tfrcirtnciHl# s* GOESCHE COUPANT^ü Een „devaluatie-vergadering" van de Z. L. M. ZEELAND. WEER EN wind. i@is, NUMMER 253. TWEE BLADEN. MAANDAG 26 OCTOBER 1936. EERSTE BLAD. 179e JAARGANG. „Wat beteekent de deva luatie voor den economi- schen toestand van ons land?" Landbouw en devaluatie. Prinses Juliana en Prins Bernhard in het vaderland terug. WDELBURG. M1DDELBUB05CHE COURANT Dagblad Voor Middelburg, Goes en agent- fbap Viistingen f 2.30, elders 2.50 per Vwartanl Weelc-abonn. in Middelburg en Goes 18 ct. p. w. Advertentiën 30 ct. per regel, Iagez. mededeelingen 60 ct. p. r. contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr. Uitgeefster Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux Lange Sint Pieterstraat te Middelburg. Telefoon Redactie 269, Administratie 139 Postrekening nó. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17. Aangesloten bij het Bureau voor Publiciteit* waar de der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers. Familieberichten en daakbetuigfagw 1— regels f 2.10, elke r. as. 30 iet. Rpferfcst. „Klelae AdverteutiSa", tan hoogste 6 a 75 ct. bij vooruitbetaling Adv. seS „Brieven" of „Bevragen bureau doxer ce> rant" 10 ct. extra Bewgsnommers 5 eeraF. Hedenmiddag vond te Goes een bui tengewone algemeene vergadering' van de Z.L.M. plaats, belegd in verband met de gewijzigde monetaire politiek der re geering anders gezegd, in verband met de devaluatie van den gulden. De vergadering, die onder leiding stond van mr. P, Dieleman, werd zeer druk bezocht door landbouwers uit alle deelen der provincie. Inleiders waren: dr. R. Kuperus, dir. van de Coöp Zuivelbank te Leeuwarden en ir. T. P. Huisman, secretaris van de Holl. Mij., van Landbouw. Van beiden ontvingen wij, op ons verzoek, excerp ten hunner redevoeringen welke wij hier laten volgen. Over dit onderwerp sprak dr. R. Kupe rus,. De inleider vangt aan met in herinne ring te brengen, dat juist 'n maand gele den dr. Colijn door middel van de radio een uiteenzetting gaf van het in den nacht van 26 op 27 Sept. door de Neder landsche Regeering genomen besluit om den gulden los te maken van zijn goudba sis. Gedurende een maand leven wij nu in den nieuwen toestand, dat ook ons ruilmiddel gedeprecieerd is, en met dankbaarheid mag worden geconstateerd dat de overgang vrijwel onmerkbaar heeft plaats gehad en ons volk zijn tra- ditioneele rust en kalmte heeft bewaard. Het besluit op zichzelve, dat slechts den uitvoer van goud verbiedt, is ook niet direct schokkend, het werd in Aug's. 1914 ook genomen, maar uit de nadere toelichting door den minister-president, in het bijzonder bij de Kamer-debatten op 29 en 30 Sept. jl., gegeven, is duide lijk gebleken, dat bij de Regeering de bedoeling voorzit om onze munteenheid meer blijvend in waarde te verminderen. Van groot belang is, hoever de deprecia tie zal gaan. Op grond van den stand van onze betalingsbalans met het buitenland, die zonder onhoudbare kunstgrepen in evenwicht is, behoeft geen depreciatie van grooten omvang te worden verwacht. De verwachting, 'dat het tenslotte tot een zekere mate van devaluatie zal komen bepaalt meer de huidige stand van de wisselkoersen. Het agio, dat bij aankoop van vreemde valuta op termijn moet worden betaald, duidt er op, dat met een g'eringe verder gaande depre ciatie nog wordt gerekend,. Dit inzicht heeft het aanbod van guldens en de da ling van den gulden-koers veroorzaakt, waartegenover 'n andere tegenwerkende strooming valt op te merken, die een gevolg is van haar ons land terugvloei end kapitaal, waardoor een vraag naar guldens en aanbod van buitenlandsche valuta ontstaat. In dit verband zet spr. de bedoeling en de werking van het in gestelde egalisatiefonds uiteen, om dan de vraag te stellen, welke economische gevolgen van de devaluatie te verwach ten zijn. Het is duidelijk, dat ingevoerde goederen duurder zullen worden, wat een nadeel beteekent bij invoer van grondstoffen en halffabrikaten. Met be trekking tot den import van eindfabri- katen, welke ook in ons land worden voortgebracht, zal de devaluatie een be schermende werking uitoefenen,. Voor zoover invoerrechten of contingentee- ringen ten aanzien van die artikelen in het leven zijn geroepen zullen deze thans kunnen worden herzien, waardoor dus geen groote prijsstijging behoeft op te treden. Voor een stijging van de kosten van levensonderhoud in evenredigheid met de depreciatie van het ruilmiddel behoeft niet te worden gevreesd. Dit kostenpeil is slechts ten deele afhanke lijk van den invoer en de prijsverhoogen- de werking van den invoer vloeit der halve uit over het geheele kostenniveau. Gedetailleerde berekeningen van prof. Polak hebben aangetoond, dat bij een devaluatie van 25 de 'kosten van le vensonderhoud met ten hoogste 6% zullen toenemen, welke uitkomst door de practijk, b.v, na de devaluatie in Bel gië, is bevestigd. In verband met het prijsregelend optreden der Regeering ten aanzien van de landbouwproducten, is 'n te sterke prijsstijging der levens middelen door verlaging van hef fingen en accijnzen ook te voor komen, mits daarbij niet uit het oog wordt verloren, dat de landbouw zich het meest van alle takken van voort brenging heeft aangepast en nu niet op nieuw weer het kind van de rekening mag worden. Bij den export vertoont de devaluatie medaille haar gunstige keerzijde, voor gelijkblijvende prijzen in buitenlandsche valuta worden meer guldens ontvangen. Hierbij is echter rekening te houden met de maatregelen van het buitenland, het voorbeeld van België, dat de invoer van onze "zuivelproducten in de afgeloopen weken tijdelijk sterk heeft belemmerd, toont dit duidelijk aan. Is de invoer in het buitenland reeds gecontingenteerd, dan behoeven geen maatregelen te wor den gevreesd en kan van het devaluatie voordeel ten volle worden geprofiteerd. Oogenschijnlijk zijn er aan devaluatie meer nadeelen dan voordeelen verbon den, maar spr. wijst er op, dat een zeer groot voordeel van devaluatie niet over het hoofd mag worden gezien, n.l. het corrigeeren van de door de crisis en de aanpassing scheef getrokken verhoudin gen op economisch terrein. De export bedrijven, die van de crisis het meest hebben geleden, krijgen nu weer een kans op een behoorlijke rentabiliteit, waardoor een geringe loonsverhooging in die bedrijven gewettigd kan zijn bij stij gende kosten van levensonderhoud. In de beschutte bedrijven, waar de aanpas sing maar zeer ten deele is doorgevoerd, dient tegen loonsverhooging te worden gewaakt. Een geringe algemeene stijging van het prijsniveau in ons land behoort niet te worden gevreesd, maar moet integendeel worden gewenscht. Men vergete niet, dat wij door de al gemeene prijsdaling juist in de moeilijk heden zijn geraakt. Nu kan men zeggen, dat degenen, die „aangepast hebben" of „aangepast zijn" en hierbij wordt dan in het bijzonder gedacht aan hen, die van vaste inkomens leven, weer opnieuw zul len worden getroffen, maar er is nu ten minste een groote kans, dat geen ver dere loonsverlagingen bij deze catego rieën noodig zullen zijn, terwijl een eco nomische herleving ten slotte aan ieder ten goede moet komen. Het probleem van de vaste lasten krijgt ook een kans op oplossing en wel op meer natuurlijke wijze dan door een ten slotte onoverzichtelijk samenstel van wettelijke maatregelen. De begrootingen van Rijk en Gemeenten kunnen weer sluitend worden door een reeds ingetre den zeer beduidende rente-daling tenge volge van teruggekeerd vertrouwen bij de beleggers, terwijl op een teruggang van het aantal werkloozen mag worden gehoopt. Men zou evenwel verkeerd doen alles van de devaluatie te verwachten, de nieuwe verschuivingen zullen nieuwe moeilijkheden medebrengen, die om op lossing vragen en voortgaande aanpas sing is noodig, maar het roer is nu ge wend, de weg uit de crisis is ingeslagen en aan den gezichtseinder gloort weer het licht van een nieuwen dag. Ir. Huisman sprak over: Landbouw en devaluatie. Spr. begint met er op te wijzen, dat ons land met zijn dichte bevolking af hankelijk is v.an in- en uitvoer, dat thans echter de invoer wordt belast en be lemmerd en de uitvoer kunstmatig wordt bevorderd, omdat in Nederland de prductiekosten hooger zijn dan in zeer vele andere landen het geval is. Dit is voor een gedeelte het gevolg van de devaluatie der munt-eenheid in die andere landen. Spreker wijst inzonder heid naar de landen van het sterfing- blok, die voor ons land niet alleen als afzetgebied zeer belangrijk zijn, doch ook als concurrenten op de overblijven de wereldmarkt, en voorts op landen als de Vereenigde Staten, Canada en Argen tinië met hun groote graanproductie. Er zijn echter ook landen aan te wijzen, waar het kostenpeil geenszins lager is dan in ons land, zooals Duitschland en rrankrijk, doch deze landen bescher men juist dit kostenpeil door den invoer radicaal te belemmeren. Spr. wijst verder op het streven naar autarkie, waarvan onze Oostelijke nabu ren wel het meest sprekend voorbeeld vormen. Zelfs indien de Nederlandsche land- en tuinbouw in staat zou zijn door een grootere devaluatie van den gul den dan thans blijkbaar het geval zal zijn tegen loonende prijzen te exportee ren, dan zou nog het autarkisch stre ven en de belemmerende bepalingen in andere landen ten aanzien van onzen uitvoer van land- en tuinbouwproducten 't ons onmogelijk maken de crisismaatre gelen, waarmee een beperking wordt na r*\" Iedere onwaarheid in tegenwoordig heid van een kind door vader of moe der uitgesproken, strooit het zaad voor tien leugens, die later x^it den mond van dit kind zullen voortkomen. gestreefd, te laten schieten; doch de devaluatie is niet zoodanig, dat bij on- belasten invoer de Nederlandsche boe renstand staande zou kunnen blijven. Intusschen is in de meeste landen, waarheen wij niet loonend kunnen uit voeren, of waarmee wij alleen door steun aan export kunnen concurreeren, het inlandsch prijspeil ook kunstmatig, dus zijn de verschillen in productiekos ten niet zoo groot meer als wij uit de prijzen, die bij invoer te betalen of bij export te maken zijn, zouden afleiden. Spr. wijst hier op granen, de suiker en de melkproducten. De devaluate van den gulden acht spreker in het be lang van het Nederlandsche bedrijfsle ven, daar wel de invoer van grondstof fen er duurder door wordt, doch de export van de eindproducten, waarin ook onze arbeid is verdisconteerd, even eens in prijs zal stijgen. De buitenlander ziet onze devaluat e hoofdzakelijk als een dalen van het loon- en kostenpeil in Nederland, in zijn, niet gedevalueerde valuta, uitgedrukt. Door het optreden der Regeering ech ter, waarbij inzonderheid een prijsstij ging van levensmiddelen wordt tegen gegaan, is de Nederlandsche landbouw in een poStie gekomen als fusschen hamer en aambeeld. De productiekosten niet alleen het veevoer en de kunst meststoffen, doch ook de werktuigen, glas, hout, ijzeb, enz. zijn, soms be langrijk, in prijs gestegen, doch de Re- geer'ng draagt, er zorg voor, dat de prijzen der landbouwproducten even on bevredigend blijven als ze w.aren. Spr. kan'dit verklaren, indien hierbij de be doeling voorzit een actie voor loonsver hooging, inzonderheid van de reeds be schutte bedrijfsgroepen, tegen te gaan, doch dan mag deze houding der Regee ring slechts een tijdelijk karakter dra gen wil zij niet zeer onredelijk worden voor de landbouwende bevolking. De landbouworganisaties hebben reeds jaren lang en met voortduring ge wezen op het feit, dat de prijzen der landbouwproducten in zeer veel ster kere mate aan een lager niveau zijn aangepast als dit met het loon- en kos ten- en prijspeil in de beschutte be drijfsgroepen het geval is. De Regee ring zag dit ook wel in en streefde naar aanpassing onder erkenning, dat de landbouw hierbij reeds in de voorste gelederen stond. Met de devaluatie echter is naar de publieke meening, de behoefte aan aanpassing plotseling iets overbodigs geworden. Men denkt al leen nog maar aan de mogelijkheid van loons- en lotsverbetering. Hierin schuilt een groot gevaar voor den boerenstand, daar de bedoelde ongelijkheid nog in onverminderde kracht bestaat. Spreker wijst hierbij op een brochure, getiteld: „De invloed van het Landbouwcrisisbe- leid op het bakkersbedrijf" en leidt uit den inhoud daarvan af, dat in den prijs van het brood in 1916 de kosten van de bloem practisch een gelijk percentage uitmaken als in 1913. Het loonpeil in het bakkersbedrijf is echter sinds 1913 met 120 tot 220 pet. gesegen en maakt ondanks rationalisatie thans een veel grooter procent van den broodprijs uit dan voorheen. In de brochure wordt echter over dit loon niet geklaagd, doch wel "over den bloemprijs. De bakkers streven ernaar de bloem voor zoodanigen prijs te ont vangen, dat deze buiten elke verhou ding tot de andere onderdeelen van den kostprijs laag zou zijn te noemen. Het lijkt iets vanzelfsprekends voor de beschutte bedrijfsgroepen, den pro ducent van grondstoffen een redelijk be staan, dat men zelf wenscht te ontvan gen, te misgunnen. Dit is psychologisch alleen hieruit te verklaren, dat men, wat door eigen kracht te verkrijgen is, bij voorbaat als redelijk aanvaardt, ter wijl, indien een groep niet in staat is zich te organiseeren en de hulp van va der Staat noodig heeft, men elke hulp bij voorbaat als onredelijk beschouwt. Men hoort nooit spreken van een loon peil dat door eigen kracht op 220 staat, terwijl men dagelijks afgeeft op steunmaatregelen voor den landbouw, welke een loonpeil van 130 a 140 eigenlijk nog niet wettigen, en aan den ondernemer geen bestaan laat. Dat deze beschutting van loon- en prijspeil op een zeer breed terrein van het economisch j leven het landbouwbedrijf in zijn be- I staan en zijn aanpassing belemmert, j toont spreker aan met een voorbeeld van silobouw, waarbij het beton en het ijzer alleen tegen beschutte prijzen ver- j krijgbaar was, terwijl ook het loonpeil, j ondanks werkloosheid in den desbetref- i fenden tak, op veel te hoog peil wordt gehouden. Met veel moeite is men er in geslaagd al deze tarieven te ontduiken, zoodat door de zeer belangrijke lagere kosten, den aanbouw van silo's kon worden 'aan gemoedigd. Uit de budget-statistiek van Amster- damsche arbeidersgezinnen leidt spre ker af, dat deze in de laatste 11 jaar ondanks meer verbruik, minder zijn gaan betalen voor voeding, zelfs belangrijk minder, en ook zich beter in de kleeren en het schoeisel hebben kunnen steken. Niet onbelangrijk meer kon worden be steed voor verkeer en ontspanning. Spr. wijst er op, dat het productievermogen der menschheid in staat behoorde te zijn om tot een algemeen beter levenspeil te komen, doch indien men de omstandig heden van de genoemde arbeidersgezin nen vergelijkt met de levensomstandig heden van het gezin van den landarbei der en den kleinen boer en ook in toe nemende mate van den grooten boer, dan moet toch zeer sterk opvallen, dat bij de laatsten geld voor kleeding, woning en dekking is gaan ontbreken, terwijl ginds de algemeene prijsdaling, ondanks eenige loonsverlaging, betere levensvoor waarden heeft geschonken. Tenslotte herhaalt spreker, dat de wel vaart van het Nederlandsche volk niet afhankelijk is van het loonpeil in het be schutte bedrijf, doch van de mate, waar in de exportbedrijven, die zonder trust en kartelvorming werken, in staat zullen blijken arbeid en product loonend te ex porteeren, om daardoor het Nederland sche volk in staat te stellen onmisbare goederen in te voeren. De devaluatie heeft de noodzakelijkheid van Regee- ringshulp aan den landbouw niet vermin derd; met alle kracht moet worden ge streefd naar bevordering van den export en naar afbreken van de handelsbelem meringen en spreker wekt den Zeeuw- schen boer op, om getrouw aan zijn spreuk „Luctor et emergo", als waar dig Staatsburger zijn plichten te vervul len, doch ook voor zijn rechten te strij den. Prinses Juliana is gistermiddag, ver gezeld van Prins Bernhard van haar reis naar Duitschland weer in ons land te ruggekeerd. Tegen drie uur des mid dags kwamen de Prinses en de Prins in de bekende grijze two-seater aan het grenskantoor Glanerbrug ons land bin nen. Het vorstelijke /verloofde paar werd vergezeld door eenige auto's waarin o.a. de secretaris van den Prins en verder rijkspolitie en motorpolitie die voor een vlotte reis van het prinse lijk paar zorg droeg. In het grensplaatsje Glanerbrug waren zeer velen getuige van de .doorreis van de Prinses en de Prins. Zij werden hartelijk toegejuicht. Via Enschede werd te' omstreeks half vier Het Loo bereikt. EEN MOTIE VAN DEN VISSCHERSBOND. Zaterdag vergaderde te Den Haag de bond van Ned. Visscherijvereenigingen. Ruim 80 visschers uit Zeeland waren aanwezig. Aan het slot van de vergadering werd de volgende motie aangenomen: „De Nederlandsche Visschersbond in algemeene vergadering bijeen, is van meening, dat de maatregelen der regee ring nog niet gebracht hebben een so ber bestaan voor de visschers, dat daar entegen den kustvisschers ernstige ge varen dreigen en d,at grootere lasten het bedrijf zullen drukken. Wij verzoeken Uwe Excellentie met klem te willen bevorderen, dat verbeteringen worden aangebracht, opdat de maatregelen der regeering meer effect kunnen sorteeren." (Morgen komen wij uitvoerig op deze vergadering terug). Middelburg, 26-X-'36. Zaterdag en Zondag: hoogste lucht temperatuur 14 °C (57 °F); laagste 7.5 °C (46 °F). He den 9 h: 8.9 °C; 12 h: 10 °C. 5.5 mm re gen. Hoogste barometerstand te dezer stede, in het afgeloopen etmaal: 765 mm; laagste 754 mm. Hoogste barometerstand in het Euto- peesche waarnemingsgebied: 768.8 mm te Toulouse; laagste 724.3 mm te Jan Mayen. Verwachting tot morgenavond: Meest krachtige tijdelijk wellicht stormachtige, later afnemende Z. tot W. wind, betrokken tot zwaar bewolkt, re genbuien, aanvankelijk zachter. o O Zon op: 6 h 46; onder: 16 h 41. Licht op: 17 h 11. Maan op: 14 h 42; onder: 1 h 28. V.M. 30 Oct. Hoog- en Laagwater te Vlissingen: October, Hoogwater. Laagwater Ma. 26 9.39 22.24 3.37 16.19 Di. 27 10.40 23.14 4.41 17.16 Wo. 28 11.26 23.53 5.32 18.04 Hoog- en Laagwater te Wemeldinge; October. Hoogwater. Laagwater. Ma. 26 11.11 23.52 4.37 17.11 Di. 27 12.26 5.48 18.12 Wo. 28 0.57 13.18 6.42 18.59 Westkapelle is 28 min. en Domburg 23 min. vroeger; Veere 38 min. later. (S springtij.) ANTI-KLODDER MAATREGELEN GEVRAAGD. In den nacht van Zaterdag op Zondag heeft men te onzer stede de straten in bepaalde wijken beklodderd met verf. Teneinde niet den indruk te wekken, dat wij ons hierbij tegen een bepaalde poli tieke richting richten, laten we achter wege wie het was dat doet er ook niet toe. De reiniging, door de politie gewaarschuwd, heeft gezorgd dat deze verontreiniging des Zondags verwijderd was. Het beklodderen met verf van straten en pleinen en walkanten, met spreuken als „Groen Front", ,,'t Kind wint" en wat dies meer zij, is helaas in Middelburg nog niet verboden. Vermoedelijk staat in onze gemoede lijke oude, nog uit de Middeleeuwen of daaromtrent stammende politieverorde ning hieromtrent nog niets, wijl men in een gemoedelijker tijd de straatschen derij van het straatschilderen nog niet kende. Het is ons wel bekend, dat in het ont werp tot herziening onzer politie-veror- dening een ontwerp, waaraan de eene commissaris van politie na de andere zijn teerste zorgen schenkt, om het daarna netjes opgepoetst en bijgevijld, maar steeds niet vastgesteld, aan zijn opvolger over te dragen! strenge be palingen voorkomen, welke der politie zouden veroorloven krachtig tegen deze smerige kalkerij, ververij, teerderij en dan-illegale plakkerij op te treden. Nu is er weinig tegen te doen, De verkiezingen zijn op komst. Het is kwalijk denkbaar, dat tegen dien tijd de nieuwe politieverordening in haar geheel op de helling geweest, tewater gelaten en weer opnieuw gekalefaterd en ge breeuwd, in de vaart zal zijn. Zou een spoedige partieele herziening op dit punt dan geen overweging en aanbeveling verdienen? Bvorderd tot administratief amb tenaar le klasse bij den Rijkswaterstaat de ambtenaar 2e klasse, M. P. Knie riem alhier, Openbare dronkenschap. Zaterdagavond werd er C. G, te Kwa- dendamme en H. W. alhier bekeurd we gens opebare dronkenschap en op het Politiebureau ter ontnuchtering inge sloten. Boschwezen N. Indië. Naar men ons mededeelt zal voor den dienst van het boschwezen in Ned, Indië ook onze stadgenoot ir. D. Hengsdijk, houtvester, worden uitgezonden.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1936 | | pagina 1