KRMEK van den DACL Het helsch complot ZEELAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 3 MAART 1937. No. 52. ANNIE S. SWAN -hbbelburi. GOES. WALCHEREN. 2UID-BEVELANÖ. Otto van Steenokkerzeel. Zal- aartshertog Otto, tijdelijk van Steenokkerzeel in België maar preten dent naar esn hoogere positie, nog eens aartshertog van een aartshertogdom, koning van een koninkrijk of keizer van een keizerrijk zoo omstreeks Oostenrijk worden? Wij hebben er hier herhaaldelijk over geschreven en de verschillende k,an ten van het vraagstuk in het licht gesteld. Wat Duitschland er van denkt, is van belang; wat Italië er van vindt is mis schien van nog veel meer belang. Uit beide landen zijn dezer dagen on miskenbaar duidelijke stemmen over de al-dan-niet restauratie der Habsburgers in Oostenrijk vernomen. Virginio Gay da had er 25 Februari in het „Giorna'le d'Itali,a" ai'over geschre ven. Hij komt daar nu nog eens op te rug teneinde ontstaan misverstand om trent dit eerste artikel weg te nemen. Nu wordt nl. bevestigd, dat Gayda de off cieele Itaiiaansche meening weer geeft. „De Itaiiaansche politiek tegenover Oostenrijk, aldus Gayda, is meer dan bekend. Zij berust op het principe dei- politieke onafhankelijkheid en territori ale onschendbaarhe'd van Oostenrijk, met erkenning van het onvervreemdbaar karakter van Duitsche natie, zooals is vastgesteld in de Duitsch-Oostenrijksche overeenkomst van 11 Juli 1936. Al hetgeen de Itaiiaansche politiek denkt te doen voor Oostenrijk, gaat dus van d t principe uit. En Italië bevestigt dan dat het her stel der dynastie in Oostenrijk, aldus Gayda, onafhankelijk v,an de gezichts punten ten aanzien van de dynastie der Habsburgers, niet actueel en dus gevaarlijk is." Het blad voegt daaraan toe, dat niets in de politieke daden, noch zelfs in de journalistieke literatuur, veroorlooft te gelooven of te doen ge- looven, dat Italië gunstig zou staan tegenover een herstel der Habs burgers. De „Giornale d'Italia" herinnert er in hetzelfde artikel aan, dat een ander dagblad, nl. de „Popoio d'Italia", (naar men meent te weten van de hand van Mussol ni zelf), uiterst fel was tegen prins Otto, die in het bewuste artikel „Signoretto" jongenheertje) werd genoemd. Tot zoover de Itaiiaansche trompet, die voorwaar geen loftrompet is. Hoe weerklinkt dit klaroengeschal in Duitschland? Feestelijk en vroolijk! De „Angr'ff" levert ill. een geest driftig commentaar op vorenvermeld artikel, tegen de restauratie der Habs burgers. Het Duitsche blad stelt vast, dat de zaak der Habs burgers geliquideerd is. De Itaiiaansche houd'ng is te belang rijker, omdat Mussolini op de zitting van den grooten fascistischen raad zijn beslissing over de richting van zijn po litiek bekend maakte; hetgeen reeds vooraf gegaan was door het het feit, dat de weg van het Itaiiaansche imperium nu door het Suez-kanaal leidt en niet meer over K'agenfurt, Bovendien - aldus de „Angriffzullen de groote Itaiiaansche manoeuvres dit jaar op en bij Sic'lië gehouden worden en niet meer op den Brenner. Tenslotte ver sterkt Italië het Middellandsche Zee eiland Pantellaria, bezuiden Maltha, als basis tegen de Middellandsche zeevloot. In een groot deel van Europa aldus vervolgt de „Angriff" is de open bare meening een restaurat'e der Habs burgers vijandig gezind. Het blad doet dan een feilen aanval op de dynastie der Habsburgers en zegt dat de internationale politieke toe stand zóó is, dat elk Oostenrijksch s'aatsman tegenover een terugkeer van Otto slechts de houding kan aannemen van een Horthy, die z'ch in 1920 met de gewapende macht tegenover Karei ar Habsburg stelde. Ons vriendelijke prinsje van Steen okkerzeel zit nog niet op den Oosten- rijkschen troon. Ofschoon: men kan nooit weten. Stuivertjes rollen niet al leen raar, maar kronen ook wel eens door 55). „Het is allemaal schoon, miss", merk te de kokkin critisch op, „Ik heb nog nooit iemand zoo zien werken als Chris tina en ze heeft ons er allemaal aange houden Uit den toon, waarop zij dit zei< bleek dat er nu tusschen de leden van de huis houding de beste verstandhouding' be stond. „Ik dank jullie allen voor jullie vrien delijke belangstelling en ik hoop, dat wij samen een prettigen winter zullen heb- j'en". zei ze, terwijl ze de kleine bi bliotheek binnenging en de deur achter Hch sloot, De bekende kamer, waar zooveel ge denkwaardige gebeurtenissen plaats ge vonden hadden, was precies zooals zij aar verlaten hadr Dé hooge stoel stond een, inplaats van voor het vuur, tegen en muur, maar in haar verbeelding zag z.\ É'oote, magere gestalte erin, d'e Zlch nog zoo goed herinnerde. Ze* Rijvaardigheid van automobilisten. De heer A. Vijgeboom te Vliss ngen schrijft ons; Het is ontstellend te ervaren hoezeer vele autobestuurders door domheid en gemis aan verantwoordelijkheidsbesef voortdurend de veiligheid bedre.gen van hen, die zich op den weg bevinden. Een eindelooze reeks van ongelukken, ont staan door ondoordachtheid en licht zinnigheid van chauffeurs, staat reeds aan de debetzijde van deze wegmisbrui kers, doch dit noodlottig resultaat is geenszins voldoende om een eind te ma ken aan de bandeloosheid achter het stuurwiel. Dagelijks ziet de behoorlijke weggebruiker met ergernis de onver schilligheid aan van zulke autobestuur ders, die maar rijden zonder te denken en geen gevaren zien. Dat dergelijke bestuurders geheel on geschikt zijn om deel te nemen aan het zich steeds meer ontwikkelende rijver keer, spreekt vanzelf. Vooral het inten sieve verkeer in de stad is zoo vol pro blemen en onverwachte intermezzo's, dat de man aan het stuur van seconde tot seconde zich bewust moet zijn van de verantwoordelijkheid van zijn taak. En daardoor is het niet voldoende re kening te houden met voorschriften en bestaande situaties; telkens wijzigt zich het beeld van den woeligen weg en tel kens moet de weggebruiker door handig manoeuvreeren en logisch denken zijn bewegingen in overeenstemming brengen met het verloop van de wisselende om standigheden, Dit vereischt rijvaard'g- heid en routine, maar het vraagt meer; het maakt een groot verantwoordelijk- lijkheidsgevoel en een mate van intel ligentie bij den chauffeur onontbeerlijk, het stelt dus eischen Waaraan helaas menig bestuurder niet voldoet. Deze on volwaardige chauffeurs zijn het die de cijfers van jle ongevallenstatistieken omhoog jagen en die den verkeersweg maken tot n weg van avontuur. De fou ten van dergelijke bestuurders zijn tal rijk, En de voornaamste is het verzuim om de snelheid van den wagen aan te passen aan de omstandigheden van den weg. Ongelukken veroorzaakt door slippen geven daarvan een goed voor beeld. De chauffeur is gebonden aan een ma ximum snelheid, hij rijdt vijftig omdat het formeel mag. Maar nu is de weg glad door regen en vuil, de kansen om bij plotseling gevaar met succes te remmen zijn verminderd. Wie daarmede geen rekening houdt, wie niet voortdurend zich voorbereidt om de mogelijkheid plotseling te moeten stoppen, brengt door onvoorzichtigheid 't verkeer in ge vaar. Dit is een punt waarin de niet- denkende auto-rijder zoozeer te kort schiet, dat zijn verschijning op den pu- blieken weg een publiek gevaar is. Er is veilig verkeer te bereiken als de be stuurder van den auto zijn verstand stelt in dienst van dat verkeer. Met rijvaar digheid aFeen is dat resultaat niet te be reiken. Verantwoordelijkheidsgevoel en intelligentie zijn onmisbaar voor ieder die deelneemt aan het bruisende moder ne verkeer, met al zijn verrassingen en lastige complicaties. Domheid en na'a- tigheid leiden tot catastrofes en voeren den onvolwaardigen automob list naar de plaats waar men liever niet komt. GEMEENTEVERSLAG, Burgemeester en Wethouders van Mid delburg maken bekend, dat het verslag van den toestand der gemeente over 1935, door hen ter voldoening aan art. 215 der Gemeentewet aan den Ge meenteraad gedaan, voor zoover de voorraad strekt, tegen betaling van f 2, ter gemeente-secretarie (boven) is ver krijgbaar gesteld. De Kanaalbrug. Men verzoekt ons plaatsing van de volgende mededeeling. Het mag als bekend worden aangeno men, dat het Bestuur van de Vereeniging „Handelsbelang" zich meermalen ter was er zich zelfs van bewust, heel dicht bij de ongeziene dingen te zijn, toen een zachte klop op de deur haar stoorde. Het was Christiina met een theeblaadje. „Kom: binnen, Christina en laten wij samen eens praten. Wat ziet het er alle maal netjes en gezellig uit. En ben je blij met wat er gebeurd is?" „Natuurlijk, maar we hadden nooit iets anders verwacht. Wat een brutaliteit van die menschen. Ze moeten zich op 't oogenblik niet erg prettig voelen". „Ze hebben het gerechtshof verlaten, voordat de uitspraak gegegeven werd en ik heb ze sindsdien niet meer gezien, als je het tenminste over dr. Ruthven en zijn vader hebt." „Ja, die bedoel ik. Ik heb hem gister avond door de velden zien loopen met een jonge dame. Dalgleish denkt, dat hij met haar gaat trouwen, dat had hij ten minste zullen doen, als hij het geld ge kregen had." i,0, heb je Dalgleish onlangs nog ge sproken?" „Nee, miss, maar Jervis is hier twee maal geweest. Ze heeft haar betrekking op de boerderij er aan gegeven en woont nu in hetzelfde huis als Dalgleish. Bij zake van het ongerief door bovenver melde brug veroorzaakt, met de betrok ken autoriteiten in verbinding stelde. Telkens bleek haar, en werd uiteen gezet, welke groote moeilijkheden een grondige en duurzame verbetering van dezen verkeersweg over het Kanaal in den weg stonden. Deze zijn dan ook meermalen aan den dag gesteld. Aan het Bestuur werd toen kenbaar gemaakt dat wordt overwogen om de brug binnen enkele jaren te electrifi- ceeren. De op handen zijnde herstellingen aan de brug, die met ongerief voor het ver keer zal gepaard gaan, zijn uit den aard der zaak onvermijdelijk, Chr,-Hist, Unie, Dezer dagen vond in het gebouw van de C.J.M.V. de jaarvergadering plaats van de afd. Middelburg van de Chr. Hist. Unie. De voorzitter mr. W. E. E. baron v. d. Feltz, opende de vergadering met ge bed, en memoreerde de werkzaamheden in het afgeloopen jaar; spoorde ieder aan om pal te staan voor de beginselen. Ook de verloving en het huwelijk van het Kroonprinselijk paar werden met vreugde herdacht. De functie van pen ningmeester is overgenomen door den hr. A. Flipse. Kasbescheiden werden gecontroleerd en in orde bevonden. Dank werd gebracht voor het finantieel beheer. Het jaarverslag van den secre taris werd uitgebracht en onder dank zegging aanvaard. Aan de beurt van aftreden waren de heeren G. Berghuijs en J. F, Vermeu len. Met algemeene stemmen werd eerstgenoemde herkozen; inplaats van den heer J. F. Vermeulen werd gekozen de heer J. Allewijn. Het ontwerp-mani- fest werd besproken en aangenomen. Op de gebruikelijke wijze sloot de voor zitter na rondvraag de vergadering. Bij Kon. besluit is met ingang van 10 Maart a.s. benoemd tot secretaris van den Voogdijraad alhier mr, P. van Empel, thans tijdelijk als zoodanig al daar werkzaam. A.N.C.A. Maandag hield de afdeeling Middel burg van den Alg, Ned Chr. Ambte- naarsbond haar jaarvergadering, onder voofr'zitteVschaip kan den heer Dt ,H. Loodewijk. In zijn openingswoord begroette de voorz. in het bijzonder den bondssecre- taris, den heer L. Vermeulen. De jaar verslagen van secretaris en penning meester stemden tot tevredenheid. Het ledental was gestegen van 47 tot 54, en de kas sloot met een batig saldo. De aftredende bestuursleden de h.h. J. J. Timmermans en K. Louws werden herkozen. Vervolgens heeft de bondssecretaris het woord gevoerd over de gevolgen van de devaluate, in het bijzonder voor de ambtenaren. Op deze rede volgde een drukke bespreking De vergadering werd hierna door den heer Vermeulen op de gebruikelijke wij ze gesloten. Jaarvergadering B-V.L, Men meldt ons: Maandag hield de afdeeling Goes van den B.V.L, haar jaarvergadering. Burge meester Van Dusseldorp opende deze zeer druk bezochte bijeenkomst en heet te de landstormers van Goes en Kloe- tinge welkom. Inzonderheid richtte hij een woord van welkom tot het lid van Ged. Staten van Zeeland den heer Van Bommel van Vloten, dot den heer H. Pi laar, den commandant van het Vrijw. Landstormkorps Motordienst Zeeland, den voorzitter van de Gewest, Commis sie Zeeland, den commandant van den landstorm in Zeeland en den secretaris van den Landstorm in Zeeland. Daarna sprak Overste Bierman een propagande-rede uit, die hij met een door hem zelf gemaakt g'edicht op den B.V.L besloot. Zoowel rede als gedicht werden door de aanwezigen met aandacht aange hoord. Overste Bruins sprak daarna over de verhouding van Commandant tot onder geschikte. Dit sympathieke woord vond bij den Landstormers grooten bijval. De burgemeester bedankte beide hee ren voor hunne woorden en verzekerde den nieuwen Commandant, dat hij in een slag de harten der Goesche en Kloeting- sche Landstormers gewonnen had. Aan een aantal Landstormers werd daarna het brevet scherpschutter uitge reikt. De heeren L. Meijler te Goes en J. de Jager te Kloetinge behaalden het bre vet Koningschutter. Briefje gevonden aan de duinen te Oostkapelle, Men toonde ons een stukje papier met vette plekken waarop stonden de woodren: „Hartelijke groeten aan allen! D. van Rijn{?) Sch. 68". De naam was niet goed leesbaar. Het briefje was gevonden in een flesch, die onder het zand der duinen onder Oostkapelle gevonden is door daar werkende arbeiders. Waar het hier vermoedelijk een laatsten groet betreft van een opvarenden van een der ver gane Scheveningsche loggers, zal het briefje ter beschikking van den bur gemeester van Oostkapelle worden ge steld. MELISKERKE. De afdeeling Melis- kerke van de Z.L.M. hield haar jaarver gadering onder leiding van den heer P. Wisse. De secretaris de heer W. de Buck, bracht een opgewekt jaarverslag uit. De afdeeling telt 66 leden; de ver gaderingen getuigen van actie en acti viteit. De heer I. Matthijsse bracht het ver- El slag uit van zijn beheer. Aangekocht was 104730 kg kunstmest en 18653 kg voederartikelen; er was een saldo van 76. De rekening van de pootaardappelbe- waarplaats sloot met een goed slot van 30; 75 deelnemers laten aardappelen bewaren. De heer De Buck heeft vervolgens ge sproken over de „Coöp. dorschvereeni- gingen" en „de jongveeopfok". Daarna volgde een geanimeerde bespreking'. De conclusie s zullen worden opge zonden naar Goes. Er werd ook nog van gedachten gewisseld ovfer eventueele verplichte stierenkeuring. VEERE. In de Wagenaarstraat alhier is gevonden een gouden broche met agaatsteentjes, terug te krijgen bij den vinder, J. de Bakker, Wagenaarstraat. haar getrouwde zuster in de Causeway- side." „Wanneer is ze hier het laatst ge weest?" „Gisterenavond. Dalgleish en Meikle gaan samen trouwen, miss", zei Christi na en haar aardige gezicht vertrok zich in allerlei lachrimpeltjes, wat zoo aan stekelijk werkte, dat Alice niet na kon laten te glimlachen. „Werkelijk? Dus ze hebben miss Dempster's raad als ernst opgevat. Je schijnt er nogal pret over te hebben, Christina?" „Ik lach me dood, als ik er aan denk", antwoordde zij, niet in staat haar vroo- lijkheid te bedwingen. „En ze gaan een herberg beginnen op den Gilmerton Weg. Maar ik weet niet", voegde zij er ern stiger aan toe, „wat ze nu zullen doen." „O, ze hebben daarvoor wel geld ge noeg en het lijkt me wel dat Dalgleish een zumig'e waardin zal worden. Maar het spijt me voor Meikle." „Dat hoeft u heusch niet te doen. Dat is juist wat ik zoo grappig vind. Dal gleish denkt, dat zij de baas zal zijn en Meikle weet, dat ze dat niet zal. Ze zul len waarschijnlijk als hond en kat le ven, totdat Dalgleish toegeeft en ik zou (Ing. Mea. 1 jas" GRIEP DREIGT .a, WYBERT, als 3. '§3l (Ingez. Med.) er veel voor over hebben om dat te zien." Alice vond het verstandiger van on derwerp te veranderen. „Er komt een dame voorgoed bij me inwonen, als gezelschapsdame, bedoel ik en ik geloof, dat ik haar de kamer van mijn tante zal geven. Het is een heel prettige kamer en ik geloof, dat het voor ons allen beter is, wanneer zij weer in gebruik genomen wordt." „Ja, miss, alles is er schoon, maar er zijn geen gordijnen om het bed. Het an dere stel is wel schoon, zal ik die er dan maar om hangen? Wanneer komt zij?" „Vanavond." „Dan zal ik er maar een vuurtje aan maken. De kast is niet meer open ge weest, miss en we hebben den sleutel niet meer kunnen vinden. Het is de eeni- ge plaats in het huis, waar we niet aan geweest zijn." „Daar zullen we later wel voor zor gen, Christina", antwoordde Alice. „Miss Cummings zal haar zeker niet noodig hebben. Ze kan de latafel gebruiken en de hangkast. We zullen er een dezer da gen wel een timmerman bij laten ko men." Christina bleef echter nog in de kamer RAAD VAN ELLEWOUTSDIJK. ELLEWOUTSDIJK. Maandagmiddag vergaderde de Raad, één vacature, Na opening verzoekt de voorzitter, de bur gemeester, den leden, uit eerbied voor den dood, zich van hun zitplaatsen te verheffen, teneinde in stilte te herden ken het mede-Raadslid, dat sinds de vo rige vergadering is overleden. Aan C. van der Schraaf, werd op diens verzoek eervol ontslag verleend als hulp-grafdelver, terwijl in diens plaats werd benoemd J. Hoogesteger. Aan den heer J. D. de Kam werd we gens zijn benoeming als ambtenaar ter secretarie te Krabbendijke eervol ont slag verleend als agent der arbeidsbe middeling. Tot opvolger werd benoemd de volontair ter secretarie, M. F. de Jonge. Het kohier hondenbelasting werd vast gesteld tot een bedrag van 135. De verordening op de heffing van 75 opcen ten op de hoofdsom der gemeentefonds belasting werd voor 't belastingjaar '37 '38 opnieuw vastgesteld. In de verorde ning op de heffing van besmettelijke ziektengelden werd een bepaling opge nomen, dat degenen, die in gebreke blij ven een verklaring over te leggen aan gevende het totaal-bedrag der vermeng de hoofdsom, het volle bedrag van de kosten verschuldigd zijn. Voorts zullen inplaats van de tarieven van den ont- smettingsdienst der gemeente Middel burg, voortaan de tarieven van de prov. ver. „Het Groene Kruis" te Vlissingen gelden. De geloofsbrief van het nieuw be noemde Raadslid den heer M, Meulen- berg Jz. werd in orde bevonden, zoodat tot diens toelating werd besloten. Tot leden van het stembureau ter ver kiezing van leden van de Tweede Ka mer werden benoemd de heeren A. van der Hage en W. Goetheer, en tot plaats vervanger respectievelijk de heeren D. Zoeter en E. Bakker. Uit een wijziging der begrooting 1936 bleek, dat door het Bestuur van het M. J. van Hattumhuis 14 in rekening gebracht was voor zaalhuur voor de keuringen van den dienstplicht. De heer Goetheer sprak zijn verwondering daar over uit, en vroeg nadere inlichtingen. De voorzitter deelde mede, dat door den toenmalig en voorzitter van het Van Hat tumhuis kosteloos gebruik was toege zegd. Nadien blijkt daarin wijziging te zijn gekomen, ondanks het verzoek van B. en W. Op voorstel van den heer Bak ker wordt met de stemmen der beide wethouders tegen, besloten een en an der ter kennis van mevrouw Van Hat- tum te brengen. De voorzitter voegt hieraan toe dat, indien geen verandering wordt aange bracht, door hem t.z.t. aan den Raad machtiging gevraagd zal worden het leegstaande schoollokaal voor dergelijke doeleinden in te richten. 's H. HENDRIKSKINDEREN. Maan dagavond werd alhier een vergadering gehouden welke ten doel had, het op richten van een Oranjevereeniging. Er waren 54 personen aanwezig, van wie zich 53 opgaven als lid. Tot voorzitter werd gekozen de hr. Jac. Snoodijk. en er lag een eigenaardige uitdrukking op haar gezicht. De gedachte aan die kast en wat zij er gezien had, liet haar niet los. Ze had graag alles aan haar meesteres verteld, maar durfde niet, omdat zij bang was, dat zij daardoor on aangename herinneringen bij haar wak ker zou maken. „O, hier zijn nog een paar brieven voor u, miss", zei ze en grabbelde in den zak van haar schot, waar ze de twee brieven, die in dien tusschentijd geko men waren, opgeborgen had. Ze keek vlug om zich heen, want ze bedacht zich hoe het behoorde, nam een zilveren blaadje van de chiffonnière en bood ze hierop aan. Alice moest hierom glimla chen, maar toen ze het handschrift van beiden herkende, verdween de glimlach van haar gelaat. Want weer kwamen de twee brieven tezamen uit Colchester en weer droeg een ervan het postmerk van de Indische mail. Christina verliet de kamer en Alice ging zitten om ze door te lezen, wat een gemakkelijke taak was, daar beiden zeer kort waren. De eerste kwam van mrs. O'Brien en luidde als volgt: (Wordt vervolgd),

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1937 | | pagina 5