W.odc
GOESCHE COlftANT-
5>ldl3
De burgeroorlog in Spanje.
WEER ER mm,
ZEELAND.
NUMMER 169.
TWEE BLADEN.
MAANDAG
20 JULI 1936.
EERSTE BLAD.
Duidelijke taal.
Marokko in handen der opstandelingen. Ook
de omgeving van Gibraltar is door rebellee
rende troepen bezet.
WESTKAPELLE.
MIDDELBURG.
iOES.
iptcvmcittU
179e JAARGANG.
MIDDELBURGSCHE COURANT
Dagblad Voor Middelburg, Goes en agent
schap Vlissingen 2.30, elders 2.50 per
kwartaal Week-abonn. in Middelburg en
Goes 18 ct, p. w. Advertentiën 30 ct. per
regel, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r.
Bü contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr.
Uitgeefster Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux Lange Sint Pieterstraat te Middelburg.
Telefoon Redactie 269, Administratie 139 Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17.
Aangesloten bij het Bureau voor Publiciteitswaarde der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers.
Familieberichten en dankbetuigingen 1—1
regels f 2.10, elke r. m. 30 ct. Rubriek
„Kleine Advertentiën", ten hoogste 6 regels,
a 75 ct. by vooruitbetaling? Adv. me!
„Brieven" of „Bevragen bureau dezer cou
rant" 10 ct. extra Bewijsnommers 5 cent.
IS?
Op de, den Noorderling kenmerken
de, rustigste wijze, van elk effectbejag
volkomen gespeend, heeft onze oud
gezant te Brussel, thans tot het onder
koningschap van onzen Oost geroepen,
Zaterdag te 's-Gravenhage voor de le
den van den Nederlandschen .Journalis
tenkring een rede uitgesproken over de
betrekkingen van Nederland tot België.
Men zal, dunkt ons, goed doen het be
lang van deze rede niet te onderschat
ten.
Hier heeft een leider gesproken in
den besten zin des woords: Niet een
met bijkaas bovenaardsche macht be-
kleede, maar een man die jarenlang op
een hoogst verantwoordelijken post ge
staan- heeft, en die daar blijk gegeven
heeft de Nederlandsche belangen op
uitstekende wijze te behartigen. Een
man die het is ons van nabij bekend
in Brussel groot aanzien genoot, zoo
bij landgenoot ,als vreemdeling; op de
hoogte van wat er gaande was als geen
ander,, die een breede belangstelling
paarde aan scherp inzicht en gescherpt
waarnemingsvermogen; een nuchtere
Nederlander, die zich zeer zeker niet
door al dan niet gemeende maar in
elk geval holle zinsneden op een dwaal
spoor zou laten leiden, maar die aan
den anderen kant, onder den uiterlijken
schijn der onaandoenlijkheid zijn
rede legde ook hiervan getuigenis af
een warm hart draagt, warm voor
Nederland op de eerste plaats en w,arm
voor België daarnevens.
Wanneer iemand, als hierboven ge
schetst, over een voor Nederland zoo
belangrijk vraagstuk als onze verhou
ding tot België, zij het in sobere be
woordingen, niettemin onomwonden zijn
meening zegt* dan zal men goed doen
daarnaar te luisteren in het besef, dat
er een man spreekt die weet, waarover
hij het heeft!,...
Welnu-. Men leze de rede van jhr.
Tjarda van Starkenborgh, welke wij el
ders in dit blad in haar geheel hebben
opgenomen, eens met de aandacht, die
zij verdient. Niet als een vriendelijk
woordje, maar als wat zij is; een sa
menvatting van inzichten en opvattin
gen, verworven en bezonken gedurende
de afgeloopen ambtsperiode van den
Nederlandschen gezant; bijl het Brus
selsche hof. Een weloverwogen samen
vatting", waarin elk zinsdeel, elk woord
welhaast een bedoeling heeft.
Dan is de hoofdstrekking deze; Ne
derland en België hebben veel gemeen
schappelijke belangen. Nederland en
België zullen in de toekomst nog veel
meer dan thans aan elkaar kunnen heb
ben, indien ze zich van die gemeen
schappelijkheid hunner belangen maar
eer6t terdege bewust willen worden.
Dit bewustzijn begint al meer en meer
door te breken. Dit dient van beide
kanten, onder volkomen handhaving van
beider onafhankelijkheid welteverstaan
daaraan liet de spreker niet den
minsten twijfel open! aangemoedigd
te wprden. De Brusselsche oud-gezant
had op zijn post waargenomen, dat ir.en
in België levendig begrip had van de
waarheid, dat „overeenkomst van in
zicht en gedraging tusschen Nederland
en België in velerlei zaken van wezen
lijke waarde kan zijn
Ten aanzien van de nog steeds han
gende concrete quaesties merkte de
spreker, ons dunkt; terecht op,
dat het beter is geen verdrag te hebben
dan een,, hetwelk niet aan beide zijden
van de grens zonder bitterheid of een
gevoel van bekocht te zijn, aanvaard
zou kunnen worden.
En tenslotte; De vraag omtrent het
wezen van den Belgischen staat Hier
oamtrent heeft jhr. Tjarda van Starken
borgh duidelijke taal gesproken.
Hij nam hier geen blad voor den mond,
maar zeide ronduit: Zij, die van Neder
land uit degenen aanmoedigen, welke
het aan de overzijde van de gemeen
schappelijke grens op het leven van den
Belgischen staat gemunt hebben, d i e-
nengeenNederlandsch be
lang!
Dus; Geheel afgescheiden van de al
gemeene vraag of het oirb.aar zoude
wezen, dat de inwoners van den eenen
staat zich met de grondslagen van hel
bestaan van een anderen staat inlaten
wordt hier duidelijk gesteld: Nederland
sche staatsburgers hebben zich, al ware
het alleen maar om der wille van het
eigen Nederlandsche belang, te onthou
den van elke inmenging in België's bin
nenlandsche politiek, voorzoover die po
Itiek verband houdt met het bestaan
van den Belgischen staat. Handen thuis
daar, dus!
Maar jhr. Tjarda ging nog een schrede
verder. Hij waarschuwde ook voor het
aan den dag leggen, in Nederland, van
'n belangstelling in Belgische taalaan-
gelegenheiden, welke in bemoeizucht
ontaardt.
Hier zal men, dunkt ons, den nadruk
moeten leggen op de laatste vier woor
den.
Die kunnen wij volkomen onderschrij
ven.
Maar: er moet iets tegenover ge
zegd worden. Iets, hetwelk eigenlijk de
Belgen en derzelver taalproblemen min
der raakt dan ons Nederlanders zelf.
Als dat gezegd i s, dan kunnen wij jhr.
Tjarda van Starkenborghs woorden
zelfs nog versterken tot een: wij behoe
ven ons heelemaal niet met Belgische
taalaangelegenheden te bemoeien, laat
staan bemoeizucht aan den dag te leg
gen.
Maar om in anderen zin de woor
den des sprekers aan te halen: „gij zult
mijn bedoeling begrijpen en niet deze
woorden willen misverstaan
Met de Belgische taaiaangelegenhe
den hebben de Belgen zich te bemoeien
doch: de Nederlander in België heeft
zich als Nederlander bewust
te zijn van zijn Nederlandse h e n
plicht om in dit vreemde land, waar de
Nederlandsche taal een der twee grond
wettelijk gelijkgerechtigde talen is, die
Nederlandsche taal hoog te houden,
ook wanneer daardoor deze of gene
Belgische hoogwaardigheidsbekleeder
misschien eens ietwat minder vriende
lijk gestemd zou kunnen worden.
De Nederlander kan en moet
dat doen.
Trrr**T' it-w ir ,an mwrim
De hoogste waardigheidsbekleeder in
dat land, namelijk de Koning zelf, geeft
hem dat recht doordat Z. M. onze Ne
derlandsche taal spreekt als ware hij
een geboren en getogen Nederlander;
doordat Z. M. z'n kinderen van jongs af
aan onze taal doet leeren spreken.
Welnu: ons onthoudende van elke
rechtstreeksche of zelfs zijdelingsche
inmenging in Belgische taalaangelegen
heden, doch ons overal en te allen tijde
fier bewust van het Prioriteits
recht hetwelk, voor den Nederlan
der wel te verstaan, de Nederlandsche
taal in België heeft, zullen wij, zonder
bemoeizucht en zelfs zonder bemoeienis
toch, en dan op de eenig juiste wijze,
het onze bijdragen tot het tot gelding
komen van de rechten der Nederland
sche taal in België.
Wij zijn er van overtuigd, dat onze
oud-gezant te Brussel, die zelf immers
getuigde „te behooren tot diegenen,
die zich over de verbreiding van de Ne
derlandsche taal vorheugen om der
wille van den roem der Nederlandsche
beschaving op zichzelve en van onze
betrekking tot België; gemeenschap van
taal en cultuur is een bindmiddel, dat
Nederland en België tot beiderzijdsch
welzijn dienen kan!" het ook wel zoo
bedoeld zal hebben, althans tegen deze
exegese van zijn woorden geen bezwaar
zal hebben.
Onder de hierboven geformuleerde
restrictie kunnen wij jhr. Van Tjarda
van Starkenborghs formuleering ook op
dit punt dan gaarne onderschrijven, na
melijk dat „onthouding van inmenging
in Belgische binnenlandsche politiek
voorwaarde voor deze heilzame wer
king is".
Maar daarover zullen we het wel
eens zijn.
van de civiele garde bood met behulp
van jeugdige socialisten en communisten
den opstandelingen tegenstand
Marokko in handen der op
standelingen.
Uit Rabat, (Fransch Marokko): Volgens
uit Melilla ontvangen berichten hebben
drie oorlogschepen, die tegen de op
standelingen uitgezonden waren, met
dezen gemeene zaak gemaakt Een vier
de schip, is voor Larache verschenen. De
opvarenden hebben onderhandelingen
aangeknoopt met de troepen, die zich
van de macht hebben meester gemaakt
In strijd met zekere geruchten wordt
thans gemeld, dat generaal Franco de
leider der opstandelingen in Marokko,
niet gearresteerd is Hij bevindt zich te
Melilla, waar hij Zondag de beweging
leidd. Hij schijnt meester van geheel
Spaansche Marokko en daar de orde te
handhaven. Drie militaire vliegtuigen
hebben kans gezien uit Melilla te ont
snappen tijdens een aanval op het vlieg
kamp,.
Voortdurend komen vluchtelingen
over de grenzen. Generaal Franco zou
steun hebben gekregen van verscheidene
generaals in Spanje zelf, met name van
generaal Quiepo de Llano, commandart
van de tweede divisie te Sevilla.
Gisteravond heeft het radio-station
Ceuta medegedeeld, dat generaal Fran
co een plechtigen intocht in Ceuta za
houden. Hij heeft de bevolking opgeroe
pen, hem een enhousi.aste ontvangst te
bereiden. Verder deelde hij mede: „ter
wijl ik het bevel over het zegevierende
vaderlandsche leger te Tetouan op mij
neem, zend ik aan alle garnizoenen in
Marokko en Spanje mijn geestdriftigen
groet. Spanje is gered, de provinciën
Andalusië,, Valladolid, Burgos, Arragon,
de C,anarische eilanden en de Balearen
hebben zich in geestdrift met ons ver-
eenigd. Slechts Madrid maakt een uit
zondering. Laten wij hun, die door on
wetendheid nog verre van ons staan,
weten, dat hun nog slechts weinig tijd
rest om zich bij ons te voegen, Hebt
vertrouwen; wij marcheeren op, want 't
vaderland eischt het".
Uit betrouwbare bron wordt verno
men, dat een regeeringsvliegtuig gister
boven Tetouan verscheidene bommen
heeft geworpen, waardoor 't paleis van
den hoogen commissaris en andere pun
ten werden getroffen en ongeveer 20
D erevolutïonnaire beweging in Span
je, waarover Zaterdagochtend de eerste
berichten en geruchten werden verspreid
blijkt heel wat omvangrijker te zijn dan
de links-liberale regeering aanvankelijk
wilde laten g'elooven. Een bekend ver
schijnsel overigens. Voor zoover in den
loop vandaag viel na te gaan, is de op
stand in den nacht van Vrijdag op Za
terdag begonnen onder de militairen van
diverse garnizoenen. Dit wijst er op, dat
hij goed voorbereid werd. De opstandig-
de generaals en officieren, die de zaak
leiden zijn meest van rechtschen huize.
Hun verzet gaat tegen de communisti
sche tendenzen, welke de laatste maan
den in Spanje zichtbaar werden,
Het schijnt, dat vooral in Marokko de
beweging veel aanhang heeft gevonden.
Gisteren waren de opstandelingen daar
reeds meester van den toestand. Hoe de
situatie in Spanje zelf is, valt moeilijk te
zeggen. De regeering berichtte vanmor
gen, dat ze de revolutie wel baas kan.
Berichten uit andere bron waren echter
met dat optimisme eenigszins in strijd.
De regeering van vandaag is die van
gisteren trouwens niet meer. Martinez
Barrio, de minister-president heeft gis
terochtend eerst zijn kabinet herzien en
daarna is 's middags een nieuwe premier
opgetreden, de heer Giralt, die de por
tefeuille van marine in het afgetreden
ministerie beheerscht. Een bewijs van
kracht kan men in deze wisselingen
moeilijk ontwaren.
Wij laten hier verder een aantal tele
grammen, in de volgorde, waarin ze
sinds gisteravond binnenkwamen volgen:
Uit Casablanca (N. Afrika): Rei
zigers, die Zaterdag uit Spaansch Ma
rokko kwamen, hebben verklaard, dat
de militaire opstand overal terrein won,
o.a. te Larache en Melilla. Volgens
sommigge geruchten zouden de muiten
de militairen ook het hooge commissa
riaat te Tetoean bezet hebben. Te Me
lilla heeft een gedeelte der bevolking ge
tracht, zich tegen de beweging te ver
zetten, en is een algemeene staking af
gekondigd. Er hebben talrijke gevechten
plaats gehad, waarbij negen personen
gedood en verscheidene gewond zijn
Volgens te Oporto ontvangen berich
ten zou een zekere kolonel Salano zich
te Melilla van het bevel hebben meester
gemaakt. Op verschillende punten der
stad ontstonden schietpartijen. Een aan
de regeering trouw gebleven officier slachoffers werden gemaakt.
Opstandige troepen uit Marok
ko naar Spanje overgestoken.
Uit verschillende berichten van van
nacht blijkt, dat een deel der zegevie
rende opstandige regimenten uit Ma
rokko op oorlogs- en handelsschepen
over de Straat van Gibralar naar Spanje
is overgestoken. Ze moeten verscheidene
steden in Zuid-Spanje hebben bezet.
Vanmorgen werd hieromtrent uit Gi
braltar het volgende gemeld:
De Marokkaansche troepen van het
vreemdelingenlegioen hebben thans de
overhand in alle nabij Gibraltar gelegen
Spaansche steden,, waar de kanonnen
vuren op hardnekkig verzet biedende
communisten en syndicalisten. Te Gi
braltar kan men de schoten duidelijk
hooren. Er zijn talrijke dooden gevallen
en hcyiderden personen, zijn gewond. Bij
na 3000 personen, velen in lompen ge
huld, zijn n,aar Gibraltar gevlucht.
Talrijke inwoners van La Linea zijn
met ernstige verwondingen in het zie
kenhuis te Gibraltar opgenomen. Onder
de slachtoffers van den opstand bevindt
zich ook een Britsch onderdaan. (Gi
braltar is, zooals men weet een Engel-
sche vesting; boven op de hooge rotsen
aan de Zuidkust van Spanje).
De regeering wapent het volk
Gisteravond heeft de Spaansche re
geering de volgende mededeeling draad
loos laten verspreiden: „De partijen, die
het „Volksfront" vormen herhalen hun
aanhalkelijkheid jegens de regeering
De regeering zal voortgaan het volk te
bewapenen. De arbeidersmilities zullen
met de trouwe troepen samenwerken
ter verplettering van den opstand. Een
kolonne mijnwerkers uit Asturië is vlak
bij Madrid en komt de regeeringstroepen
steunen in den strijd tegen de rebellen.
In alle steden moet het volk zich or-
ganiseeren, zonder dralen, opdat de re-
publikeinsche en arbeidersstrijdkrachten
een nauwe offensieve aaneensluiting tot
stand kunnen brengen tegen de opstan
delingen. De noodige wapenen zullen
hun worden verstrekt."
Een paar uur later werd nog de vol
gende mededeeling verspreid: „De on
derwerping der rebellen schrijdt voort.
De opstandelingen te Malaga an Barce
lona hebben zich aan de wettige auto
riteiten overgegeven. Te San Sebastian,
waar opstandelingen zich meester van
de stad hebben trachten té maken, is de
normale toestand hersteld. Geruchten,
dat troepen uit Segovia en Locorno naar
Madrid oprukken zijn absoluut onjuist.
Vele soldaten der opstandige troepen
hebben hun chefs verlaten en zich bij
de wettige overheid aangemeld, ten
einde de wapenen op te nemen voor de
republiek. In Barcelona is de rust vol
ledig hersteld. Het volk moet rustig en
op zijn hoede blijven. De regeering on
derdrukt geleidelijk de haarden van op
stand".
Deze mededeelingen van de regeering
kloppen niet met de berichten der op
standelingen. Dat is echter een normaal
verschijnsel voor een opstand: zoolang
de situatie onzeker blijft zal men nog tal
van tegenstrijdige berichten onder oogen
krijgen. Het is mogelijk, dat de regee
ring kans ziet, de revolutie te bezwe
ren,, aangezien een groot deel der ge
wone soldaten, afkomstig is uit de ar
beidende klasse. Dit deel zal er niet
veel voor voelen, de hoogere officieren
te steunen in hun pogingen, om een
rechtsch bewind voor het huidige in de
plaats te stellen.
De Asturische mijnwerkers in
Madrid aangekomen.
Uit Madrid wordt nader gemeld:
Zesduizend Asturische mijnwerkers,
die zooals de regeering reeds bekend
had gemaakt, op weg waren naar Ma
drid, zijn in de hoofdstad aangekomen
Algeciras door de rebellen be
zet.
Uit Gibraltar seint Reuter: Een ka
nonneerboot der opstandelingen is tus
schen het strand van Algeciras en Le
Linea (vlak bij Gibraltar) dwars voor
anker gaan liggen. Met een salvo van
vijf kanonschoten werd den regeerings
troepen duidelijk gemaakt, dat zij zich
moesten overgeven aan de Marokkaan
sche troepen. Bij het tiende schot wer
den op alle kazernes en openbare ge
bouwen van Algeciras de witte vlag ge
heschen. In de geheele streek ten Noor
den van Gibraltar heeft men zich aan
de rebellen overgegeven.
Abonnementen en Advertentiën voo:
dit blad worden aangenomen door
den Agent P. LIEVEN SE
Middelburg, 20-VII-'36. Zaterdag en
Zondag hoogste lucht temperatuur
22.8 °C (73 °F); laagste 14.7 °C (59 °F).
Heden 9 h: 16 °C; 12 h: 19.2 °C. 3.8 mm
regen. Hoogste barometrstand te dezer
stede, in het afgeloopen etmaal: 760
mm; laagste 757 mm.
Hoogste barometerstand in het Euro-
peesche waarnemingsgebied: 763.6 mm
te Skevreyri; laagste 744.2 mm te Sten-
sele.
Verwachting tot morgenavond!
Matige, tijdelijk wellicht nog krachtige
Z.W. tot N.W. wind, zwaar bewolkt met
opklaringen, waarschijnlijk nog regen
buien, weinig verandering in tempera
tuur.
Zon op: 5 h 03; onder: 21 h 08. Licht
op: 21 h 38. Maan op: 7 h 18; onder: 21
h 36. E.K.: 26 Juli.
Hoog- en
te Vlissingen:
Laagwater
Juli.
Hoogwater.
3.24 15.36
4.00 16.12
4.35 16.45
Laagwater te
Juli.
Hoogwater.
5.17 17.35
5.53 18.11
6.27 18.43
Westkapelle is 28 min. en Domburg
23 min. vroeger; Veere 38 min. later.
(S =r springtij
Ma.
Di.
Wo.
Hoog
Ma.
Di.
Wo.
20
21 S
22
en
20
21 S
22
Laagwater.
9.41 22.13
10.16 22.50
10.49 23.26
Wemeldinge:
Laagwater.
10.47 23.12
11.23 23.47
11.56 24.22
De N.S.B. nn en uit de Statenzaal.
De heer Jan Dekker te Goes, inspec
teur van gewest IX van de Nationaal-
Socialistische Beweging in Nederland,
bericht ons, zulks naar aanleiding
van het entrefiletje van „Een eigen
aardige houding" dat hij en zijn frac
tiegenoot Van Gorssel de zaal verlieten,
niet omdat de heer Hamelink gezegd
had dat de N.S.B.-ers hun leider voor
„een engel",, maar voor „de Lieve
Heer" houden. De heer Dekker vond
dit hoogst ongepast en hij begrijpt niet,
dat de voorzitter dit toeliet.
Tot zoover de heer Jan Dekker. Wij
hebben de verslagen in de onderscheide
ne couranten er eens op nagelezen
een courantenverslag is een samenvat
ting, geen stenogram! en vonden in
een ander blad inderdaad naast de in
ons blad voorkomende ook de thans ge
wraakte uitdrukking. Erkennende, dat
zulks een principieel verschil kan uit
maken, plaatsen wij derhalve 's heeren
Dekkers opmerking. Wij moeten daar
echter aan toevoegen dat onzes be
dunkens in het gebruik van dezen term
in dit zinsverband geen
profanatie ligt, en dat er niets anders
mee gezegd is noch wil zijn,, dunkt ons,
dan dat naar het oordeel van den heer
Hamelinck de N.S.B.-ers ten onrechte
den heer Mussert met een soorT opper
machtig onfeilbaarheidsaureool omge
ven. Profanatie is aantasting van het
Goddelijke, hier werd slechts over den
m e n s c h Mussert gesproken. Dat
is nog geen heiligschennis in Nederland.
Alles kan weer over de brug.
Thans is ook alle rijverkeer, na bijna
4 maanden tusschen den hoek Dwars-
kadeRouaansche kade eenerzijds en
Rotterdamsche kade anderzijds hersteld.
De brug, die de Bateau-port vervangen
heeft is behalve wat afwerken gereed.
Goed geslaagd.
De muziekuitvoering,, welke „Oefe
ning na den Arbeid" Zaterdagavond op
de Markt gaf en die alleen uit mar-
schen bestond,, heeft zeker naast het
tentje, dat zoo duidelijk het werk van
het Comité voor de Middelburgysche
Vacantieschool demonstreerde, krachtig
mede geholpen aan het bevorderen van
den verkoop van de lootjes voor de se-
condenverloting. De verkoopsters en
verkoopers hebben trouwens ook alles
gedaan om dezen dag tot een nieuw
succes voor het mooie doel te doen zijn.
Esperanto.
Zaterdag hield de Esperanto club „la
Sudbevelanda Rondo" te Goes haar
laatste vergadering vóór de zomerva-
cantie, gepresideerd door mej. A. C.
Zellenrath. Zij bracht verslag uit over
de vergadering van 11 Juli in Ket Es
peranto domo te Arnhem waar de be-