Prinses Zita.
KRONIEK van den DAG.
KERK EN SCHOOL
LEGER EN VLOOT.
Gaat „U op reis
BINNENLAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 22 JULI 1936. No. 171
Verloren respect.
WILLIAM LE QUEUX.
WALCHEREN.
b—x/J-
De heer Greiser laat er geen. gras
over groeien. In zijn nationaal-socialis-
tische bijdrage onlangs te Genève kon
digde hij aan, naar men zich zal herin
neren, dat de regeering van Dantzig
zich in het vervolg heel weinig meer
van den Volkenbond zou aantrekken.
Eergisteren is de eerste daad bij dit
woord gevoegd. Buiten den Volksdag,
het Dantzigsche parlement om, heeft de
nazi-regeering een aantal wijzigingen in
de grondwet der vrije stad aangebracht,
welke het haar mogelijk zullen maken
„rechtens" de oppositie uit te roeien. In
de praktijk was men met die uitroei[ng
al een heel eind op streek. De meeste
bladen der oppositie-partijen (socialis
ten, centrum (r.k.) en Duitsch-nationa-
len) werden in den loop dezer maand
verboden en een aantal leiders dier par
tijen is zonder vorm van proces achter
slot en grendel gezet. Deze willekeur
wordt nu achteraf in overeenstemming
met de grondwet gebracht.
De Dantzigsche regeering heeft ech
ter het recht niet, de grondwet naar
eigen goeddunken te veranderen. Daar
is een besluit van het parlement toe
noodig, genomen met een meerderheic
van 2/3 der stemmen, welk aantal Grei
ser c.s. niet kunnen halen. Bij de laat
ste verkiezingen bemachtigden de na
zi's tegen hun verwachting in en dus
tot hun groote teleurstelling nog
geen 3/.-deel van het aantal parlements
zetels. Een régime, geheel naar het
voorbeeld van Hitler, was daardoor de
pas afgesneden.
Tenminste zoolang Greiser c.s. respect
voor den Volkenbond, die borg staat
voor de loyale toepassing der grondwet,
hadden. In den beginne was dat respect
er naar 't uiterlijk althans, en in elk ge
val mede op hoog bevel van Berlijn.
Heibel om Dantzig kon Hitier het vorige
en in de eerste helft dezes jaars niet
aaa zijn hoofd hebben. Het herstel van
de militaire dienstplicht en de remili-
tarisatie van het Rijnland eischten zijn
vollen ondernemingslust op. Deze bei
de zaken zijn nu echter „erledigt' De
wereld heeft er zich bi] neergelegd En
de Dantzigsche nazi's blijken daarmee
prompt hun respect voor den Volken
bond verloren te hebben. Blijkbaar kre
gen ze daartoe eenige weken geleden
reeds permissie. Greiser's onbeschofte
optreden te Genève was er het eerste
symptoom van. De willekeurige grond
wetswijziging thans het tweede. Men
onderscheide goed: het gaat hier niet
om een directe poging Dantzig weer bij
Duitschland in te lijven. Het gaat, zoo
als Greiser c.s. dit uitleggen, om „bin-
nenlandsche bestuurs aangelegenheden".
Met behoud van den status van Dantzig
als vrije stad, wenschen ze een volledig
nat. soc. régime door te zetten. Niet te
gen Polen is de coup de théatre dus ge
richt, doch louter tegen dat deel der
Dantzigsche bevolking, dat zich tot dus
ver niet wilde laten „gelijkschakelen"
Er schijnt een zorgelijke tijd voor deze
menschen aangebroken.
Het zou de plicht van den Volken
bond zijn, zich het lot van deze slacht
offers der nat. soc. willekeur aan te
trekken. Zeer waarschijnlijk echter zal
de Volkenbond dien plicht verzaken, als
zooveel andere reeds. Hij kan eenvou
dig niet anders. Geen land zal zich be
reid verklaren, om voor de restauratie
van de Dantzigsche grondwet het
zwaard te trekken. En alleen met ge
weld zou het gebeurde ongedaan kun
nen worden gemaakt. Temeer reden
heeft de Volkenbond, zich bij het geval
neer te leggen, omdat Polen niet van
zins blijkt een vin te verroeren. Te
Warschau ziet men min of meer cynisch
door
40).
„Het is laat geworden. Denk er om
als je twee mannen buiten ziet staan,
houdt ze dan met voor de moordenaars:
het zijn bewaarders van rust en orde".
Gerald wat w.uar zij op doelde en
bloosde. Hij vond het vreeselijk om be
waakt te worden en had een vast ver
trouwen in zijn eigen bekwaamheid om
zorg voor zich zelf te dragen.
„Wees niet boos, Gerald. De laatste
maal dat je hier was, gebeurde er iets,
vreeselijks en ik weet dat 't mijn schuld
was. Jij bent onder mijn hoede zoolang
je in Parijs bent en ik zou 't niet kun
nen verdragen, dat jou weer iets over
kwam. Er wacht een taxi om je naar je
hotel te brengen. De chauffeur is een
vertrouwd lid van den geheimen dienst,
JlJ zult beschermd worden zoolang je
°P Fransch grondgebied bent en zelfs
nog iets verder".
Zij glimlachte en zei verder:
„ik kan je niet dezelfde bescherming
beloven in Vanina. Daar moeten wij,
debk ik, voor ons zelf zorgen.."
Zijn geprikeldhejd tterdween. Hij
stelde de vriendelijke bezorgdheid van
aeze lieve vrouw op prijs. Hij bracht
«aar h,and aan zijn lippen. j
het tafereel aan. Nu is Polen de eenige
werkelijke belanghebbende. Ten bate
van dit land en zijn bewoners heeft men
in 1919 te Versailles Dantzig van
Duitschland los gescheurd en tot een
vrije stad gemaakt. Wie zal zich dam
druk over de zaak maken, als de Polen
het niet doen?
De Poolsche regeering is van oordeel,
dat ze het met Berlijn op een accaardje
moet trachten te gooien. Polens werke
lijke belangen ten opzichte van Dantzig
zijn van economischen aard. Zoolang de
haven van de stad en alle technische en
andere daarmee verband houdende in
richtingen, maar dienstbaar blijven aan
den Poolschen in- en uitvoer, schijnt
men het te Warschau al lang welletjes
te vinden. Bij geruchte verluidde de
laatste dagen telkens, dat Warschau
met Berlijn over een verdrag ten aan
zien van Dantzig onderhandeld. Klaar
blijkelijk zijn de Polen bereid, om
Duitschland alle mogelijke politieke
concessies te doen, als hun economische
belangen maar gewaarborgd blijven. Op
het eerste gezicht lijkt dit een gewaagd
spel. Dat is het echter niet. Wie de re
aliteit in het oog vat, zal moeten erken
nen, dat de Polen drommels goed besef
fen, hoe laat het in politicis is
Geen mensch, die eenige notie van de
politieke ontwikkeling heeft, durft met
klem tegenspreken, dat Dantzig te eeni-
ger tijd weer met Duitschland vereenigd
zal worden. Dat kan op tweeërlei wij
ze: via een compromis, dus goedschiks,
of na een putsch, dus met geweld. Dit
laatste zou voor de Polen zeer waar
schijnlijk onvoordeelig zijn. Daarom
gaan ze maar liever met Berlijn onder
handelen, om een overeenkomst voor te
bereiden, welke hun economische be
langen waarborgt. Te verstandiger kan
dat zijn, aangezien die belangen een
heel eind parallel loopen met die van
Dantzig zelf. Voor de Dantizsche haven
is en blijft Polen een achterland dat
haar voor een belangrijk deel moet voe
den.
Wie met wantrouwen jegens het Der
de Rijk is vervuld, zal wellicht onder
stellen, dat Berlijn en Warschau, als ze
het over Dantzig eens kunnen worden,
zonder twijfel nog heel andere en
dan boosaardige plannen zullen gaan
ontwerpen. Die van een gezamenlijken
slag in Oost-Europa: tegen Rusland en
de Baltische staten. Al heel lang wordt
daar zoo nu en dan over gefluisterd.
Duitschland zou stukken van Zuid-Rus
land als kolonie willen bemachtigen en
Polen een uitgang naar de Oostzee via
Litauen en Letland (wellicht zelfs Est
land) met inlijving dezer staatjes dan
natuurlijk bij het Poolsche grondgebied.
Het schijnt ons voorshands het beste,
om over deze ietwat fantastische aan
gelegenheid maar niet te veel te praten.
Dichter bij is nog genoeg te doen.
Geref, Gem.
A. van Stuijvenberg cand. te Rotter
dam heeft het beroep naar Benthuizen
aangenomen en bedankt voor Borsse-
len, Tholen, Rilland Bath, Goes en Me-
liskerke.
Bij beschikking van den minister
van Staat, minister van Defensie a.i.
zijn de volgende plaatsingen gelast: met
24 Juli a.s. de officier Marinestoom
vaartdienst le kl. W. J. Dalinghaus a. b.
Hr. Ms. „Schorpioen' met 29 Juli a.s.
luit. ter zee 2e id. A. C. van Versendaal
a. b. Hr. Ms. „Hertog Hendrik", officier
Marinestoomvaartdienst le kl. A. J, Ro-
mijn a. b. Hr. Ms. „Schorpioen".
„Hartelijk dank, lieve vriendin, voor
je gastvrijheid en je goede zorgen. Tot
weerziens in Vanina".
En Dolores zuchtte terwijl zij luister
de naar zijn verdwijnende voetstappen.
Hij had haar hand gekust en die kus was
innig geweest. M,aar in haar hart had
zij gewenscht dat hij die kus op haar
lippen h^d gedrukt.
HOOFDSTUK XXII.
Gerald Danecourt voelde zich buiten
gewoon gelukkig toen hij door de schil
derachtige straten van Vanina naar zijn
hotel reed.
Hij herinnerde zich duidelijk zijn eer
ste intrede in deze aardige oude stad,
hoofdstad van een klein en onbeduidend
land, dat echter nu de aandacht van
Europa op zich begon te vestigen.
Hij had zijn diplomatieken leertijd in
Parijs en Rome doorgebracht. Zijn be
vordering' tot eerste secretaris te Vanina
was, na zijn betrekkelijk korte leer
school, een goeden stap voorwaarts.
Hij besefte, dat de benoeming op zulk
een post een bewijs was, dat zijn be
kwaamheden werden erkend,
Afgescheiden van zijn eerzucht was
het vooruitzicht voor een jongmensch
van zijn leeftijd niet aanlokkelijk Het
land was vrij barbaarsch,. Van het hof
straalde geen pracht en luister uit, de
koning was volgens de verhalen een on-
beteekenende, zwakke en weifelende
persoonlijkheid. De prinses werd be
schreven als mooi en lief.
Dit waren zijn gedachten bij zijn eer-.
Vergeet dan toch vooral niet AMILDA-
zonnebruincrême mede te nemen. Deze
voorkomt pijnlijke zonnebrand en vervel
len en bevordert tevens een snelle, mooie
huidbruining, óók bij weinig of geen zon.
Flacon 90 ct Tube 60 ct. Doos 50 en 25 ct.
(Ingez. Med.)
KONINGIN EN PRINSES IN DE
VOGEZEN.
H. M. de Koningin en H. K. H. Prin
ses Juliana zijn gistermiddag na een
voorspoedige reis te Hohwald aangeko
men. fel
HET RIJWIELPLAATJE.
Van 18 Aug. kan men er
zonder.
De minister van financiën heeft be
paald, dat gedurende het tijdvak van 1
tot en met S Augustus 1936 geen boete
zal zijn verbeurd wegens het op den
openbaren weg berijden van een rijwiel,
zonder voorzien te zijn van het ver-
eischte, volgens de bij artikel 2 der Rij
wielbelastingwet bedoelde voorschrif
ten, bevestigde belastingmerk.
DE BELASTING VAN DE DOODE
HAND.
In een nota aan de Eerste Kamer naar
aanleiding van het eindverslag over het
ontwerp van wet tot wijziging' van de*'
beperking van den schuldenaftrek voor
de belasting van de doode hand, zegt de
minister, niet te kunnen toegeven, dat
er gelijk een aantal leden meende, ter
men aanwezig zouden zijn, om de be
lasting van de doode hand in te trek
ken. De resultaten der belasting, die
overigens niet zoover beneden hetgeen
hij er zich van heeft voorgesteld zijn ge
bleven, zijn, nu de moeilijkheden aan de
invoering verbonden, achter den rug
zijn, in verhouding tot de perceptiekos
ten allerminst zoodanig, dat daardoor
intrekking gerechtvaardigd zou- zijn.
Voorts is hem niet duidelijk, hoe
eenige leden van oordeel kunnen zijn,
dat hier een verzwaring der belasting
wordt voorgesteld. Het is waar, dat de
nieuwe regeling in uitzonderingsgevallen
tot hoogere belasting kan leiden, doch
in de overgroote meerderheid der ge
vallen waarvoor zij getroffen wordt, zal
zij vermindering van belasting met zich
brengen.
VRIJSTELLING VAN DEN
DIENSTPLICHT WEGENS
BROEDERDIENST.
Deze kan alleen worden ver
leend als hierom door belang
hebbende of van zijnentwege
is verzocht.
Een dienstplichtige der lichting 1937
uit de gemeente Hilversum had recht
op vrijstelling wegens broederdienst,
doch wenschte in militairen dienst te
treden, zoodat hij geen aanvrage om
vrijstelling bij den burgemeester van
Hilversum indiende of liet indienen.
Echter verleende de Commiss,aris der
Koningin in de provincie Noord-Holland
bij besluit van 2 Maart jl. aan bedoel
den ingeschrevene toch vrijstelling we
gens broederdienst. De burgemeester
had namelijk uit eigen beweging het ver-
leenen van de vrijstelling bevorderd,
ondanks het feit, dat geen aanvrage
daarom was ingekomen. De ingeschre
vene ging tegen deze beslissing van
den Commissaris der Koningin in be
roep bij de Kroon met het gevolg, dat bij
Kon. besluit van 6 Juni 1936 de be
streden beslissing is vernietigd. De
Kroon overwoog, dat uit art. 23, eerste
lid, van het dienstplichtbesluit volgt, dat
ste bezoek. Hij werd voorgesteld aan
den koning, die geen gunstigen indruk
op hem maakte. Hij maakte kennis met
Miranoff en andere waardigheidsbeklee-
ders, wier manieren wel iets te wenschen
overlieten. Wat een groote tegenstelling
met de eerste kringen van Parijs en Ro
me. Hij begon te begrijpen dat de eerste
stappen van een jong' diplomaat moeilijk
waren.
Prinses Zita en de gravin von Salzberg
waren op reis toen hij aankwam.
Hij verwachtte met verlangen op de
verschijning van deze beide sterren aar.
den bewolkten hemel. En ten laatste
verschenen zij. In een paar weken was
Vanina niet langer vervelend en neer
drukkend. Het hof was nu niet langer een
plaats om te vermijden door iemand, die
leeren kennen.
Hij was op het eerste gezicht verliefd
de vroolijkheid van Parijs en Rome had
geworden op de prinses en bereid zijn
geheel verder leven in Slavonië te blij
ven om haar te dienen en te aanbidden,
Tot nog toe was zijn hart nog vrij geble
ven. De lieftallige prinses had het on
middellijk gevangen.
Hij ontmoette de prinses vele malen
en zij bleek in alles belang te stellen.
Er kwamen ook moeilijke oogenblik-
ken. Hij en Felix Salcedo, dien hij van
het oogenblik af dat hij hem leerde ken
nen, hoogachtte, hadden met behulp van
Paul Loven en Dolores Victoria de zoo-
g'enaamde-Loukoff-revolutie onderdrukt.
Loukoff, eens minister van staat, ver
geen vrijstelling van den dienstplicht
kan worden verleend d,an nadat daar
om door belanghebbende of van zijnent
wege ig verzocht.
KAMER VAN KOOPHANDEL EN
FABRIEKEN VOOR DE ZEEUWSCHE
EILANDEN.
Aan het jaarverslag over 1935 van de
Kamer van Koophandel en-fabrieken
voor de Zeeuwsche eilanden te Middel
burg ontleenen wij, dat de Kamer in-dat
jaar een gevoelig verlies leed door het
aftreden van den heer Boudewijnse als
lid.
Herinnerd wordt aan het feit, dat de
heer Boudewijnse bijna 20 jaar lid was
en daarna achtereenvolgens voorzitter
van de afdeeling' groot bedrijf en voor
zitter der Kamer van 1 April 1922 tot
ultimo December 1935.
Ook in 1935 werd de sedert 1932 aan
gevangen contingenteering van den in
voer van verschillende goederen weder
niet onbelangrijk uitgebreid. Ook voor
de nieuwe contingenteeringen werd in
het algemeen van de tusschenkomst der
Kamers van Koophandel gebruik ge
maakt. Deze tusschenkomst verschaft
aan de belanghebbenden veel gemak. In
1935 werden in totaal afgegeven 612
waardevergunningen -tot een totaal be
drag van 150,333 en 572 vergunningen
naar de hoeveelheid. Aan consentgeld
werd ontvangen 1175.
Op 31 December 1934 bedroeg het
aantal ingeschreven zaken bij het han
delsregister 2680, gedurende 1935 werd
ingeschreven 98 en opgeheven 115, zoo
dat op 31 December 1935 2663 zaken
stonden ingeschreven. Verder hadden
428 wijzigingen in de inschrijvingen
plaats tegen 343 in 1934
Het aantal schriftelijk gegeven inlich
tingen bedroeg 439, het aantal monde
linge 2566, tegen 2834 en 183 in 1934,
3310 en 229 in 1933.
Verder omvat het verslag hoofdzake
lijk de onderwerpen, die behandeld zijn
en die in den loop van het jaar zijn ge
publiceerd. tllüBf
DE NIEUWE BRUG OVER HET
KANAAL DOOR ZUID-BEVELAND
NABIJ VLAKE.
Dinsdag is een der beide bascule
spoorbruggen gelegd over de oostzijde
van het kanaal Wemeldinge-Hansweert
nabij Vlake naast de reeds vroeger ge
legde basculebrug voor het gewone ver
keer. Het werk is in elk opzicht gunstig
verloopen.
RAAD VAN GRIJPSKERKE.
Nogmaals de affaire schrijfloo-
nen In beroep bij de Kroon.
GRIJPSKERKE. Dinsdag vergaderde
de Raad, onder voorzitterschap van den
wnd. burgemeester, daar de burgemees
ter wegens lichte ongesteldheid daartoe
verhinderd was.
Diverse goedgekeurde raadsbesluiten
werden voor kennisgeving aangenomen.
Een schrijven van B. en W. van Mid
delburg betreffende verliessaldo over
1935 van den Vee- en Vleeschkeurings-
dienst, waarin deze gemeente heeft bij
te dragen f 104, gaf aanleiding tot het
maken van breedvoerige opmerkingen.
Algemeen werd de wenschelijkheid be
pleit, om te komen tot een reorganjsja-
tie van dezen dienst, waardoor het mo
gelijk wordt goedkooper te exploitee-
ren.
Een voorgelezen besluit van Ged. Sta
tte over de begrooting 1936 in verband
met den post schrijfloonën, die moet
worden verhoogd, g,af aanleiding tot
breedvoerige discussie, daar, door een
meerderheid in het college van B, en W.
teerd door een verwaande eerzucht om
als dictator te worden benoemd in plaats
van den zwakken koning, was een ver
rader geworden en had een opstand be
werkt, Toen de opstand onderdrukt was
had hij een goed heenkomen gezocht en
de opstandelingen in den steek gelaten.
Daar zijn verwachtingen waren teleur
gesteld, was hij in dienst getreden van
Oostenrij om met de hulp van cfaF land
te verwezenlijken, hetgeen hij alleen niet
had kunnen bereiken, namelijk den on
dergang van de Slavonische monarchie.
Al deze herinneringen kwamen bij
hem boven toen hij naar zijn hotel reed.
Dien avond at hij in het paleis; het
was een intieme avond de koning, de
prinses, gravin Nada en hij.
Miranoff, de minister-president en
Gourgief, de opperbevelhebber waren
ook gevraagd. Zij waren echter te over-
kropt met bezigheden.
Het diner was genoegelijk, alleen Ni-
colaas was terneergeslagen. De prinses
daarentegen was hoopvol gestemd.
Na floop van den maaltijd werden de
minister-president Miranoff en de opper
bevelhebber aangediend.
Het onderhoud begon onmiddellijk
zeer zakelijk.
„Drie vijfde gedeelte van het leger is
trouw", begon de generaal, „het andere
gedeelte is twijfelachtig. Ik heb dat ge
deelte overgeplaatst. Ik geloof nu te
durven zeggen, dat ik een flink garni
zoen in Vanina heb, dat de troon van
uwe majesteit tot het uiterste zal ver
werd voorgesteld tegen dat besluit voor
ziening te vragen bij de Kroon. De min
derheid van den Raad gaf te kennen, de
beslissing van Ged. Staten in dezen toe
te juichen, Dit hooger college geeft
daardoor blijk, te weten, wat de werk
zaamheden ter secretarie zijn.
Voorts werd opgemerkt dat het voor
stel van B. en W, tegen zichzelf spreekt,
aangezien voorheen betreffende de nu
aanhangige kwestie werd voorzien, en
het nu wordt geweigerd, nu juist in
deze dagen de werkzaamheden op al
lerlei gebied zijn toegenomen. Ten slot
te werd gewezen op het onchristelijke,
dat uit geheel deze houding opvalt, en
bovendien het misnoegen te kennen ge
geven, dat al dit gedoe
tot stand kwam door
inmenging van .anderen,
aangezien hetgeen dien
aangaande bekend is,
er op wijst, dat het hoofd
der Chr. school, de heer
Groot Nibbelink, hier
van voorlichting dient.
Die voorlichting nu, zoo werd opge
merkt door een der leden van de min
derheid kan de Raad missen.
De V o o r z. protesteerde tegen
dit gezegde, daar dit niet bij de zaak
behoort.
Ook werd nog gewezen op de bezoe
ken die worden atgelegd bij hoogere au
toriteiten, doch, zoo werd vervolgd, het
zou wel eens kunnen zijn, dat men ein
delijk de deur gesloten vindt voor zulke
zaken.
De heer V a n S 1 u ij s bracht naar
aanleiding van het gesprokene, naar vo
ren, wat gedaan is om te komen tot een
andere combinatie bij gelegenheid van
de wethoudersverkiezing.
De v o o r z. gaf daarna in stemming
het voorstel van B. en W., om tegen het
zooeven genoemde besluit van Ged.
Staten voorziening te vragen bij de
Kroon, overeenkomstig den inhoud,
voorkomende in het schriftelijk voorstel
van B. en W. Met 4 tegen 3 stemmen
werd daartoe besloten. Voor de heeren
C. Louwerse, A. Geschiere, A. Louwer-
se en Van Sluijs.
Tegen de heeren J. C. Cevaal, A. de
Buck en de Nood.
Goedkeuring werd verder verleend
aan de getroffen maatregel, betreffende
het aankoopen van een automobielspuit,
en, kan het de goedkeuring wegdragen,
hiervoor een plaats te bestemmen in de
oude openbare school, of, indien moge
lijk, te plaatsen bij de gemaakte brand
put zelf, door middel van plaatsing van
een ijzeren loods
In verband met deze zaak werden
B. en W. gemachtigd, de voorbereidin
gen te treffen voor het reorganiseeren
van de brandweer.
Op een verzoek van Gebr. Boogaard
te Buttinge, om in aanmerking te mogen
komen voor het timmer- en metselwerk
in de gemeente, werd na breedvoerige
bespreking gunstig beschikt met 4 te
gen 3 stemmen. Voor de heeren De
Nood, De Buck, Cevaal en Van Sluijs.
Tegen A. Louwerse, C. Louwerse en
A. Geschiere.
Een schrijven van den onderwijzer
Dronkers, waarin deze andermaal ver
zocht zijn keuken in orde te laten bren
gen, werd, nadat hierover breedvoeri
ge beschouwingen waren gehouden,
noch toegestaan, noch afgewezen, maar
besloten deze zaak opnieuw te stellen
in handen van B. en W.
De begrooting van het burgerlijk arm
bestuur voor 1937 werdt vastgesteld op
een bedrag van 756 aan inkomsten en
uitgaven.
Voorts werd aangeboden de rekening
1935, aanwijzende in ontvangsten
25120, in uitgaaf 19302. goed slot
5818.
Op voorstel van B. en W. werd ten-
dedigen".
Nicolaas uitte in enkele woorden zijn
erkentelijkheid
Het woord was nu aan den minister
president. Hij keek Danecourt aan.
„Wanneer verwacht u Paul Loven en
Dolores Victoria, mijnheer Danecourt?"
Gerald antwoordde, dat slechts eed
telegram noodig was om hen onmiddel
lijk te doen komen. De toestemming van
hun gouvernementen was reeds ver
leend.
„Wees dan zoo goed om morgenoch
tend onmiddellijk de telegrammen aan
hen te verzenden".
„Is er eenig gevaar voorgons, mijnheer
Miranoff?" vroeg prinses Zita „U weet
wat ik bedoel".
„Ja, dat is er, prinses", was het kortë
antwoord. Miranoff wond er geen doek
jes om. „Bijna ieder man in Slavonië is
een verrader".
Hij hield een oogenblik op.
„Het paleis zit vol verraders", don
derde hij. „Er is in de laatste dagen iets
uitgelekt. Ze hebben mijn corresponden
tie doorgesnuffeld. Er mankeeren eenige
brieven. Toen Salcedo nog hier was ging
alles best, Sinds hij weg is, is het een
chaos. Daarom wil ik Paul Loven zoo
spoedig mogelijk hier hebben".
„U zult hem hebben, mijnheer", ant
woordde Danecourt onmiddellijk. Hij
mocht dezen flinken, doortastenden man,
die zoo wenig steun ondervond van zijn
ondergeschikten, gaarne.
(Wordt vervolgd.)