LEGER EN VLOOT.
RECHTSZAKEN.
Bij de smokkelaars.
BELGI£.
DUITSCHLAND.
De viering van den 1 Mei-dag.
gebouwd.
RUSLAND.
het vrachtvervoer door
sovjet-russische schepen.
BALKAN.
VEREENIGDE STATEN
AFRIKA.
iJggggggggi^—gi
In donker Marseille III.
Onmaatschappelijke elemen
ten De eeuwige strijd tus-
schen de handhavers der wet
en de overtreders Interes
sante opdracht.
(Van onzen'n-r e d a c t e u r).
Mijn nieuwe Marseillaa,nsche vriend
is wat men bij ons zou noemen een
toffe jongen Met zijn grijze pet een
beetje scheef op het donkere hoofd ziet
hij er vlot uit en hij weet den weg in
donker Marseille als geen ander. Een
beteren leidsman kon ik me moeilijk
wenschen. Hij is van bravoure niet vrij
te pleiten; dat is vermoedelijk de re
den dat hij zoo gul is ingegaan op het
denkbeeld om me den weg te wijzen.
Zijn zwarte oogen kijken guitig onder
de klep van zijn pet vandaan met een
geestige tinteling, die zijn zin voor hu
mor verraadt. En als hij lacht, komt 'n
rij witte tanden te zien, maar hij lacht
zelden uitbundig.
Wij zijn gauw goede vrienden gewor
den. Van zichzelf vertelt hij maar wei
nig. Hij woont ergens op een kamer,
doch is meestentijds op straat en lang
niet eiken nacht slaapt hij thuis. Fa
milie? Och ja, hij moet ergens nog een
broer hebben, maar hij heeft in jaren
niet van hem gehoord. Een vriendin
netje heeft hij. Als hij daarvan vertelt,
komt er een zachte glans in zijn oogen.
Het moet een lief meisje zijn, dat zoo'n
voorname plaats in zijn hart inneemt.
Ze werkt ergens op een atelier, maar
's avonds, als haar dagtaak is geëin
digd, gaat voor haar meestal dat ande
re leven open, dat zoo van de dage-
lijkache sleur verschilt, in het bijzijn
van hem, dien ze aanbidt. Het bloed
der Zuidelijke Franschen stroomt snel
ler en heeter dan het onze en hun lief
de is gepassionneerder.
Met Le Bouru op stap.
In een der cafétjes van het oude Mar
seille hebben we elkaar rendez-vous
gegeven en nu zijn we samen op stap.
Naar de smokkelaars van verboden din
gen, de wetsovertreders, die dagelijks
leven in angs>t voor ontdekking' en
hun duistere practijken dan ook in al
lerlei verborgen hoeken uitoefenen.
Voortdurend wisselen ze van arbeidster
rein, om hun vervolgers op een dwaal
spoor te brengen. Dat lukt hun meestal
ook wonderwel en in den strijd tus-
schen hen en de politie blijven zij voor
het meerendeel overwinnaar. Voor een
misdaad gaan ze niet op zij. Ik geloof,
dat ik het leelijk zou moeten bezuren,
wanneer ik het in mijn hoofd zou ha
len, op dezen tocht mijn makker Le
Bouru te verraden!
Wat drijft deze menschen toch tot
dit misdadige gedrag? Is het zuiver
winstbejag? Ik geloof het niet. Het zijn
wel zeer a-sociale elementen, die van
dit bedrijf hun werk maken. Ze smok
kelen om de smokkelarij, als een soort
sport. Wanneer de handel in al deze
dingen vrij was, zouden ze iets anders
bedenken, o.m hun onmaatschappelijken
zin uit te vieren. Het mag niet, dus
doen we het: zoo zou van velen het de
vies kunnen luiden. Alleen, ze zoeken
uitsluitend de gemakkelijke baantjes en
een handwerk ligt hun heelemaal niet.
Mijn gids is een van hen. Ook hij doet
aan de smokkelarij mee, doch alleen
wanneer men hem gelooven wil
bij tijd en wijle en dan nog meest op
den achtergrond. Een vooraanstaande
plaats neemt hij niet in bij de „gang
sters", doch hij kent hun bedrijf van
haver tot gort. Zijn werkzaamheid zou
men dus het beste met die van „kunst
lievend lid" kunnen omschrijven. Maar
dat neemt niet weg, dat hij me er veel
van kan vertellen en dat hij me straks
met zijn vrienden in aanraking zal
brengen, om van nabij dit interessante
onderdeel van het leven der havenstad
te leeren kennen. Hij is er tegenover
mij niet weinig trotsch op.
Oude en nieuwe trucs.
Zoo gaande weg kom ik al veel van
hem te weten over deze materie, die
me zooveel belang inboezemt. We zijn
inmiddels, na vele donkere straatjes
doorloopen te hebben, die ik voor geen
geld alleen was doorgegaan, in een café
aangekomen, waar we nu moeten wach
ten op de anderen. Achter onze glaas
jes gezeten in een rustig hoekje, vind ik
gelegenheid hem nader uit te hooren
over de dessous van dit bedrijf. Smok
kelaars moeten vindingrijk zijn; telkens
moeten ze nieuwe trucs toepassen, om
dat hun achtervolgers verbazend achter
dochtig zijn en zelfs de zeer gewoon
lijkende handeling, als zij vele malen
herhaald wordt, hun belangstelling zou
opwekken.
Legio zijn dan ook de middeltjes, die
in den loop der jaren zijn toegepast om
de verboden waar te vervoeren. Holle
wandelstokken zijn allang geen mode
meer, evenmin als dubbele schoenzolen-
om v,an kinderwagens met smokkelwaar
in het matrasje maar te zwijgen. Alle
maal vieux jeu, waar de politie lang
reeds mee vertrouwd is. Het kost vaak
ontzettende moeite, om bijvoorbeeld de
cocaïne (om bij een der meest gangbare
producten te blijven) te bestemder
plaatse te krijgen. Geduld hebben tot
zich de geschikte gelegenheid voordoet,
en dan snel handelen, zoo moet het
meestal gebeuren.
Onlangs hebben we een mooi geval
gehad, zoo vertelt mijn overbuur. Het
is alweer oud, dus kan ik het veilig
vertellen. Er moest een partijtje van het
witte poeder gebracht worden van een
huis, waar het gevaar1 liep ontdekt te
worden, naar een andere bewaarplaats.
We wisten, dat de politie op de loer
lag, omdat ze vermoeden had v,an de
aanwezigheid der verboden waar. Toen
hebben we een verhuiswagen genomen
en die vol geladen met den inhoud van
het huis. Een van ons nam echter de
cocaïne mee, gewoon in zijn zak, en
terwijl de politie druk bezig was de
tapissière (te onderzoeken, kwam de
smokkelwaar veilig waar we haar wil
den hebben!
Le Révérend,
Onder het praten zijn er inmiddels
eenige mannen in het café gekomen.
Wat later komt er een met een stem
mig uiterlijk zich bij hen voegen.
Dat is Le Révérend, de baas van
den troep, fluistert mijn vriend me in.
Deze man heeft een houding van hei
ligheid aangenomen, die hem des te ge
vaarlijker maakt. De anderen behande
len hem met zekeren eerbied, dien hij
als geheel natuurlijk aanvaardt. Mijn ta
felbuur krijgt een wenk om naderbij te
komen en hij geeft daaraan onmiddellijk
gevolg. Ik merk, dat ze over mij spre
ken. Le Révérend kijkt me eens aan en
na nog wat heen en weer gepraat komt
mijn vriend terug.
Het is goed, zegt hij; ik heb gezegd
dat ik voor u insta en er is wat te
doen.
Wat d,at „quelqu' chos' a faire" is,
zal ik spoedig genoeg bemerken, wan
neer ik in den kring word opgenomen.
De leider staat beleefd op, om mij te
begroeten. In zijn uiterlijk handhaaft hij
de grootst mogelijke correctheid. Ik
zeg mijn naam en allen mompelen wat
om de beurt terug. De zelfverzekerdheid
van Le Révérend imponeert ook mij en
ik kan me best voorstellen, dat hij al
deze mannen, die om dit tafeltje zijn
vereenigd, om zijn vinger kan winden.
Hij deelt de bevelen uit en de anderen
knikken toestemmend. Ik geloof overi
gens, dat ze het niet zouden moeten
wagen, neen te zeggen. In de oogen van
den spreker schittert een staalharde
glans en zoo dicht bij heeft hij veel
v,an zijn heiligheid verloren. Dat is 'n
man, die zijn wil weet door te zetten,
ondanks het zachte uiterlijk zijner ma
nieren.
Er moet een opdracht worden uitge
voerd. Een hoeveelheid cocaïne is zoo
juist aangekomen en nu moet zij zoo
vlug mogelijk worden weggebracht. Een
klant is er al voor, maar nu moet het
hem worden afgeleverd. Ik vraag mij
af, waarom ze dat dien klant niet zelf
laten opknappen, doch d,at is eigenlijk
ook wel duidelijk: hij mag niet met de
leverancier in aanraking komen, want
anders zou in het vervolg de bemidde
ling van de bende heelemaal niet meer
noodig zijn.
Wie moet het doen? Ik wil wel graag
mee en beloof, dat ik mijn uiterste best
zal doen, de onderneming te doen sla
gen. Goed, Le Bouru moet het dan maar
doen en hij mag mij meenemen. Ik ver
denk ze er sterk van, dat ik ,als onbe
kende vreemdeling de vlag ben, dié de
lading zal moeten dekken, doch dat
hindert niet. Zoo zullen dus Le Bouru
en ik vanavond nog het witte poeder
te bestemder plaatse hebben te bezor
gen, een gevaarlijk werkje, maar het
lokt me wel aan,. Afzonderlijk verlaten
we ieder het café, nadat we hebben af
gesproken elkaar over, een uurtje op
de Place Vinaux in het hartje van het
oude Marseille weer te zien.
BELANGRIJKE WIJZIGINGEN IN
DEN OEFENTIJD EN DE BEVORDE
RING DER DIENSTPLICHTIGEN.
Naar de „Zwolsche Courant" ver
neemt,' ligt het in het voornemen van
den minister van defensie, een belang
rijke wijziging te brengen in de eersten
oefeningstijd en de bevordering van de
dienstplichtigen, bestemd voor de op
leiding tot reserve-officier der infante
rie en voor het dienstvak der militaire
administratie.
Tot dusverre werd de adspirant-reser-
ve-officier aan het eind van den cur
sus aan de S.R.O.I. te Kampen, nadat
aan het examen voor die r.ang was vol
daan, als vaandrig bij de regimenten in
fanterie geplaatst, waar in dien rang
de eerste oefeningstijd werd voltooid,
terwijl de benoeming tot reserve-twee
de-luitenant in het daarop volgend jaar
kon worden tegemoet gezien. Te be
ginnen met de dienstplichtigen, welke
op 20 April jl. onder de wapenen zijn
gekomen, zal van deze regeling worden
afgeweken, waardoor de adspirant niet
meer in den rang van vaandrig zijn
eersten oefeningstijd zal voltooien doch
in den rang van dienstplichtig-sergeant
bij de corpsen hunner verdere practische
opleiding. Zij zulen daarop worden ge
detacheerd/, tot de eerste oefening is
volbracht. De bevordering tot vaandrig
zou dan volgen op 1 Januari van het
daarop volgende kalenderjaar. In dat
jaar en in het daarop volgend jaar zul
len de adspiranten telkens nog twin
tig dagen van het daarop volgend jaar
worden benoemd tot reserve-officier.
Tengevolge van deze regeling zullen
zij, die op 20 April jl. onder de wapenen
kwamen, eerst op 1 Januari 1940 voor
de benoeming tot reserve-officier, to^
reserve tweede luitenant in aanmerking
komen.
SPIONNEN GEARRESTEERD.
Te Cormesse nabij Verv.ers zijn twee
personen gearresteerd verdacht van
spionnage ten gunste van Duitschland
De „Dernière Heure" verklaart, dat hier
sprake is van twee werklieden, die
werkten aan het fort Tancremont. Zij
zouden inlichtingen hebben verstrekt
aan een centrale, welke zetelt te Her
bestal. nabij de Duitsche grens.
Duitschland.
Politieke vermoeidheid bij de
arbeiders.
De Berlijnsche correspodent v,an de
„Prager Presse" schrijft aan zijn blad
over de viering van den a.s. eersten Mei
in Duitschland het volgendqj
Dit jaar zal op den „feestdag van den
nation.alen arbeid", den eersten Mei,
geen „Staatsakt" op het Temperhofer
Field te Berlijn plaats hebben, In de
Lustgarten zal wel een feestelijkheid in
verkleinden omvang gehouden worden,
maar niet meer met dezelfde groote
menschenmenigten van vorige jaren. Het
arbeidsfront z/al in de afzonderlijke dis
tricten betoogingen organiseeren en den
bedrijven aanbevelen gemeenschaps
avonden en appèls te houden. De eerste
Mei is dit jaar volkomen van politiek
ontdaan; hij zal als volksfeest onder de
leuze: „verheugt u over het leven" ge
vierd worden. Het sluitingsuur voor
c,afé's en restaurants is op grond daar
van voor dezen dag opgeheven. De
Mei-oproep van dr. Ley, die het vorige
jaar nog vol sociale eischen stond en
uitvoerig de loonkwestie had behandeld
is dit jaar opvallend kort en bevat
slechts enkele .algemeene constateerin
gen. Het afzeggen van de groote JHei-
feestelijkheid op het Tempelhofer Feld
ligt in dezelfde lijn als het uitstel van
de verkiezingen voor de vertrouwens-
raden met 1 jaar. De leidende partij-
kringen kunnen vermoedelijk vooral bij
de arbeiders een zekere politieke ver
moeidheid constateeren en zij houden
ook rekening met de omstandigheid,
dat reeds in het afgeloopen jaar een
deel der arbeiders slechts met moeite
en met beloften van materieele conces
sies te bewegen was deel te nemen aan
de demonstratie. Men is van opvatting
dat het publiek door dé militaire para
des, die ter gelegenheid van den Hel-
dengedenktag en van Hitler's .verjaar
dag gehouden zijn, reeds voldoende in
beslag is genomen en dat een slecht
functionneerenae Mei-optocht den in
druk, die de beide militaire schouwspe
len hebben nagelaten, achteraf slechts
zou kunnen verzwakken.
Beslissend voor het héhterwege blij
ven van den „Staatsakt" is zeker ook
de verslechting, die in de sociale po
sitie van de werknemers is ingetreden,
in de metaal-industrie zijn thans korte
lings loonsverlagingen LngevoSerd. Tal
rijke bedrijven, zooals „Rheinmetall
Düsséldorf, Borsig etc. zijn overgegaan
tot indeeling van den werkdag in vier
ploegen van zes uur, waarmede welis
waar nieuwe arbeiders konden worden
aangesteld, maar die tegelijkertijd ge
paard gingen met loonsverlagingen.
Bovendien krijgen de nieuw aangestel
de arbeiders in de metaalindustrie niet
meer het volle tariefloon uitgekeerd
maar 10 pet, minder dan hun vroeger
in dienst genomen collega's. Dit heeft
ook betrekking op de in hooge mate
geschoolde en gespecialiseerde arbeids
krachten. De zware industrie zou, nu
deze loonsverlagingen zijn toegepast,
thans misschien meer neiging vertoonen
haar toestemming te geven tot een ver
mogensheffing, waartoe reeds eenigen
tijd voornemens bestaan.
NIEUW LUCHTSCHIP WORDT
Naar verluidt zal een nieuwe Zeppe
lin, de LZ 131 worden gebouwd, terwijl
de LZ 130 juist op stapel is gezet. Wan
neer deze beide luchtschepen gereed
zullen zijn, zal Duitschland over vier
luchtschepen beschikken.
Belgie.
EEN BEETJE AMNESTIE.
Rijkskanselier Hitier heeft een wel
betreffende amnestiebepalingen onder
teekend. Volgens deze wet wordt am
nestie verleend:
le. In de gevallen, waarin de dader
zich heeft laten verleiden door te groo-
ten ijver in den strijd voor het na-
tionaal-socialisme.
Uitgesloten zijn de opzettelijke han
delingen, die den dood van een mensch
hebben veroorzaakt of waaruit een min
derwaardige geest spreekt.
2e. Voor politieke criticasters, met
eenige uitzonderingen.
3e. Voor de zoogenaamde kleine over
tredingen.
In de laatste anderhalf jaar is het
vrachtvervoer door Sovjet-Russische
schepen van en naar het buitenland
aanzienlijk toegenomen, meldt een be
richt uit Moskou. Verleden jaar hebben
115 Sovjet-Russische schepen 625.000
ton lading vervoerd. In de eerste drie
maanden van dit jaar hebben 67 sche
pen 350.000 ton vrachtgoederen van en
naar het buitenland overgebracht.
DE MILITAIRE OPVOEDING DER
jeugd.
De „Daily Telegraph" meldt uit Mos
kou, dat daar nieuwe beschikkingen zijn
uitgevaardigd door de communistische
jeugd-federatie, welke meer dan twee
millioen leden telt.
Bepaald wordt, dat de leden der
jeugdgroepen in minstens een onderdeel
der militaire wetenschap gespecialiseerd
moeten zijn. Zij zullen voortdurend hun
kennis van de belangstelling voor mi
litaire kwesties aan de volksmassa moe
ten meedeelen.
De jeugd moet zoodanig worden opge
voed, dat zij direct gevolg kan geven
aan den oproep de vijanden van het
socialistische vaderland te bestrijden.
VIJF KINDEREN BIJ ONTPLOFFING
VAN GRANAAT GEDOOD.
Bij Dubrownik in Zuid-Slavië zijn vijf
kinderen gedood tengevolge van de ont
ploffing van een uit den wereldoorlog
aikomstige granaat.
ROCKEFELLER HEEFT ZIJN EIGEN
KRANT.
Zonder opwindende berichten
De 97-jarige oliemagnaat, John D.
Rockefeller, leest sedert jaren de „New
York Times" doch de laatste jaren
krijgt hij een speciale editie in de bus.
De artsen hebben Rockefeller nl. ver
boden zich op te winden en nu heeft
men den secretaris, die John D. iederen
avond de krant voorleest, opgedragen,
die berichten over te slaan welke op
John D 's gemoed zouden kunnen wer
ken. Dit heeft John D. echter bemerkt,
en om nu toch aan de eischen van de
geneesheeren te voldoen, drukt men
yoor hem een speciaal blad, waaruit al
le opwindende lectuur is geschrapt!
Een Moor, die 140 jaar oud zou zijn
geworden. De „Times" meldt uit Ca
sablanca, dat daar dezer dagen een
Moor is overleden, die er aanspraak op
maakte 140 jaar oud te zijn geworden.
De man schijnt de laatste 30 jaar niet
uit zijn huis te zijn geweest, waar hij
zeer veel tijd met bidden zou hebben
doorgebracht.
De man heeft zijn drie zoons, over
leefd, hoewel die toch ook om en nabij
de honderd jaar zijn geworden.
OPLICHTING OF VERGISSING?
Zooals reeds in het kort gemeld,
stond gisteren voor de Middelburgsche
rechtbank terecht: A. B„ 57 jaar, land
bouwer te Kruiningen, die op 3 Jan.
jl, aan Bruinooge en Meijaard te We-
melainge 86 hoopen wijnpeeën, staande
op zijn land, verkocht, zeggende, dat
deze 20,000 a 24,000 kg zouden wegen.
Hij kréég ér f 205 voor. Later bl'eek,
dat er nog geen 18000 kg was.
Verdachte verklaarde, dat hij werke
lijk in de meening had verkeerd, dat
het opgegeven gewicht zou kloppen. Ge
tuige Meijaard deelde o.a. mede, dat hij
niet slecht had geboerd, om d/at de prij
zen na den aankoop waren opgeloopen.
De officier oordeelde, dat verd. op
ergerlijke wijze heeft geknoeid en
eischte 2 maanden gevangenisstraf.
De verdediger mr. Kegge uit Goes,
vond de zaak zwak. Verdachte deed 'n
schatting. Niemand had op het oog een
nauwkeurig gewicht kunnen opgeven.
De peeën zijn eigenlijk bij de hoop ver
kocht. De waarheid niet wetende, kon
verdachte ook niet liegen.
Pleiter was verder van meening, dat
de onderhavige zaak bij de civiele ka
mer thuis hoort, omdat een dergelijke
procedure echter duur is, zijn de klagers
naar den strafrechter geloopen, die de
zaak voor niets mag opknappen. Pleiter
oordeelde, dat vrijspraak moet volgen.
BRANDSTICHTING,
Zooals ook reeds gemeld, stond ver
volgens terecht J. S„ 29 jaar, kapper te
Oosterland, die op 21 Mei jl. een win
kelpand van P. Hage, op verzoek van
laatstgenoemde in brand zou hebben
gestoken. LI. had hem f 200 beloofd.
De officier eischte 1 jaar.
De fwtnkelier, die zich eveneens te
verantwoorden had, ontkende.
De officier zeide echter van verdach-
te's schuld overtuigd te zijn. De win
kel brandde geheel uit. Er ontstond ge
vaar voor de belendende perceelen. Ver
dachte zou niet gunstig bekend staan
en was zeer „bedachtzaam" in zijn ant
woorden bij het verhoor. Spr. eischte
1XA jaar gevangenisstraf.
De verdediger, mr. M. H. Hartog uit
Bergen op Zoom, zeide niet aan den
schuld van verd.achte te kunnen geloo
ven. Het lijkt toch wel buitengewoon
onwaarschijnlijk, dat verdachte een
splinternieuwe woning zou laten in brand
steken, waarbij nog komt dat het in
hooge mate onwaarschijnlijk is dat ver
dachte voordeel van den brand had of
zou kunnen hebben. De brandstichter
S. heeft geen werk en kent twaalf am
bachten en 13 ongelukken. Hij was
zeer afgunstig op verdachte en zijn ja-
loerschbeid dat deze met zijn gezin
naar een nieuwe woning zou gaan, ken
de geen grenzen. Bovendien is S. zeer
slim. Verd.ach'te daarentegen is een
eenigszins gesloten en zonderling iemand
die niet veel zegt. Het buitengewone
diepe berouw van S. beschouwt verde
diger als het berouw van den misdadi
ger die zich ontdekt ziet. Zijn moeder
hoorde hem 's nachts huilen maar dat
was volgens Verdédiger niet van berouw
maar v,an angst, omdat hij in zijn ver
beelding de poorten van de gevangenis
voor zich zag geopend. Verdachte H. is
hier in een buitengewoon nadeelige po
sitie. Ware het mogelijk dan zou hij
hier onder eede het tegenovergestelde
bevestigen van wat S. beweert. Hecht
geen waarde aan de verklaringen van
S. riep verdediger uit, want hij heeft
omdat hij de hoofdschuldige is, een
groot belang bij deze zaak. De gansche
assurantie liep over f 12000. De officier
heeft verdachte het verwijt gemaakt dat
hij bij den rechtercommissaris zijn ver
klaringen niet wilde teekenen, doch
deze heeft in deze zaak zooveel onder
vonden, dat hij niemand meer vertrouw
de. Ongunstige inlichtingen zijn er over
verdachte niet, alleen noemt men hein
een onaangenaam, gesloten mensch
doch hij is zich in deze zaak van begin
tot einde gelijk gebleven. Het is onaan
nemelijk dat hij, hetgeen hem ten laste
wordt gelegd gedaan zou hebben, een
voudig omdat hij er geen voordeel bij
had.
Het eenige bewijs in deze zaak is,
de verklaring van S., die onbetrouw
baar is, en verdachte zal dan ook moe
ten worden vrijgesproken van hetgeen
hem ten laste is gelegd.
Een verzoek om invrijheidstelling van
H„ wees de rechtbank af.
FIETSEN-DIEF.
A W„ 30 jaar, fabrieksarbeider te
Middelburg, werd ten laste gelegd, dat
hij te Middelburg heeft weggenomen:
le op of omstreeks 19 Februari 1935
een rijwiel toebehoorende aan J. A.
T,avenier;
2e op of omstreeks 5 Maart 1936 een
rijwiel, toebehoorende aan J. W, Bie-
rens;
3e op of omstreeks 11 Maart 1936
een rijwiel toebehoorende aan Marinus
Ton.
Eisch 8 maanden gevangenisstraf. De
verdediger mr. A. J. v. d>. Weel bepleit
te clementie,
HET DOODELIJK AUTO-ONGELUK
ONDER NIEUWLAND.
Tenslotte stond nog terecht A. S. de
V„ 23 jaar, chauffeur te Middelburg,
die in den nacht v.an 12 op 13 Februari
jl. met zijn auto op den Nieuwlandschen
weg in de richting Goes kwam gere
den. Het was zeer mistig en de weg
was glad. Tevoren was hij, nog door zijn
patroon gewaarschuwd om voorzichtig
te rijden. Niettegenstaande een en .an
der, reed hij met een vaart van onge
veer 70 km per uur, een snélheid die
volgens de tenlastelegging der dagvaar
ding, gelet op den toestand van het
weer en den weg, te groot was. Plotse
ling is verdachte in een dichte mist
bank gekomen, w,aar door hij het zicht
op den weg kwijt raakte, van den weg
is afgeraakt en niet onmiddellijk kun
nende stoppen, met zijn auto tegen een
boom opgevlogen. Een der inzittenden
van zijn auto, zekere L., is tengevolge
van die botsing zoodanig verwond ge
worden aan hoofd en lich,aam dat hij
nog dienzelfden dag na in het zieken
huis te zijn overgebracht, aldaar is
overleden. De V. had zich wegens zijn
grovelijk roekeloos en onvoorzichtig
rijden hetgeen den dood van een ander
tengevolge had gehad, te verantwoor
den.
b Verdachte was verschenen en werd
rechtskundig bijgestaan door mr. A. J.
van der Weel, advocaat te Middelburg.
Getuige Verheule, taxiondernemer te
Middelburg, zegde dat het slachtoffer
in den bewusten nacht te ongeveer 12
uur aan zijn woning is gekomen met
het verzoek hem per auto naar Ant
werpen te brengen. Hij heeft daartoe
opdracht gegeven aan verdachte en
hem aangemaand Voorzichtig te zijn
met het oog op de weergesteldheid en
de gladheid van den weg. Bij zijn komst
op de plaats van de aanrijding was het
dik van de mist.
Verdachte ondervraagd, zeide reeds
van zijn 18e jaar af te chauffeeren en
nog nooit een ongeluk te hebben gehad.
Hij was onverwachts in een mistbank
ger.aakt; het slachtoffer heeft hem tij
dens den rit niet tot spoed aange
maand.
De getuige Scheijbeler, chauffeur en
inzittende van de auto, als get. gehoord
zeide, door het ongeval enkele dingen
te zijn vergeten, doch het was erg mis
tig op den weg; hij kon zich niet oriën-
teeren.
De officier van justitie voerde in zijn
requisitoir o.a. aan, d.at het een dolzin
nig plan was om 's nachts om 1 uur
naar Antwerpen te rijden. Spr. eischt
één maand hechtenis voorwaardelijk.
De verdediger zag in den verdachte,
die een fatsoenlijk stille en terugge
trokken jongen is. een slachtoffer van
de omstandigheden. De onderneming
waarbij hier een slachtoffer valt te be
treuren, was op zichzelf rampzalig. Als
chauffeur had hij niets te zeggen en had
eenvoudig, ook na een drukken d.ag, de
opdracht van zijn patroon uit te voeren.
De mededeeling van den patroon dat
hij geen verantwoordelijkheid wilde
dragen, doch desniettegenstaande in dit
geval zijn m.ateriaal en chauffeur tér be
schikking stelde, kan hem nog moreel
noch juridisch van zijn verantwoorde-