Prinses Zita. KRONIEK van den DAG. KERK EN SCHOOL LEGER EN VLOOT. Gaat „U op reis BINNENLAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 22 JULI 1936. No. 171 Verloren respect. WILLIAM LE QUEUX. WALCHEREN. b—x/J- De heer Greiser laat er geen. gras over groeien. In zijn nationaal-socialis- tische bijdrage onlangs te Genève kon digde hij aan, naar men zich zal herin neren, dat de regeering van Dantzig zich in het vervolg heel weinig meer van den Volkenbond zou aantrekken. Eergisteren is de eerste daad bij dit woord gevoegd. Buiten den Volksdag, het Dantzigsche parlement om, heeft de nazi-regeering een aantal wijzigingen in de grondwet der vrije stad aangebracht, welke het haar mogelijk zullen maken „rechtens" de oppositie uit te roeien. In de praktijk was men met die uitroei[ng al een heel eind op streek. De meeste bladen der oppositie-partijen (socialis ten, centrum (r.k.) en Duitsch-nationa- len) werden in den loop dezer maand verboden en een aantal leiders dier par tijen is zonder vorm van proces achter slot en grendel gezet. Deze willekeur wordt nu achteraf in overeenstemming met de grondwet gebracht. De Dantzigsche regeering heeft ech ter het recht niet, de grondwet naar eigen goeddunken te veranderen. Daar is een besluit van het parlement toe noodig, genomen met een meerderheic van 2/3 der stemmen, welk aantal Grei ser c.s. niet kunnen halen. Bij de laat ste verkiezingen bemachtigden de na zi's tegen hun verwachting in en dus tot hun groote teleurstelling nog geen 3/.-deel van het aantal parlements zetels. Een régime, geheel naar het voorbeeld van Hitler, was daardoor de pas afgesneden. Tenminste zoolang Greiser c.s. respect voor den Volkenbond, die borg staat voor de loyale toepassing der grondwet, hadden. In den beginne was dat respect er naar 't uiterlijk althans, en in elk ge val mede op hoog bevel van Berlijn. Heibel om Dantzig kon Hitier het vorige en in de eerste helft dezes jaars niet aaa zijn hoofd hebben. Het herstel van de militaire dienstplicht en de remili- tarisatie van het Rijnland eischten zijn vollen ondernemingslust op. Deze bei de zaken zijn nu echter „erledigt' De wereld heeft er zich bi] neergelegd En de Dantzigsche nazi's blijken daarmee prompt hun respect voor den Volken bond verloren te hebben. Blijkbaar kre gen ze daartoe eenige weken geleden reeds permissie. Greiser's onbeschofte optreden te Genève was er het eerste symptoom van. De willekeurige grond wetswijziging thans het tweede. Men onderscheide goed: het gaat hier niet om een directe poging Dantzig weer bij Duitschland in te lijven. Het gaat, zoo als Greiser c.s. dit uitleggen, om „bin- nenlandsche bestuurs aangelegenheden". Met behoud van den status van Dantzig als vrije stad, wenschen ze een volledig nat. soc. régime door te zetten. Niet te gen Polen is de coup de théatre dus ge richt, doch louter tegen dat deel der Dantzigsche bevolking, dat zich tot dus ver niet wilde laten „gelijkschakelen" Er schijnt een zorgelijke tijd voor deze menschen aangebroken. Het zou de plicht van den Volken bond zijn, zich het lot van deze slacht offers der nat. soc. willekeur aan te trekken. Zeer waarschijnlijk echter zal de Volkenbond dien plicht verzaken, als zooveel andere reeds. Hij kan eenvou dig niet anders. Geen land zal zich be reid verklaren, om voor de restauratie van de Dantzigsche grondwet het zwaard te trekken. En alleen met ge weld zou het gebeurde ongedaan kun nen worden gemaakt. Temeer reden heeft de Volkenbond, zich bij het geval neer te leggen, omdat Polen niet van zins blijkt een vin te verroeren. Te Warschau ziet men min of meer cynisch door 40). „Het is laat geworden. Denk er om als je twee mannen buiten ziet staan, houdt ze dan met voor de moordenaars: het zijn bewaarders van rust en orde". Gerald wat w.uar zij op doelde en bloosde. Hij vond het vreeselijk om be waakt te worden en had een vast ver trouwen in zijn eigen bekwaamheid om zorg voor zich zelf te dragen. „Wees niet boos, Gerald. De laatste maal dat je hier was, gebeurde er iets, vreeselijks en ik weet dat 't mijn schuld was. Jij bent onder mijn hoede zoolang je in Parijs bent en ik zou 't niet kun nen verdragen, dat jou weer iets over kwam. Er wacht een taxi om je naar je hotel te brengen. De chauffeur is een vertrouwd lid van den geheimen dienst, JlJ zult beschermd worden zoolang je °P Fransch grondgebied bent en zelfs nog iets verder". Zij glimlachte en zei verder: „ik kan je niet dezelfde bescherming beloven in Vanina. Daar moeten wij, debk ik, voor ons zelf zorgen.." Zijn geprikeldhejd tterdween. Hij stelde de vriendelijke bezorgdheid van aeze lieve vrouw op prijs. Hij bracht «aar h,and aan zijn lippen. j het tafereel aan. Nu is Polen de eenige werkelijke belanghebbende. Ten bate van dit land en zijn bewoners heeft men in 1919 te Versailles Dantzig van Duitschland los gescheurd en tot een vrije stad gemaakt. Wie zal zich dam druk over de zaak maken, als de Polen het niet doen? De Poolsche regeering is van oordeel, dat ze het met Berlijn op een accaardje moet trachten te gooien. Polens werke lijke belangen ten opzichte van Dantzig zijn van economischen aard. Zoolang de haven van de stad en alle technische en andere daarmee verband houdende in richtingen, maar dienstbaar blijven aan den Poolschen in- en uitvoer, schijnt men het te Warschau al lang welletjes te vinden. Bij geruchte verluidde de laatste dagen telkens, dat Warschau met Berlijn over een verdrag ten aan zien van Dantzig onderhandeld. Klaar blijkelijk zijn de Polen bereid, om Duitschland alle mogelijke politieke concessies te doen, als hun economische belangen maar gewaarborgd blijven. Op het eerste gezicht lijkt dit een gewaagd spel. Dat is het echter niet. Wie de re aliteit in het oog vat, zal moeten erken nen, dat de Polen drommels goed besef fen, hoe laat het in politicis is Geen mensch, die eenige notie van de politieke ontwikkeling heeft, durft met klem tegenspreken, dat Dantzig te eeni- ger tijd weer met Duitschland vereenigd zal worden. Dat kan op tweeërlei wij ze: via een compromis, dus goedschiks, of na een putsch, dus met geweld. Dit laatste zou voor de Polen zeer waar schijnlijk onvoordeelig zijn. Daarom gaan ze maar liever met Berlijn onder handelen, om een overeenkomst voor te bereiden, welke hun economische be langen waarborgt. Te verstandiger kan dat zijn, aangezien die belangen een heel eind parallel loopen met die van Dantzig zelf. Voor de Dantizsche haven is en blijft Polen een achterland dat haar voor een belangrijk deel moet voe den. Wie met wantrouwen jegens het Der de Rijk is vervuld, zal wellicht onder stellen, dat Berlijn en Warschau, als ze het over Dantzig eens kunnen worden, zonder twijfel nog heel andere en dan boosaardige plannen zullen gaan ontwerpen. Die van een gezamenlijken slag in Oost-Europa: tegen Rusland en de Baltische staten. Al heel lang wordt daar zoo nu en dan over gefluisterd. Duitschland zou stukken van Zuid-Rus land als kolonie willen bemachtigen en Polen een uitgang naar de Oostzee via Litauen en Letland (wellicht zelfs Est land) met inlijving dezer staatjes dan natuurlijk bij het Poolsche grondgebied. Het schijnt ons voorshands het beste, om over deze ietwat fantastische aan gelegenheid maar niet te veel te praten. Dichter bij is nog genoeg te doen. Geref, Gem. A. van Stuijvenberg cand. te Rotter dam heeft het beroep naar Benthuizen aangenomen en bedankt voor Borsse- len, Tholen, Rilland Bath, Goes en Me- liskerke. Bij beschikking van den minister van Staat, minister van Defensie a.i. zijn de volgende plaatsingen gelast: met 24 Juli a.s. de officier Marinestoom vaartdienst le kl. W. J. Dalinghaus a. b. Hr. Ms. „Schorpioen' met 29 Juli a.s. luit. ter zee 2e id. A. C. van Versendaal a. b. Hr. Ms. „Hertog Hendrik", officier Marinestoomvaartdienst le kl. A. J, Ro- mijn a. b. Hr. Ms. „Schorpioen". „Hartelijk dank, lieve vriendin, voor je gastvrijheid en je goede zorgen. Tot weerziens in Vanina". En Dolores zuchtte terwijl zij luister de naar zijn verdwijnende voetstappen. Hij had haar hand gekust en die kus was innig geweest. M,aar in haar hart had zij gewenscht dat hij die kus op haar lippen h^d gedrukt. HOOFDSTUK XXII. Gerald Danecourt voelde zich buiten gewoon gelukkig toen hij door de schil derachtige straten van Vanina naar zijn hotel reed. Hij herinnerde zich duidelijk zijn eer ste intrede in deze aardige oude stad, hoofdstad van een klein en onbeduidend land, dat echter nu de aandacht van Europa op zich begon te vestigen. Hij had zijn diplomatieken leertijd in Parijs en Rome doorgebracht. Zijn be vordering' tot eerste secretaris te Vanina was, na zijn betrekkelijk korte leer school, een goeden stap voorwaarts. Hij besefte, dat de benoeming op zulk een post een bewijs was, dat zijn be kwaamheden werden erkend, Afgescheiden van zijn eerzucht was het vooruitzicht voor een jongmensch van zijn leeftijd niet aanlokkelijk Het land was vrij barbaarsch,. Van het hof straalde geen pracht en luister uit, de koning was volgens de verhalen een on- beteekenende, zwakke en weifelende persoonlijkheid. De prinses werd be schreven als mooi en lief. Dit waren zijn gedachten bij zijn eer-. Vergeet dan toch vooral niet AMILDA- zonnebruincrême mede te nemen. Deze voorkomt pijnlijke zonnebrand en vervel len en bevordert tevens een snelle, mooie huidbruining, óók bij weinig of geen zon. Flacon 90 ct Tube 60 ct. Doos 50 en 25 ct. (Ingez. Med.) KONINGIN EN PRINSES IN DE VOGEZEN. H. M. de Koningin en H. K. H. Prin ses Juliana zijn gistermiddag na een voorspoedige reis te Hohwald aangeko men. fel HET RIJWIELPLAATJE. Van 18 Aug. kan men er zonder. De minister van financiën heeft be paald, dat gedurende het tijdvak van 1 tot en met S Augustus 1936 geen boete zal zijn verbeurd wegens het op den openbaren weg berijden van een rijwiel, zonder voorzien te zijn van het ver- eischte, volgens de bij artikel 2 der Rij wielbelastingwet bedoelde voorschrif ten, bevestigde belastingmerk. DE BELASTING VAN DE DOODE HAND. In een nota aan de Eerste Kamer naar aanleiding van het eindverslag over het ontwerp van wet tot wijziging' van de*' beperking van den schuldenaftrek voor de belasting van de doode hand, zegt de minister, niet te kunnen toegeven, dat er gelijk een aantal leden meende, ter men aanwezig zouden zijn, om de be lasting van de doode hand in te trek ken. De resultaten der belasting, die overigens niet zoover beneden hetgeen hij er zich van heeft voorgesteld zijn ge bleven, zijn, nu de moeilijkheden aan de invoering verbonden, achter den rug zijn, in verhouding tot de perceptiekos ten allerminst zoodanig, dat daardoor intrekking gerechtvaardigd zou- zijn. Voorts is hem niet duidelijk, hoe eenige leden van oordeel kunnen zijn, dat hier een verzwaring der belasting wordt voorgesteld. Het is waar, dat de nieuwe regeling in uitzonderingsgevallen tot hoogere belasting kan leiden, doch in de overgroote meerderheid der ge vallen waarvoor zij getroffen wordt, zal zij vermindering van belasting met zich brengen. VRIJSTELLING VAN DEN DIENSTPLICHT WEGENS BROEDERDIENST. Deze kan alleen worden ver leend als hierom door belang hebbende of van zijnentwege is verzocht. Een dienstplichtige der lichting 1937 uit de gemeente Hilversum had recht op vrijstelling wegens broederdienst, doch wenschte in militairen dienst te treden, zoodat hij geen aanvrage om vrijstelling bij den burgemeester van Hilversum indiende of liet indienen. Echter verleende de Commiss,aris der Koningin in de provincie Noord-Holland bij besluit van 2 Maart jl. aan bedoel den ingeschrevene toch vrijstelling we gens broederdienst. De burgemeester had namelijk uit eigen beweging het ver- leenen van de vrijstelling bevorderd, ondanks het feit, dat geen aanvrage daarom was ingekomen. De ingeschre vene ging tegen deze beslissing van den Commissaris der Koningin in be roep bij de Kroon met het gevolg, dat bij Kon. besluit van 6 Juni 1936 de be streden beslissing is vernietigd. De Kroon overwoog, dat uit art. 23, eerste lid, van het dienstplichtbesluit volgt, dat ste bezoek. Hij werd voorgesteld aan den koning, die geen gunstigen indruk op hem maakte. Hij maakte kennis met Miranoff en andere waardigheidsbeklee- ders, wier manieren wel iets te wenschen overlieten. Wat een groote tegenstelling met de eerste kringen van Parijs en Ro me. Hij begon te begrijpen dat de eerste stappen van een jong' diplomaat moeilijk waren. Prinses Zita en de gravin von Salzberg waren op reis toen hij aankwam. Hij verwachtte met verlangen op de verschijning van deze beide sterren aar. den bewolkten hemel. En ten laatste verschenen zij. In een paar weken was Vanina niet langer vervelend en neer drukkend. Het hof was nu niet langer een plaats om te vermijden door iemand, die leeren kennen. Hij was op het eerste gezicht verliefd de vroolijkheid van Parijs en Rome had geworden op de prinses en bereid zijn geheel verder leven in Slavonië te blij ven om haar te dienen en te aanbidden, Tot nog toe was zijn hart nog vrij geble ven. De lieftallige prinses had het on middellijk gevangen. Hij ontmoette de prinses vele malen en zij bleek in alles belang te stellen. Er kwamen ook moeilijke oogenblik- ken. Hij en Felix Salcedo, dien hij van het oogenblik af dat hij hem leerde ken nen, hoogachtte, hadden met behulp van Paul Loven en Dolores Victoria de zoo- g'enaamde-Loukoff-revolutie onderdrukt. Loukoff, eens minister van staat, ver geen vrijstelling van den dienstplicht kan worden verleend d,an nadat daar om door belanghebbende of van zijnent wege ig verzocht. KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN VOOR DE ZEEUWSCHE EILANDEN. Aan het jaarverslag over 1935 van de Kamer van Koophandel en-fabrieken voor de Zeeuwsche eilanden te Middel burg ontleenen wij, dat de Kamer in-dat jaar een gevoelig verlies leed door het aftreden van den heer Boudewijnse als lid. Herinnerd wordt aan het feit, dat de heer Boudewijnse bijna 20 jaar lid was en daarna achtereenvolgens voorzitter van de afdeeling' groot bedrijf en voor zitter der Kamer van 1 April 1922 tot ultimo December 1935. Ook in 1935 werd de sedert 1932 aan gevangen contingenteering van den in voer van verschillende goederen weder niet onbelangrijk uitgebreid. Ook voor de nieuwe contingenteeringen werd in het algemeen van de tusschenkomst der Kamers van Koophandel gebruik ge maakt. Deze tusschenkomst verschaft aan de belanghebbenden veel gemak. In 1935 werden in totaal afgegeven 612 waardevergunningen -tot een totaal be drag van 150,333 en 572 vergunningen naar de hoeveelheid. Aan consentgeld werd ontvangen 1175. Op 31 December 1934 bedroeg het aantal ingeschreven zaken bij het han delsregister 2680, gedurende 1935 werd ingeschreven 98 en opgeheven 115, zoo dat op 31 December 1935 2663 zaken stonden ingeschreven. Verder hadden 428 wijzigingen in de inschrijvingen plaats tegen 343 in 1934 Het aantal schriftelijk gegeven inlich tingen bedroeg 439, het aantal monde linge 2566, tegen 2834 en 183 in 1934, 3310 en 229 in 1933. Verder omvat het verslag hoofdzake lijk de onderwerpen, die behandeld zijn en die in den loop van het jaar zijn ge publiceerd. tllüBf DE NIEUWE BRUG OVER HET KANAAL DOOR ZUID-BEVELAND NABIJ VLAKE. Dinsdag is een der beide bascule spoorbruggen gelegd over de oostzijde van het kanaal Wemeldinge-Hansweert nabij Vlake naast de reeds vroeger ge legde basculebrug voor het gewone ver keer. Het werk is in elk opzicht gunstig verloopen. RAAD VAN GRIJPSKERKE. Nogmaals de affaire schrijfloo- nen In beroep bij de Kroon. GRIJPSKERKE. Dinsdag vergaderde de Raad, onder voorzitterschap van den wnd. burgemeester, daar de burgemees ter wegens lichte ongesteldheid daartoe verhinderd was. Diverse goedgekeurde raadsbesluiten werden voor kennisgeving aangenomen. Een schrijven van B. en W. van Mid delburg betreffende verliessaldo over 1935 van den Vee- en Vleeschkeurings- dienst, waarin deze gemeente heeft bij te dragen f 104, gaf aanleiding tot het maken van breedvoerige opmerkingen. Algemeen werd de wenschelijkheid be pleit, om te komen tot een reorganjsja- tie van dezen dienst, waardoor het mo gelijk wordt goedkooper te exploitee- ren. Een voorgelezen besluit van Ged. Sta tte over de begrooting 1936 in verband met den post schrijfloonën, die moet worden verhoogd, g,af aanleiding tot breedvoerige discussie, daar, door een meerderheid in het college van B, en W. teerd door een verwaande eerzucht om als dictator te worden benoemd in plaats van den zwakken koning, was een ver rader geworden en had een opstand be werkt, Toen de opstand onderdrukt was had hij een goed heenkomen gezocht en de opstandelingen in den steek gelaten. Daar zijn verwachtingen waren teleur gesteld, was hij in dienst getreden van Oostenrij om met de hulp van cfaF land te verwezenlijken, hetgeen hij alleen niet had kunnen bereiken, namelijk den on dergang van de Slavonische monarchie. Al deze herinneringen kwamen bij hem boven toen hij naar zijn hotel reed. Dien avond at hij in het paleis; het was een intieme avond de koning, de prinses, gravin Nada en hij. Miranoff, de minister-president en Gourgief, de opperbevelhebber waren ook gevraagd. Zij waren echter te over- kropt met bezigheden. Het diner was genoegelijk, alleen Ni- colaas was terneergeslagen. De prinses daarentegen was hoopvol gestemd. Na floop van den maaltijd werden de minister-president Miranoff en de opper bevelhebber aangediend. Het onderhoud begon onmiddellijk zeer zakelijk. „Drie vijfde gedeelte van het leger is trouw", begon de generaal, „het andere gedeelte is twijfelachtig. Ik heb dat ge deelte overgeplaatst. Ik geloof nu te durven zeggen, dat ik een flink garni zoen in Vanina heb, dat de troon van uwe majesteit tot het uiterste zal ver werd voorgesteld tegen dat besluit voor ziening te vragen bij de Kroon. De min derheid van den Raad gaf te kennen, de beslissing van Ged. Staten in dezen toe te juichen, Dit hooger college geeft daardoor blijk, te weten, wat de werk zaamheden ter secretarie zijn. Voorts werd opgemerkt dat het voor stel van B. en W, tegen zichzelf spreekt, aangezien voorheen betreffende de nu aanhangige kwestie werd voorzien, en het nu wordt geweigerd, nu juist in deze dagen de werkzaamheden op al lerlei gebied zijn toegenomen. Ten slot te werd gewezen op het onchristelijke, dat uit geheel deze houding opvalt, en bovendien het misnoegen te kennen ge geven, dat al dit gedoe tot stand kwam door inmenging van .anderen, aangezien hetgeen dien aangaande bekend is, er op wijst, dat het hoofd der Chr. school, de heer Groot Nibbelink, hier van voorlichting dient. Die voorlichting nu, zoo werd opge merkt door een der leden van de min derheid kan de Raad missen. De V o o r z. protesteerde tegen dit gezegde, daar dit niet bij de zaak behoort. Ook werd nog gewezen op de bezoe ken die worden atgelegd bij hoogere au toriteiten, doch, zoo werd vervolgd, het zou wel eens kunnen zijn, dat men ein delijk de deur gesloten vindt voor zulke zaken. De heer V a n S 1 u ij s bracht naar aanleiding van het gesprokene, naar vo ren, wat gedaan is om te komen tot een andere combinatie bij gelegenheid van de wethoudersverkiezing. De v o o r z. gaf daarna in stemming het voorstel van B. en W., om tegen het zooeven genoemde besluit van Ged. Staten voorziening te vragen bij de Kroon, overeenkomstig den inhoud, voorkomende in het schriftelijk voorstel van B. en W. Met 4 tegen 3 stemmen werd daartoe besloten. Voor de heeren C. Louwerse, A. Geschiere, A. Louwer- se en Van Sluijs. Tegen de heeren J. C. Cevaal, A. de Buck en de Nood. Goedkeuring werd verder verleend aan de getroffen maatregel, betreffende het aankoopen van een automobielspuit, en, kan het de goedkeuring wegdragen, hiervoor een plaats te bestemmen in de oude openbare school, of, indien moge lijk, te plaatsen bij de gemaakte brand put zelf, door middel van plaatsing van een ijzeren loods In verband met deze zaak werden B. en W. gemachtigd, de voorbereidin gen te treffen voor het reorganiseeren van de brandweer. Op een verzoek van Gebr. Boogaard te Buttinge, om in aanmerking te mogen komen voor het timmer- en metselwerk in de gemeente, werd na breedvoerige bespreking gunstig beschikt met 4 te gen 3 stemmen. Voor de heeren De Nood, De Buck, Cevaal en Van Sluijs. Tegen A. Louwerse, C. Louwerse en A. Geschiere. Een schrijven van den onderwijzer Dronkers, waarin deze andermaal ver zocht zijn keuken in orde te laten bren gen, werd, nadat hierover breedvoeri ge beschouwingen waren gehouden, noch toegestaan, noch afgewezen, maar besloten deze zaak opnieuw te stellen in handen van B. en W. De begrooting van het burgerlijk arm bestuur voor 1937 werdt vastgesteld op een bedrag van 756 aan inkomsten en uitgaven. Voorts werd aangeboden de rekening 1935, aanwijzende in ontvangsten 25120, in uitgaaf 19302. goed slot 5818. Op voorstel van B. en W. werd ten- dedigen". Nicolaas uitte in enkele woorden zijn erkentelijkheid Het woord was nu aan den minister president. Hij keek Danecourt aan. „Wanneer verwacht u Paul Loven en Dolores Victoria, mijnheer Danecourt?" Gerald antwoordde, dat slechts eed telegram noodig was om hen onmiddel lijk te doen komen. De toestemming van hun gouvernementen was reeds ver leend. „Wees dan zoo goed om morgenoch tend onmiddellijk de telegrammen aan hen te verzenden". „Is er eenig gevaar voorgons, mijnheer Miranoff?" vroeg prinses Zita „U weet wat ik bedoel". „Ja, dat is er, prinses", was het kortë antwoord. Miranoff wond er geen doek jes om. „Bijna ieder man in Slavonië is een verrader". Hij hield een oogenblik op. „Het paleis zit vol verraders", don derde hij. „Er is in de laatste dagen iets uitgelekt. Ze hebben mijn corresponden tie doorgesnuffeld. Er mankeeren eenige brieven. Toen Salcedo nog hier was ging alles best, Sinds hij weg is, is het een chaos. Daarom wil ik Paul Loven zoo spoedig mogelijk hier hebben". „U zult hem hebben, mijnheer", ant woordde Danecourt onmiddellijk. Hij mocht dezen flinken, doortastenden man, die zoo wenig steun ondervond van zijn ondergeschikten, gaarne. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1936 | | pagina 7