Met dagblad
reclame aan
■de spits!
0i Os 0. Oi 0. Or 0. Or Or Or
INGEZONDEN STUKKEN.
De malversaties bij 't plaatselijk
Crisis-Comité en Maatschappelijk
Hulpbetoon te Vlissingen.
KRABBENDIJKE.
H. VAN DE VREDE
AAN JAN EN JEWANNES.
De Amerikaansche luchtvaart
maatschappij, de United Airlines,
heeft in de loop der jaren niet al
leen haar vloot aanzienlijk verbe
terd, maar ook haar reclame. Van
elke verbetering, van elke uit
breiding der vloot vertelde zij het
publiek door middel van dagblad
reclame.
Met 60.000 regels in de dagbladen
annonceerde zij in 1927 haar
dienst van kust tot kust, die toen
nog 33 uur duurde.
In 1933 begon zij als eerste met
twee-motorige vliegtuigen; redu
ceerde de overtocht tot 24 uur en
voerde haar advertenties in de
dagbladen tot 275.000 regels op.
Goed gezien*, in 1935 vervoerde
United Airlines onder een 14-tal
luchtvaartmaatschappijen, 42
der totale vracht.
In 1936 besloot zij 375.000 regels
in de dagbladen te adverteeren en
kon aan het eind van het jaar een
vooruitgang van 25 constatee-
ren.
Met het oog op deze successen
is het geenszins te verwonderen,
dat zij voor 1937 wederom tot op
voering van het budget voor dag
bladreclame besloot.
hebben samengewerkt. Er moge echter
daardoor toch nog eens voldoende dui
delijk de aandacht zijn gevestigd op het
belang van den tijd, dien deze jaren om
vatten. Welnu, ik kan verklaren, dat al
die jaren met groote trouw, geestdrift en
ijver de taak van secretaris door U is
volbracht.
Wij tuberculosebestrijders vormen een
felle vechtorganisatie, die nooit kamp
geeft. Het schenkt echter ook voldoening
bij onzen strijd tegen de tuberkelbacil
len, dat wij in dezen tegenwoordigen mi
litanten tijd althans een uitzonderings
positie innemen, omdat wij bij dezen
eeuwigdurenden kamp ons veil g' ge
sterkt gevoelen door de instemming van
al onze medemenschen.
Waarde commilitoon, ik ben er zeker
van hier de tolk van ons allen te zijn,
waar ik U de verzekering geef, dat wij
het zeer betreuren, dat gij onze gelede
ren gaat verlaten en dat wij U hartelijk
danken voor alles, wat gij voor onze
Vereeniging hebt gedaan. Het eenige wat
bij Uw vertrek tot troost strekt is, dat
güU zij het dan ook elders aan de
Ongeregelde opstellen over ongewone
onderwerpen, opvallende ontdekkingen of
opmerkenswaardige onderzoekingen.
Een pretentie die weliswaar
géén impertinentie maar toch
bepaald een negligentie blijkt
te zijn.
Onder het opschrift: „Evenredige
Vertegenwoordiging en Districten Stel
sel, Een pretentie die een impertinentie
blijkt te zijn" wijdden wij in ons nr. van
22 Februari jl. een uitvoerige beschou
wing aan een ons toegezonden brochu
re, waarin de „Nederlandsche Volks
Gemeenschap", bij afkorting NeVoGe,
beweerde „de pretentie te hebben, een
kiesstelsel te hebben ontworpen, dat de
schadelijke uitwassen der E.V. uitsnijdt,
terwijl het tevens de voordeelen, welke
aan het vroegere Districtenstelsel ver
bonden waren, wederom in eere her
stelt". In deze beschouwing maakten wij
er ernstig bezwaar tegen, dat in deze
NeVoGe-brochure den lezer nergens
ook maar wordt aangeduid, dat het al
daar ontwikkelde systeem, voorzoover
dit den kiestechnischen
kant betreft, congruent is met een
drie jaren geleden door schrijver dezes
gepubliceerd systeem. Wij stelden des
wege de vraag, of de schrijvers dier
NeVoGe-brochure ervan beschuldigd
mochten worden „plagiaat gepleegd te
hebben, althans niet, gelijk betamelijk
ware, man en paard zijn toekomend
deel gegeven te hebben". Wij hebben
vervolgens trachten te bewijzen, dat het
NeVoGe-stelsel op 7 van de 9 es-,
sentieele punten volstrekt identiek was
met het onze, hetwelk niet alleen drie
jaren eerder gepubliceerd was, maar
hetwelk bovendien den heeren
bekend was, en, op grond van
dit vertoog meenden wij, en meenen
wij nog, gerechtigd te zijn te stellen, dat
hier van een NeVoGe-stelsel niet ge
sproken behoort te worden althans
niet zonder te vermelden dat dit stel
sel op die essentieele punten identiek
is met het onzerzijds eerder gepubli
ceerde.
tuberculosebestrijding blijft wijden. Mo
ge Uwe nieuwe werkkring U gedurende
vele .jaren veel voldoening en geluk
schenken en moge het U en de Uwen
wel gaan.
Daarna bood de voorzitter als ge
schenk van het bestuur den scheidenden
secretaris eenige wetenschappelijke
boekwerken aan.
Epiloog,
Van zeer geachte zijde bere'kt ons uil
wat wij zouden kunnen noemen „het
kamp der Westdijkianen" het verzoek
ioo kort mogelijk of in het geheel nie:
meer in te gaan op de repliek van he
„Dagblad van Noordbrabant en Zeeland
in de quaestie der benoeming v,an der
gemeenschappelijken steuncontroleur op
Zuid-Beveland.
D t verzoek, waaraan wij gaarne ge
volg geven, was overigens nauwelijkr
noodig geweest. Want de K. [arhof?]
geteekende repliek in dat blad, die ons
behalve vrijmoedigheid ook „rijkelijke
naïeveteit" en „oneerlijkheid" aanwrijft
m tsgaders het zondigen tegen „de rege
len der polemische schermkunst", is
zelve naar vorm en inhoud al zeer on
geschikt er een voortzetting der pen-
nestrijd op te bouwen.
Slechts dit meer algemeene, niet
meer op het onderhavige geval betrek
king hebbende punt willen wij nog
aanhalen. Het „D. v. N.br. en Z."
schrijft:
„Naar ant'-katholie.ke spoken behoeft
men, waar het de benoemingen in Zee
land boven de Schelde betreft, niet te
zoeken. De „verschijnselen" v,an een en
ander zijn daarvoor te reëel. Dat er uit
sluiting betracht wordt, zal ieder moe
ten toegeven, die de statist'eken over
de bezetting der ambten, bij provincie
en gemeente controleert."
Hieruit blijkt wel, dat onze geachte
tegenschrijver ons niet begrepen heeft,
niet begrijpen w'l, of principieel ver
werpt wat wij te dezen opzichte in ons
vorig artikel schreven. Want deze sta
tistieken kunnen toch moeilijk .anders
bedoeld zijn dan als betrekking hebben
de op d e evenredigheid op niet-poli-
tieke posten, welke wij immers ten
scherpste afkeurden?
Zoo het Dagbl. v. Noordbr, en Zeel.
ons een lijstje kan voorleggen van be
noemingen op niet-politieke posten in
Zeeland, waarbij roomsch-katholieke
sollic'^anten, ondanks het feit dat zij in
alle andere opzichten verkieslijker wa
ren, desalniettemin niet benoemd
zijn vanwege het feit, dat zij roomsch-
katholiek waren, dan zal het r.k. dag
blad ons aan zijn zijde vinden in het
laken van op zoodange wijze handelen
in strijd met onze grondwet.
Evenzeer als wij er, bijvoorbeeld, in
de hand-over-hand verroomschende r.k.
universiteitsstad Nijmegen van overtuigd
zijn, dat er daar toch nimmer iemand
op welken post ook benoemd zal wor
den, enkel en alleen omdat hij roomsch
's, doch dat er daar, ongeacht den
godsdienst en de politieke richting van
eenigen candidaat voor welken niet-po-
lit'eken post ook, uitsluitend naar diens
bekwaamheden gekeken zal worden
-ii ntMrnit
evenzeer verlangen wij ook dat in "Zee
and iemands godsdienstige en pol t: eke
overtuiging (voorzoover de laatste niet
door den banvloek der regeer ng is ge
troffen tenminste) nimmer een beietse
mag zijn voor de benoeming tot eenig
ambt of eenige betrekking, wanneer hij
of zij daarvoor overigens bij uitstek
de geschiktste is!
Maar daarmee houdt alles dan ook
pree es op: een vordering tot politiek-
godsdienstige evenredigheid
bij het uitdeelen van alle mogelijke
haantjes verwerpen wij te eenen male,
zoo voor Zeeland als voor Brabant,
Limburg of waar dan ook in Nederland
Naar aanleiding van deze beschouwing
ontvangen wij nu een breedvoerig ver
weerschrift van deze Nederlandsche
Volksgemeenschap, te lang om het in
zijn geheel op te nemen. Aangezien wij
echter aan het adres dier NeVoGe in
ons blad een beschuldiging geuit heb
ben, dient der NeVoGe hier de gele
genheid tot voldoende verweer gebo
den te worden; het wezenlijke uit dit in
waardigen toon gehouden verweer
schrift moge derhalve hier volgen.
Na een inleiding stelt het: ...„wij
gunnen U volgaarne de oudste rechten
op de gedachten van samenstelling van
evenredige vertegenwoordiging en
districtenstelsel" en verderop stelt zij
„dat wij van ganscher harte aan U
de pretentie laten een eigen stelsel te
hebben ontworpen en dat wij ons voor
nemen, dat voortaan den volke kond te
doen met gelijktijdige uitschakeling van
elke NeVoGe-pretentie op dat terrein"
Ruiterlijker kan het niet.
Welk bezwaar blijft er dan nu hun
nerzijds nog over?
Dit: dat wij geschreven hebben -
zoo citeert het verweerschrift
....„en waarop de veroordeeling van
al of niet plagiaat gepleegd te hebben",
enz.
De NeVoGe acht „dit een zeer ern
stige beschuldiging" omtrent welker be
rechting zij zich, naar bevind van zaken
de noodige stappen voorbehoudt. Zij
verlangt derhalve van ons .„zóó dui
delijk en opvallend de geïnsinueerde
woorden terug te nemen, dat voor
iedereen onbetwistbaar komt vast te
staan, dat elk vermoeden van plagiaat
door ons wordt verworpen", ondanks de
omstandigheid, „dat op bepaalde punten
tusschen het NeVoGe-ontwerp en dat
van schrijver dezes een theoretische
overeenkomst bestaat".
Het verweerschrift adstrueert dit dan
door uitvoerig in te gaan op de tot stanc
koming van haar ontwerp; en het stelt,
dat reeds een maand vóór de NeVoGe
aan schr, dezes inlichtingen vroeg om
trent het door hem gepubliceerde kies
stelsel, in het orgaan dier vereeniging
het eerste van een serie artikelen over
deze aangelegenheid gepubliceerd was,
Ook een voorwaardelijke straf
geëischt tegen ex-wethouder
P, G, L,
Bij de g:steren voor het Haagsche Ge
rechtshof in hooger beroep voortgezet
te behandeling van de malversaties bij
het plaatselijk crisis-comité en maat
schappelijk hulpbetoon te VI ssingen be
hoefde men na de zaak van de W. tegen
den oud-wethouder L. niet meer op ver
schillende feiten in te gaan.
Alleen het uitlokken van verduistering
vormde een nieuw punt van bespreking.
Verdachte had op verschillende rei
zen van Vlissingen naar Den Haag voor
het crsis-comité vrij groote verteringen
gemaakt, doch had slechts de onkosten
van den trein vergoed gekregen.
Om zich geheel schadeloos te stellen,
had hij eenige collectanten van het cr
sis-comité aangespoord om geld uit de
collecte-bussen te nemen.
De secretaris van het crisis-comité J
P. L,( die als getuige gehoord werd, ver
klaarde van de collectanten het g'eld te
hebben gekregen en aan verdachte te
hebben ter hand gesteld.
Na dit korte onderzoek nam de ad
vocaat-generaal mr. Rombach requisi
toir.
Wat het geven van de toestemming
tot het wegnemen van kleeren en goe
deren van het crisis-comité betreft, d't
was, evenals het wegnemen zelf, een on
behoorlijkheid. maar leverde, volgens
spr. geen strafbaar feit op.
Het was zeer zeker een uit'okking,
maar geen strafbare uitlokking. Wat be
treft het in ontvangst nemen van de
gelden uit de collecte-bussen, dit vond
mr. Rombach een g'eval van heling.
Tenslotte achtte de advocaat-gene
raal het uitlokken van het maken van
de vervalschte specificatie, evenmin als
het eerste, een strafbaar feit.
Alleen blijft dus de heling als straf
baar feit.
Spr. nam in aanmerking, dat verdachte
zich met het geld uit de collecte-bussen
niet heeft willen verrijken, Ook wees
mr. Rombach op de zaak, welke thans
nog tegen verdachte loopt en welke ook
met een veroordeeling tot gevangenis
straf is geëindigd.
Hierdoor is verdachte al voldoende
Het secretariaat der NeVoGe zoo
vervolgt het verweerschrift heeft
ons destijds deze artikelen toegezonden.
Tot onze spijt moet schr. dezes verkla
ren nimmer een regel daarvan onder
oogen gehad te hebben. Maar dat doet
er voor ons minder toe.
Laat ons tot de zaak zelve komen. En
laten we daarbij in het midden laten of
het parallellisme ten aanzien van de es
sentieele punten der versmelting van
E.V. en D.S. wel zóó oppervlakkig is
[....„hier en daar misschien eenigszins
parallel loopt"....] als de NeVoGe be
weert. Ons vorige opstel bevat o.i. ter
zake voldoende gegevens.
Aan de sommatie van de NeVoGe
kunnen en behoeven wij echter
niet te voldoen, omdat. wij haar
nergens van het plegen van plagiaat be
schuldigd hebben! Wij schreven slechts,
dat de vraag was, hoe ons stelsel, en
hoe het hunne, de koppeling S.V.+D.S.
verrichtte, en, zoo schreven wij in een
tusschenzin „hierop zal de veroordee'
ling al of niet plagiaat gepleegd te heb
ben althans niet, gel ij k be
tamelijk ware, man en
paard zijntoekomenddeel
gegeven te hebben, geveld
moeten worden".
Door het weglaten der gespatieerde
woorden construeert de NeVoGe een
vonnis, althans een insinuatie, op een
mogelijke tenlastelegging, welker houd
baarheid in het vervolg van ons arti
kel niet bewezen noch rechtstreeks
aangeduid is.
Integendeel: juist de subsidiaire ten
lastelegging is o.i. een b e w ij s voor
ons geloof in de mogelijkheid, dat de
NeVoGe bona fide zoude kunnen zijn
gelijk dan nu bewezen is,
Dat neemt niet weg*, de f e i t e n,
voorzoover zij ons bij het schrijven van
ons vorige opstel bekend waren, wezen
enkel en alleen op de mogelijkheid van
plagiaat. Immers, zij waren kort en goed
deze: de schrijvers der brochure kenden
onze verhandeling hetwelk in confes-
so is en zij publiceerden een zgn.:
„NeVoGe-stelsel" hetwelk op de we
gestraft, zoodat spr. thans een voorwaar
delijke gevangenisstraf eischte van zes
maanden met een proeftijd van drie jaar.
De verdediger mr. J. G. A. van Gel
dorp Meddens uit Utrecht kon zich
evenals zijn collega gistermorgen groo-
tendeels bij het requ sitoir van den ad
vocaat-generaal aansluiten. Bovendien
wees pleiter op de verdiensten, welke
verdachte het cr'sis-comité heeft be
toond. Nu er^ malversaties zijn ontdekt,
wordt hij ineens van alle kanten zwart
gemaakt, zonder dat iemand over zijn
goede kwaliteiten rept.
Verdachte was immuun voor geld,
veel te immuun.
Groote bedragen had hij aan het crisis,
comité geschonken en in dit verband
was het vreemd, dat hij luttele bedragen
als u t collecte-bussen genomen, zich
wilde toeëigenen.
Verdachte heeft gemeend recht op die
gelden te hebben.
Als hij werkelijk had willen frau
deeren. had hij dat op veel ruimer schaal
en veel meer onopgemerkt kunnen doen
Nog op de verdiensten van verdachte
voor de gemeente Vliss'ingen wijzend,
vroeg spr. een voorwaardelijke veroor
deeling.
Tegen de 3 collectanten ten
slotte ook een voorwaarde
lijke straf geëischt.
Voorts stonden nog in hooger beroep
voor het Hof terecht de collectant H.
V., C. G. en A. B. uit Vlissingen.
Wegens diefstal had de rechtbank te
Middelburg hen ieder tot een maand ge
vangenisstraf veroordeeld.
De drie verdachten hielpen vaak met
het opruimen van kleeren van het cri
sis-comité en de secretaris van het co
mité gaf hen wel eens wat mee naar
huis.
Later hadden zij ook eigener beweging
eenige goederen mee naar huis genomen,
hetgeen natuurlijk niet geoorloofd was.
Uit de getuigenverklaringen van den
secretaris bleek, dat deze nog al gemak
kelijk was met het geven van de toe
stemming, zoodat het niets te verwon
deren was, dat deze eenvoudige jongens
dachten, dat ze zoo af en toe wel eens
wat mochten meenemen.
De procureur-generaal achtte de fei
ten bewezen. Zij illustreeren de wijze,
waarop het beheer van de goederen in
het magazijn is gevoerd.
Spr. vorderde tenslotte voor alle drie
verdachten een voorwaardelijke gevan
genisstraf voor den tijd van een maand
met een proeftijd van drie jaar.
Mr. J. J. Heijse te Middelburg, raads
man van den verdachte G., vroeg voor
zijn cliënt vrijspraak, omdat niet is be
wezen, dat de verdachte de goederen
met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening heeft weggenomen.
Mr. P. C. Adriaanse, raadsman van
verdachte V-, bepleitte eveneens vrij
spraak.
Uitspraak in al deze zaken 7 April.
Abonnementen en Advertentiën vooi
dit blad worden aangenomen door den
zenlijke punten identiek was met het
onze, hun bekende stelsel, zonder van
deze identiteit gelijk behoorlijk en ge
bruikelijk is nadrukkelijk melding te
maken.
Wie, gelijk wij, toen enkel en alleen
over deze feiten beschikte, kon
niet anders dan het vermoeden van pla
giaat bij zich voelen opkomen. Immers,
is, althans 1 ij k t, dit niet bedriegelijk
veel op„het zich toeëigenen van
het geestelijk werk van anderen en als
eigen werk openbaar maken"?
Toch hebben wij zelfs op dat feiten
materiaal die beschuldiging niet ge
uit zonder onmiddellijk daarachter te
stellen de andere mogelijkheid: het,
schoon in strijd met de goede gebrui
ken, niettemin te goeder trouw nalaten
der vermelding van de identiteit op zoo
vele o.i. op alle wezenlijke pun
ten.
Het gaat den onderteekenaren van
het verweerschrift, zoo schrijven zij,
„voornamelijk om den geest" van ons
antwoord. Laat ons derhalve, na de
thans ontvangen en ons tot nu toe groo-
tendeels onbekende inlichtingen van
de NeVoGe, teneinde aan duidelijkheid
niets te wenschen over te laten, volmon
dig het volgende verklaren:
lo. dat wij der NeVoGe nimmer be
schuldigd hebben van het plegen van
plagiaat;
2o. dat wij, die mogelijkheid
niettemin, en o.i. op goede gronden,
stellende, de goede trouw der NeVoGe
toch niet in twijfel hebben willen trek
ken, en dat wij thans van die goede
trouw volkomen overtuigd zijn;
3o. dat wij derhalve er in gemoede
van overtuigd zijn, dat het door schr.
dezes in zijn in 1934 gepubliceerd ge
schriftje ontwikkelde kiesstelsel, waar
op dat der NeVoGe, wat de wezens
kenmerken betreft, als twee druppels
water gelijkt, niettemin aan het door de
NeVoGe gepubliceerde soortgelijke stel
sel niet ten gTondslag heeft gele
gen en dat hetzelve dus volkomen onaf
hankelijk van ons geschriftje door de
schrijvers van dit werkje ontworpen is.
4o. dat dus, hoewel de brochure der
NeVoGe, waarop wij doelen, op zichzel
Mak an julder, Jan en Jewannes, is
een brief schrieve
Ik bin boer en mien koeien geve
melk, en daer maekt mijn wuuf beuter
van. As regel lekkere. 'E de koeien is
as regel vee vosse peekoppen geete
mee vos loof der an, laet het wè is
te wenschen over, mè das geen veert'ea
daegen in un eel jaer.
Le Klerk ek gezie is een tikje in zien
vleaken geschoten. Noe Jewannes, je
was nie percies netjes, 'k Gloove Je
wannes, jei zoo m n as je Confraeter
Jan eenig benul van boerestand en boe-
rewerk, en noe wille julder nog tegae-
re gè zwamme over boeresteun ook. En
'k g'loove dae julder net soo veel
verstand van as da pasgeboore elfde
kind van mien gister, 'k Neeme julder
da nie kwaelijk oor! Wan een smid wi
praot d e over? Net as een meester en
andere amptenaers, om een rekenienge
bie mekaere te kriegen, da se mee
Nieuwejaar zoovee rekeniengen bie
mekaere getrommeld dat as ze mè
betaeld oore, tweeënvuuftig goeie week
gelden bie mekaere en zekere Sijmen-
tje 's ter goed vó die betaelt.
Me noe bin ik mè medelezer van de
Middelburgsche krante. En 'k verkneute-
re» mien eige wè is in 't briefgeschrief
van julder. 'k Bin 't er daerom n e altied
meeseens. Van de weke glad nie. En
toch bin 'k een groote vriend van anti
revolutie.
Mè Jan, noe ei jiet van de weke
over beuter van 16 stuvers, twelf stu-
vers, nog beter. Mè noe 'k joe mee
Jewannes in julder „geschr'ef" is wa
vraege; Ebbe juider, Jewannes en jie
Jan, a is ooit van je leven goeie lek
kere boerebeuter geete? G'loove doe 'k
dat nie. 'k G'loove er niks van, Jewan
nes nie, en de Smid zeker n e, wan dan
zou um wè zeie, liever twee en een
alf onze boerebeuter, goeie dan oor,
as een kilo Buck en braedvet, dè dat
glad gien smaeke in zit. Hoe je surro
gaten mè in je fabr ek. o
Kwart pond boerebeuter, lekker, aan
gemengd met iets uut 't Zuudwesten,
tot dreievierde toe, dan julder van de
jus ook nog smaeke. Te misten as mien
wuuf zo is teen of taore braedt of op
bakt in die smerige margarine surroga
ten kan ik er de smaek er n e van
kroege.
Visch in bakke kan nog, Mè de smae
ke is ter uut. Boerebeuter bluuft aal-
toos vier keer per eenheidsgewicht
zoovee weerd as margarine surrogaat.
Wan aaltijd proef je viermel verder
ook. En Jan wat is ter dan voo de
smaeke goed en vo je maege beter en
gekooper. Ze: dat noe is?
Daerom is de beuter zo diere as da
ze in joe oogen is, nog vee te gekoop,
en weet ji® wè, dat een boer voo één
pondje beuter nog aolt'ed tot noe toe
vijf tien volle liter melk noodig eit?
Das dan 't gemiddelde oor.
En Jan en Jewannes, wat betaele jul
der voor een liter volle melk straet-
pries?
Op hoop van Beter,
Boterboer.
Domburg, 22 Maart 1937.
beschouwd, voor dem deskundige zon
der den minsten twijfel den s c h ij n
van plagiaat kan, zelfs moet wek
ken, desalniettemin hier van plagiaat in
den zin van: bewuste toeëigening van
anderer geesteswerk met het oogmerk
dit als eigen werk uit te geven, geen
sprake zal zijn.
Kort en goed: indien de NeVoGe in
haar brochure had vermeld, al ware het
slechts in de voetnoot op de eerste
bladzijde, dat het in haar geschriftje ont
wikkelde kiesstelsel ten aanzien van de
wijze, waarop de evenredige vertegen
woordiging en het districtenstelsel tot
één kiessysteem waren samengesmol
ten, geheel of in groote trekken over
eenstemde met het in 1934 door schr.
dezes gepubliceerde stelseldan
zouden wij er niets op aan te merken
gehad hebben. Zelfs onze waardeering
betuigd hebben, gelijk wij thans nog
doen, voor de omvangrijke omrekening
der vorige verkiezing op een 50-distric-
tenstelsel.
Dat was ons bezwaar. Wij reclamee
ren zelfs de oudste rechten niet: zoo
dra ons medegedeeld was, dat mr. Joh,
J. Belinfante en mr. G. G. van der Hoe
ven eerder soortgelijke ons overigens
thans in hun uitwerking nóg onbeken
de stelsels zouden hebben ontwor
pen, hebben wij daarvan melding ge
maakt en' zelfs de mededeeling, dat een
der schrijvers van de NeVoGe-brochure
in 1920 reeds in een lezing de grondsla
gen voor dit stelsel heeft aangeduid,
aanvaarden wij voetstoots, daarmede
dus elke claim op echte of vermeende
„oudste rechten" opgevende.
Het eenige echter wat men behoort
te doen, en wat de NeVoGe aanvanke
lijk heeft nagelaten te doen, is dit: de
bekende inhoud van vroegere vrijwel
gelijkluidende publicaties als zoodanig
I)at zij zulks aanvankelijk naliet, deed
ons, misschien ook wel een beetje van
wege de alliteratie, „pretentie" door
„impertinentie" vervangen. Laat ons
thans dan van een negligentie
spreken, die ruiterlijk hersteld is.