LANDBOUW. RECHTSZAKEN. BUITENLAND. ZEEUWSCH-VLAANDEREN W.D. DE ECONOMISCHE TOESTAND VAN DUITSCHLAND. ST Al Lft AttL. BELGIL het voorloopig bestuur der Oranjever- eeniging onder leiding van mr. d. Mes, burgemeester die voorzat Een door het voorloop g bestuur opgesteld reglement werd goedgekeurd. Een definitief be stuur werd, gekozen, bestaande uit de heeren mr. dr. Mes, J. Meuiendijk, M. J. v. d. Dries, H. Lammers, J. v. iwaar- den, Luwema, Westveer, Duijvestijn, J. de Mol, en G. Beaulort. Besioten werd tot 't houden van 'n schoolfeest op 7 Januari terwijl op 30 April 1937 een volksfeest zal worden georganiseerd. Een dagelijksch bestuur werd gekozen dat bestaat uit de heeren mr. dr. Mes, voorzitter, Meuiendijk, secretaris, M. J. v. d. Dries, Fenmngmeester en J. van Iwaarden en H. Lammers. N.S.B. TEGEN S.D.AJP. KRUININGEN. Donderdag werd een openbare vergadeiing gehouden in hotel „De Korenbeurs" te Kruiningen, uitge schreven door de N.S.B. Als sprekers traden op de heer C. F. A. Fiekert met als onderwerp „Bonden, Bonzen en nog iets" en de heer J. Ph. van Kampen, met „Het Nationaal-Socia- lisme". De heer Fiekert ging te keer teken Marxisme en Communisme. Hij haalde het (soc.) Kamerlid Hermans over den hekel. Deze had bij de geboorte van Koningin Wilhelmina een gedicht ge schreven, zoo gemeen en beleedigend voor ons vorstenhuis, in het bijzonder voor de Koningin-Moeder, dat hij daar voor 3 maanden hechtenis heeft onder gaan. Dit gedicht mocht niet worden voorgelezen, daar anders proces-verbaa' zou volgen Dezelfde heer Hermans werd bij de begrafenis van de Koningin-Moe der benoemd in de Commissie van Rouwbeklag! De heer Van Kampen had het gemunt op den heer Witte, Raadslid te Kruinin gen. De heer Witte was uitgenoodigd tot debat, maar had hiervoor bedankt, met als opgaaf van redenen, dat hij niet met een N S.B.-er wenschte te debat- feeren, zoolang de heer Mussert niet aan een gelijkluidende uitnoodiging' van den heer Albarda had gevolg gegeven. Spr. zette uiteen, dat Mussert aan den heer Albarda heeft voorgesteld tot een drie hoeksdebat tusschen Albarda-Müssert en een liberaal. Spr. gaf hierna de ver zekering dat hij op één der volgende po litieke lezingen in Kruiningen wel eens zou verschijnen en daarvoor een aardige verrassing zorgen. Bij het vervoeren der k'ok door ons land, die op 12 Dec. a.s. zal geluid wor den in het R.A.I.-gebouw in A'dam, heeft men 54 processen-verbaal opgeloopen; bij het rondrijden der AJ.C.-ers met de z-g. „Stedenzuil" ondervindt men daar van geen last. Van de gelegenheid tot het stellen van vragen werd door één persoon gebruik gemaakt, n.l. wat de N.S.B. zal doen met de bestaande Coöperaties. De heer Van Kampen antwoordde hierop, dat die zul len verdwijnen, zeer zeker de roode coöperaties. De vergadering was door 40 personen bezocht, waarvan geen enkele bij het zinken vati het Wi*hefmus, tie zafcil verliet SCHORE. Bij de graafwerken voor de verbreeding van het kanaal door Zuid- Beveland nabij Hansweert is door een der graafmachines de waterleid ngbuic gegrepen en zoodanig ontwricht over 'n lengte van ongeveer 10 meter, dat de watertoevoer voor Hansweeri en een gedeelte van Schore tijdelijk moes' worden afgesloten voor hers*el. Me* volle kracht wordt door het waterlei ding-personeel voor herstel gewerkt, zooda' te verwachten is, dat de stor'nk spoedig zal zijn opgeheven. Eenigen tijd geleden is op dezelfde wijze de zinker der waterleiding door het kanaal nabij de Schorebrug geschonden, SLUIS. De inzameling voor het na tionaal huwelijksfeest bracht alhier f 325 op. Tot dienstgeleider bij het kan toor der directe belastingen en accfjfi- zen alhier is in de vacature Babijn met ingang van 16 Dec. benoemd de heer H, Clerks, assistent bij het kantoor te Terneuzen. Vereenvoudige crisisvarkens- wet gevraagd. De Ned. Bond van Varkenshandela- ren heeft- zich me-, een advies to^ de leden van de Tweede Kamer gericht, waarin den ledeo wordt verzocht te willen bevorderen een eenvoud'ger sy steem van uitvoering van de crisis-var- kenswet 1932. In het advies wordt gewezen op ver schillende m sstanden die door de Var- kenswet zijn ontstaan. De belangrijkste van deze zijn: uitschakeling en verar ming der varkenshandelaren benadee ling van grossiers en slagers; toekenn:ng van extra winsten aan baconfabrikanten; irreëele concurrentie via de Veehouderij centrale; vernieling van talrijke midden- standsbednjvenenorme verliezen op de .afname van varkens en op -de ex port; niet loonende prijzen voor den boer en ontoelaatbare beteugeling van hét particulier inït:atief. Het wonder" en de wonde plekken, die er achter schuil gaan. (Van onzen correspondent). Berlijn, 8 Dec Duitschland verkeert midden in een „Hochkonjunktur". Wie voorspeld had, dat in 1936 besl st een reactie komen moest en dat is inderdaad door ve en gevreesd en verwacht moet nu toege ven, dat hij zich, althans voor het oogen- blik, vergist heeft. De jongste cijfers, welke het „Institut für Konjunktuur for- schung" publiceert over de ontwikkeling van dit jaar, zeggen hetzelfde, wat ieder onbevooroordeeld waarnemer in Duitschland constateert: de industrieele productie is ook in dit jaar belangrijk ge tegen en wel met 19 pet.! Alle onder- deelen der economie hebben hun aan deel aan deze stijging van productie en vinst. onk de ..VerbrauchsëüterIndu strie", die zich lang niet altijd in hetzelf de tempo voorwaarts ontwikkelt als de „ProduktionsgüterIndustrie", is aan 't ophalen; dat deel, dat voor de zg; „elas tische navraag" zorgt, zelfs met 10 pet. Het is een feit, dat de werkloosheid zoo goed als verdwenen is (van de thans nog 1 millioen werkloozen mag 60 tot 70 pet. als werkloos wegens ziekte, ongeschikt heid enz. en niet wegens gebrek aan werk beschouwd worden) en dat in de plaats daarvan een gebrek aan geschool de werkkrachten geconstateerd moet worden. Het k'inkt daarom als een ..Duitsch wonder", dat de regeering in Berlijn op het oogenblik wegens gebrek aan „skilled labour" in zware zorgen zit! Een en ander is intusschen geen wonder, als men de verklaring zoekt in de om standigheid, dat nu eenmaal gebleken is. dat het tegenwoordige regeeringsstelsel in Duitschland, welke bezwaren men er overigens tegen kan inbrengen, ontegen zeggelijk de practische bewijzen geleverd heeft, een onder omstandigheden bruik baar systeem te zijn om in den kortst moge'ijken tijd maatregelen door te voe ren, d:e zij het ook onder hoogen druk aan werk'ooshe:d een einde maken. Als in .Duitschland met dictatoriaal gezag doorgevoerde middelen moeten genoemd worden; werkverschaffing op staatskos ten, bestellingen voor wederopbouw der weermacht vraag naar arbeiders door nieuwe fabrieken voor de zg. „Ersatz- oroductie (autarkie), en sterk optimisme bij de bevolking als gevolg van regee- ringspropaganda op groote schaal. Nu is natuurlijk lang niet alles ideaa' in Duitschland en men mag gerust aan nemen, dat de zorgen van het „volk" ook die ziin van de regeering en van de industrie. Want ze komen voor alle in stanties ten slotte neer op de vraag; hoe ziet het er met de toekomst van de te genwoordige conjunctuur uit? Dat onderzoeken, beteekent tevens 'n poging doen om na te g'aan, in welke richting zich de dingen in Duitschland hoogstwaarschijnlijk ontwikkelen zullen. Drie groote gebieden zijn het, we'ke men 'n dit verband gerust de wonde plekken noemen mag: 1. de vraag der verschaf fing van ruwe grondstoffen en der be vordering van den handel met het bui tenland; 2. stijging der prijzen en kosten van levensonderhoud, 3 de openbar^ f nanciën. Over een en ander kunnen wij uit den aard der zaak in deze aan gren zen der plaatsruimte gebonden beschou wing slechts kort zijn. In 1933 ging de nationaal-socialistische Staat met zijn ingrijpen op het gebied der economie van de grondstelling uit dat in een land met gewillige en gequa- lificeerde arbeiders, met een op hoog peil staande industrie en met een groote vraag voor a'le mogelijke artikelen van dagelijksche behoefte de natuurlijke si- tuat'e is, dat ieder staatsburger werkt, produceert en verbruikt. Is deze toe stand bereikt, dat is er geen reden tot klagen meer. Dat is een waarheid als een koe. Maar zij was daarom voor Duitsch land niet zonder meer in practijk om te zetten. De wereldoorlog had nu eenmaal alles omver geworpen, vooral den we reldhandel. Over de gevolgen: industria- lfseering van óverzeésché gebieden, autarkische ontwikkeling in vele Euro- peesche staten, behoeven we hier niets meer te zeggen. Voor Duitschland kwam nog een bijzondere omstandigheid naar voren. Zijn behoefte aan grondstoffen werd grooter dan vóór den oorlog. Maar het miste nu Elzas-Lotharingen, Oost- Opper-Silezië, en al zijn koloniën. Het heeft ook v.óór 1914 gebrek aan grond- stoffen gehad, maai* voelde dat niet, dank zij zijn sterken uitvoer van indus trieele producten, omdat het nu eenmaal een machtig industrieland was, dat be trekkelijk goedkoop leveren kon. Heden is Duitschland met zijn waren op de we reldmarkt nauwelijks meer in staat te concurreeren (ondanke de enorme som men, die voor „dumping" uitgegeven worden) en heusch niet alleen in vergelij king met Japan! Het „Institut für Konjunkturfor- schung" constateerde dezer dagen, da* de Duitsche industrie tegenwoordig slechts 11 van haar productie in het buitenland afzet, terwijl vroeger in goede tijden een-vijfde tot een-vierde aan het buitenland verkocht werd Het gevolg van dezen sterk verminderden export is, dat de practijk in botsing komt met de practische doorvoering van het theo retisch beg nsel van de nationaal-socia- iisten, dat in Duitschland alle staatsbur gers werk moeten hebben en alle schoor- steenen moeten rooken. Immers, de dians weer in het werk ingeschakelde ruim 5 m 1 ioen vroeger werkloozen vra gen niet alleen naar de steeds meer (ont- meüeade) grondtonen, maar ze verie ren ook veel meer dan vroeger, toen ze van ondersteun ng leven moesten. Maar de Duitsche bodem kan slechts begrensd levensm ddelen opbrengen (in dit ver band is belangwekkend, dat onlangs mi nister Darré in Goslar wederom op groo te schaal omploegen van gras and tol bouwland heeft aangekondigd!) en het gevolg is op het oogenblik dus: toene mende schaarschte aan voedingsmidde len. Schaarschte aan ruwe grondstoffen en aan levensmiddelen hebben nu echter onvermijdelijk tot stijging van vele prij zen gevoerd. Dat heeft tot nu toe zelfs in het dictatoriale Duitschland geen en kele „prijscommissaris" kunnen verhin deren en het val zeer te betwijfelen of het dezer dagen uitgevaardigde verbod de prijzen te verhoogen, op den duur practisch doorvoerbaar zal blijken. (Ver mindering van qualiteit, vetgehalte enz. bij gelijkblijvende prijzen is een „oplos- s:ng", die door het volk natuurlijk heel gauw ontmaskerd wordt). Men verving hier en daar de grond- stolfen door andere, verkregen uit sta ten met welke men in clearing-verkeer staat. De ontginning van eigen ertsen werd uitgebreid. Geweldige invoerrech ten moesien de bereiding van syntheti sche benzine mogelijk maken en een verhooging van den benzineprijs met 9 pet is een voorteeken, dat de Staat een nijpend gebrek aan fondsen begint te krijgen. Men produceerde en produceert op steeds grooter schaal celwol buna (synthetische rubber), kunstzijde en aluminium. Geen van deze producten is op dit oogenblik zoo goedkoop als de overeenkomstige natuurlijke stoffen. Bij de levensm'ddelen zien we een soortge lijke ontwikkeling. Daar men van den landbouw de hoogst mogelijke intensivi teit verwacht, goedkoop buitenlandsch veevoeder steeds meer wegvalt om de hooge kosten, moeten de prijzen der le vensmiddelen verhoogd worden om den landbouwer de toename zijner productie mogelijk te maken, Uit deze hoogere prijzen moet hij de geldmiddelen krijgen welke hem in staat stellen, kunstmest en machines te koopen, nieuwe silo's en andere gebouwen neer te zetten. Maar omdat deze kosten uit de verhoogde prijzen nog niet te dekken zijn, blijft het Rijk met zeer groote subsidies steunen. Waar nu eenmaal onvermijdelijk is, dat stijgende productiekosten ten slotte toch weer stijgende „prijzen met zich brengen, zal het Derde Rijk op den duur ook niet een verlaging van den levens standaard verhinderen kunnen. Zijn re geering heeft het eerlijke verlangen vast te houden aan het voor Pru sen h stori- sche beginsel, dat „ieder burger eens per week zijn kip in den pot moet hebben maar het voer ontbreekt, om zooveel kippen in het leven te houden. Daarom is de levensstandaard ten slotte slecht op die gebieden constant te houden, op welke Duitschland werkelijk autar kisch" is, nl. cultuur (volgens modern - Duitsche opvatting), theater, muziek, sport, reiswezen. Een en ander niet meer te scheiden van de inderdaad geweldige prestaties van de inrichting, die zich _JCraft durch Freude" noemt. Men zou er nog „goed en menschelijk wonen" aan toe kunnen voegen. Blijft tenslotte de vraag die sinds on heuglijke tijden aan het „zoete, lieve Gerritje" gesteld pleegt te worden. Wie betaalt dit alles? Het antwoord, dat het geld voor al deze reeds uitgevoerde en nog uit te voeren projec ten geleend is, is wat al te simpel. Na tuurlijk is het juist, dat het Duitsche Rijk deze sommen, die in eenige tientallen milliarden loopen, leent". Maar niet bij de bevolking, die zelf arm is (als geheel gezien), en niet bij het buitenland (zoo lang het Rijk, op dit gebied door dr. Hjalmar Schacht geleid) bij het beginse' blijft, geen leeningen met het buitenland meer af te sluiten. Het Rijk leent., bij zichzelf. Want hoe kan men anders de omstandigheid noemen, dat de Duitsche Rijksbank de wissels voor de werkver schaffing en de kosten van den opbouw der weermacht disconteert Dit onge wone proces is tot heden „zonder onge lukken afgeloopen". Van inflatie is de dingen binnen de Duitschen grenzen beschouwend, en dus niet zich afvragend of zekere soorten van Marken sinds lang buiten Duitschland niet zoodanig genoteerd zijn, dat dit met een inflatie gelijk staat nog altijd niet de minste sprake. De verhooging van den omloop van bankpefpier kan verklaard worden uit de toename van de economische bedrijvigheid. Maar toch staat voor ons één ding vast: als men voortgaat, steeds meer bij zichzelf te leenen, en als door deze ein- delooze „Ankurbelung der Wirtschaft" ten slotte niet een zoo groote winst uit de opleving (toename der belasting-op brengsten op zeer groote schaal, enz.) gehaald kan worden, dat men de „lee ningen bij zichzelf" weer langzaam kan gaan aflossen, of althans in leeningen op zeer lange zicht kan veranderen, dan zal het tot een catastrophe moeten komen. Tot nog toe heeft men sinds 1933 slechts schulden voor een bedrag van 4 milliar den van korte op lange zicht kunnen omschrijven. Dat is weinig. Het vertrouwen van hei Duitsche volk m zijn tegenwoordig régime is voorloo- pig mèèr. Maar het beste is, dat men hier altijd nog gelooft in het „wonder". En in dit opzicht is de situatie in Duitschland zeker.interessant. BEGROOTING VAN DEFENSIE. De Tweede Kamer zette gistermiddag de behandeling voort van hoofdstuk Vlli (dep. van defensie) der rijksbegrooting var 1937. De heer Schaepman (r.k.) zette uiieen uai we noodgedwongen tot ver sterking der bewapening moeten over gaan. Daarbij moet uit den aard der zaak rekening worden gehouden met de draagkracht van ons land. Spr, neemt onvoorwaardelijk aan dat er niet lichtvaardig gehandeld werd en wordt. Spr. denkt o.m. aan de aanschaf fing van een aantal vliegtuigen voor In- dië. Spr. drong aan op instelling van een vaste commissie voor defensie. Spr. bepleitte de instelling van een af zonderlijke luchtmacht, naast leger en vloot. In het belang van het rijk zal daartoe moeten worden overgegaan. Een spoedige voorziening jdaarvaii is eisch. Spr. keurde het af dat het tot nu toe aan samenwerking tusschen de vliegdiensten heeft ontbroken. Spr. drong aan op aanschaffing van meer vliegtuigen, voornamelijk bom menwerpers. De heer A 1 b a r d a (s. d.) gaf een overzicht van de wijziging in den inter nationalen toestand, het ontwapenings- vraagstuk en bewapeningsuitgaven. Aan alle hoop voor de ontwapening heeft het derde Duitsche rijk den bodem ingesla gen. Er is geen andere veiligheid denk baar dan die in collectief verband. De gevaren waarmede wij rekening hebben te houden, bedreigen ons van machten, welker kracht wij nooit kunnen berei ken. Wij hangen dus af van internationa le verhoudingen, en daarom moeten wij onze Volkenbondsverplichtingen nauw keurig nakomen. Aan dergelijke opvat tingen toetsend hetgeen de regeering wenscht, erkende spr. dat modernisee ring onzer weermacht onvermijdelijk is. Dit wil niet zeggen dat we elke defen sie-begrooting zouden moeten goedkeu ren, Er moet niet verder worden gegaan dan de collectieve veiligheid eischt, en de gelden moeten doeltreffend worden besteed. Naar spr.'s meening is er in onze defensie geen efficiency. De mari ne althans is veel te duur. Om altijd geoefenden ter beschikking te hebben, is geen contingent van 32.000 man noodig. Dit kan ook door verlen ging van den len oefentijd met 1% maand en een 3-ploegenstelsel. Wij wenschen een volledig plan met een opgave der kosten. We moeten ook de financieele gevolgen der bewapening aanzien. Het zal duidelijk zijn dat ons het ver trouwen in het defensiebeleid ontbreekt om onze stem aan deze begrooting te geven. We moeten de verantwoordelijk heid aan anderen overlaten. Wat de regeering n u voorstelt in zake de defensie-uitgaven voor Ned.- Indië is in redelijkheid noodzakelijk te achten, Het past in 't stelsel der collec tieve veiligheid en daarom zullen spr. en de zijnen er hun stem niet aan ont houden. De heer VanHouten (chr. dem.) bepleitte ook nu, in dezen tijd, ontwa pening. Spr. wilde niet meedoen aan den algemeenen bewapeningswedloop. Spr. is niet, zooals de s.d.a.p. bevreesd voor den drang van het nationaal socialisme. Rechtvaardigheid, gemeenschapszin, naastenliefde, moeten onze houding be palen, niet het geweld. Daardoor kun nen de internationale verhoudingen verbeterd worden. De heer Westermiin (ex n. h.) ves igde de aandacht op het toenemen de wantrouwen tusschen de volkeren. Nederland lig juist ïn de gevaarlijke zone. Spr. constateerde dat zoo onge veer alle volkeren aan den bewape ningswedloop meedoen. Spr. zeide dat onze luchtmacht veel te klein ia. De heer v, d. Bilt (r.k.). wensch te verbetering in de opleid ng van hel personeel voor Indië. Soerabaja moet een krachtig vlootcentrum worden. Het stemde spr. tot voldoening dat de K. L.M.-vliegtuigen gemakkelijk voor defen sie-doeleinden zijn uit te rusten. Spr. hoopte dat de regeering voor de marine en voor de verdediging van Indië zal doen wat noodig is. De vergadering wordt verdaa;(I tot Dinsdag a.s. Ex-notaris tot een jaar gevangenisstraf veroordeeld. De arrondissementsrechtbank te Am sterdam heeft vandaag den gewezen (Amsterdamschen notaris M. K., wegens verduistering veroordeeld tot een ge vangenisstraf van een jaar met aftrek, van de preventieve hechtenis. Het CLM1. had een jaar en drie maan den met aftrek van voorarrest gevor derd. De ex-notaris was een aantal verduis teringen ten laste gelegd. Gedurende 't tijdvak van November 1934 tot Febr. 1936 zou bij zich uit een boedel f 14,272 hebben toegeëigend, De tweede verduis tering betrof een bedrag van f 7/74. eveneens ten nadeele van een boedel» het aerde geval stelde verduistering van 1 3712. Voorts was hem nog ten laste gelegd, dat hij als secretaris-penning meester van de waterschappen „de mid denpolder en den kleinen Duivendrecht- schen polder f 7600 had verduisterd. De zaken van het zeer groote notaris kantoor stonden reeds geru.men tijd slecht, de gelden van verschillende kas sen werden niet gescheiden gehouden. Groote bedragen waren door den nota ris op een onoordeelkundige wijze be legd, voorts had hij groote credieten verstrekt en had hij zich borg gesteld. De rechtbank verleende eenige maan den geleden surséance van betaling aan notaris K. Hij werd uit zijn ambt ontsla gen, eenigen tijd later volgde zijn arre statie. HET ACCOORD TUSSCHEN DE VLAAMSCHE KATHOLIEKEN EN DE FRONTISTEN. De katholieke fracties van de Kamer en den senaat hielden Donderdag een belangrijke gemeenschappelijke verga dering, die gewijd was aan het door de leiding van de katholieke Vlaamsche volkspartij en het Vlaamsch nationale verbond onderteekend beginselaccoord. Het katholieke Kamerlid prof. De Vleeschauwer was de eerste spreker. Hij verklaarde solidair te zijn met de andere leden van het directorium van de katholieke Viaamsche volkspartij, die het accoord tot stand brachten. De godsdienst en de zedelijke beginselen alsmede de vrijheid en gelijkheid van 't onderwijs in het accoord voorzien, lig gen volkomen in de lijn en de traditie van overeenkomen met de doctrine van de katholieke partij in België. Wat de vorderingen van het volksbelang en van de staatsinrichting betreffen, deze is een uiting van zuiver christelijke sociologie. De staat is er om het volk en niet om gekeerd. Het derde punt, waarbij een publiekrechtelijke statuur voor Vlaande ren wordt voorzien werd noodig geacht ten einde de alzijdige ontwikkeling van de Vlaamsche volksgemeenschap moge lijk te maken, en de eenheid van België blijvend te handhaven. De beginselver klaring erkent ook het vrije politieke partijwezen, maar er moet een eind ko men aan de overwoekering door de par tijpolitiek Van het volksleven in zijn verschillende uitingen. Vrijheid voor de partijvereenigingen blijft eveneens er kend. Er is evenwel ëen grondige her-' vorming noodig die het sociale en oeco- nomisch leven in den zin van het chris telijk solidarisme en met uitsluiting van den klassenstrijd moet influenceeren. 't Is niet de bedoel ng een rechtsch blok te vormen, dat tegenover een linksch blok zou komen te staan. Het is echter wel de bedoeling alle katholieken in een formatie te vereenigen. Ook prof. Ver bist, voorzitter van het directorium van de katholieke Vlaamsche volkspartij verdedigde zijn standpunt. De minister van staat Van Cauwelaert meende, dat dank zij de verklaringen van prof. de Vleeschauwer een eind is gemaakt aan vele misverstanden omtrent het accoord. Het beginselaccoord moet echter wor den onderzocht zoowel door de Vlaam sche als door de Waalsche belangheb benden. Verschillende Waalsche Kamerleden, die bezwaren van diversen aard tegen het tot stand gekomen accoord nadden, gaven hieraan uiting. Ook de katholieke democraat Van Buggenhoudt zeide te vreezen, dat men den verkeerden kant uitging. Gjraaf <1 Aspremont Lyinden, voorzitter van de federatie van katho lieke vereenigingen en lichamen, was de meening toegedaan, dat de onderhande lingen met spoed dienen te worden voortgezet. Men moet zoo gauw moge lijk een zuiveren toestand scheppen. Minister Rubbens beantwoordde zekere bezwaren door Waalsche én Brussel- sche Kamerleden en senatoren naar vo ren gebracht. Tenslotte werd een resolutie aange nomen, waarbij de katholieke fracties van de Kamer en Senaat van oordeel zijn, dat de onderteekening van het be ginselaccoord als politieke daad onder de bevoegdheid valt van de centrale lei ding van het blok van Belg. Katholieken. De alg. vergadering van dit blok^moet worden bijeengeroepen, onmiddellijk nadat de beide directoria dus het Vlaamsche en het Waalsche hun werk zaamheid hebben geëindigd. In dezelfde vergadering werd ook nog besloten de sociale en oeconomische herstelpolitiek van het kabinet Van Zeeland te blijven steunen. De Kamer heeft Donderdag met 105 tegen 9 stemmen met 52 onthoudingen, die hoofdzakelijk van socialisten kwa men, de zoogenaamde grendelwet be treffende de groote warenhuizen aan genomen. Deze wet, welke reeds door den Senaat werd goedgekeurd, bepaalt, dat tot 1 April 1937 geen nieuwe waren huizen met eenheidsprijzen mogen wor den geopend. Ook is het verboden be staande warenhuizen uit te breiden. (N. R. CJ

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1936 | | pagina 7