'tyVerkeershoekje. KERK EN SCHOOL Zeeuwsche werkverschaffingsobjecten. SP9RT. Het minste tandbederf, XXIII. Ook in de bepalingen betreffende het zg. zware verkeer zijn n.et onbelangrijke wijzigingen gekomen. In dit en de vol gende „verkeershoekjes" zullen daarom trent mededeeiin'gen worden gedaan. Daar deze bepalingen in hoofdzaak auto bussen en vrachtautomobielen betreffen, Boen houders daarvan goed van deze mededeelingen wel goede not,a te nemen. De bepaling dat de wegen worden 'n- gedeeld in klasse I, II of III is vervallen. Thans worden de wegen ingdeeld in klasse A of B. Wegen die niet als zoodanig worden ingedeeld zullen worden beschouwd als te zijn A wegen. Alleen de B-wegen zul len kenbaar worden gemaakt en wel door borden van het volgende mod(V Een rond wit bord met rooden rand mei in het witte vlak de zwarte letter B en daaronder de woorden en cijfers „Wiel- druk 2400 kg en breedte 2.10 m, hier onder de bekende afbeelding van een auto. Het einde van een B weg wordt aangeduid door een blauw bord waarop in witte letters „einde B weg." Uit bovenbedoelde aandu'ding is op te maken dat deze B wegen zijn verboden voor motorrijtuigen met grooter 'wiel- druk dan 2400 kg en voor motorrijtuigen die breeder zijn dan 2,10 meter. Alle wegen welke dus niet door een bord als bovenbedoeld zijn aangeduid zijn A wegen. De wegen die thans nog in klasse lil zijn ingedeeld en zijn aan geduid door de bekende blauwe borden of banden op muren, palen of boomen, zijn B wegen. B wegen zijn dus thans alle straten in Middelburg, den weg tusschen Sluiskil- Axel-Kijkuit en den weg Hoek-Terneu- zen. Alle andere wegen in deze provin cie zijn thans nog A wegen. Zendingsconferentie. Zaterdagmiddag werd in de Bo gaardzaal te Middelburg een goed bezochte zendingsconferentie gehouden, uitgaande van den Zendingsraad in de classis te Middelburg. Spreker voor deze samenkomst was ds. D. Crommelin, zendingsdirector te Oegstgeest. Hij werd ingeleid door ds. L. C. Spijkerboer van Oost- en West- Souburg. De spreker had als onderwerp: De Oude en de Nieuwe tijd in de Zending. In Nederland, zoo concludeerde spr. moet niet meer de oude weg bewandeld worden van piëteit, romantiek of parti- Wat voor cultuurtechnische verbeteringen door werkloo zen kunnen worden uitge voerd. door ir. F. P. MESU Directeur van den cultuurtechnisch en dienst te Utrecht.*) Hoewel in mindere mate dan in som mige andere deelen van ons land breidt het kwaad van de werkloosheid ook op het platteland van Zeeland zich steeds verder uit. Als oorzaken kunnen worden ge noemd: le. Door de lagere productenprijzen rationaliseert de landbouwer zooveel hij kan en probeert door meerdere mecha nisatie van het bedrijf en meer meewer ken van hemzelf en zijn gezinsleden de post arbeidsloonen zooveel mogelijk te drukken. 2e. Door verschillende crisismaatrege len wordt de teelt van diverse arbeids intensieve gewassen beperkt of minder voordeelig gemaakt. 3e. De natuurlijke afvloeiing van het geboorte-overschot van het platteland naar de industrie- en havensteden of door emigratie is tengevolge van de sterk doorgevoerde rationalisatie in de industrie ook reeds vóór de crisis sterk verminderd. De jongelui blijven derhalve m hun dorpen hangen, zonder eenige kans ui het productieproces te worden opgenomen. ctart keie-rle£e, ze^standigen op z.g. „etagebedrijfjes kunnen wegens de la gere productenprijzen of teeltbeperkin gen van hun bedrijfje niet meer bestaan en probeeren m loonarbeid bij grootere boeren wat bij te verdienen. Zij wor den dus werknemer en vergrooten daar door het aantal geheele of gedeeltelijke werkloozen. Het gevolg van een en ander is dat ongeveer half October van dit jaar, dus in een periode waarin vroeger in Zeeland eer een tekort dan een overschot aan ar beidskrachten in den landbouw aanwe zig was, ongeveer 2150 arbeiders in de „steun" of werkverschaffing waren ge plaatst, waarvan ongeveer 600 woonach tig in de zuivere plattelandsgemeenten. Het spreekt vanzelf dat dit aantal in de stille perioden op het platteland met een veelvoud stijgt. Tekst van de redevoering, welke ir. Mesu hedenmiddag in de vergadering van het hoofdbestuur der Z, L. M. te Goes, voornemens was te houden. culiere vereenigingen, maar de geheele Kerk als zoodanig dient haar roeping te vervullen door ten volle achter de Zen ding te staan. Dan alleen zal zij gehoor zaam zijn aan het zendingsbevel van den Heiland. Te 's Gravenhage slaagde voor het notarieel examen, deel III de heer P W. M. Stieger te G o e s. Geslaagd voor het examen van ijker de hr A. van Male te Oostburg. KRUININGEN. Zaterdagmiddag ver gaderde de kring Oostelijk Zuid Beve land der Z. L. M. in café „De Uitkijk voorzitter de heer Scheele-de Putter v,an Biezelinge. Na behandeling der huishoudelijke za ken hield ir, v, d. Ban uit Wageningen een lezing over Landbouwwerktuigen. Spr. besprak op zeer prettige wijze zoo ongeveer al de landbouwwerktuigen, die op een normaal bedrijf in gebruik zijn. Ook wees spr, er op, dat elke streek zijn eigen soorten werktuigen heeft, die niet alle evengoed voldoen. Hierna wer den door enkele aanwezigen vragen over het gesprokene gesteld, die door den heer v. d. Ban werden beantwoord. Ongeveer 60 personen waren aanwe zig. VOETBAL. MIDDELBURG—DE ZEEUWEN 7—0. Kostbare fouten. Onwillekeurig kwamen ons gistermid dag de promotiewedstrijden van De Zeeuwen, waardoor zij het tweede klas seschap veroverden, voor den geest. Deze waren gemiddeld heel wat beter dan de ontmoeting tegen Middelburg. De Vlissingers stelden danig teleur. Het eenige dat te waardeeren viel was dat zij pittig speelden, goed op den bal za ten en in 't geheel niet ontmoedigd raakten. Maar technisch en tactisch wa ren zij verre de mindere van Middel burg. Haar voorhoede heeft het niet verder gebracht dan de Middelburg backs. Een enkel ver schot kreeg Moens die een betrouwbaren indruk maakte te verwerken, maar voor de rest hadden de groen-witte backs geen moeite met de doorzichtige aanvallen van De Zeeuwen. Van midvoor Pieters ging totaal geen leiding uit. De binnen- Opmerkelijk is nu dat in Zeeland in vergelijking met sommige andere provin ciën het percentage der tewerkgestelden bijzonder laag is en zelfs ongunstiger wordt. Ondanks stijgende werkloosheid was het aantal manweken dat in werk verschaffing werd gewerkt: over 1932-'33 38700 manweken 1933-'34 30600 1934-'35 28000 en 1935-'36 20000 In de jaarverslagen van den heer Ste vens, vroeger Rijksinspecteur voor de werkverschaffing in Zeeland, wordt meermalen de klacht geuit, dat wegens het gebrek aan werkobjecten het per centage werkloozen dat in eene werk verschaffing kon worden geplaatst, steeds kleiner werd. Half October van dit jaar waren van de 2150 werkloozen slechts ongeveer 25 in de werkverschaffing en 75 in de „steun". Op dienzelfden datum waren in Drenthe van de ongeveer 7000 werk loozen meer dan 5000 in de werkver schaffing of ongeveer 70 Vanwaar dit verschil? Hebben de gemeenten, polders of wa terschappen en de boeren hier alles zoo piekfijn in orde dat er niets meer te ver beteren valt? Ofschoon Zeeland geen heidevelden heeft, die ontgonnen, of uitgestrekte moerassen die drooggelegd kunnen wor den, weet toch ieder, die eenigszins in Zeeland bekend is, dat er te kust en te keur werkobjecten zijn, geschikt voor werkverschaffing; men behoeft in Zee land nog niet zijn toevlucht te nemen tot aanleg van zwembassins, sportparken, plantsoenen en andere dergelijke nood- objecten, welker onderhoud en exploita tie in de toekomst meestal geld kosten. Er zijn nog genoeg objecten met groote economische waarde, die ook in de toe komst eene blijvende werkverruiming verschaffen. Welke zijn dit? le. Verbetering van de afwatering. In de eerste plaats wil ik de aan dacht vestigen op de verbetering van de afwatering; in zeer veel polders is de slootwaterstand te hoog, of hebben de slooten te geringe capaciteit om het wa ter in natte tijden voldoende snel af te voeren. Het verruimen en verdiepen van Poldersloten zijn uitnemende werkver schaffingsobjecten. Machines zijn hierbij niet te gebruiken, zoodat uitvoering uit de hand niet „een stap terug" beteekent. De verhouding tusschen loon en „andere kosten" is over het algemeen gunstig. Vooral door samenwerking van aangren zende polders of samenvoeging van pol ders zou op dit gebied veel te bereiken zijn, 2e. Verbetering van gemeente- en pol derwegen. Hoewel op dit gebied veel gedaan is en wordt, blijft toch nog zeer veel te doen; onverharde wegen kunnen spelers wareii eveneens onvoldoende. Rechtsbinnen De Jonge die als de beste schutter van De Zeeuwen geldt, heeft geen enkel lastig schot gelost. Er werd opmerkelijk veel over links gespeeld, doch linksbuiten Donze beging dezelf de fout als de overige voorwaartsen door telkens te trachten een tegenstander te passeeren. Dit kostte hen bijna altijd den bal. Het opbouwen van den aanval vorderde dan ook steeds te veel tijd. De middenlinie was nog 't minst slech te deel. Alhoewel vooral spil Frits dezen keer tegenviel. De backs v. d. Berge en De Voogd hadden veel hulp noodig van de middenlinie om de Middelburg voor hoede in bedwang te houden. Men ging vaak onbeheerscht te werk en tal van feuten waren er 't gevolg van. Nog zelden hebben we een keeper zoo onbenullig zijn doel zien verdedigen als Strijers deed. Dat kon waarlijk moei lijk slechter. De fouten die hij maakte waren voor zijn club dan ook kostbaar. Het eerste doelpunt na 20 min. spelen na aangeven van Merk door Vogel ge maakt was lastig te houden, doch de daaropvolgende drie waren te voorko men geweest. Bij het intrappen van den bal schoot hij tegen zijn eigen backs op. Vogel was er direct bij speelde zich handig van de drie tegenstanders vrij en het was 20. Vervolgens was het Merk die een fout van de verdediging af strafte (30) terwijl kort daarop, toen Strijers een gemakkelijke bal liet glip pen, de toegesnelde Vogel maar voor het inschieten had (40). Met dezen stand kwam de rust. Nu moet men niet denken dat het in het veld een spel van kat en muis was of werd. Integendeel De Zeeuwen bleven goed, pittig partij geven, en waren zelfs bij oogenblikken in 't veld in de meerderheid, doch de productiviteit was nihil. Wellicht zal men zeggen, dat zij wel een paar pun tjes verdiend hadden. Maar was derge lijk improductief voorhoedespel wel een doelpunt waard? Als ze er een verdiend hebben dan is het uitsluitend voor hun moedig volhouden. Middelburg had een invaller voor Dirkse. Ingelse stond nu rechts- en Le- fèvre linksbinnen. Deze plaatsen waren zwak bezet, al kwam op 't laatst Lefè- vre er beter in. Het vijfde doelpunt bv. was hoofdzakelijk zijn werk. Na goed doorzetten gaf hij op 't juiste oogenblik over naar Ingelse die in het leege doel kon plaatsen. Maar toch moest het in de voorhoede voornamelijk komen van Vogel, Merk en Loman. Vogel vooral had een groot aandeel in den puntenre- gen. Zoo'n verdediging als die der Zeeuwen was een kolfje naar zijn hand. aanmerkelijk worden verbeterd door ze eens flink diep té spittèfr, van een zand- kist te voorzien en voldoende afwate rend te leggen; de toestand van de berm- slooten laat vaak te wenschen over. Het aanbrengen van een eenvoudige verhar ding is van zeer veel belang voor aan- en afvoer van landbouwproducten. Het spreekt vanzelf dat bij verharding de verhouding tusschen arbeidsloon en „an dere kosten" direct heel wat ongunsti ger wordt. 3e. Inpoldering en bevordering van aanwassen. Ook op dit gebied wordt in werkverschaffing in de laatste jaren in Zeeland reeds gearbeid, Ik noem slechts de inpoldering van het waterschap Ru- moirt op Sint-Philipsland en de begrep- peling van schorren en slikken in het Sloe. In verschillende deelen van Zee land is nog veel nuttig werk te doen. In Groningen worden ter bevordering van de aanslibbing zeer groote werken uit gevoerd. 4e. Duinbebosschingen. Ieder die de Domburgsche manteling kent, weet wat duinbebossching voor natuurschoon en voor recreatiedoeleinden kan beteeke- nen. Vooral op Walcheren en Schouwen kan veel worden gedaan. Wat zou het b.v. voor Zoutelande als recreatieoord niet van beteekenis zijn, indien de bin- nenhelling der duinen en het vroon be- boscht zouden zijn. Plaatsen als Dom burg, Bergen en Schoorl hebben hieraan voor een groot deel haar opkomst te danken. 5e. Rioleeringen en drinkwaterleidin gen. Hoewel niet zoozeer liggend op cul tuurtechnisch gebied, wil ik toch de aan dacht vestigen op de mogelijkheid van uitvoering in werkverschaffing van het grondwerk voor rioleeringen en drink waterleidingen. Hoe ontwikkelder eene bevolking, hoe meer de „waterbescha ving" door dringt, des te meer behoefte ontstaat ook op het platteland aan een goede drinkwaterleiding en aan riolee- ring van de dorpen. De kosten hiervan kunnen in belangrijke mate worden ge drukt, indien de grondwerken in werk verschaffing worden uitgevoerd. De bewoonbaarheid van het platteland wordt door aanleg van electriciteit, wa terleiding en rioleering veel grooter, waardoor de „kapitaalvlucht" van het land naar de stad wordt tegengegaan. De hiervorengenoemde cultuurtechni sche werken kunnen in het algemeen slechts tot stand komen door of met me dewerking van publiekrechtelijke licha men als gemeenten, polders en water schappen of domeinbestuur. Bij de hier- volgende berust de beslissing meer rechtstreeks bij de eigenaren of boeren zelf. 6e. Ruilverkaveling. Bij bestudeering j der kadastrale plans van de oude kernen der Zeeuwsche eilanden Jmidden-Wal- Een mooi doelpunt van hem was het zesde. Een voorzet van Merk schoot hi hard tegen den binnenkant van den paal waarna de bal in 't doel verdweei. (60). De middenlinie was slordig in het aangeven der ballen. Vooral in het begiii was het plaatsen slecht. Later ging het beter. Trouwens op het aangeven van den bal viel bij tal van spelers veel aan te merken. Verhulst speelde een goede spilpartij. Zelfs maakte hij nog het laat ste punt; het was echter meer een blun der van den keeper. Deze liet den ba van zijn handen in doel rollen. Tevorer. was hem dit ook al tweemaal overko men, doch toen kon hij het leder nog van de lijn weggrabbelen. De verdediging van Middelburg ten slotte speelde een uitstekende partij. Zij had de De Zeeuwenvoorhoede totaal in haar macht. Dat was soliede werk van Leijnse en Geelhoed. Scheidrechter Colen, die een kwartier op zich liet wachten, floot wel wat te veel. VLISSINGEN—GOES 1—1. Een weinig interessante wedstrijd, met een uitslag, waarmede beide partij en best tevreden kunnen zijn, In den beginne leek het of Vlissingen, die Vader moest missen en daarvoor Verhulst had opgesteld, een gemakke lijke overwinning' zou behalen. Het vlot te best en aanval na aanval volgden el kaar op, zonder dat Goes er aan te pas kwam. Dit duurde echter niet lang. Goes zag in dat het bij Vlissingen, vooral in de verdediging, waar Butz herhaaldelijk miste, ook niet zoo gesmeerd ging, en zij kwam allengs meer in den aanval. Toch leek het of Vlissingen het eerst succes zou hebben, want bij een ver schot van Van Peenen, kon Bruel slecüts op het laatste nippertje den bal in zijn bezit krijgen. Op tamelijk gelukkige wij ze kwam Goes daarop in het bezit van een goal. Bij een corner werkte Verhulst den bal weg, juist voor de voeten van Blokpoel. Deze zette voor, Boogaard ving den bal, doch raakte hem *weer kwijt en in de daarop volgende scrim mage legde Ploegaert de laatste hand aan het doelpunt (0-1). Er was toen 20 minuten gespeeld. Vlissingen bleef er danig op los knoeien, maar kreeg toch nog enkele mooie kansen resp, door Reinders en Kasteelen. Beide malen wist Goes op het nippertje te redden. Bij de hervatting was Vlissingen direct sterk aanvallend, Goes trok haar mid dellinie terug. Schoten van Reinders en Mos leverden niets op. Leynse, aan de overzijde doorgebroken, schoot in moei lijke positie voor langs. Er was echter niemand om deze kans te benutten. Een hard schot vaft Kasteelen kon Bruel nog indien U poetst met wat goeds, dus met Tube 60 en 40 ct. Doos 20 et. IVOROL (Ingez. Med.) cheren, de Poel, Ierseke, Moer, Midden- Schouwen enz.) valt onmiddellijk op de zeer grillige vorm der perceelen en het veelvuldig elkaar overweg moeten ver- leenen. Door ruilverkaveling gecombi neerd met aanleg of verbetering van en kele wegen en waterlossingen is op be trekkelijk eenvoudige wijze een veel be tere toestand te verkrijgen, alle percee len komen daarbij aan een weg en wa terlossing te liggen en krijgen zoo eenigs zins mogelijk een regelmatigen vorm, zoodat zij gemakkelijk te exploiteeren zijn. Nu de Regeering bereid is in de kos ten van ruilverkavelingen subsidie te verleenen, indien de grondwerken in werkverschaffing worden uitgevoerd, kunnen de kosten geen overwegend be zwaar meer vormen. Bovendien worden deze kosten door de Regeering voorge schoten en behoeven eerst in dertig jaar te worden afbetaald. In de laatste jaren wordt gemiddeld meer dan 1000 ha per jaar op deze wijze verkaveld. 7e. Draineering. Indien in een aantal polders de waterstand werd verlaagd, zouden honderden hectaren die zich nu nog met open greppels moeten behelpen, kunnen worden gedraineerd. De Regee ring geeft gaarne subsidie voor drainee ring van gronden in werkverschaffing, omdat het een uitnemend werkverschaf- fingso'bject is en het fabriceeren der bui zen een groot aantal handen werk geeft. In de Wieringermeer worden 2000 a 3000 ha per jaar hoofdzakelijk in werkver schaffing gedraineerd; alleen hierdoor worden ongeveer 20 draineerbuizenfa- brieken in bedrijf gehouden; ook het transport der buizen geeft aap vele han den werk. Ik behoef hier geen pleidooi te hou den over het nut van draineeren; (ega ler gewassen; gemakkelijker bewerking der perceelen; geen kweekplaatsen van onkruid, plantenziekten en ongedierte; landwinst 8 a 10% door het vervallen der greppels met greppelkanten). 8e, Woelen en egaliseeren. In de oude kernen der Zeeuwsche eilanden zijn hon derden hectaren vrijwel ongeschikt voor akkerbouw wegens het voorkomen van spier of hobbelig oppervlak. Ook in het Noorden van ons land komen dergelijke gronden veelvuldig voor. Zoo worden in Groningen en Friesland proeven genomen met het woelen van knikgronden, dit zijn gronden waar de kalk naar de benedenlagen is uitgespoeld en daardoor eene ongunstige structuur hebben verkregen, overeenkomende met de Zeeuwsche spierklei. Men tracht nu door het naar boven brengen van de on derliggende kalkrijke lagen deze gron den te verbeteren; wegens de groote daaraan verbonden kosten zulks in werk verschaffing met 80 a 100 subsidie in de arbeidsloonen. Ook in Westkapelle juist vallende weg stompen. Mooi werk! Goes trok ook de binnenspelers nog te rug, de Vlissingen backs drongen op, waarvan Leynse kon profiteeren door opeens over rechts door te breken. Zijn schot ging echter wederom voor langs In deze periode nam midvoor Rein ders van links enkele mooie corners, welke veel gevaar opleverden. Het ge lukte Bruel echter nog steeds zijn heilig dom voor doorboring te behoeden, Vlis singen ging nu volledig op winst spelen en veranderde de opstelling. Verhulst ging midvoor spelen, Kodde linksback, Oreel rechtsbuiten, Kasteelen rechtsbin nen en Reinders linksbinnen en zij had hiermede direct succes. Van de verdedi ging uit werd een mooie aanval opge bouwd. De bal ging van Burgerhof naar Oreel, deze zette voor en Verhulst kop te fraai in (1-1). In de resteerende 10 min. werd van beide zijden hard voor de winnende goal gewerkt, met Vlissin gen sterk in de meerderheid. De stand bleef echter gelijk. T.S.C.—ZEELANDIA 4—4. Gelijk opgaand spel. Zeelandia heeft in Óosterhout tegen T.S.C. een verdiend gelijk spel behaald. De eerste helft begon met een klein overwicht van T.S.C. Toch duurde het nog ruim een kwartier voordat Keule- mans een voorzet in een doelpunt kon omzetten. Lang plezier hadden de T.S. C.-ers echter niet van hun voorsprong. Janisse, die ditmaal goed op schot was, maakte reeds eenige minuten daarna ge lijk (11). Na eenige vergeefsche over vallen nam daarop T.S.C. weer door Keulemans de leiding. (21). Zeelandia streed geestdriftig verder. En met suc ces, want nog voor de rust intrad, had Janisse de partijen weer gelijk gebracht. (2-2.) De tweede helft week niet veel af van de eerste helft. Zelfs de volgorde van 't aantal doelpunten was gelijk. Want na dat Ernst na 10 min. T.S.C. de leiding had gegeven, was het weer Janisse die den gelijkmaker in 't T.S.C,-doel schoot. Er werd hard om de leiding gestreden. Uit een strafschop scoorde Sestig met een goed gericht schot het vierde doel punt voor de Oosterhouters. Maar op nieuw maakte Zeelandia gelijk. Thans was het Philipse, die een voorzet van Huvers benutte en den eindstand op 44 bracht. is het woelen van gronden van oudsher inheemsch. De hobbelige weilanden, welke ont staan zijn door het graven van derrie voor zoutbranden in de Middeleeuwen of van klei voor steenbakkerijen, kunnen nadat de afwatering in orde gebracht is, door egaliseeren in hooge mate worden verbeterd. Indien dit egaliseeren' met zorg geschiedt, zoodat de goede grond boven blijft, kunnen deze gronden tot goede kwaliteit bouw- of grasland wor den omgewerkt. De heer Markvoort, opvolger van ir. Stevens als Rijksinspecteur voor de Werkverschaffing in Zeeland, is er in geslaagd dat in de gemeenten Middel burg, Vlissingen en Arnemuiden enkele dergelijke complexen op deze wijze zul len worden verbeterd. Hier ligt een ruim en dankbaar ar beidsveld voor honderden werkloozen. Wegens de haast spreekwoordelijke be dachtzaamheid der Zeeuwen en het wan trouwen dat bestaat ten aanzien van het werken in dergelijke gronden, is het niet te verwachten dat voldoende aanvragen zullen binnenkomen voor verbetering van dergelijke complexen in werkver schaffing. Zij zullen de risico daarvoor te groot achten. Ontginningsmaatschappijen, Blijkt dit inderdaad het geval te zijn, dan verdient het overweging ook in Zee land over te gaan tot de oprichting van een stichting of ontginningsmaaischappij, die ten doel heeft dergelijke gronden aan te koopen of te onteigenen om ze in werkverschaffing te verbeteren. In de meeste provincies is reeds eene derge lijke maatschappij werkzaam. In de vier Noordelijke provincies zijn op deze wijze reeds meer dan 12000 ha aangekocht of onteigend en daarna ontgonnen of ver beterd. In Zuidholland heeft de gemeen te Dordrecht een dergelijk lichaam ge sticht voor inpoldering en ontginning van ongeveer 1000 hectaren van den Zuid- hollandschen Biesbosch. Oprichters of aandeelhouders zijn meestal de Provincie, gemeenten, water schappen en landbouworganisaties. Het doel is uitsluitend verhooging van de productiviteit van den bodem. Aanvankelijk werkten deze instellin gen veelal voor risico van de oprichters of aandeelhouders met subsidie in de ar beidsloonen van den Staat. Het is echter de bedoeling dat in de toekomst deze ontginningsmaatschappij en meer optreden al werklichaam, ter wijl de aankoop en verbetering der gron den geschiedt voor rekening en risico van den Staat. In dit geval behoeft slechts een gering stichtings- of aandee lenkapitaal te worden bijeengebracht. Ongetwijfeld zal een dergelijk werk lichaam ook in Zeeland zeer nuttig werk kunnen doen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1936 | | pagina 7