De tragiek van een vriendendienst. DE GOUDEN RAT BINNENLAND. ZEELAND. KRONIEK van den DAG. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 3 SEPTEMBER 1936. No. 208. Een braaf en onkreukbaar man door een zuivere en nobele daad van vriendschap in den dood gedreven. nu tijdelijk 3 pakken voor 15 ct. VLISSINGEN. WALCHEREN. De communisten dreigen in Frankrijk de particuliere ver mogens te confisceeren. Onlangs hebben de communisten in Frankrijk gedreigd dat zij de particuliere vermogens wilden confisceeren. Natuur lijk, zou men zeggen daar zijn het communisten voor. Het was trouwens nog maar een drei gement, een stok achter de deur voor het geval de welgestelde klasse aan den regeeringsoproep voor financieele hulp geen, of geen voldoende gevolg zou ge ven. Professor Gaston Jeze betwijfelt in de „République" of deze bedreigingen zou den kunnen worden uitgevoerd.^ Een conscriptie der vermogens zou z. i. een berooving beteekenen van het beleg gend publiek. Het zou neerkomen op confiscatie, en indien de tegenwoordige regeering voornemens was tot zulke ex tremiteiten over te gaan, dan dient zij te weten, zichzelf geplaatst te vinden tegenover een hechten tegenstand. Het is zeker, zegt prof, Jeze, dat de Senaat nooit met zulk een maatregel, als het confisceeren van particuliere ver mogens voor de uitvoering van een par tijprogramma, zou instemmen. Het is in dit verband wel van belang eens iets te vernemen omtrent den toe stand der Fransche vermogens en het volksinkomen, Volgens cijfers, ontleend aan offici- eele gegevens van het Fransche ministe rie van financiën, vertoont het Fransche nationale inkomen den laatsten tijd een aanzienlijke vermindering. Ter wijl in 1929 18.767 belastingbetalers een jaarlijksch inkomen voor de inkomsten belasting opgaven met 200.000 francs, en het totale opgegeven bedrag aan inkom sten 7.969.588.000 francs bedroeg, was het aantal van deze belastingbetalers in 1934 gedaald tot 9.214, die 'n totaal in komen opgaven van slechts 3.553.000.000 francs. Belasting-ontduiking is een in Frank rijk, gelijk elders waar men er de kans toe krijgt, veelvuldig voorkomend ver schijnsel, dat zich echter niet tot de meer welgestelde klasse beperkt. De totale opbrengst aan inkomsten belasting in 1929 bedroeg 57,992.028.000 frs. Zij nam in '30 toe tot 64.144.000.000 frs., in 1931 viel dit bedrag terug tot 49.909.200.000 frs. en in 1932 tot slechts 45.687.996.000. In 1933 viel weder een lichte stijging te constateeren tot een bedrag van 54.659.048.000, terwijl in 1934 weer een daling intrad tot 49.438.000.000. Uit het vorenstaande blijkt, dat het aantal inkomens van meer dan 200.000 francs per jaar niet hooger is dan 7 van de totale opbrengst der Fransche inkomsten-belasting. Bij een bespreking van deze cijfers in het blad „République" wordt aangeno men, dat indien rekening wordt gehou den met opzettelijke valsche aangifte, het bedrag van belastbare inkomens van personen met een inkomen boven 200.000 francs, waarschijnlijk dubbel zooveel is, als het opgegeven bedrag. Zelfs indien men dit echter aanneemt, dan nog valt een scherpe daling zoowel in het aantal van opgegeven inkomens van 200.000 francs als van de totale be lastingopbrengst uit deze inkomens te constateeren. Ook doet zich een scherpe daling voor in het bedrag dat ontleend is aan de be lasting van den zakelijken omzet. Dit bedrag, dat in 1929 nog 10.140 mil- lioen francs bedroeg, was in 1934 terug- geloopen tot 600.6 millioen francs. naar het Engelsch van PAUL TRENT/ 11. ,,Dat heb ik gehoord. En hij ging naar het gebouw, dat u zoo juist verlaten heeft. Daarom kom ik u vragen, of u mij ook eenige inlichtingen kunt verschaf fen." „Ik vrees van niet." „Wij zullen zien. Aan wie heeft u daar vanmiddag een bezoek gebracht, 11 prinses ,,Dat gaat toch zeker mij alleen aan." „Niet in deze omstandigheden. Ik moet er op aandringen, dat u het mij vertelt." „Ik kan niet toestaan dat er een der gelijke houding tegenover mij aangeno men wordt," klonk het hooghartig. „Mag ik u er aan herinneren, dat u vreemdelinge bent en slechts in dit land geduld wordt?" zei hij veelbeteekenend, zoodat zij hem maar al te goed begreep. „Hoe durft u op deze manier tegen mij te spreken. Ik ken uw minister van Binnenlandsche Zaken persoonlijk en „Hij zal het in mij prijzen dat ik mijn plicht doe. Bij wien bent u op bezoek geweest?" vroeg' hij streng. „Bij captain Desbrook, als u 't bepaald weten moet. Toevallig is hij een intiem vriend van mij, maar ik wil liever niet, •dat de geheele wereld weet, dat ik hem Zeeland krijgt den laatsten tijd zijn overvloedig' deel in de schandalen en schandaaltjes, die alom in den lande aan het licht komen. Kan en zal men als mensch tegenover mensch vaak begaan zijn met het droeve lot dat den betrokkenen in zoo'n geval wacht: de dadelijke oneer en wellicht de gevangenis in 't verschiet, als staatsbur ger levende in 'n tijd waarin de funda menten van ons staatsbestel, onze demo cratie en onze volksvrijheden van alle kanten worden aangevreten en de pijlers waarop de bovenbouw rust soms sidde ren, is doorzetten en schijnbare hardheid onverbiddelijk van noode: het gaat nu om hoogere belangen dan die van den enkeling. Het schijnt in 's werelds loop onder zulke omstandigheden echter altijd zoo te gaan, dat onschuldigen mêe moeten lij den. Vrouw en kinderen van een frau deerend ambtenaar zijn al de eerst aan wijsbare en dikwerf volmaakt onschuldi ge slachtoffers. Soms strekt zich dit ook nog verder uit: tot den naasten vrienden kring. Is Zeeland zwaar bezocht, zijn grootste stad, Vlissingen, wordt door de schan dalen letterlijk geteisterd de laatste we ken. Leelijke misgrepen bij den Crisis dienst, de directeur van de arbeidsbeurs geschorst, een wethouder zoo al niet for meel dan toch in feite geschorst en met niet reeds meer smetteloos blazoen, een gemeenteraadslid gearresteerd, verdacht van fraude, en nu de tragische dood van den wethouder De Mey als hardste klap tot besluit. Het kan niet anders of de vrijwillige dood van den alom gezienen heer De Mey wordt door de spraakmakende ge meente in verband gebracht met de an dere onregelmatigheden in Vlissingen. Dat is slechts menschelijk. En nu is het juist zoo diep-tragisch, dat dit verband, in den onderstelden zin al thans, volkomen ontbreekt. Op den heer De Mey rust geen enkele smet noch blaam; zijn heengaan is slechts te wijten aan het feit, dat zijn goede hart hem eens dreef tot een vriendendienst die ook naar de strengste zedelijke gevoelens menschelijk kwalijk veroordeeld zal kunnen worden. Het lijkt ons een eereplicht aan de nagedachtenis van den heer De Mey, dat, in verband met de omstandigheden waaronder zijn overlijden plaats greep, volledige klaarheid hierover kome te schijnen. Deswege is het onzes inziens zeer juist gezien van de afd. Vlissingen van de S.D.A.P., dat zij ons hieromtrent het volgende meldt: „Naar dr. Staverman, de voorzitter van het ziekenfonds „Walcheren" en de „Vereeniging voor ziekenhuisverple- ging" ons machtigt te melden, kan het overlijden van den wethouder voor soci ale zaken en financiën, den heer De Mey, in geen enkel ver band worden gebracht met eventu- eele onregelmatigheden, die in het be heer van de fondsen dezer vereenigin- gen door den heer De Mey zouden zijn begaan. Uit een ingesteld onderzoek is reeds gebleken, dat de financiën der beide fondsen, waarover de heer De Mey se op zijn flat bezoek ,,Wie zijn de bewoners van de overi ge flats in het gebouw?" „Hoe zou ik dat weten? Als u anders niets weten wilt. „Wien heeft de groot hertog in dat gebouw bezocht?" „Dat weet ik niet. Hoe kan ik dat weten?" „Woont mr. Philip Grafton in het ge bouw?" De Prinses aarzelde, want zij wist niet wat zij antwoorden moest. „Ik geloof het wel", gaf zij ten slotte toe. „Dat hoorde u te weten, daar hij ook een intiem vriend van u is." „U bent brutaal. Ik heb u verder niets te zeggen", zei zij koel en wierp de deur open,. Graves boog beleefd en ging' heen met het gevoel, dat de prinses veel meer iwist, dan zij wilde toegeven., Zoodra hij weg was, ging zij naar de telefoon en belde Grafton op, om hem te vertel len wat er gebeurd was, maar hij gaf geen commentaar en weigerde verder over de zaak te spreken. Zij kleedde zich op haar gemak en was juist klaar, toen Geleste kwam zeggen, dat mr. Fra- ser er was. Nadine ging 'onmiddellijk naar hem toe en begon een sterke cock tail voor hem te mengen. Het was niet' de eerste borrel, dien Bill kreeg en hij was al eenigszins opgewonden en on stuimig,. Hij nam haar zelfs in zijn armen en kuste haar. Zij maakte zich lachend los en stelde nog een cocktail voor. dert eenige tientallen jaren het beheer voerde, in de meest volmaak te orde door hem zijn nagelaten. Ook de burgemeester van Vlissingen, de heer C. A. van Woelderen, machtigt ons te verklaren, dat de heer De Mey zijn taak als wethouder op de meest consciëntieuze wijze heeft verricht en dat hij de hem toevertrouwde fondsen steeds op de meest nauwgezette wijze heeft verantwoord. Uit nagelaten brieven van den overle dene is gebleken, dat zijn heengaan moet worden toegeschreven aan de de pressie, die zich van hem meester maakte, toen hem te laat bleek, dat de financieele bijstand, die hij den spoor wegambtenaar Van H. eenige jaren ge leden uit eigen middelen had gegeven, en waarin hij zelf niets anders dan een vriendendienst had ge zien, door de justitie wellicht volgens het formeele recht als een laakbare daad zou kunnen worden beschouwd. Het is n.l. gebleken, dat de gear resteerde Van H„ behalve de fraude, welke onlangs aan het licht kwam, reeds eerder malversaties tot een belangrijk bedrag had gepleegd, teneinde een zijner familiele den voor een financieele catastrofe te behoeden. Na zijn daad wendde hij zich tot den heer De M'ey, die hem uit eigen m i d d e l e n, en ten koste van een be langrijk offer, in staat stelde zijn gewe ten te verlichten door de ontbrekende gelden aan te zuiveren. Toen er onlangs wederom malversaties aan het licht kwamen, was de heer De Mey niet ver der bij machte Van FI. te helpen, hoe wel de Ned. Spoorwegen bereid waren, van een aanklacht af te zien, zoo het ontbrekende tijdig werd aangezuiverd. (Gelijk bekend, heeft de officier van ju stitie te Middelburg niettemin een straf vervolging tegen Van H. gelast). De heer De Mey, die meende in deze zaak slechts als getuige te zijn gehoord, kwam tot zijn ontsteltenis tot de ont dekking, dat de officier van justitie overwoog, ook hem in deze zaak als medeverdachte te betrekken. De teleurstelling over het feit, dat een vriendendienst, die belangrijke of fers van hem had gevergd, wellicht tot een schandaal rondom zijn persoon zou uitgroeien, was de laatste schakel in den keten van tragische omstandighe den, die den heer De Mey in den, dood hebben gedreven.'" Tot zoover hetgeen de afd. van de S.D.A.P. ons schrijft. Wij zijn er van overtuigd dat, hoe ook het formeele recht misschien al te formeel.... Summum jus summa injuria deze zaak wellicht zou hebben kunnen be schouwen, men als mensch hier slechts den grootsten eerbied zal hebben voor den man, die zijn goede hart liet spre ken, en de ingevingen van dat hart volg de, n i e t door zich te vergrijpen aan andermans geld, maar door uit eigen middelen en ten koste van zware gelde lijke offers eén goede vriend in den nood te zijn. Dat zoo'n man met zijn leven den tol betaalt, is diep-tragisch. Dat zijn nagedachtenis bij allen in blanke eere zal blijven, zij zijn nabe staanden tot een thans nog geringen, maar mettertijd sterkenden en wassen- den troost. „Je bent veel te voorbarig met je kus sen", voegde zij er aan toe. „Maar je trouwt toch met me. Ik heb je verteld wat ik van plan ben op je vast te zetten", mopperde hij,. „Maar misschien meende je er geen steek van." „Ik kan het je bewijzen. Er zit een fortuin in mijn overjas!" „Wat opwindend! Maar wees alsje blieft voorzichtig dat je het niet ver liest, Zou het niet veiliger zijn het zoo lang in mijn safe te bewaren, dan kun je het weer meenemen als je me thuis brengt vanavond", stelde zij luchtigjes voor. Hij haalde een dikke enveloppe uit den zak van zijn overjas en overhan digde deze aan Nadine,. De enveloppe was niet gesloten en toen zij een vluch- tigen blik op den inhoud wierp, zag zij dat deze bestond uit een aantal obliga ties aan toonder, van hoog'e waarde. Na dine verschoof een paneel, waarna een kleine safe zichtbaar werd, die zij opende. „Zie zoo, beste jongen, hier is je en veloppe veiliger. Zelfs in „De Gouden Rat" kan wel eens een dief zijn. Ga mee, anders komen we te laat", riep zij vroo- lijk. Toen zij de club binnen traden, zaten Desbrook en Jane reeds aan het tafeltje in den hoek. Fraser had nauwelijks plaats genomen ,of hij bestelde al cocktails,. „En vergeet de absinth niet", riep hij den ober luid na. BESCHERMING VAN DE BEVOLKING TEGEN LUCHTAANVALLEN. Bij de Tweede Kamer is ingediend een wetsontwerp tot wijziging en verhooging van het vijfde hoofdstuk der rijksbegroo- ting voor het dienstjaar 1936. Hierbij wordt een bedrag van f 30,000 uitgetrokken voor de qitvoering van de wet betreffende de. bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen, terwijl een memoriepost- is opgenomen voor het nationaal fonds voor bijzondere noo- den. In de memorie van toelichting inzake de luchtbescherming wordt gezegd, dat de voorziening met materiaal van rijks wege eerst volledig nut kan afwerpen, wanneer een behoorlijke regeling van de luchtbescherming is tot stand geko men in de onderscheidene gemeenten. Dat is het werk, hetwelk het eerst moet worden gedaan en dit kost naar verhouding minder dan de materiaal voorziening. Vandaar, dat het thans ge vraagde bedrag niet moet worden ge zien, als maatstaf voor wat in de toe komst benoodigd zal zijn; het is veel eer te zien ais Tiet bedrag, dat noodig is om de organisatie te bevestigen en op gang te helpen. Fonds voor bijzondere nooden. Het Nationaal fonds voor bijzondere nooden zal worden opgericht als een stichting. De middelen zullen zooveel mogelijk uit giften en geregelde bijdra gen moeten worden verkregen en slechts in uitersten nood zal een beroep op Rijkssteun mogen worden gedaan. In- tusschen zal rijkshulp niet geheel achter wege kunnen blijven. In elk geval wa ren de bureaukosten van het nationaal fonds evenals de reis- en verblijfkosten voor de leden van het bestuur voor re kening van het rijk te nemen. De rijksbijdrage kan niet hooger gaan, dan tot het bedrag, waarmede de inkom sten v,an het fonds beneden f 300,000 zijn gebleven, f 300.000 is nl. het bedrag waarmede naar schatting het fonds jaarlijks .zal kunnen volstaan bij zijn aanvullenden steun aan de plaatselijke commissies. De m.'ister vond vrijheid, voor het ge noemde doel een memorie-post voor te stellen. DE WIJZIGING IN DE STEUNVERLEENING. Namens de federatie van vereenigin- gen voor ziekenhuisverpleging in Ne derland is aan den minister van sociale zaken een telegram gezonden, waarin er Een uitkomst voor de was en de vaat. PHW'ê- (Ingez. Med.) Er werd met het diner aangevangen en Fraser dronk het eene glas champag ne na het andere. „Drink alsjeblieft niet meer", zei Ja ne smeekend, maar hij wierp haar een boozen blik toe. „Je bederft je heelen avond als je je al zoo vroeg een stuk in je kraag drinkt", voegde Desbrook er aan toe. „Ik wou dat jullie je met je eigen za ken bemoeiden", antwoordde Fraser en verwelkomde toen Grafton, die op hun tafeltje toe kwam, op uitbundige wijze. „Jij bent een man, waar mee te praten is. Jij bent niet bang voor een glaasje meer of minder,. Gber, breng een dub bele flesch Pommery." Grafton nam een stoel en glimlachte vriendelijk tegen de anderen. „De jeugd moet nu eenmaal uitrazen", merkte hij op, Ralph vroeg Jane ten dans en zij gin gen samen weg, „Ralph, lieveling, probeer alsjeblieft Bill met drinken te laten ophouden," smeekte zij,' zoodra de Janderen haar niet meer konden hooren. „Ik zal mijn best doen, liefste. Als ik hem eens alleen te spreken krijg zal ik een hartig w'oorde met hem spreken. Maar het zou mij niets geven, als ik vanavond iets tegen hem zei. Hij is ab soluut op hol geslagen en dan kun je hem toch niet meer tegen houden." „Ik haat die prinses. Ik geloof, dat zij een slechten invloed op hem heeft. Ik moet je iets vertellen. Ik weet dat Bill een groote som geld bij zich heeft, Ik op wordt gewezen, dat door verminde ring van inkomsten door wijziging in de steunverleening, velen niet langer in staat zijn de contributie voor de zieken- huisverplegingsvereenigingen op te brengen en derhalve genoodzaakt zul len zijn, zich tot de armbesturen tje wenden. Dr. Colijn is gisteravond om zeven uur met de „Sperwer", van de K.L.M. op Schiphol van zijn bezoek aan de Tentoonstelling ,,'t Volle Profijt" te En schede teruggekeerd. Nadat de heer P. J. Schmidt als voorzitter der R.S.A.P. bedankte, heeft ook mr. Chr. A. de RuyterDe Zeeuw te Rotterdam haar functies in die par tij neergelegd. Inbeslaggenomen. De ambtenaren van de accijnzen heb ben in samenwerking met de politie een groote voorraad eau de cologne en siga rettenpapier in een woning in beslag ge nomen. Werkloosheid, Bij de arbeidsbeurs staan thans 676 personen als werkloos ingeschreven te gen verleden week 656. Bij de werkver schaffing werke.n 97 personen. RAAD VAN KOUDEKERKE. Een voorstel geen wijzigingen in de steunuitkeeringen te bren gen, aangenomen. De kwes tie inzake h®t trottoir aan den Langevielesingel beëindigd. KOUDEKERKE. De Raad dezer ge meente kwam Woensdagmorgen in open bare vergadering bijeen, onder voorzit terschap van burgemeester J. L. Dreg- m a n s. Afwezig de heer J. de Kroo. Na opening door den voorzitter bracht deze de hartelijke gelukwenschen van den Raad over aan wethouder Contant, in verband met diens benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Spr. wees op de groote beteekenis van deze onderscheiding, omdat het hier be treft de verdiensten van het behartigen van vele belangen van algemeenen aard, zonder dat daarvoor ooit eenige geldelijke belooning werd of wordt ge noten. Spr. sprak de hoop uit, dat het den heer Contant gegeven moge worden, de kostelijke gaven van hoofd en hart welke hem sieren, nog langen tijd in het belang der gemeenschap te mogen stel len. De heer Contant betuigde zijn wel- gemeenden dank voor deze woorden, er op wijzende, dat deze onderscheiding zwaardere verantwoordelijkheid aan zijn wijze van werken oplegt. Hij hoopt dat hem de krachten geschonken mogen wor den zijn werk onverzwakt nog een aan tal jaren voort te zetten. Een drietal goedgekeurde raadsbeslui ten werden als ingekomen stukken voor kennisgeving aangenomen. Het voorstel van B, en W. om in het bij Raadsbesluit van 23 Juni 1936 vast gestelde artikel 53a der Alg, Politiever ordening een redactiewijziging aan te brengen, werd z. h. st. aangenomen. Lantaarn Ter Hooge-Pad. Het voorstel van B. en W. om in het Ter Hooge Pad een tweede straatlan taarn aan te brengen, ontmoette beden kingen. De heer Sanderse vond een nieu we lantaarn voor een zestal woningen zag hem, voor hij weg ging vanavond 'n bundeltje papieren in zijn zak steken. En op ieder vel stond duizend pond ge drukt," vertelde zij hem. Desbrook schrok, maar liet haar niet blijken, dat hij verontrust was „Bill kan best op zich zelf passen." zei hij opgewekt. „Ja, als hij nuchter is. Maar een man is niet normaal als hij onder den invloed is van sterken drank. Ralph, beloof mij dat je vanavond op Bill zult letten. Ik beg'in werkelijk langstig te worden," zei' ze zachtjesi. „Ik zal doen wat ik kan, maar er is weinig met Bill te beginnen als hij in een dergelijken toestand is," antwoord de Ralph rustig. Terwijl zij dansten schonk Grafton al zijn aandacht aan Fraser, die eenigszins luidruchtig begon te worden. Een kell- ner kwam naar hem toe en fluisterde Grafton iets in, waarna deze opstond en de zaal rond keek. „Excuseer mij een oogenblikje," zei hij tot de prinses en begaf zich toen naar de lounge. „Wel, Petroff, wat is er?" vroeg hij ongeduldig aan een man, die er uitzag als een vreemdeling en aan een der ta feltjes zat. „Ik heb je toch gewaarschuwd je niet met mij in verbinding te stellen, tenzij het absoluut noodzakelijk was?" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1936 | | pagina 5