GOE§CHECOUQANT£!«2 Zeeland en de nationale veiligheid De maatregelen in verband met den gulden. NUMMER 231. TWEE BLADEN. WOENSDAG 30 SEPTEMBER 1936. EERSTE BLAD. 179e JAARGANG. Zeeland en Brabant buiten de kazemattenlinie. Wat dit wel en wat dit niet beteekent. Ook voor Zeeland geldtgeen duimbreeds grond wordt een vijand prijsgegeven zonder dat wij er voor zullen vechten! De wetsontwerpen tot het tegengaan van prijs opdrijving etc. zijn gisteren reefds aangenomen. Verlaging van de mono polie-heffingen op tarwe etc. gevraagd. Wijziging heffing op boter. MlbbELBUDGSCHE COUBAHT Jagblad Voor Middelburg, Goe» en agent schap Vlieringen 2.30, elderi 2.50 per Swartaal Week-abonn. in Middelburg en ioes 18 ct. p. w. Advertentiën 30 ct. per regel, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r. |jj contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr. Uitgeefster Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux Lange Sint Pieterstraat te Middelburg. Telefoon Redactie 269, Administratie 139 Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17. Aangesloten bij het Bureau voor Publiciteitswaarde der Vereeniging de Nederlandscbe Dagbladpers. Familieberichten en dankbetuiging— 1 regels fA 2.10, «Dm r. n. 30 ct. Rubri** „Kleins Advert—tiën", ten hoogste 6 regel a 75 ct. bjj vooruitbetaling Adv. ai." „Brieven" of „Bevragen bureau dezer ent" raat" 10 ct. extra Bewijsnommers 5 c—t. c. Men heeft den laatsten tijd herhaal delijk in de pers zoo hier en daar opga ven kunnen vinden omtrent den bouw van „kazematten". Zoowel uit aanbeste- dingsopgaven van den Rijkswaterstaat als uit andere openbare mededeelingen bleken de plaatsen, waar deze kazemat ten werden gebouwd. Wij hebben een en ander eens op de kaart uitgezet zonder ons daarmede te verbeelden militair te zijn of te doen en toen bleek dat deze „kazematten- linie' zoo ongeveer van Roermond af langs de Maas naar het Noorden loopt, zich vervolgens in het Nijmeegsche splitst in twee takken: een naar het Noorden langs den IJsel tot de Zuider- zee, de andere langs de Waal in de rich ting Hollandsch Diep. In de naar zoo aanstonds blijken zal; foutieve onderstelling, dat we hier met een soort Maginot-linie in 't klein te maken hadden, vestigde deze ligging onzer kazemattenlinie op den belangstellenden leek den indruk, dat Zuid-Limburg, Brabant en Zeeland dus maar „aan den vijand prijsgegeven" zou den worden, zoodra de eerste soldaat van vreemde nationaliteit met een ge laden geweer over de grens zou wan delen. Dit leek zoo onrustbarend, dat het onwaarschijnlijk werd. Weshalve wij ons tot een erkend autoriteit in .den lande, den gep. luit.- generaal der ait. H. A. F. G, van Ermel Scherer, te Breda, om inlichtingen ter zake gewend hebben. Die ons even welwillend als uitvoerig en duidelijk verstrekt werden. Op onze vragen omtrent plaats en doel der kazematten kregen wij ten ant woord, dat het volkomen onjuist was deze te zien als onderdeelen van een vast verdedigings-stelsel. De kazemat ten, aan de rivierovergangen gebouwd bij voet- en spoorbruggen, dienen uit sluitend tot afweer van overrompelings- aanvallen door een vijand, teneinde Ne derland in staat te stellen zijn mobilisa tie te voltooien en zijn veldleger op te stellen. Zij zijn daartoe o.a. uitgerust me^ "ütrailleuses en anti-tankgeschut, zoodat zij een snellen overval door mid- re ,.v,aF ^motoriseerde colonnes ief- tectiet kunnen tegenhouden en tenslotte v®rmetiéen van de bruggen, waarbij zij gebouwd, zijn, kunnen garandeeren. 1 j ^enl0kiliseerde grenstroepen die nen dan den bouw van pontonbruggen op andere plaatsen te voorkomen of voldoende op te houden, zoodat onze geheele verdere mobilisatie ongestoord voltrokken kunne worden. De kazematten zijn zoowel naar het naarrhTet Zeiden gericht; die Nii^iPd alS en- r\ ""J Grave en Nijmegen bv. zijn O o s twaarts of Zuid waarts tegen een uit het Oosten komen den vijand, die langs de Waal thans tot Hedel maar later ook nog bij Heus- den, Geertruidenberg en den Moerdijk evenals die langs het kanaal Wessem- Nederweert (de Peel) zijn op een eventueelen vijand uit het Z u i d e n de- richt. Onze tweede vraag luidde: en het gebied dat als het ware bezuiden en beoosten de kazemattenlinies ligt, wordt dat dan maar prijsgegeven? Het antwoord hierop luidde: Neen, stellig niet. Het staat als een paal bo ven water, dat geldt en zal blijven gel den, wat minister Deckers toen hij nog minister van defensie was, te dezer za- 1 ^.eens gezegd heeft: in geval van oor- sch W°rd* Meen duimbreeds Nederland- e grond afgestaan aan een eventuee ls z°nder dat er voor het be den! Van ^'en £rond gestreden zal wor- ziin ennc^SHU(5^e van deze mededeeling stemde -e niet voor Publicatie be- die inderdaad'^ mededee1Iin^en gedaan, geeriné hierm jew9zen< dat het der re- mogelijke ernst isnaar mate Va" het nu meer ïepaald^de 7^*1' hoe \s tie vanZe el n ed ra^che P°Si_ ]0g? ln geval van oor- Het antwoord hierop luidde: Zeeland neemt strategisch een zeer belangrijke positie in om de Schel- de-mondingen, eenerzijds wijl deze den toegang tot Antwerpen en Gent be- heerschen, anderzijds omdat deze voor de Nederlandsche marine de basis voor duikboot-operaties vormen. In verband met het bezit en behoud van de Schei- des is de positie van Zeeuwsch-Vlaan- deren van zeer bijzonder belang, aan gezien het om meer dan één reden hoogst ongewenscht zou zijn, dat de Zuidelijke oever van de Wester-Schelde in Randen van den vijand was. Nog belangrijker wordt de positie van Zeeuwsch-Vlaanderen, wanneer men haar beschouwt in verband met de n'eu- we Belgische inundatiestelling, welke in de maak is: een reduit, waarb'nnen de zeehavens Antwerpen, Gent en Brugge besloten zullen liggen. Deze stel ling loopt van Antwerpen bezuiden Gent naar Nieuwpoort. Bij een conflict met een vijand ui; het Oosten is er voor Zeeland alleen van de zeezijde iets te vreezen. Bij een conflict met een uit het Zuiden oprukkenden vijand gaat het echter ook direct om Zeeuwsch-Vlaanderen en den Zuidelij ken Schelde-oever. Hé,t is van groot belang dat deze onder onze souver-einiteit blijven, ook al om de Schelde niet tot grens rivier te maken. Men denke hierbij aan de netelige Eems-kwestie in den wereld oorlog, toen Duitschland de territoriale grens in de Eems een beetje anders be paalde dan Nederland, en Nederland eigenlijk wel gelijk had, maar Duitsch land zich van dat gelijk n'et erg veel aantrok Steunt Engeland een uit het Zuiden oprukkenden vijand, dan zal Zeeland ook aan de zeezijde zich moeten verde digen. In geval van oorlog wordt de Schelde (Wielingen, Oostgat) afgesloten door mijnen, zgn. torpedomijn-versperringen. Dat wil zeggen: mijnen die door ermede in aanraking te komen vanzelf ontplof fen, Het is noodzakelijk dat deze mijn- versperringen tegen opruiming be schermd worden door geschut, hetwelk deze mijnvelden bestrijkt. Dit ge.Tdt vooral voor de Wielingen. Vóór den oorlog moest het fort „De Ruyter" de Wester-Schelde sluiten. Wij weten in Zeeland maar a 1 te wel,, welke droeve resten daarvan slechts zijn over geblevenThans moet licht en midèlbaar geschut van den wal de mij nenvelden beschermen, In verband met den velen mist en nevel is tot dit doel, in mobilisatietijd, ook geschut op den Zeeuwsch-Vlaamschen oever van noode Een goede verdediging zou hier eischen een of twee batterijen licht en middel baar geschut, aan de landzijde gedekt door mitrailleuse-kazematten. Dit voor wat Zeeuwsch-Vlaanderen W.-D. in ver band met de verdediging naar den zee kant betreft. Voor Walcheren ware wenschelijk de bouw van flankeerende mitrailleuse-ka zematten langs de kust te bevorderen, op 2 it 3 km afstand van elkaar en daar waar troepenlandingen mogelijk zouden zijn.. Deze kazematten zouden tegen n- valspogingen binnen enkele uren bezet moeten kunnen zijn. Veel personeel is hiervoor echter niet noodig. Met voldoende torpedomijnversperrin- gen en een behoorlijke bezetting is Zee land dan tegen een aanval van de zee zijde voldoende gedekt. Voor de bezetting van Wlalcheren moet behalve over enkele' kustbatterij- en beschikt kunnen worden over troe pen. Infanterie dus. Goed georganiseer de en voldoende geoefende troepen uit oudere lichtingen zijn tot dit doel echter voldoende. En hoe is nu eigenlijk, voorzoover daarover mededeelingen gedaan kunnen en mogen worden, de positie van Z. Vlaanderen in geval van oorlog? luidde onze volgende vraag. Deze positie is, zoo luidde het ant woord, door den voortgang der tech niek aanzienlijk veranderd, en niet ten goede! Vroeger was dat anders: toen droeg het geschut nog niet zoo ver en toen was Zeeuwsch-Vlaanderen gedacht als een belangrijke verdedigingslinie. Maar het is .zoo „ondiep!" Slechts bij Sluis-Aardenburg en bij Koewacht heeft »on diepte van een kilometer of 16 Maar overigens is het niet breeder dan 8 a 12 kilometer. En als U dan nagaat, dat het moderne veldgeschut van ons leger de 10 cm ongeveer 16 a 17 km draagt, dan wil dat zeggen dat i n België opgesteld geschut geheel Zeeuwsch-Vlaanderen bestrijkt! Dit be teekent dus, dat een Nederlandsche le- geraiüeeling er nergens een veilige op stelling voor reserves kan hebben, noch voor aanvullingsplaatsen voor munitie en levensmiddelen. De verbindingen over de Schelde zijn een verder belet sel en tenslottede te verdedigen grensstrook is bijna 54 km lang! Een effect'eve verdediging tegen een krach- tigen aanval van een sterken vijand zou in Zeeuwsch-Vlaanderen evenals in Z. Limburg wel heel moeilijk w*ezen en zeer veel troepen eischen. Dus de positie van Zeeuwsch- Vlaanderen :s wel zeer somber? Heelemaal niet! U dient niet uit het oog te verliezen, da't alles in ver band met elkaar gezien moet worden. Zooals ik U reeds ze:de: Er is geen sprake van, dat Zeeuwsch-Vlaanderen zonder slag of stoot aan een vijand prijs gegeven zou worden. Een eenvoudige territoriale verded:ging door reserve troepen met eenige artillerie niet te veel troepen moet en zal het voor den vijand tot een onderneming maken, die van hem, wil zij redelijke k,ans op slagen hebben, meer troepen zal ver- eischen dan hij elders kan missen. Want men dient niet te vergeten, dat 'n eventueele verovering van Zeeuwsch- Vlaanderen voor een vijand uit het Zui den nimmer anders dan een bij-onderne ming kan zijn. Mogen wij het dus zoo samenvatten; de kazematten zijn geen steunpunten van een vaste verdedigingslinie; zij dienen slechts om overvallen met tanks en gemotoriseerde colonnes te voorko men en de vernieling der bruggen te ga randeeren; Zeeland en Zeeuwsch-Vlaan deren blijven, evenmin als Brabant, Zuid-Limburg en ons geheele verdere buiten de kazemattenlinies liggende Ne derlandsche grondgebied onverdedigd? Ja, zoo ongeveer wel. Hoofdzaak is en blijft echter, óók voor Zeeland de indirecte verdediging. Wat verstaat U daaronder? i De preventieve werking van een krachtig Nederlandsch veldleger, jong en manoevreervaardig. Legervergrooting behalve dan met de grenstroepen is hiertoe minder noodig, wel echter con tingentsuitbreiding, zoodanig, dat de in te zetten troepen ten hoogste uit de jongste 10 lichtingen behoeven te be staan. De grenstroepen moe ten evenwel boven de tegenwoordige legersterkte komen en. ze moeten er in werkelijkheid zijn niet op papier alleen! Indien andere landen weten, dat Ne derland over zulk een goed uitgerust en goed geoefend leger beschikt, en dat het vastbesloten is daarvan, als 't moet, krachtig gebruik te maken ter verdedi ging van zijne onafhankelijkheid, dan zal dat op eiken generalen staf, van welk mogelijk vijandelijk leger ook, een groo- ten indruk maken. Men moet dat zoo bezien: moderne krijgsoperaties op groote schaal worden in vredestijd ontworpen door de Gene rale staven, en de regeeringen worden daarin gekend. Dat kan niet anders. Men mag gerust aannemen, Jat nie mand 't rechtstreeks óm Nederland op Nederland voorzien heeft. Ontwerpt de generale staf van eenig naburig land nu een aanvalsplan tegen een ander nabu rig land, waarbij Nederland dan moge lijkerwijze betrokken zou kunnen wor den, dan overweegt die aanvallende ge nerale staf: wat is militair voor ons hel raadzaamst: Nederland al of niet er bui ten laten? Indien nu met een waakzaam Neder land, met een goed uitgerust Neder landsch leger en een goede oorlogsvloot, rekening gehouden moet worden, dan zal elke mogelijke „vijand" zich wel drie malen bedenken alvorens de vij andelijkheden tegen Nederland te ope nen Juist in het feit dat wij de schaal der krijgskans waarin als hoofdgewicht natuurlijk de „andere", laten we zeg gen.... de „primaire vijand", ligt, wel eens ten ongunste van den aanval ler zouden kunnen doen overslaan, is de beste waarborg voor geheel Neder land, en dus ook voor Zeeuwsch Vlaan deren en overig Zeeland, tegen schend'ng van ons grondgebied gelegen. Nationale veiligheid is Zeelands vei ligheid! De Eerste en de Tweede Kamer zijn er in geslaagd reeds gisteren de wets ontwerpen, die verband houden met de devaluatie van den gulden, af te han delen. Het ging zooals men weet om de instelling van een egalisatie-fonds ad f 300 millioen, teneinde zoo noodig de koers van one ruilmiddel te kunnen steunen en om een reeks drastische1 maatregelen tegen prijsopdrijving. In de Tweede Kamer werd critiek op de handelingen der regeering uitge oefend door de communisten en den rev socialist Sneevliet, terwijl de heer Vervoorn verklaarde, het wetsontwerp tot belemmering van prijsopdrijving niet noodig te achten. Al de andere Kamer leden konden zich met den gang van za ken vereenigen en keurden de wets ontwerpen goed. Minister Oud contra mr. Van Vessem. In de Eerste Kamer is een vinnig de bat gevoerd tusschen minister Oud en den N.S.B.-afgevaardigde, mr. Van Ves sem. In het afdeelingsverslag kwam een passage voor, van den laatsten afkom stig, waarin op onredelijke wijze venijn op de regeering werd uitgegoten. Mi- nis Ier Oud geeselde bij de openbare be handeling deze minderwaardige critiek, in het licht stelend, dat Nederland van buiten af gedwongen is, den gouden standaard los te laten. Had de regeering dit niet gedaan, dan zou ons land in een uiterst benarde positie zijn gedron- gen. Mr. Van Vessem wist daar weinig tegen in te brengen. Hij las met zwakke stem een ve.rklaring voor, waarin hij de kritiek, welke hei afdeelingsverslag reeds bevatte, herhaalde: De groote werkloosheid bewijst het fiasco der re- geeringspolitiek; de regeering heeft om de haverklap gezegd den gouden stand aard te zullen handhaven; de pres. der Ned. Bank heeft eens uitgeroepen, dat wij geen muntvervalschers zijn. Ondanks dit alles echter nu toch opheffing van den gouden stand.aard. De heer Van Vessem was verder van oordeel, dat de president van de Ne derlandsche Bank eerder op de hoogte had moeten zijn van wat er in Frankrijk gaande was. Er is gezegd, dat Neder land met Zwitserland wel, zonder Zwit serland niet weerstand had kunnen bieden. Spr. zou wel eens willen weten, welke invloeden van buiten Zaterdag op de regeering hebben ingewerkt. Het is niet te aanvaarden, dat Nederland zijn houding moest wijzigen door Zwitser land. Nu komt de regeering met deva luatie, na het volk jarenlang opgevoed te hebben in ue meening, dat die uit gesloten was. Voor sommige politieke opvatting is de devaluatie een schijnoverwinning. Doch de werkloozen, de kleine man, de middenstanders, de menschen met vas te inkomens, worden de dupe. Minister Oud, opnieuw het woord ne mende, stelde de vraag, waarvoor schriftelijke voorbereiding van een wetsontwerp diende, als de heer Van Vessem niet inging op wat spr. op het verslag antwoordde, en eenvoudig zijn critiek herhaalde? Spr. is er trotsch op, dat dit kabinet alles heeft gedaan om den gaven gulden te handhaven. Het heeft een strijd moe ten voeren als nooit te voren, doch on dervond nooit steun van de geestver wanten van den hr. Van Vessem. En nu doet die zich voor als de strijder voor den gaven gulden. Ook op dit oogenblik, aldus riep spreker uit, zijn wij geen muntverval schers. Als de gulden nog staat zooals geen andere valuta, dan is dat dank zij de politiek der regeering. Dit kan geen mensch haar ontnemen. Onvaderlandslievende schobbers zijn zij, die aan den gulden en zijn moeilijke positie willen verdienen, menschen (lie aanspoorden tot het koopen van vreem de valuta, alleen voor eigen voordeel, tot schade van het algemeen belang. Menschen, die een strooibiljet*) hebben geschreven, als spr. voor zich had, -noem de hij onvaderlandslievende schobbers (applaus). Dit was een strooibiljet van de n.s.b. in Den Haag en andere plaat sen verspreid, waarin de regeering op kinderachtige wijze wordt zwart ge maakt en dat slechts geschikt kon zijn, om onrust te zaaien. De beslissing van Zaterdagnacht is de regeering, zwaar gevallen, doch werd alleen genomen in het- belang van het volk, overeenkomstig de deskundige ad viezen. Daarvoor aanvaardt de regee ring de volle verantwoordelijkheid, wijl ze alleen handelde in 's lands belang Er zijn momenten in het leven van een volk, waarin het partijbelang moet wij ken voor het nationaal belang. In het parlement hebben resp. de communisten en de nat, socialisten zich gesteld buiten de gemeenschap van het Nederlandsche volk. Het strooibiljet waarop spr, doelde, had evenzeer door de communisten kunnen zijn geschre ven. Nogmaals herhaalde spr.: de regee ring heeft uitsluitend gehandeld in het belang van het Nederlandsche volk. Minister Oud werd na deze rede lang durig toegejuicht. De wetsontwerpen werden hierop aangenomen, Het comité van graanhandelaren te Rotterdam heeft het volgende telegram gezonden aan den minister-president dr. H. Colijn: Het bestuur van het comité van graan handelaren te Rotterdam veroorlooft zich U E. te wijzen op de sterke verhoo ging van de graanprijzen tengevolge van. de blijkbaar lagere waardeering van den gulden op de Londensche en New- Yorksche wisselmarkt. Daardoor zijn de prijzen voor tarwe met ongeveer 1 25, rogge met 1.20, gerst en mais met 1 per 100 kg ge stegen, terwijl deze prijzen tengevolge van andere oorzaken reeds aanmerke lijke verhooging ondergingen. Wij meenen u in het algemeen lands belang met nadruk te mogen verzoeken, de monopolieheffingen op broodtarwe, voergranen en andere artikelen) Over eenkomstig de plaatsgevonden prijsver- hooging te verlagen. Aansporing tot kalmte van de Ned. Vereen, van Huisvrouwen. Wij ontvingen het volgende schrijven: Het hoofdbestuur der Nederlandsche Vereeniging van Huisvrouwen meent goed te doen, zich langs dezen weg tot de Nederlandsche huisvrouwen in het algemeen en tot de leden der vereeni ging in het bijzonder, te richten, om haar, in verband met de tijdsomstandigheden tot het betrachten van de noodige kalm te aan te sporen. Minister Colijn heeft het zoo uitdruk kelijk gezegd, dat het van groot belang is, de gewone levenswijze niet te veran deren, geen overmatige inkoopen te doen of te hamsteren. Plotselinge groo te vermeerdering van vraag lokt 'prijs opdrijving uit en doet daardoor de le- venskosten stijgen. Dit moet steeds en thans in het bijzonder, worden verme den. Geeft daarom gehoor aan de raad gevingen van den voorzitter van den mi nisterraad en voorziet in de behoeften van uw huishouden op de wijze, die gij gewoon zijt geweest, te volgen. Gij helpt daardoor maatschappelijke ontwrichting te voorkomen en maakt het mogelijk, dat het economisch leven zich verder zonder hinderlijke schokken ontwikkelen kan. Het hoofdbestuur vertrouwt, dat elke huisvrouw zich van haar plicht bewust zal zijn. De politie treedt op tegen prijsopdrijving. De'politie te Den Haag heeft riaar aan leiding van ingekomen klachten van het publiek inzake de prijsopdrijving, eenige winkeliers gewaarschuwd Wordt aan deze waarschuwing niet onmiddellijk gevolg gegeven, dan zal, in afwachting van verdere maatregelen, voor den betrokken winkel een politie post worden geplaatst om het publiek te waarschuwen. De heffing op boter is, te rekenen van 29 September jJL, gewijzigd en na der vastgesteld op 75 cent per kg (vo rige week 85 cent). Weerbericht zie pag. 2.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1936 | | pagina 1