE PROEVEN.
ook een verzamelaarster van tee-
keningen en schetsen, waarvan ze
er meer dan duizend had verza
meld. Deed zich een moeilijkheid
voor, dan zei hij: Vraag 't mijn
vrouw, zij is mijn woordenboek.
Zonder haar zou Flaxman, die
in alle levensaangelegenheden een
echt kind was, niet in staat zijn
geweest, zijn zaken te besturen.
Hij overleefde haar zes jaren, maar
in dien tijd leefde hij als in een
soort verdooving.
o
Franz List brak tijdens een hof-
concert te Petersburg eens, mid
den in zijn spel, zijn partij af, daar
de tsaar hardop sprak met enkele
leden van zijn gezelschap. Na een
pijnlijke pauze, die den tsaar op
viel, sprak Liszt ironisch: Wan
neer een keizer spreekt, moet ik
zwijgen.
Kreeften, hoe men die braaden zal
Neemt Kreeften en bind de poo
len en schaaren te zaamen vast en
steekt ze zoo levendig aan 't spit
en bedruipt ze eerst met water,
daar men wat zout ingedaan heeft,
en als ze half gaar zijn, dan be
druipt men ze met wijn, daar bo
ter in gedaan is, als ze gaar zijn,
doet men het vleesch er uit: men
maakt er een saus van Ansjovis of
Oesters over.
Makreel, hoe men die braaden zal.
Neemt Makreel, bestrijkt die
met booter en braad ze op de
Rooster, en als die gaar is maakt
ze open, en doet èr de graad uit;
en doet in de saus wat boter, wat
gekurve peterseli^, en wat note-
muscaat, en zelfs kruisbessen is
goed.
kerk gebouwd, In 1911 werd de
nieuwe Roomsche kerk op den
•Singel ingewijd.
R. B. J. d. M.
(Nadruk verboden.)
Er wordt tact van hem
gevergd.
(Van onzen Londen-
schen correspondent.)
Aan alles valt op te merken dat
wij nu toch heel hard naar de kro-
ningsdagen van koning George VI
op weg zijn. Dit valt niet meer op
door de huizenhoog opgetrokken
tribunes die nu meer en meer het
uitzicht belemmeren, daaraan zijn
wij al gewend, en de versiering van
de straten is voor de Londenaars
ook al niet zoo erg bijzonder meer,
een half jaar geleden was men
hiermee al aan het experimentee
ren. Maar het publiek komt in
steeds betere stemming. Men heeft
zin in de komende feestelijkheden,
dat valt overal uit op te maken;
en toen Dinsdagmiddag koning
George en koningin Elisabeth
naar Greenwich gingen om een
nieuw marinemuseum te openen
kwamen tienduizenden op de been,
om het schouwspel te zien.
Het merkwaardige was namelijk
dat koning en koningin over de
rivier naar Greenwich gingen, dat
is een oude Britsche gewoonte.
Alle monarchen hebben druk de
Theems bevaren, en het is pas in
deze eeuw begonnen dat men hier
van afweek. Koning George V ge
bruikte voor zijn uitstapjes op de
rivier nog de oude admiraalsloep
van koning-stadhouder Willem III
en koningin Mary II, een vaartuig
dat nog steeds in uitstekenden
toestand verkeert na al die jaren
dienst. Nog na den oorlog heeft
George V in die admiraalsloep
vlootrevue gehouden.
Dinsdag echter was alles zeer
modern. Hiermee wil George VI
zeker te kennen geven, de oude
tradities te zullen handhaven in
een modern gewaad. Want voor
dergelijke kleine, bijna onbeteeke-
nende gebaren is het Engelsche
volk zeer gevoelig, men houdt hier
van symboliek.
Het werd voor enkele weken ook
als veel beteekenend uitgelegd dat
de koning bij een bezoek aan
Windsor zelf zijn auto bestuurde
waarin ook koningin Mary en de
prinsesjes gezeten waren. Daarin
zag men eveneens een bekeering
tot grootere moderniteit. De arme
koning heeft het echter zeer lastig
als opvolger van zijn broer Ed
ward VIII. Een deel van zijn on
derdanen probeert „die goeie
ouwe tijd" terug te krijgen van
George V, daarom moet de koning
bij tijd en wijle conservatief doen,
zoo heeft hij weer de zorg op zich
genomen voor de koninklijke be
zittingen rond Sandringham-castle,
die door Edward verwaarloosd
werden.
Al te conservatief kan hij ook
weer niet zijn, want dan jaagt hij
de bewonderaars van den afgetre-*
den Edward (en dat zijn er nog
steeds heel wat, al komt hun stem
niet tot uiting) tegen zich in het
harnas. Tot nu toe weet koning
George met veel tact een midden
weg te houden, de vooruitstreven-
den noemen hem modern, de con
servatieven houden met een zali
gen glimlach vol, dat hij in zijn
hart oer-conservatief is. Voor bui
tenlanders, die zich deze zaken
zooveel minder ter harte nemen,
is het dispuut soms zeer humo
ristisch.
Zoo heeft de koning ook Dins
dag bij zijn tocht over het water
op zichzelf een traditioneel ge
beuren de oude sloep van Wil
lem III op stal gelaten, hij voer
over de rivier in een moderne
sloep van een van de admiraal
schepen, een modern vaartuig
waarvan de motoren driehonderd
paardekracht kunnen ontwikke
len, en dat 26 knoop kan maken.
Op zijn tocht werd hij geëscor
teerd door een viertal moderne
torpedovaartuigen van de kust
verdediging.
Met het zware geronk van mo
toren schoten de bootjes over het
water, langs het Londensch Em
bankment, waar tienduizenden
hartelijk juichten of.... alleen
maar hun hoed afnamen, want ook
de Engelschman is gereserveerd, al
houdt men hier stijf en strak vol
dat het juist de Nederlanders zijn,
of tenminste de Hollanders, die
nooit uit de plooi komen. Want
al die slechte eigenschappen die
wij den Engelschman toeschrijven:
koppigheid, stijfheid en eigendunk,
worden hier juist op rekening van
den gemiddelden Nederlander ge
schoven.
Wij hebben Dinsdag in de be
langstelling een voorproefje voor
de komende kroning gehad, dat
duurt nog een veertien dagen.
Maar wij hebben wel geconsta
teerd dat de stemming er volop is.
Heel de stad liep uit om dezen mo-
demen-ouderwetschen tocht over
het water te zien. Voor een we
reldstad is dat zeer, zeer conser
vatief, Maar dat realiseert de Lon-
denaar zich niet. En zoo lang hij
zich amuseert kan dat geen
kwaad.
De beroemde beeldhouwer
Flaxman ontmoette Sir Joshua
Reynolds, een vrijgezel, en deze
zei tot hem: Ik heb gehoord,
dat je getrouwd bent. Als dat zoo
is, dan ben je als kunstenaar ver
loren. Flaxman ging naar huis
zette zich naast zijn vrouw, nam
haar hand en zei: Anna ik ben als
artist verloren. En hij vertelde
alles. Hij wist hoe Reynolds altijd
tegen 't huwelijk preekte. Vol
gens hem moest een kunstenaar
van 's morgens tot 's avonds met
zijn kunst bezig zijn en zonder de
groot'e werken van Michel Angelo
te Rome gezien te hebben, zou hij
nooit iets bereiken.
En ik, zei Flaxman, zijne
kleine gedaante uitrekkend, ik
wou een groot kunstenaar worden.
Toen zei zijn vrouw: Je zult 't
worden en Rome bezoeken. We
zullen sparen. Nooit zal er gezegd
kunnen worden, dat Anna Den
man John Flaxman als kunstenaar
deed ondergaan.
Vijf jaar werkten ze samen.
Toen vertrok Flaxman naar Ro
me en studeerde er zeven jaren.
Acht en dertig jaren is hij met
Anna getrouwd gebleven en zijn
roem was haar geluk. Ze was een
opgeruimde verstandige vrouw,
-«I
No. 104.
W. LENTE, Middelburg.
1 2 3 4 5
46 47 48 49 50
Wit speelt en wint.
Probleem no. 102.
L. Boom.
Zwart sch op 8, 9, 10, 13, 16,
18, 19, 21, 23, 26.
Wit sch: op 24, 27, 28, 32, 34,
36/39, 48.
Een probleem dat een practi-
schen partijstand bezit, wat door
enkele damspelers die naar tempo
zetten zochten en daar door de
oplossing niet vonden. Wint Wit
door 34—29, (23X43); 48X39!
(19X30); 27—22! (18X27); 28—22,
(27X18); 39—34, (30X39); 38—33,
(39X28), 32X5 en wint.
Eindspel J. L. STROOBAND
Wit drie dammen op 6, 7, 26.
Zwart een schijf op 36 en dam
op 27.
Wit wint door: 716; (2749
gedw.); 26—37 (36—41 a); 37X46
(49—35); 6—44 (35X49); 46—32
en wint (A 4935); 6—44 (35X
49): 3732 en wint.
Hieronder volgt een partij ge
speeld tusschen B. F. Montenari
(Wit) en J. I. Cohen.
(Fransche opening).
1. 34—30 20—25
2. 33—28
Door met 3228 voortzetten
ontwikkelt Wit beter dan langen
vleugel.
2. 25X34
3. 39X30 18—23
4. 30—25 15—20
5. 44—39 12—18
6. 39—33 20—24
7. 49—44
In aanmerking kwam nu zeker
50—44!
7. 7—12
8. 44—39
Veel sterker is 4034. Op 39
34 volgt schijfwinst voor Zwart die
meestal over 't hoofd gezien wordt
door: (24—29); 35X24; (19X39);
28X10, (39X28); 32X23 enz.
8. 17—21
9. 31—26 1—7
10. 26X17 12X21
11. 36—31!!
J. J. COHEN.
1 2 3 4 5
46 47 48 49 50
B. F. MONTENARI.
Een fraaie lokzet van Wit in
dien Zwart zou spelen 2127 Wit
kan nu mooi een schijf winnen
door:
1.
21—27
2.
31X22 (gedw.
18X17
3.
32X21
16X27
4.
37—32A
14—20
5.
32X21B
23X32
6.
25X23
11—16
7.
38X27
24—30
8.
35X24
13—19
9.
24X13
9X49
dam
10.
40—35
49X40
11.
45X34
en
Wit wint een
schijf.
Op A 40—34, (23X32); 37X28,
(14—20); 25X23, (24—29); 33X24,
(13—9); 24X13, 9X49 en Zwart
wint!
Op B 25X14, (9X20), 32X21,
(23X32); 38X27, (24—30); 3524,
(20X49); 40—35, (49X40) 35X44
en Zwart wint een schijf.
Uit de A en B varianten blijkt
indien Wit foutief slaat of speelt
Zwart wint! Een prachtig geheel,
dat men in den diagramstand niet
zou verwachten, dat door de zet
2127 een damslag geforceerd
wordt! Een partijstand, die voor
het partijspel van groote waarde
is.
12. 7—12
13. 31—26??
In dezen stand forceert Zwart
schijf- of partijwinst!
(Wordt vervolgd)
\J t-M I V
Jullie kent hem toch allemaal
nog wel, mijn vriend Casimir Ik
heb jullie al eens iets over hem
verteld. Casimir, mijn vriend, is
een man met een hart van goud,
tenminste.... dat denkt hij zelf.
„Eigen roem stinkt", zegt een
spreekwoord, maar daar trekt Ca
simir zichzelf niets van aan.
„Nu ben ik geen goed mens
vroeg hij mij, toen ik hem laatst
tegen kwam.
„Hm", antwoordde ik.
Toen vatte Casimir vlam. „Hm,
zeg je, wat wil dat zeggen: Hm
Twijfel je soms aan me Alsje
blieft, ik zal er hier onmiddellijk
een bewijs van geven
Hij liep naar een blinde bede
laar en drukte hem een stuiver in
de hand.
„Nu vroeg hij, terwijl hij me
onderzoekend aankeek. „Wat zeg
je daar wel van Ben ik een goed
mens of niet
„Ik zal je eens wat zeggen, Ca
simir", begon ik. „Wie goed doet,
behoeft daar niet over opgehe
meld te worden, maar
„Ophemelen Ophemelen
Wie doet dat Ik misschien Wel
stommeling", ging hij verder, doch
daarmede bedoelde hij niet mij,
maar een kleine jongen, die, onder
het spelen tegen hem aangelopen
was. „Stommeling Kun je niet
beter uit je ogen kijken En
klits-klats, gaf hij den jongen op
elke wang een flinke, harde klap.
„Waarom sla je er dadelijk op
los vroeg ik verbluft. „De jon
gen heeft je toch niet opzettelijk
aangeraakt
„Bemoei je alsjeblieft met je
eigen zaken en niet met de mijne,
ik weet heus wel, wat goed is."
Drie minuten later botste Casi
mir al pratende tegen een grote,
dikke man aan.
„Zeg kan je niet uit je doppen
kijken brulde de vreemdeling
tegen mijn vriend.
Casimir verbleekte. Maar of
schoon het zijn schuld was, dat
hij tegen den man was aangelopen,
hield zijn onbeschaamdheid de
overhand. „Hou je mond zei hij
en wilde doorlopen.
Maar de andere greep hem bij
de-arm. „Jij brutale rekel, wil je
wel eens gauw je verontschuldi
ging aanbieden".
„Ik Waarom
Floep Casimir had al een klap
te pakken. Ach, vrienden, dat jul
lie dat niet hebt meegemaakt.
Eerst werd Casimir rood van woe
de, toen doodsbleek van angst en
van louter schrik kon hij er geen
woord uitbrengen. De reus vertr jk
op het zien hiervan zijn gezicht,
grijnsde en ging verder.
Pas toen de andere uit het ge
zicht was, vond Casimir zijn
spraak terug. „Wat een brutale
kerel Politie Ik laat den man
arresteeren Om onschuldige men
sen te slaan Politie
„Casimir" zei ik, „als je in je
recht stond, waarom heb je de
man dan geen klap terug gege
ven
„Dat had ik ook willen doen,
maar je hebt zelf gezien, hoe de
man te keer ging. Maar wacht
maar, die kom ik nog wel eens te
gen."
„Dan maak je zeker een omweg
om hem heen, anders
„Je denkt zeker, dat ik bang
voor hem was, Ha, angstHet be
staat niet dat er iemand is, waar
ik bang voor ben
Op datzelfde ogenblik dook de
man, die Casimir een klap gegeven
had, weer op. Hij had waarschijn
lijk in de buurt een boodschap ge
daan en keerde nu terug.
„O, lieve help stamelde Casi
mir, „dat is waar ook, ik bedenk
juist, dat ik een afspraak heb. Tot
weerziens
Hij zette het op een lopen
was spoedig verdwenen.
En wil misschien iemand zeg
gen, dat Casimir een lafaard' is
O, vrienden, Casimir is geen
lafaard. Hij is de moedigste mens
die ik ken. Hoezoo Dat zal ik
vertellen.
Drie dagen later trof ik hem
namelijk weer.
„Herinner je je nog", begon hij,
„dat ik een paar dagen geleden
tegen den man aanliep Welnu,
en
toen de man weer te voorschijn
kwam, werd ik opeens zo vreselijk
kwaad, dat ik hem het liefst dood
geslagen zou hebben. Maar ver
standig als ik nu eenmaal geluk
kig ben, viel het mij nog op tijd in,
dat ik mijzelf daardoor ongelukkig
zou maken. Daarom vond ik het
beter me om te draaien en weg te
gaan. Maar dat kan je van mij
geloven, als ik mijzelf niet zo hac
beheerst, dan zou ik den man
zeker een ongeluk geslagen heb
ben!
En ongeluk O vrienden, zo is
Casimir Een edel mens, een moe
dig mens, een mens zonder angsl
Tenminste waar het kleine jon
gens betreft, of klopt dat soms
niet
RAADSELS,
1. Verborgen plaatsnamen,
1. Hoe gaat het met Anna Zè
is toch niet ziek
2. Jan, haal de hengel op 1
•0]3?uafj \sï^2 :pJOOMjuy
2. Mijn eerste deel is een zeer nut
tig huisdier, mijn tweede dee
koopt men bij de bakker; mijn
geheel is de naam van een
vogel.
'3jaoJj-ao3i :pjooM}uy
3. Een boom en een steen worden
beide met dezelfde letters ge
schreven, welke boom en wel
ke steen worden bedoeld
'lajj-jjro :pjoo-*nuy
1. Hoe groot is de lichtsterkte
van de electrische gloeilamp. Nu
zal je zeggen, dat het niet moei
lijk is deze vraag te beantwoor
den, want dat kan men op het bol
letje lezen. Door een eenvoudige
proef kan men dit zelf ook vast
stellen, Achter een recht staafje
plaatst men een vel wit papier,
zoals onze tekening laat zien en
daarachter een brandende kaars.
Het ingeschakelde gloeilampje
wordt heen en weer geschoven,
zó, dat de schaduwen van beide
lichtbronnen van gelijke kracht
zijn. Nu is de lichtstrekte van de
lamp omgekeerd, evenjredig aan
het kwadraat van de afstand. Door
een eenvoudige berekening wordt
de lichtsterkte van de lamp dus
aangegeven.
2. De warmte-uitzetting van me
taal kan men duidelijk aantonen,
indien men uit blik een spiraal
snijdt, zoals afb. 2 te zien geeft.
Houden wij de spiraal boven een
brandende kaars, dan is de uit
zetting duidelijk te zien. Bij kou
de trekt de spiraal weer samen.
3. Hoe krijgt men een naald
door een koperen munt Wan
neer je een naald met een hamer
door een munt wilt slaan, zul je
weing succes hebben, als je het
tenminste zonder voorbereiding
doet. Neem een gewoon stuk kurk,
waar de naald eerst doorheen is
geslagen en zet deze kurk op de
koperen munt, die weer op een
plankje ligt, dan kan men gemak
kelijk bewijzen, dat men een naai-
naald door een koperen munt kan
slaan. Geef een flinke klap met
de hamer op de kurk en de naald
is door de munt heengeslagen.
4. Hoe kan men twee glazen op
elkander zetten Men neemt
twee glazen, wier opening even
groot is, zet in het ene glas een
brandende kaars en zet het andere
er precies bovenop. De kaars ver
bruikt de zuurstof en doet een
ruimte ontstaan, waarin de lucht
verdund is, zodat de druk van bui
ten op de glazen deze vast op el
kander perst.
5. Gewoon schrijfpapier brandt
niet, wanneer men het boven een
kaarsvlam houdt. Het geheim hier
van is, dat men op de plaats waar
de vlam is, boven op het papier
een stukje zilverpapier legt (zoals
om chocoladerepen zit). Het zil-