KRONIEK van den DAG. DE GOUDEN RAT BINNENLAND. AFLOOP AANBESTEDING. EEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 21 OCTOBER 1936. No. 249. Scandinavische saamhoorigheid. itaar het Eng«lach van Manifest van de Nederlandsche vereeniging voor luchtbescherming. DE RADIO-REDE VAN DEN MINISTER VAN WATERSTAAT. Waarom de N.C.R.V, niet in de uitzending werd betrokken. HET DRAMA TE SPEKHOLZER- HEIDE. (Wordt vervolg'd). De vier lapden, die te samen Europa's Noordwesthoek vormen: Denemarken, Zweden, Noorwegen en Finland, kunnen de laatste jaren voortreffelijk met elkaar overweg. Ze vormen tezamen het begrip Scandinavië en geven de wereld een voorbeeld van samenwerking en saamhoorigheid, dat navolging verdient, navolging op groote schaal ten bate van den vrede. Want deze saamhoorigheid is niet een bedenksel van diplomaten, niet een politieke constructie of alleen maar een mooie frase, doch werkelijkheid. Over 't algemeen schijnen de bewoners van deze gebieden het gevoel te hebben dat Scandinavië één deel van de wereld is, en de geheele rest, het „buitenland het andere deel. Wat het Scandinavische saamhoorig- heidsgevoel zoo groot en daardoor de samenwerking zoo gemakkelijk maakt, is voor alles de taalverwantschap. Deensch, Noorsch en Zweedsch zijn zoo verwant, dat wie een dezer talen kent, de beide andere zonder veel moeite ook kan lezen en ze met wat meer inspan ning doorgaans ook al spoedig kan lee- ren verstaan, al is het leeren spreken ervan zeer lastig Op een Scandinavisch congres worden Deensch, Noorsch en Zweedsch heel genoegelijk naast elkaar gebruikt, zonder dat. er een Babyloni sche spraakverwarring in miniatuur ontstaat. En de Finnen kunnen aan der gelijke besprekingen dan betrekkelijk gemakkelijk deelnemen, omdat Zweedsch een der beide officieele talen van Finland is en door de ontwikkelden van Finsch-taligen huize doorgaans ge sproken en verstaan wordt. Een andere factor van groote betee- kenis voor het Scandinavisme is de overige cultureele verwantschap met daarnaast de groote overeenstemming in staatkundig en politiek opzicht. In de Scandinavische landen is het democra tische stelsel hecht gegrondvest; op 't gebied der internationale politiek wordt gemeenschappelijk het standpunt van strikte neutraliteit en trouw aan den Volkenbond ingenomen. Juist door deze eensgezindheid over de buitenlandsche politiek zijn de Scandinavische landen de laatste jaren nog dichter bij elkaar gekomen. Hoe hecht het saamhoorigheidsgevoel is blijkt pas goed, wanneer men eens na gaat, welke onderlinge geschillen en problemen er zooal zijn. Daar zijn tal- looze Noren, die er geen vrede mee kunnen hebben, dat het Permanente Hof in Den Haag de souvereiniteit van Denemarken over Oost-Groenland, waarvan een deel een jaar of vijf gele den door Noorsche pelsjagers geoccu peerd werd, heeft bevestigd en die er pok nog over mokken, dat hun voorva deren eeuwen lang door de Denen overheerscht zijn. De Finnen hebben het zich erg aangetrokken toen enkele ja ren geleden hoogleeraren uit de andere Scandinavische landen een goed woord deden voor de rechten van de Zweedsch -sprekende minderheid in Finland. In 't uiterste Noorden van Noorwegen, in Finmarken, zou van Finsch-nationalisti- sche zijde een voor de Noren onaange name propaganda plaats hebben, die de vorming van een Groot-Finland naar dezen k(ant waa(rbij dan ook een stuk van Zweedsch-Lapland, dat een Finsch-sprekende bevolking heeft, be trokken zou worden heet voor te be reiden. En Zweden heeft nu klachten over de Deensche valuta-centrale, die ten gunste van de inheemsche industrie en niet direct uit valuta-overwegingen EAIZL TRENT, 52). Met dit doel voor oogen voer de Shri ke dicht langs Land's End, tusschen de c 'y Islands door, terwijl zij voortdu rend een draadlooze verbinding onder hield met het naaste station, zood,at zij onmiddellijk ieder bericht zouden ont vangen, da.t door de admiraliteit werd doorgezonden. Dien avond na het diper belegde sir Charles een conferentie met Carruthers en Graves om te bepraten wat zij zou den doen als Grafton zich niet wilde overgeven, „De moeilijkheid is, dat wij geen vol macht hebben en eigenlijk heelemaal niet gemachtigd zijn om stappen te doen tegen Grafton, We zouden natuurlijk wel 'n beschuldiging kunnen formulee ren in verband met „De Gouden Rat", maar ik geloof niet, dat dat ons het recht geeft om drastische maatregelen te nemen. Ik verzoek u er nota van te nemen, dat vanaf hedenmorgen u mij niet meer ,als hoofdcommisaris van po litie moet beschouwen. Ik heb besloten vacantie te nemen en heb nu verlof. Ik ben nu alleen maar sir Charles Travers, een gewoon Britsch onderdaan. Dus wel ke orders ik ook mag geven, u captain Carruthers, noch u hoofdinspecteur Gra ves, behoeven ze ten uitvoer te brengen. Bovendien kun je dat voordat ik met bepaalde Zweedsche exportartikelen van de Deensche markt zou weren en tegelijkertijd dumping van producten van beschermde Deensche fabrieken op de Zweedsche markt in de hand zou werken. En zoo zijn er meer onderlinge moeilijkheden, vooral op economisch ge bied, omdat daar de belangen het vaakst tegenstrijdig zijn. Zulke meer of minder ernstige conflicten kuïinen de goede verstandhouding dan wel eens afbreuk doen, maar nimmer voor langen tijd, omdat men dan toch altijd behalve De nen of Finnen of Noren of Zweden ook Scandinaviërs blijft. Vrijwel algemeen wordt de uit het saamhoorigheidsgevoel géboren samen werking van groote beteekenis geacht en men is al vele jaren doende, die sa menwerking uit te breiden en intenser te maken om aldus omgekeerd het saamhoorigheidsbesef te versterken. Er worden eiken zomer tallooze Scandina vische congressen gehouden, er hebben geregeld ontmoetingen plaats tusschen ministers, tooneeldirecteuren, spoorweg arbeiders, dames-kappers, juristen, hon denliefhebbers, vakbondbestuuraeren of onderwijzers, uitgevers, handelsreizi gers, bisschoppen, parlementsleden, in- dustrieelen, vréemdelingenverkeers-di- recteuren, enzoovoort uit twee of drie of meestal alle vier de Scandinavische landen om gemeenschappelijke belangen te bespreken, ervaringen uit te wisselen en een nauwere samenwerking voor te bereiden. Er bestaan vele inter-Scandi- navische comité's, er zijn verscheidene tijdschriften met redacties, medewer kers en abonné's in de vier landen en er bestaan sedert enkele jaren ook de door de regeeringen uit menschen uit het bedrijfsleven samengestelde „buur land-commissies", die in gemeenschap pelijk overleg tot oplossing van de on derlinge problemen moeten trachten te komen en tevens, doordat hier men schen van de praktijk elkaar ontmoeten, wegen kunnen aangeven om de samen werking te bevorderen. Een der eerste voor het groote publiek merkbare resul taten van het werk dezer commissies is een belangrijke verlaging van de tarie ven voor inter-Scandinavische telefoon gesprekken en telegrammen, voorts hebben zij bijgedragen tot verbetering van boot- en spoorwegverbindingen en aan het derde belangrijke middel tot in ternationaal verkeer, de post, kunnen de commissies weinig meer verbeteren, aangezien tusschen Denemarken, Fin land, Noorwegen en Zweden de binnen- landsche porto-tarieven gelden. Een brief van Kopenhagen naar Roskilde kost dus evenveel als een brief van Aabenraa in Zuid-Jutland naar Petsamo aan de Noordelijke IJszee, die een week onderweg is. Zeer veel voor de Scandinavische sa menwerking doet de vereeniging „Nor den" die feitelijk uit een Deensche, een Finsche, een Noorsche, een IJslandsche en een Zweedsche vereeniging „Nor den" bestaat. Aan haar initiatief was de instelling van de buurlandcommissies te danken evenals de uitwisseling van ra dioprogramma's en tooneelgezelschap- pen, en het zeer moeilijke werk van een aantal deskundigen uit de vijf landen om de geschiedenisboekjes zoodanig te herzien, dat niet alleen onjuistheden, maar ook voor de andere Scandinavi sche landen minder vriendelijke uit drukkingen eruit verdwenen of zullen verdwijnen. Wie weet hoe vaak de va- derlandsche geschiedenis bewust of onbewust „gekleurd" wordt verteld en hoe vaak de Scandinaviërs met elkaar overhoop hebben gelegen, zal beseffen, hoe lastig een dergelijke zuivering is, maar ook hoeveel nut zij kan hebben. verlof ging', ik jou ook een maand verlof heb toegestaan, waar je, meen ik, al lang aan toe bent". „Wat is uw bedoeling?" vroeg Car ruthers, terwijl zijn oogen van opwinding schitterden, want hij had een vaag ver moeden wat sir Charles' bedoeling was. „Ik zal volkomen eerlijk tegen u beiden zijn. Ik ben er van overtuigd, dat dit bewapende jacht een groot gev,aar oplevert voor Engeland. Het moet ten- koste van alles buit gemaakt worden; bovendien zijn de groothertog Ivan en captain Desbrook aan boord, dien wij zeer hoog schatten, om nog niet te spreken van den jongen Fraser en zijn zuster. Dat zijn allemaal belangrijke menschen en als zij naar Leningrad ge bracht worden, zal er ongetwijfeld nooit meer iets van hen vernomen worden. Wel, kapitein Carruthers, ik zal volko men eerlijk en duidelijk tegen u zijn. 't Is namelijk mijn bedoeling, dat wanneer de Emerald tegenstand biedt, u haar met geweld moet overmeesteren, Na tuurlijk heeft zij met haar lichte bewape ning geen schijn van k,ans tegen een schip als het uwe en er kan geen twij fel bestaan omtrent den uitslag van een gevecht. Ik vertel u dit allemaal, omdat u moet weten dat u, wanneer u zich meester maakt van het jacht, een vol komen onwettige daad zult plegen, maar ik kan u wel verzekeren, persoonlijk doch niet officieel, dat u niet be vreesd behoeft te zijn voor onaangename gevolgen" eindigde sir Charles rustig. „Het is heel vriendelijk van u mij te waarschuwen, sir Charles en ik ben u daar dankbaar voor. Ik kan u wel zeg En op initiatief van die vijfvoudige vereeniging „Norden" zal den 27sten October nu voor de eerste maal de „Dag van het Noorden" gevierd worden. Over heel Scandinavië zullen dien dag de ver schillende vlaggen zusterlijk naast el kaar wapperen, zullen de schoolkinde ren te hooren krijgen, waarom die an dere Scandinavische landen toch eigen lijk geen buitenland zijn, zullen de bios copen films van het Noorden vertoonen en de restaurants hun menu's inter- Scandinavisch samenstellen. Er worden groote feestvergaderingen gehouden en er zullen concertenjzijn met Deensch- Finsch-Noorsch-Zweedsche program ma's, via de schoolradio zullen kinderen in de talen van het Noorden elkaar be groeten en in den avond zal men door op Motala of Kalundborg, Oslo of Lahtis af te stemmen den president der Fin sche republiek en de koningen van De nemarken, 'van Noorwegen en van Zweden kunnen hooren spreken over de saamhoorigheid en de samenwerking hier in het Noorden. Waarna een ge meenschappelijk programma volgt, een zoo gemeenschappelijk programma, dat na zang van een Deensch koor in de Kopenhaagsche studio met begeleiding van het omroeporkest te Helsingfors en duetten van een meneer in Stock holm en een juffrouw in Oslo, wellicht muziek op vier vleugels een te Hel singfors, een te Kopenhagen, een te Os lo en een te Stockholm ten gehoore wordt gebracht of de radiokoren van de vier studio's gezamenlijk zingen. In het Octobernummer harer „mede- deelingen" richt de Nederlandsche ver eeniging voor luchtbescherming' zich met een manifest tot de Nederlandsche bevolking. De Nederlandsche vereeni ging voor luchtbescherming de vroe gere studievereeniging voor luchtbe scherming is door de regeering er kend als de eenige algemeene en lande lijke vereeniging voor luchtbescherming in Nederland in den meest uitgebreiden zin, wier doelstelling en voorgenomen werkwijze de goedkeuring' der regeering wegdragen en waarbij alle andere plaat selijke of gewestelijke organisaties aan sluiting kunnen vinden. Wij laten hier dit manifest volgen: Burgers van Nederland. Luchtbescherming - dat wil zeggen: bescherming van de burgerbevolking te gen luchtaanvallen is dringend nood zakelijk. Luchtaanvallen, schrikbeeld uit den wereldoorlog, schrikbeeld uit het hui dige Spanje, waar beide partijen dit strijdmiddel gebruiken. Luchtaanvallen, die niet alleen de strijdende troepen, maar ook onmiddel lijk lijf en goed van de burgerbevolking' bedreigen. Ook Nederland moet het luchtaanval len rekening houden. De talrijke en ernstige internationale spanningen maken de mogelijkheid van een oorlog in welken ook Nederland ondanks het streven der regeering om oorlog te voorkomen buiten zijn schuld kan worden gemoeid niet langer te negeeren. Luchtbescherming is dus dringend noodzakelijk. Ook voor Nederland, De regeering heeft hiertoe met volle dige instemming van onze volksverte genwoordiging de luchtbeschermingswet gen, dat ik het volkomen met u eens ben, ten opzichte van het buit maken van dien vrijbuiter, Bovendien begin ik er ernstig over te denken om den dienst te verlaten dit vertel ik u in vertrou wen. Nu er zoo bezuinigd wordt op de krijgsmacht, heb ik niet veel kans meer om vlag-officier te worden, wat natuur lijk mijn ambit1 e was, toen ik in dienst kwam." Bij deze aankondiging wisselden sir Charles en Graves een blik van ver standhouding en glimlachten, hetgeen den officier deed blozen. „Cherchez la femme!" mompelde sir Charles zachtjes, „Ik schaam mij er volstrekt niet over, mijnheer" riep Carruthers, op warmen loon, „Als ik de kans zag een vrouwj als miss Fayrfield voor mij te winnen, dan bestond de dienst niet meer voor mij. Maar daar willen wij het niet over hebben, Als ik den toestand goed be grijp, staan wij op het punt om zeerovers te worden. We moeten de zwarte vlag maar hijschen." „Het heeft er inderdaad veel van", zei sir Charles lachend. „Mijn officieren en de bemanning zijn natuurlijk verplicht mijn bevelen op te volgen; dus ik veronderstel, dat zij, wai er ook gebeuren mag, vrijuit zullen gaan?" „Natuurlijk", zei sir Charles en wend de zich toen tot Graves. „Uw positie is een heel andere dan die van den com mandant. Zie je, daar ik met verlof ben, kan ik niet, door u speciale orders te geven, de verantwoordelijkheid op mij nemen." tot stand gebracht, een inspectie voor de luchtbescherming ingesteld en voorts de maatregelen voorgeschreven, welke de burgemeesters verplicht zijn te tref fen teneinde in hunne gemeenten de ge volgen van een eventueelen luchtaanval zooveel mogelijk te kunnen beperken. Luchtbescherming zal evenwel alleen dan kunnen slagen, indien de geheele bevolking zelf daadwerkelijk meehelpt. Want luchtbescherming beteekent in de eerste plaats zelfbescherming. Zelfbescherming is mogelijk. Zelfbe scherming is plicht. Een redelijke zelfbescherming is zoo noodig in samenwerking voor ieder te 'bereiken. De overheidszorg blijft dan ook reeds deswege beperkt tot die maatregelen, welke de indivi- dueele krachten te boven gaan. Zelfbescherming is ook een moreele plicht. Het nalaten van tijdige maatrege len kan onherstelbare schade beteeke- nen. Niet alleen voor den nalatige maar wat erger is ook voor de anderen. Burgers van Nederland, let op uw zaak. Steunt de overheid in haar moei lijke taak, neemt tijdig uw beschermings maatregelen. En waar samenwerking de beste kans van slagen biedt sluit u aaneen. Sluit u aan bij uw plaatselijke lucht- beschermingsvereeniging' of indien deze te uwent nog niet bestaat bij de door de regeering erkende algemeene landelijke Nederlandsche vereeniging voor luchtbescherming, welke ten doel heeft om in nauwe samenwerking met de desbetreffende overheid de zelf bescherming van de burgerbevolking te gen luchtaanvallen in den meest uitge breiden zin te propageeren en organi- seeren. Voor aansluiting wende men zich tot het bureau: Nassau Ouwerkerkstraat 3, 's Gravenhag'e, De minister van waterstaat heeft ge antwoord op schriftelijke vragen van den heer Krijger in verband met het niet gebruik maken door den minister van waterstaat van de beide Nederland sche radiozenders bij de uitzending van zijn redevoering over „de wijzigingen in het motor- en rijwielreglement": Nadat de minister zich, op uitnoodi- ging van de A.V.R.O., bereid had ver klaard op 5 October jl. een rede in haar studio uit te spreken over het in de vra gen bedoelde onderwerp, verzocht de N.C.R.V. om mede in die uitzending te worden betrokken. Haar werd medege deeld, dat daartegen geen bezwaar be „M,aar ik ben ook met verlof, mijn heer", zei Graves bedaard. „Dat is waar ook. Ik was het alweer vergeten. Carruthers, ik denk dat u het wel met mij eens zult zijn, dat het beter is uw officieren buiten deze kwestie te houden? U behoort tot het type, dat gewoonlijk zonder vragen gehoorzaamd wordt, wat in dit geval een geluk is." „Mijn bemanning en officieren zullen precies doen wat ik hen opdraag", ant woordde Carruthers grimmig. „Ik begin naar een kleine schermutseling te ver langen en het eenige, waar ik mif be zorgd over m,aak, is, of mijn officieren en de bemanning eenig risico zullen loo- i pen. „Ik verzeker u, dat zij nergens voor verantwoordelijk gesteld zullen worden", zei de hoofdcommissaris, op ernstigen toon, „en u kunt wel aannemen, nu ik er verder over heb nagedacht, dat ik u dit verzeker als hoofdcommissaris van politie v,an Londen. Nu zal ik mijn niet- officieele karakter maar weer aanne men", voegde hij er luchtig aan toe. Zij stonden op het punt om zich voor den nacht terug te trekken, toen een marconist hun een boodschap bracht, die de admiraliteit bereikt had van de Westkust van Ierland, een boodschap van den volgenden inhoud. Een schip, beantwoordend aan de nieuwe beschrij ving van de Emerald, welke door Scot land Yard verspreid was, naar aanlei ding van informaties, verschaft door sergeant Hardy, voer langs de kust, in Noordelijke richting, „Dus Grafton volgd de andere route", stond, indien de A.V.R.O. daarmede in stemde, doch toen bleek, dat deze, als uitnoodigende vereeniging, er de voor keur aan gaf, dat alleen van haar zen der werd gebruik gemaakt, heeft de mi nister gemeend, dat voor hem geen vol doende grond om zijn eenmaal aan de A.V.R.Oi gec^ane (toezegging niet ge stand te doen, hetgeen aan de N.C.R.V. werd medegedeeld, onder toevoeging, dat bij eerstvolgende gelegenheid gaar ne gevolg zou worden gegeven aan een uitnoodiging om van haar zender ge bruik te maken. Hierbij zij aangeteekend, dat het meermalen is voorgekomen, dat op uit noodiging van een bepaalden omroep door leden van het kabinet redevoerin gen zijn gehouden voor een der zenders, zonder ^gelijktijdige gebruikmaking van den anderen zender. Dergelijke rede voeringen zijn niet gelijk te stellen, met uitzendingen van regeeringswege, waar toe eigener beweging wordt besloten en waarvoor steeds van beide zenders ge bruik wordt gemaakt. Voor laatstgenoemde uitzendingen is de minister niet voornemens van dezen regel af te wijken, terwijl overigens han delen naar omstandigheden moet wor den voorbehouden. De heer Bongaerts heeft aan de minis ters van financiën en van sociale zaken de volgende schriftelijke vragen gesteld: 1. Hebben de ministers kennis genomen van het drama te Spekholzerheide om trent de gevallen van methylalcoholver giftiging? 2, Is het juist, dat de vergiftiging moet worden toegeschreven aan zeer matig gebruik van methylalcohol of met methylalcohol vermengde jenever? 3, Bestaat er geg'rond vermoeden, dat de gebruikte methylalcohol over de Duit- sche grens Nederland is binnengesmok keld? 4. Zoo ja, zijn dan bij de regeering maatregelen in overweging om de kan sen op herhaling van een dergelijk dra ma in grensplaatsen zooveel mogelijk te dringen en zijn de ministers bereid de Kamer mededeeling van die voornemens te doen? De directie der Ned. Spoorwegen heeft aan den heer L, Verhage te Koude- kerke opgedragen het afbreken van de gasfabriek (gebouw), 2 gasreservoirs, schoorsteen, teerkelders en houten brand- stoffenbergplaats te Vlissingen met toe betaling voor een bedrag van f 503 aan de Nederlandsche Spoorwegen. merkte Carruthers op, „Ik stel voor om met volle kracht door de Iersche Zee te stoomen, dan zullen we hem waarschijn lijk ontmoeten, nog voordat hij de Hebri- den bereikt. Ik zal onmiddellijk de noo- dige bevelen gaan geven", zei hij en haastte zich naar het dek. HOOFDSTUK XVII. Kapitein Brockdorff was naar Gral- ton's ton's hut ontboden om te bespre ken, welke koers de Emerald zou volgen en om te overwegen, of het voor de grootere veiligheid wenschelijk zou zijn, om nog eenige veranderingen aan te brengen. G: afton had nog niet met zijn kapitein gepraat, sinds Antonio den ve- ligen avond cp Sark was afgezet. Ge woonlijk bemoeide Brockdorf zich niet met de zaken van zijn chef en gehoor zaamde zijn bevelen zonder vragen. Bij deze gelegenheid echter meende hij te moeten spreken en deed dit Han ook ronduit. „Chef, ik vind het erg dom van u, d,*it u dien rat van Antonio zoo hebt laten weggaan, Ik ben nooit op den man ge steld geweest en hij: is er juist het type naar om u te verraden. Naar mijn mee ning weet hij veel te veel. Hij kent alle geheimen van het jacht. Wat geeft het om het schip te vermommen, als hij er een volledige beschrijving van kan ge ven? Als ik in uw plaats geweest was, had ik dien vent in het „zwarte hol" ge stopt en hem er laten blijven, totdat ons karweitje achter Hen rug was,"

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1936 | | pagina 7