I SiroopFamel F Het helsch complot //ft/, TV1SDS BLAD VAN HI PHMNCJALB ZEEDVSQB MUOGLBBRGSCilE COURANT (WA I» COESCHE CRT.) VAN DINSDAG 19 JANUARI 1937. No. 15. KRONIEK van den DAG. AMRJdKML BINNENLAND. ZEELAND. HONIG'S BOUILLONBLOKJES A a&s GRIEP fei dJTJuqt Qoede gezindheid en harde werkelijkheid. HET BEZOEK DER MINISTERS DECKERS EN GELISSEN AAN SCANDINAVIë. De meening van den Noorschen minister Koht. HET INITIATIEF VAN DR, COLIJN. Critiek uit het Rijngebied- VERLAGING VAN MONOPOLIEHEFFING OP FRUIT VERZOCHT. In verband met de schaarschte aan Nederlandsch fruit. HULP AAN DE KLEINE BOEREN EN TUINDERS. Uithoorn als eerste pro 2fge meente. OPENBARE VERKOOPINGEN VAN BOERDERIJEN. Een lichtelijk stijgende ten- denz treedt aan den dag. THANS 6 VOOR 8 CTS. EN 25% ZWAARDER DAN DE MEESTE ANDERE Vi Scheidsgerecht voor ambtenaren, MIDDELBURG. Verhuring bovenwoning Nieuwstraat. (Wordt vervolgd) Minister-president Colijn heeft on langs een interview toegestaan aan den correspondent van een Scandinavisch blad. Hij zeide o.a. tot den krantenman, dat Nederland en de landen van Noord- Europa (Denemarken, Noorwegen, Zwe den en Finland) mitsgaders België en Luxemburg opnieuw moeten probeeren tot een vrijer handelsverkeer te gera ken; door afschaffing van allerhande maatregelen, welke dat verkeer aan banden hébben gelegd. Er bestaat tus schen deze landen reeds de z.g. conven tie van Oslo, welke een eerste poging tot bevrijding wilde zijn. In de praktijk heeft die overeenkomst echter niet veel baat gebracht. Het interview viel samen met het ver trek van de ministers Gelissen en Deckers naar Scandinavië. Dat zal geen toeval zijn geweest. De beide ministers moeten klaarblijkelijk ter plaatse on derzoeken, of de ideeën van dr. Colijn verwezenlijkt kunnen worden. Aan platonische instemming er mede heeft 't alvast niet ontbroken. De meeste Scandinavische bladen juichen het initiatief van onzen eersten minister toe. En ook van officieele Scandinavi sche zijde laat men zich vriendelijk uit. Dat beteekent echter nog geenszins, dat de heeren Gelissen en Deckers rijk be laden met economische buit terug zul len keeren. Daartoe is veel meer noodig dan een goede gezindheid. Daartoe is in de eerste plaats noodig een inter nationale economische toestand, welke afschaffing van handelsbelemmeringen toelaten binnen de perken van een be trekkelijk klein gebied zooals de Scan dinavische landen en Nederland en Bel gië bestrijken. Immers een onderlinge bevoordeeling in dit gebied zou nood zakelijkerwijs ten koste van landen er buiten moeten gaan. Voorloopig althans. Die landen erbuiten zouden dan allicht met tegenmaatregelen komen. De groo- te vraag is dus nu maar, of de schade, welke die tegenmaatregelen aan de „Oslo-staten" kunnen berokkenen, bij de voordeelen, welke de onderlinge uit breiding van het handelsverkeer ver wacht mogen worden op te zullen leve ren, ten achter wil blijven. Op die vraag is moeilijk een antwoord te geven. Ook de deskundigen zullen er mee zitten. Economische problemen van dezen aard zijn nu eenmaal geen wiskunde-som- metjes, waarvan de onbekende absoluut nauwkeurig valt te berekenen. Dat be teekent, dat de grootste behoedzaam heid in acht moet worden genomen bij het maken van afspraken, of het slui ten van overeenkomsten. Men kan nog zoo hard begeeren handelsbelemmerin gen af te schaffen, als de praktijk zulks niet toestaat, geeft goede wil niets. Men hoeft zich trouwens heusch niet ver in de onderhavige aangelegenheid te ver diepen, om te bevroeden, dat Scandina vië, Nederland en België hun economi sche wenschen slecht voor een klein deel zullen vermogen te verwezenlijken. De landen vormen nu eenmaal niet een afgesloten gebied, dat straffeloos een economische politiek op eigen houtje kan voeren. Met duizenden economi sche banden zitten ze verstrengeld met de rest van de wereld. Die banden moe ten elke onderneming in den zin van dr. Colijn belemmeren. Men mag dat nog zooveel betreuren; de werkelijkheid laat geen andere conclusie dan deze on verbiddelijke toe. Wat anders is intusschen, dat ook een kleine verbetering van het onderlinge handelsverkeer een verbetering dus, welke geen bedenkelijke reacties van buiten zal uitlokken, nuttig effect kan sorteeren. In een tijd van opgaanden conjunctuur »roept een verbete'ring meestal een volgende in 't leven. Im mers elke uitbreiding van het handels verkeer en van het bedrijfsleven draagt de kiem van een langzame v o r t g e- 18). Zoodra ze de kamer verlaten had, deed dr. Ruthven de deur dicht en draai- den sleutel zachtjes in het slot om, terwijl mrs. Dalgleish zijn voorbeeld volgde en de deur, die naar de kleedka mer leidde, sloot. Miss Dempster s bed was een van die ouderwetsche, vier-stijlige ledikanten gordijnen, die erom heen getrokken kon den worden en het zoodoende als muren van de verdere kamer afsloten. Het stond tusschen de deur van de kleedka mer en de andere deur, zoodat het, wan neer de gordijnen, al was het slechts ge deeltelijk, dichtgetrokken waren, moge lijk was, door een van beide deuren bin nen te komen, zonder dat degene, die in het bed lag, er iets van bemerkte. Vroeger had er een draaibare toilet spiegel tussqhen, de ramen gestaan, die echter bij het begin van miss Dempster's ziekte verwijderd was en plaats ge maakt had voor een nuttig tafeltje, waar de medicijnen en andere artikelen, die zette ontwikkeling ten goede in zich. Onder dezen gezichtshoek bekeken kan de reis van de heeren Gelissen en Deckers wel degelijk vruchtbaar wor den. In de Duitsche pers is nogal wat cri- tiek uitgeoefend op het interview, dat minister Colijn den Scandinavischen jour nalist toestond. Op het feit, dat hij Duitschland bedektelijk beschuldigde van een autarkisch streven, dat voor de internationale economische samen werking een geduchte belemmering vormt. Het is begrijpelijk, dat de Duit- schers zich deze woorden hebben aan getrokken. En het is waar, dat hun autarkie niet louter een gevolg van eigen wil is. Maar teveel heeft dr. Co lijn o.i. allerminst gezegd. Als het Der de Rijk b.v. het tempo van zijn be wapening wat zou verminderen, kon het een belangrijke bijdrage tot verbetering van den internationalen economischen toestand leveren. Of zijn we misschien zoover gekomen, dat heel Europa maar naar het pijpen van den Führer moet dansen? De Nederlandsche ministers prof, dr. ir. Gelissen en mr. dr. Deckers zijn van Oslo naar Zweden vertrokken. In een interview met het telegram bureau over de resultaten der bespre kingen verklaarde de Noorsche minister van buitenlandsche zaken, Koht, dat de oeconomische betrekkingen tusschen Noorwegen en Nederland in het alge meen zijn besproken, zoomede eenige bijzondere aangelegenheden van practi- schen aard, terwijl plannen zijn opge steld, welke, naar de ministers hopen, zullen leiden tot positieve overeenkom sten. Het beroep van minister-president Colijn dat de mogendheden van Oslo 'n onderzoek zullen instellen naar de mo gelijkheid de tariefmuren te verminde ren, is op informeele wijze besproken. Minister Koht heeft den Nederland- schen ministers een memorandum over handigd over de positie van Noorwegen, waarin verklaard wordt, dat de regee ring ten deze zal kunnen toestemmen in hetgeen de conventie van Ouchy, in 1932 gesloten tusschen Nederland, Bel gië en Luxemburg', in principe be lichaamt. Bijgevolg wil de Noorsche regeering er toe medewerken, dat met het oog op het leggen van een soliede basis voor een rationeel ruilverkeer nieuwe onder handelingen zullen worden aangeknoopt. Koht voegde daaraan toe, dat voor dergelijke onderhandelingen zorgvuldige voorbereidingen noodig zullen zijn. Wij moeten ons herinneren, dat in de laatste jaren tarieven van veel minder belang zijn geweest dan contingenteering en clearing. Ik denk niet, dat andere landen het systeem van contingenteering zullen willen opgeven, doch ik geloof, dat een soepeler systeem kan worden verkre gen. Naar mijn meening, aldus besloot de minister, zal de wereld nooit terugkee- ren tot het oude vrije goederenverkeer, maar ik denk, dat de wereld zich za' ontwikkelen in de richting van een meer rationeel ruilverkeer. Ten aanzien van het initiatief van dr. H. Colijn, (men zie de Kroniek v. d. dag) schrijft „Ruhr und Rhein" o.m.: Plannen voor een nauwer oeconomische samen werking binnen een groep landen is vooral loonend, indien zij beschikken over de mogelijkheid elkander weder in een ziekenkamer noodig zijn, op ge zet konden worden, Alice Harman had die kleine verandering aan laten bren gen, maar het bleek later, voor haar eigen belangen, een ernstige fout ge weest te zijn. Nadat ze zich aldus tegen onverwach te stoornissen beveiligd hadden, liep de« dokter naar de kast, die recht tegen over de deur gelegen was, die op het portaal uitkwam. Hij bemerkte, dat zij inderdaad stevig afgesloten was. Alle sloten en sleutels in het oude huis waren van een sterk en betrouwbaar maaksel, zoodat er niet gemakkelijk mee te knoeien viel. „Ik ben het met U eens, dat dit er niet zoo best uitziet, mrs. Dalgleish en ik geloof, dat het in het belang van de patient onze plicht is, haar open te krijgen. Ik vertrouw er op, dat u van nacht, als ik er in geslaagd ben miss Harman ervan te overtuigen, dat het absolute plicht is de nachtwake aan u over t'e laten, uw uiterste best zult doen om de kast open te krijgen. U kunt alle andere sleutels van het huis probeeren. Misschien zijn ze wel allemaal volgens hetzelfde model gemaakt". „Ik zal er voor zorgen, dokter; er zijn heel waf sleutels in huis en ik zal ze zijds oeconomisch aan te vullen. In oeconomische aangelegenheden is sa menwerking uit een feitelijke of veron derstelde tegenstelling tot derden, even wel moeilijk toe te passen, In de jaren na den oorlog is dat duidelijk genoeg ge bleken, aldus het blad. Men behoeft daarvoor slechts te herinneren aan de Fransche plannen, om midden-Europa oeconomisch tegen Duitschland te orga- niseeren. In dit licht bezien behoeft men in Duitschland 't initiatief van den Neder- landschen minister-president, dr. H. Co lijn, dat dezer dagen in een Zweedsche, Noorsche, Deensche en Finsche pers ge publiceerd is geopperd, en de zg. Con ventie te Oslo nieuw leven in wil bla zen, dus een nauwere samenwerking tus schen de Noorsche landen, Nederland, en België, niet bijzonder tragisch op te vatten De motiveering, welke dr. Colijn vol gens de berichten in de Scandinavische bladen aan zijn voorstellen geeft, ver dient nochtans genoemd te worden. Hij ziet in de samenwerking der genoemde staten een middel voor de geleidelijke afbraak der handelsbelemmeringen en wil langs dezen weg midden-Europa en in het bijzonder Duitschland „eventueel dwingen tot gezonder oeconomische sa menwerking". Volgens zijn opvatting, aldus ,Ruhr und Rhein", trekt Duitschland zich be wust terug uit de oeconomische samen werking met de rest van Europa en is het vastbesloten een autarkische oeco nomische politiek te voeren. Daartegen over moeten zij, die een ongeremd ruil verkeer wenschen zich aaneen sluiten. Meer of minder duidelijke opmerking aangaande solidariteit der democrati sche landen ontbreken zelfs niet. Duitschland kan de reacties van deze poging rustig afwachten. De meeste der door Colijn aangezochte landen kunnen zonder meer in hun handelsstatistieken de toenemende beteëkenis aflezen van een vruchtbaar economisch verkeer met Duitschland en daarin ook de onvermin derde bereidheid herkennen van Duitschland ten aanzien van levendige oeconomische betrekkingen met de buurstaten. Het moet ten zeerste betwij feld worden, of deze landen hun ruil verkeer met Duitschland in een gevaar lijke zone zullen willen brengen. Het is »niet toevallig', aldus .besluit „Ruhr und Rhein", dat het officieele or gaan is der industrie- en handelskamer in het industriegebied van den Bene den-Rijn en Westphalen, dat ook jaren geleden de Conventie van Oslo in feite een program op papier is gebleven. De Nieuwe Zuidvruchtenbond en de Bond van Nederlandsche grossiers in versche zuidvruchten en aanverwante artikelen hebben dezer dagen een adres gericht aan den minister van landbouw en visscherij. Het betreft hier de monopolieheffing op fruit. Adressanten zijn van meening, dat de voorraden fruit in Nederland uit geput beginnen te geraken, hetgeen een prijsstijging zal veroorzaken, w.elk.e voor velen een beletsel zal vormen versch fruit te koopen. Zij wijzen den minister op het handelsverdrag tus schen Nederland en de Vereenigde Sta ten. Hierin toch zijn bepalingen, dat in een seizoen van schaarschte de invoer tegen het verlaagde tarief van 2 ets. per kg voor peren en appelen een maand vervroegd kan worden. Nu de prijzen hoog zijn en de voorraden klein, is er, volgens adressanten, alle aanleiding dit deel van het verdrag toe te passen, en zij verzoeken den minister nogmaals in het belang van de consumenten en han delaren tot verlaging van de monopolie heffing op fruit te willen besluiten. Zooals bekend is door den minister van sociale zaken op 4 Jan. jl. een rond schrijven gericht tot de 13 inspecties voor de werkverschaffing', waarin de minister mededeelt een proef te willen nemen met de plaatsing van de kleine boeren en tuinders in werkverschaffing op eigen bedrijf. Daar de gemeente Uithoorn, vooraf in het dorp de Kwakel, vele kleine in nood verkeerende tuinders telt, werd zij als proefgemeente aangewezen. Op Zaterdag 9 Jan. jl. had omtrent de organisatie van deze proef een bespre king plaats tusschen het gemeentebe stuur en den bijdrijfsconsulent voor den landbouw in de provincie Noord-Holland den heer C. Brakman, waarna terstond door den bedrijfsconsulent en diens as sistent tezamen met den wethouder voor land- en tuinbouwaangelegenheden en den gemeenteopzichter op plus minus 60 bedrijven werd nagegaan, welk duide lijk en controleerbaar werk in werkver schaffing kon worden uitgevoerd. Er werd zooveel spoed betracht, dat binnen een week niet alleen de geheele organisatie tot stand kwam, doch zelfs werd via den rijksinspecteur voor de werkverschaffing te Noordwijk, met wien de burgemeester van Uithoorn op Vrij dag 15 Jan. jl. een laatste besppreking hield, de toestemming van den minis ter van Sociale zaken verkregen om reeds op Maandag 18 Jan. met de proef een aanvang te maken. Hierdoor is derhalve dank zij de vlot te medewerking van het departement van sociale zaken, de rijksinspectie en den bedrijfsconsulent, Uithoorn de eer ste gemeente in Nederland, waar de proef wordt toegepast, zeer tot tevre denheid van de in nood verkeerende tuinders en boeren. In het laatstverschenen maandschrift van het centraal bureau voor de stati stiek wordt medegedeeld, dat sinds het einde van 1935 door de bedrijfsconsulen- ten van den landbouw op daarvoor spe ciaal bestemde formulieren geregeld ver slag wordt uitgebracht omtrent open bare verkoopingen van boerderijen. Be doelde gegevens worden ingedeeld naar naar de groepen van landbouwgebieden. Voor het eerste halfjaar van 1936 wa ren de resultaten van deze groepeering als volgt. Het hoogst waren de prijzen voor zee klei met akkerbouw en gemengd bedrijf nml. f 1674 per ha (14 verkoopingen tot een totale oppervlakte van 439,86,47 ha). Daarop volgden: a. rivierklei met ge mengd bedrijf voor f 1665 per ha (7 ver koopingen tot een totaal van 78,88,19 ha), b. veenkoloniën f 1577 per ha (12 verkoopingen, 112,62,57 ha), c. zand gronden f 1377 per ha (82 verkoopingen 774,45,66 ha), d. weidestreken f 1344 p. ha (38 verkoopingen, 638,15,99 ha). Alle genoemde prijzen per ha zijn gemiddel den. De inspecteur van den landbouw, hoofd van den economischen landbouw- allemaal probeeren, voordat ik het op- opgeef". „In het belang van onze patiënt is het noodig eenige diplomatie te gebrui ken en niemand zal ons dankbaarder zijn, dan miss Dempster zelf. Ze is on getwijfeld verblind door dit meisje, dat alle scherpzinnigheid bezit van men- schen, die geheel op zichzelf aangewe zen zijn om aan de kost te komen, maar misschien kunnen wij op volkomen rechtmatige wijze haar plannen nog ver ijdelen. Maar u moet heel voorzichtig zijn. Vergeet niet dat ik u volkomen vertrouw. Ik hoop niet, dat u dat ver trouwen beschamen zult". „Nee, dokter. Ik zal mijn best doen mijn meesteres uit haar klaüwen te red den en u te helpen", zei Dalgleish hartstochtelijk opgetogen over het vooruitzicht over haar vijandin ts kun nen triomfeeren. „Nu zullen we eens zien, wat we hier kunnen doen" zei de dokter, terwijl hij naar het bed toeliep. „Dat meisje blijft lang uit met het heete water. Dat toont alweer, dat uw vermoedens waar zijn en dat zij vreeselijk laks is als het erop aankomt de oude dame werkelijk te helpen. Het verbaast me werkelijk, dat een dame van miss Demptser's capaci (Ingez. Med.i teiten er zoo gemakkelijk ingeloopen is Maar ongetwijfeld heeft miss Harman iets van de avonturierster in zich en is zoodoende in staat geweest haar tante als het ware te betooveren, wier afne mende krachten haar speciaal voor het doel geschikt maakten." „Ik ben blij, dat u de dingen ziet, zoo als ze zijn, dokter. Ik geloof, dat miss Harman alleen maar op haar eigen voordeel belust is en dat ze alles zal doen om miss Dempster's geld in de wacht te sleepen." „Als het haar gelukt, is ze knapper dan wij denken, mrs. Dalgleish. Er be staat weinig, of liever gezegd heelemaal geen kans, dat miss Dempster nog be ter zal worden. Op het oogenblik heeft ze een diepe inzinking, waar ze waar schijnlijk door volkomen uitputting wel in zal blijven. Ze is niet in staat eenige zaak te behandelen. Zelfs miss Harman, hoe knap ze ook is, zou deze arme, zwakke vingers er niet gemakkelijk toe kunnen bréngen eenig document te on derteekenen. Ik geloof niet, dat het een schending van vertrouwen is, als ik u verzeker, dat u en Meikle zich niet bezorgd behoeft te maken en dat uw trouwe diensten niet vergeten zullen worden." voorkomt Siroop Famel ernstige gevolgen, doet hoesf bedaren, maakt het slijm los! Vraagt het oordeel van Uw doktert Bij Apothekers en Drogis/ten groote flacon kleine flacon f 1.1 5 (Ingez. Med.) voorlichtingsdienst, merkt hierbij op, dat, hoewel men uit deze opgaven be zwaarlijk gevolgtrekkingen kan maken ten aanzien van het verloop der grond prijzen, de berekening van het voort schrijdend halfjaarlijksch gemiddelde (Januari tot en met Juni, Februari tot en met Juli enz.) een lichtelijk stijgende tendenz aan den dag doet treden. De meerderjarige, :n vasten dienst der Provincie 'Zeeland zijjide amb e- naren hebben als leden van 't „Scheids gerecht voor ambtenaren in dienst der Provincie Zeeland gekozen, de heeren: M. A„ van Popering te Vlissingen en J. Onderdijk te Middlburg, als plaats vervangende leden de heeren: P. A. Praag te Vlissingen en, W. P. Cornel sse te Middelburg. Het college van Ged), Staten heeft als leden van genoemd scheidsgerecht aangewezen de heeren: mr. H, F. L,ants- heer te Oostkapelle en mr. dr. R. W. Graaf van Lynden te Koudekerke, als plaatsvervangende leden de heeren: mr. J. W. Goedbloed te Middelburg en A. van der Have te Kapelle. Ter vervulling van de vacature ontstaan door het overlijden van ir. J. J. Stieltjes is in de commissie, aan wel ke is opgedragen te onderzoeken, welke Ran redelijke jeischen beantwoordende verbetering in het verkeer tusschen de Zeeuwsche eilanden, Zuid-Holland en Noord-Brabant onderling behoort te worden aangebracht, zoowel wat betreft de veerverbindingen als de daarbij aan sluitende hoofdwegen, bij beschikking van den minister van waterstaat, be noemd tot lid dier commissie ir. Th. M, B. van Marle, waarnemend inspecteur- generaal van het verkeer te 's Graven- hage. Nadat de Raad op 18 November jl. besloten had de jaar-huur der gemeen telijke woning aan de Nieuwstraat, hoek Korte Delft (boven), nader te bepalen op 350, zijn B. en W. behoudens goed keuring van den gemeenteraad, met dr. K. Kooiman, leeraar R.H.B.S. tot over eenstemming gekomen nopens verhuring van die woning met ingang van 1 Fe bruari a.s. Alsnog zijn daartoe, op ver langen van den huurder, enkele weinig kostbare voorzieningen noodig, waar voor de uitgaven kunnen gestreden worden uit den post „Onderhoud ver huurde gebouwen" der begrooting 1937. B. en W. bieden den Raad een ontwerp besluit ter vaststelling aan, waaruit o.a. blijkt, dat de huurpenningen in maande- lijksche termijnen van 29.17 zullen worden betaald en dat de huur eiken eerste van een maand kan worden be ëindigd, wanneer ten minste een maand van te voren bij aangeteekend schrijven Mrs. Dalgleish keek opgelucht, „Maar ze was niet ziek, toen miss Hartman hier kwam, dokter en (zelfs zijn ze samen een heeleboel keeren in het rijtuig uit het rijden gegaan, kort na Kerstmis", zei ze nog niet geheel ge rust. „O, daar zou ik me maar niet be zorgd over maken. Als ze iets in haar testament had Ifeten vprandéren, zou mijn vader het zeker geweten hebben. Ik zal miss Dempster nu even een dosis toedienen en dan moesten we de deuren maar weer opensluiten, voordat miss Harman boven komt en ons op haar beurt begint te verdenken." Hij haalde een klein etui uit zijn zak, waar Dalgleish geen bijzondere aan dacht op sloeg. Toen hij de dosis toege diend had, ontsloot Dalgleish de deu ren. Nauwelijks had ze dat gedaan, of ze hoorde de hall-deur dichtslaan, gevolgd door lichte voetstappen, die de trap op gerend kwamen en even later kwam miss Harman de kamer binnen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1937 | | pagina 5