LANDBOUW.
GEMENGD NIEUWS.
RECHTSZAKEN.
UIT HET HOOGE NOORDEN.
Finland als voorpost der Wes-
tersche cultuur. De democra
tie versterkt. Nieuwe strijd
om de universiteit. De acti
vistische studenten roeren zich
weer en bereiden een bezet
tingsstaking voor. 1„De uni
versiteitskwestie wordt niet
met demonstraties opgelost."
Finland wordt wel de voorpost van de
Westersche cultuur naar het Noord-Oos
ten genoemd en het is vaak zoo genoemd
met minder recht dan thans. De Finsche
cultuur is gegroeid onder sterken invloed
van de Zweedsche, die men toch be
zwaarlijk niet tot de Westersche cultuur
zou kunnen rekenen; zij is er, zou men
haast moeten zeggen, aan ontsproten,
want langer dan de zes eeuwen van ver
eeniging met Zweden was de cultuur in
Finland de Zweedsche. Ook tijdens de
eeuw van Russische overheersching bleef
Finland krachtige invloeden van het
Westen, van Zweden ondergaan, omdat
toch nog altijd het belangrijkste, het
meest ontwikkelde en daardoor het lei
dende bevolkingselement in Finland het
Zweedsch-sprekende was. En wanneer
men in latere jaren van een nationale,
van een Finsche cultuur is gaan spreken,
dan houdt dit geen lijnrechte tegenstel
ling tot de Zweedsche, maar alleen een
erkenning van de nationale geaardheid,
van den bevruchtenden invloed van den
eigen Finschen aard op de aanvankelijk
Zweedsche cultuur in Finland in.
Wie sprak van Finland als voorpost
van de Westersche cultuur naar het
Noord-Oosten bedoelde daar niet zelden
mee, dat Finland een soort bolwerk te
genover Rusland was en 't is dat voor 't
Scandinavische schiereiland in militair-
politiek opzicht ook, terwijl daarentegen
de geringe sterkte van het communisme
in dezen hoek van Europa zeker minder
aan de Finsche geheime politie en haar
communsten-vervolgingen dan aan de
diep-gewortelde democratische gezind
heid der Scandinaviërs toegeschreven
moet worden. Maar ook wilde men met
dat gezegde van voorpost der Wester
sche cultuur vaak doen uitkomen, dat
Finland daar in zijn uithoek die cultuur
vertegenwoordigde, haar cultuurgoede
ren in eere hield en mee voortbouwde
aan deze cultuur. Al heeft men het ge
zegde meer dan eens ook aangehaald om
Finland op zijn cultureele positie en op
vcrP^chtingen die deze oplegt, te
wijzen wanneer er gevaar dreigde, dat
enkele van de belangrijkste dier cultuur
goederen niet gehandhaafd zouden wor
den, wanneer, om een concreet geval te
noemen, in den taalstrijd recht en recht
vaardigheid terzijde geschoven werden.
Finland heeft de laatste jaren een be
langwekkende ontwikkeling doorge
maakt. Het is misschien nog te vroeg om
reeds duidelijk periodes te kunnen on
bescheiden, maar het heeft er allen
schijn van, dat de zes jaren van het pre
sidentschap van Svinhufvud de over
gangsperiode vormen tusschen een laat
ste opleving van het nationalistische ac
tivisme, dat het fascistische avontuur
van Lappo kenmerkte, en de tegenwoor
dige periode van versterkt democratisch
parlementarisme, waarin voor demago
gische agitatie en machtspolitiek geen
plaats meer is en openlijke rechtskren
king niet meer geduld zal worden.
De verkiezingen voor den Rijksdag in
begin Juli van het vorige jaar waren
een belangrijk keerpunt, al bleek dat
niet direct. De liberale - regeering, die
haar parlementaire basis tot zeven van
de tweehonderd zetels zag inkrim
pen, bleef onverstoorbaar zitten, omdat
men de bijeenkomst van den Rijksdag'
"wilde afwachten. Maar bij het begin van
de najaarszitting gebeurde er nóg niets
en de regeering was waarschijnlijk nog
geruimen tijd aan het bewind gebleven,
wanneer niet enkele ministers zich ge
roepen hadden gevoeld om op te komen
voor de geheime politie, die in een na
tuurlijk bij ongeluk openbaar gemaakt
rapport een der ministers onder verdm-
V?F illegale politieke actie had ge
steld, Dat werd een genoegelijke poli
tieke rel, de reg'eering probeerde zich
j6 ^ercledigen met het argument,
dat de beschuldiging ongegrond en het
rapport niet voor publicatie bestemd
was geweest alsof dat iets afdeed aan
het feit, dat de geheime politie een mi
nister in een voor andere leden der re
geering opgemaakt rapport als op zijn
minstonbetrouwbaar bestempelde om
dat hij lid van een pro-democratische en
anti-fascistische organisatie was maar
de meerderheid van den Rijksdag liet 't
niet op zich zitten en dwong de regee
ring af te treden. Er werd toen van
verschillende kanten de wensch geuit,
dat de sociaal-democraten, die bij de
verkiezingen van enkele maanden tevo
ren opnieuw vooruit waren g'egaan en
nu van de 200 Rijksdagzetels bezet-
en et aandeel in een meerderheids
kabinet zouden krijgen, waarop rij
meenden recht te hebben, maar de in
1931, op voorstel van de Lappo-bewe-
gmg en van de mm of meer openlijk
met haar samenwerkende conservatie
ven, gekozen president Svinhufvud ver
zette zich hiertegen, weigerde een re
geering te aanvaarden, waarin ook so
ciaal-democraten zitting hadden, er
dwong zoodoende den agrarischen lei
der Kallio tot de vorming van een zwak
minderheidskabinet, dat met vrij groote
zekerheid slechts zou regeeren tot de
presidentsverkiezing in Februari 1937.
Svinhufvud werd toen, zooals men zal
weten, niet herkozen werd ondanks j
zijn groote verdiensten voor het vrije 1
en onafhankelijke Finland zonder veel
omhaal afgedankt, omdat de sociaal-de
mocraten hem niet terug wüden heb
ben. De sociaal-democraten zorgden
er voor, dat Svinhufvud geen kans
kreeg door hun eigen candidaat. Tan
ner in den steek te laten en bij de
tweede stemming de candidatuur v.an
Kallio te steunen, die toen ook geko
zen werd. En daarmee was tevens de
mogelijkheid geschapen voor de vor-
m'ng van een kabinet van vijf agrariërs,
vijf sociaal-democr.aten en twee libera
le vak-ministers met een liberalen pre
mier, Cajander, aan het hoofd, een ka
binet, dat op drie-vierde deel van den
Rijksdag steunt en parlementair ster
ker staat dan eenige vorige Finsche
regeering. Een dergelijk kabinet had,
indien Svinhufvud niet uit vrees voor
een oplaaien van de anti-roode, fas
cist sche actie van Lappo óf uit afkeer
van de sociaal-democraten zijn veto
had doen gelden, ook direct na de
verkiezingen gevormd kunnen worden.
Want de voornaamste aanleiding tot
het bijdraaien van de agrarische partij
w,as niet een voorliefde voor navolg-'ng
van het Zweedsche voorbeeld van sa-
men-regeeren van arbeiders en boeren,
maar vrees, dat de sociaal-democraten
en de Zweedsche volkspartij, die bij
de verkiezingen samen meer dan de
helft der zetels in den Rijksdag hadden
veroverd, elkaar zouden vinden en in
verschillende opz'chten, vooral ten
aanzien van de taalkwestie, een poli
tiek zouden voeren, die den agrariërs
geenszins aanstond.
Zij, die de vrees van Svinhufvud en
anderen voor een opleving van het Fin
sche fascisme niet deelden of het al
thans niet goed achtten zich door die
vrees te laten weerhouden van wat het
recht en in zekeren zin ook de grond
wet schenen te gebieden, hebben re
den te verwachten, dat zij in het gelijk
gesteld zullen worden.
Wij hebben eerder al eens uitvoerig
geschreven over de universiteitskwestie,
over het aloude vraagstuk van de re
geling van het gebruik van de beide, in
beginsel door de grondwet gelijk-ge-
stelde landstalen, he4 Finsch en het
Zweedsch, aan de rijksuniversiteit te
Helsingfors. In 't kort gaat 't er om,
hoeveel Zweedschtalige leerstoelen er
aan deze universiteit behooren te zijn
opdat de 15 procent der studenten, die
van huis uit Zweedsch spreken, recht
vaardig behandeld wo'rden in verge
lijking met de andere, Finsch-spreken-
de, studenten, die vrijwel al het onder
wijs in de eigen taal kunnen krijgen.
Daarover is al jaren lang een hardnek
kige strijd gevoerd, want terwijl de
Zweedsch-Finnen aan hun recht, dat
ook in de grondwet is verankerd, vast
houden, wil een krachtige Finsch-nati-
onalististische groep, die vooral onder
de Finsche studenten veel aanhangers
heeft, dit recht van de minderheid niet
erkennen en verlangt zij een volkomen
verfinsching van de rijksuniversiteit.
Tegen de verwachting in want on
der de agrariërs zijn vele Finsch-Fin-
nen, terwijl de sociaal-democraten de
taalrechten van het Zweedsche deel der
bevolking willen handhaven heeft
de regeering nu een wetsontwerp tot
regeling van de universiteitskwestie bij
den Rijksdag ingediend, een regeling,
waarbij de rijksuniversiteit een nog ster
ker Finsch karakter zou krijgen dan zij
thans al heeft, ofschoon er vijftien
Zweedsche leerstoelen zouden zijn en
de Zweedsche studenten het recht zou
den behouden om bij examens in hun
eigen taal te antwoorden. Deze regeling
is een compromis, een compromis tus
schen volkomen verfinsching en de 25
Zweedsche leerstoelen, die men van
Zweedsch-Finsche zijde als minimum-
eisch stelt, en uit den aard der zaak
kan ook dit compromis niemand ten vol
le bevredigen, al is het dan volgens het
oordeel der regeering de eenig-moge-
lijke oplossing om de al-oude, verdee
ling zaaiende, ongelukkige universiteits
kwestie uit de wereld te helpen.
Natuurlijk zijn de Finsch-nationalisti-
sche studenten in actie gekomen, heb
ben zij demonstraties op touw gezet en
protestvergaderingen gehouden, werpen
zij zich weer op als woordvoerders van
het gëheele Finsche volk, als strijders
voor een nationaal Finland, dat zonder
verdrijving .van de studenten, die het
Zweedsch als moedertaal hebben, van
de rijksuniversiteit niet geschapen zou
kunnen worden.
Maar er blijkt zich de laatste jaren
een belangrijke verandering voltrokken
te hebben. Het is nog niet zoo lang ge
leden, dat de Finsch-nationalistische
studenten door hun optreden een bui
tengewone zitting van den Rijksdag, die
bijeengeroepen was om de universiteits
kwestie tot een oplossing te brengen,
konden doen mislukken, dat onder den
invloed van hun protesten en hun dema
gogische actie breede kringen van het
Finsche volk bereid waren alle recht
vaardigheid opzij te zetten en de rech
ten van de Zweedsche minderheid te
krenken. Nu heeft men een Finschen
minister, die tot de agrarische partij be
hoort, het compromis, dat de agrariërs
geenszins bevredigt, hooren verdedigen
omdat het landsbelang, dat hij boven de
partijbelangen stelt, dat 'eischte, i
heeft men denzelfden minister een zeer
scherp oordeel over de nationalistische
studenten hooren vellen, toen hij ver
klaarde, dat zij politieke werkverschaf-
fers probeerden te zijn, dat zij door hun
op zichzelf ongemotiveerde actie voor
verfinching van de rijksuniversiteit de
zeer verzwakte fascistische, nationalis
tische, of activistische beweging nieuw
leven trachtten in te blazen. Nu leest
men ook in bladen, die weinige jaren
geleden nog het streven van de Finsch-
Finsche studenten direct of indirect
steunden, over de rechten van de
Zweedsche Finnen, over de eischen der
rechtvaardigheid en over de verplich
tingen, die de democratie oplegt. Nu
heerscht er zelfs in Finsche studenten
kringen te Helsingfors ontstemming
over de fluitconcerten en andere de
monstraties, die hun activistische broe
ders hebben georganiseerd en groeit er
een krachtige oppositie tegen dit, als
anti-democratisch of fascistisch of re-
volutionnair gekarakteriseerde streven,
dat bij de behandeling in den Rijksdag
van de universiteitskwestie op een be
zettingsstaking van de studenten in de
gebouwen der universiteit zou moeten
uitdraaien.
De versterking van de democratie in
Finland, die reeds in de verkiezingsuit
slag tót uiting kwam, wordt wel duide
lijk bevestigd; in verband met de op
nieuw actueeLe universiteitskwestie,
verklaarde de rector-magnificus dezer
dagen tegenover protesteerende studen
ten dat deze alleen langs parlementai
ren weg, maar niet met demonstraties
opgelost kan worden.
Bertil J.
Bestrijding rupsenplaag.
Maandagavond was er een gezamen
lijke vergadering van de afd. van Ooft-
en Tuinbouw, den R.K. boerenbond, den
Protestantschen boerenbond en de land-
Douwver. „Eigen Belang", ter bespre
king van de bestrijding van de rupsen-
plaag op de fruitboomen, onder leiding
van den heer M. Maas, voorz. van de
afd. ooft- en tuinbouw te Biervliet.
Spreker was de heer D. H. Koeman,
controleur van den plantenziektenkun-
digen dienst te Terneuzen.
De voorzitter deelde mede, dat de
heer Koeman zelf den stoot tot deze ver
gadering heeft gegeven naar aanleiding
van de rupsenplaag van verleden jaar,
waaruit blijkt, hoe actief deze werkzaam
is, om de boeren belangeloos van voor
lichting te dienen.
De heer Koeman wees er op, dat het
voornamelijk de spinselrups is geweest,
die zulk een groote schade heeft aange
bracht. Hij gaf daarvoor verschillende
bestrijdingsmiddelen aan en wees tevens
op de gevaren er aan verbonden.
Vari deze gelegenheid maakte hij te
vens gebruik te wijzen op het groote ons
dreigende gevaar van den colorado-ke-
ver en de bisamrat, die beide in België
reeds voorkomen en zelfs dicht bij onze
grens.
Het was een prettige en leerzame ver
gadering.
Landbouw-ongevallenverzekering.
Gister werd te Amsterdam in een der
zalen 'van dc „Industrieele Club" onder
voorzitterschap van den heer P. Hiem-
stra te Utrecht de jaarlijksche algemee-
ne ledenvergadering gehouden van de
vereeniging ,,De Centrale Landbouw-
onderlinge", bedrijfsvereniging inge
volge dë land- en tuinbouwongevallen-
wet 1922.
Ter vergadering waren alle elf afdee-
lingen der vereeniging vertegenwoor
digd.
In zijn openingswoord herdacht de
voorzitter den persoon van wijlen den
heer K. Czn. de Boer, in leven lid en
voorzitter van het college van commis
sarissen. Spreker schetste de bijzondere
verdiensten van den overledene, die
door zijn baanbrekenden arbeid de ver
eeniging sinds hare oprichting een groo
te steun is geweest.
Aan het ter vergadering uitgebrachte
verslag over het boekjaar 1 November
1935 t/m 31 October 1936, hetwelk were
goedgekeurd, ontleenen wij het navol
gende:
Bij de vereeniging waren aangesloten
per 31 October 1936 32143 werkgevers,
terwijl 3348 patroons persoonlijk vrij
willig verzekerd waren en 1626 leden
voor hunne kinderen aan de vrijwillige
ongevallenverzekering deelnamen. Het
door de gezamenlijke leden uitbetaalde
loon bedroeg over het bedoelde boek
jaar ruim 49 millioen gulden.
In het verslagjaar werden bij de ver
eeniging aangegeven 9489 ongevallen,
waarvan 14 gevallen met doodelijken af
loop. Van deze laatste gevallen gaven
er 13 aanleiding tot het toekennen van
een rente aan nagelaten betrekkingen.
In totaal moest aan contante waarden
van toegekende en nog toe te kennen
blijvende renten worden opgebracht bij
na 98.000.
Tenslotte zij vermeld, dat de verga
dering tot lid van het college van com
missarissen herkoos den 'heer G. W.
Stroink, burgemeester van Steenwijker-
wojd, terwijl in de vacature De Boer
werd benoemd mr. J. Linthorst Homan,
burgemeester van Vledder.
Tot plaatsvervangend lid van het col
lege van commissarissen werd voorts
herkozen de heer H. Meijeringh Jzn. te
Gieten.
Na afloop der vergadering verkoos
het college van commissarissen uit zijn
midden tot voorzitter mr. J. Linthorst
Homan voornoemd.
DE MOEILIJKHEDEN IN DE
VARKENSHOUDERIJ.
Een beroep op den minister.
Het hoofdbestuur der Holl. Mij. van
Landbouw heeft zich in verband met de
doorloopend slechte positie waarin de
varkensmesters verkeeren, welke nog in
sterke mate verergerd is door de stijging
der voerprijzen, telegrafisch tot den mi
nister van landbouw gewend met het
dringend verzoek een snelle aanpassing
van den varkensprijs aan den voerprijs
te bevorderen.
In de bijeenkomst, waarin tot het ver
zenden van dit telegram besloten werd,
werd gewezen op het feit, dat de var
kenshouders hun stapel enorm hebben
moeten beperken en daartegenover van
de regeering meenden te mogen verwach
ten het in stand houden van een redelij
ken prijs; niet alleen in verband met de
doelstelling, der regeling, die er toch niet
is om doorloopend verliezen te doen lij
den, doch inzonderheid ook in verband
met de monopolieheffingen op granen.
Het genoemd bestuur meent, dat het een
onhoudbare toestand is, dat ten bate van
het landbouw-crisisfonds de varkenshou
ders jaar in jaar uit uit worden belast,
terwijl ze vrijwel doorloopend verliezen
lijden.
In verband met de verlaging per 4
April der monopolie-heffingen, werd op
gemerkt, dat deze verlaging veel klei
ner was dan de stijging der graanprijzen,
zoodat de veehouders steeds duurdere
granen moeten koopen. Bovendien werd
opgemerkt, dat deze rechten in geen ge
val hooger behooren te zijn dan noodig
is om in het binnenland een voor de ak
kerbouwers loonend prijsniveau te ver
krijgen. Indien dit criterium in acht was
genomen, zou de verlaging groo ter heb
ben kunnen zijn geweest. Het zou beter
zijn en soepeler werken, indien aan de
monopolie-heffingen het karakter van
schaalrechten werd verleend. Besloten
werd in het Kon. Ned, Landbouwcomité
deze gedachte in bespreking te brengen.
Steekpartij,
Zondagnacht Lep de 24-jarige schil
der J. H. K, Dijkers in de Couwael-
straat te Rotterdam. Een on
bekende man, die hem achterop kwam,
heeft den schilder om tot nog toe on
bekende redenen, een steekwonde in
den rechter schouder toegebracht. D
riep om hulp, waarop de dader hel
hazenpad koos. Men heeft hemnog
niet kunnen vatten.
De gewonde is naar het ziekenhuis
aan den Bergweg vervoerd, waar de
steekwonde gehecht is.
Werklooze loerde met een karabijn op
burgemeester.
Zaterdagavond te half elf kreeg de
burgemeester van Diepenveen
de heer J, W. Arriëns, in zijn woning
bezoek van een man, inwoner van zijn
gemeente in de buurtschap Colmschate,
de 26-jarige G. V.(oortman), een klom
penmaker, di(e den burgemeester een
met scherp geladen huzarenkarabijn
met bajonet en vijf patronen overhan
digde, en daarbij in koelen bloede ver
telde, dat hij in den uin van den
burgemeester op, den loer h,ad gelegen
om dezen dood te schieten. Toen hij
den burgemeester in diens werkkamer
had zien loopen, had iets hem van zijn
voornemen weerhouden en thans kwam
hij den burgemeester daarvan vertel
len. Meteen vertrok de bezoeker.
Burgemeester Arriëns, die natuur
lijk danig was geschrokken, aldus het
Maandagochtendblad, belde de mare
chaussee te Deventer op. Intusschen
was V. naar de gemeentepolitie te
Colmschate geloopen en vertelde van
zijn gedrag. V, werd toen ingesloten
Bij het verhoor door de politie hem
afgenomen, bleek V. thuis twist te heb
ben gehad. Hij is een driftkop, die al
meer heeft gezworven, een paar von
nissen .achter den rug heeft, zfch a
eens heeft aangemeld voor het Vreem
delingenlegioen en, tevergeefs, voor
dienstneming in het N. I. leger. Hij hac
geen bepaalden wrok tegen den burge
meester, doch wilde van de straat ko
men, omdat hij anders werkloos zou
rondzwerven. Hij huurde Zaterdagmid
dag een auto en ging naar een familie
lid i!n Twello, die huishoudster is bij
een wachtmeesterhoefsmid bij de huza
ren te Deventer. Daar nam hij uit een
foudraal het karabijn met bajonet weg
en vulde het foudraal met een plank
Hij: n,am de patronen uit een pakje, Aan
de marechaussee zeide hij bij het ver
hoor, dat hij ieder zou hebben neerge
schoten, die hem in den weg zou zijn
getreden.
V. zal bij de justitie worden voorge
leid.
DOODENDAGBOEK VAN HET
VERKEER.
Bussum: 1 doode
Gistermiddag is een negenjarig jon
getje, dat bij familie te Bussum logeer
de, bij het oversteken van de Albert
Neuhuyslaan door een met puin geladen
vrachtauto aangereden. De knaap was
op slag dood.
HANDEL EN NIJVERHEID.
De werkgelegenheid in de beetwortel-
suikeriabricage.
In de derde aflevering van het maand
schrift van het Centraal Bureau voor de
Statistiek vinden wij een vergelijkend
overzicht van de werkgelegenheid in bo
vengenoemde industrie gedurende de
aatste 18 jaren (perioden loopende van
1 Februari1 Februari), waaraan het
volgende ontleend is.
aantal
d. losse arb.
bedr. a. d.
arbeiders
1919-20
21
(20)
684.000
3.013.000
1921-22
22
(21)
1.550.000
»1
7.721.000
1922-23
22
(18)
922.000
11
4.144.000
1928-29
19
(16)
591.000
11
2.534.000
1929-30
19
(12)
556.000
11
2.436.000
1930-31
19
(14)
565.000
11
2.610.000
1931-32
18
(12)
333.000
11
1.334.000
1932-33
18
(12)
480.000
11
1.881.000
1933-34
18
(13)
498.000
11
1.933.000
1934-35
18
(13)
428.000
11
1.597.000
1935-36
18
(13)
421.000
11
1.512.000
1936-37
18
(12)
442.000
11
1.611.000
De getallen tusschen haakjes geven 't
aantal fabrieken aan, waar een campag
ne geweest is. Dit aantal bedroeg in het
laatste jaar 12, of een minder dan in de
drie vorige jaren. Onder de 6 overige
fabrieken waren een 5-tal, welke nu
reeds sedert resp. 6, 8, 8, 12 en 15 jaren
auiten bedrijf zijn, doch niettemin voor
diverse werkzaamheden (o.m. ontvangst
en verscheping van beetwortelen ten be-
loeve van andere fabrieken) een klein
aantal losse arbeiders in dienst hadden.
De werkgelegenheid was in 1936-1937
iets grooter dan in de beide vorige jaren,
doch kleiner dan in de daaraan vooraf
gaande jaren, afgezien dan van het bij
zonder ongunstige jaar 1931-1932. Ver
geleken met 1935-1936 steeg het aantal
„man-dagen" der losse arbeiders met
21.215 of plm. 5 het totaal aantal
vaste arbeiders verschilde weinig van
dat in het vorige jaar en bedroeg plm.
59 dagen tegen plm. 54 in 1935-1936. Vol
gens voorloopige cijfers was de met bie
ten beteelde oppervlakte 4,1 grooter
dan in 1935 en nam de bietenoogst met
ruim 5 toe. De invoer van beetworte
len, zij het betrekkelijk gering, was groo
ter dan in 1935 en de uitvoer, evenals
toen, van geen beteekenis. Het invoer-
saldo van ruwe suiker was ruim 11.500
ton (13,5 grooter dan in genoemd
jaar.
De loonen der vaste arbeiders en die
van het vaste en tijdelijke kantoorper
soneel beliepen in de periode 1 Februari
19361 Februari 1937 in totaal resp.
rond 1.302.000 en 173.000, zoodat
aan het gezamenlijke personeel der beet
wortelsuikerfabrieken (met inbegrip dus
van de aan losse arbeiders betaalde loo
nen) in die periode rond 3.086.000 aan
loon werd uitgekeerd, d.i. ruim 65.000
(2.2 meer dan in de vorige periode.
De fraude te Borssele.
Naar we vernemen zal ter openbare
terechtzitting van de Rechtbank te Mid
delburg op 4 Mei a.s. in behandeling
worden genomen, de strafzaak tegen H.
C. R., gewezen burgemeester van Bors
sele, verdacht van het plegen van frau
duleuze handelingen, ten nadeele van,
verschillende polders.
ONEERLIJK PENNINGMEESTER.
De pennngmeester van de afdeeling
Nieuw-Vosmeer van den R.K. fandar-
beidersbond „St, Deus Dedit", M. C. R„
oud 41 jaar. tevens wethouder en loco
burgemeester van deze gemeente, die
ook de werklooz'engelden beheerde,
welke hem door het hoofdbestuur van
den R.K. arbeidersbond ter distributie
werden toegezonden, stond gisteren
voor de Bredasche rechtbank terecht
ter zake, dat hij 'n deze functie een
bedrag van ongeveer f 900 zou hebben
verduisterd en te eigen b,ate aange
wend.
Verdachte verklaarde, dat hij reeds
13 jaren de functie van penningmeester
en beheerder vervulde en dat reeds
vroeger een tekort in de kas was ont
staan, welke tekort hij telkens aanvul
de met geld uit de andere kas.
Wel was er nu en d,an een controle
verricht, doch het tekort werd niet
ontdekt. Toen hij nu in Januari jl. op
nieuw een bedrag van f 800 van het
hoofdbestuur van den bond, ter distri-
butje onder de werkloozen kreeg, is
hij met dit geld op stap gegaan en
heeft hij in het naburige België groote
verteringen gemaakt, zoodat, toen hij
thuis kwam, er nog slechts een bedrag
van f 200 over was.
Het was toen n:et mogelijk de uitkee-
ringen aan de werkloozen te doen. De
voorztter van de afdeeling en ook de
controleur van den bond hebben toen
een grondig onderzoek ingesteld, waar
uit bleek, dat in totaal een tekort be
stond van ruim f 900.
Verdachte legde een volledige beken
tenis af. Hij verdiende slechts een loon
van f 11 per week.
De officier van justitie achtte het ge
pleegde feit zeer ernstig, omdat ver
dachte het volle vertrouwen van zijn
medebestuurderen genoot en hij dit op
schromelijke wijze heeft misbrukt.
Hij eischte een gevangenisstraf van
negen maanden met aftrek v,an de pre
ventieve hechtenis.
Uitspraak 3 Mei a.s.