RECHTSZAKEN. IN&EZUNDEN STUKKEN. BURGERLIJKE STAND. MARKTBERICHTEN. De pensioenquaestie Imperial-Zegam. 1IEIII. Dinsdag 24 Maart hebben wij melding gemaakt van het door den wnd. kanton rechter mr. F. B. Evers gewezen schrif telijk vonnis in de zaak betreffende de eischen van 50 oud-beambten en amb tenaren van de gasfabriek te Vlissingen inzake recht op ouderdoms- en wedu wen pensioen, nu de gasfabriek is over gegaan van the Imperia! Gas Assocation naar de N.V. Z E.G.A.M. Op 13 Januari hadden mr. Walter F. C. Baas te Rotterdam en mr. J. J van de Velde uit Amsterdam gepleit voor de eischers en mr. J. Offerhaus uit Rot terdam voor de Imperial. De zaak had betrekking zoowel op 't eigen ouderdomspensioen der werklie den als op hun weduwenpensioen. Wij beschikken thans over afschriften der betrokken vonnissen en, in verband met de belangstelling welke deze zaak van verschillende kanten ondervond, meenen wij goed te doen daaraan een en ander te ontleenen hetwelk misschien tot een rechte beoordeeling dezer aan gelegenheid kan bijdragen I Ouderdomspensioen. De eischer in quaestie wie doet er niet toe, want alles is gelijkluidend is een aantal jaren in dienst geweest van de Imperial, welke krachtens een haar door de gemeente Vlissingen verleende concessie, deze gemeente en omliggen de dorpen van gas heeft voorzien. Toen tegen het einde der concessie de onderhandelingen over een ver nieuwing daarvan vruchteloos gebleven waren, heeft de Imperial de fabriek ver kocht aan haar opvolger en aan haar personeel ontslag aangezegd tegen 1 November 1934. Eischer (en het overige fabriekspersonecl tezamen 50 man) ver wijt de Imperial, dat zij zich bij dit ont slag heeft schuldig gemaakt aan wan- preastatie, althans aan een onrechtma tige daad, vermits zij heeft geweigerd met hem „een faire, billijke regeling" te treffen inzake zijn aanspraken op ouder domspensioen. De kantonrechter was onbevoegd tot behandeling der vordering' wegens on rechtmatige daad, doch hij was wel be voegd te oordeelen over de vordering wegens wanpreastatie, omdat deze vor dering berust op de klacht, dat gedaag de uit de arbeidsovereenkomst voort vloeiende verplichtingen niet is nage komen en dit geding derhalve betrekke lijk is tot een arbeidsovereenkomst. Partijen verschillen in de eerste plaats over het antwoord op de vraag, of het personeel in dienst van de Imperial pensioengerechtigd was, Laatstgenoemde heeft dit ontkend, stel lende dat zij nimmer aan haar personeel recht op ouderdomspensioen heeft toegekend en het personeel ook steeds heeft geweten, d,at het dit recht niet bezat. Overeenkomstig de door haar directie aan haar verte genwoordiger te Vlissingen gegeven voorschriften heeft laatstgenoemde in elk voorkomend geval de betrokken per soon voor pensioen voorgedragen. Werd dit verleend, dan geschiedde dit a 1 s gunst („to the pleasure of the Board"), niet als recht. Het verleende pensioen bleef ook ten allen tijde vatbaar voor vermindering of alge- heele intrekking. Wel heeft de Imperial erkend, dat zij in alle daarvoor volgens de door haar vastgestelde pensioenrege ling in aanmerking komende gevallen ouderdomspensioen heeft verleend, dat zij nimmer een verleend pensioen heeft ingetrokken, doch alleen, deels in 1933, deels in 1934, een vermindering op de toegekende bedragen heeft toegepast, waarmede het personeel zich heeft ver eenigd. Voorts is den kantonrechter gebleken, zoowel uit een mededeeling van eischers raadsman ak uit een door de Imperial overgelegde dankbetuiging van het be stuur eener v.akvereeniging, dat de Im perial voor de belangen van haar per soneel goed placht te zor gen. Op grond van een en ander neemt de kantonrechter dan aan, dat gedaagde te goeder trouw in de meening heeft verkeerd te kunnen volstaan met vol gens haar inzichten, omtrent de moraal en 't fatsoen voor haar werklieden op hun ouden dag te zorgen en dat zij dit beschouwde als een gunst, een zedelijke verplichting, doch niet als een rechts plicht. De kantonrechter is evenwel van oordeel, dat in een beschermd gasbe drijf, tot de arbeidsovereenkomsten, a is daarbij niets overeengekomen of toe gezegd aangaande ouderdomspensioen, nochtans naar hunnen aard volgens de billijkheid en het gebruik behoort de rechtsplicht om ,aan zijn personeel na volbrachten arbeid door middel van pensioen levensonderhoud voor den ouden dag te verzekeren, De billijkheid en het gebruik berusten daarbij op den bevoorrechten toestan c waarin een bedrijf verkeert, hetwelk voorziet in de dagelijks alom gevoelde bfehoefte aan gas en welks omzet en prijzen tegen den nadeeligen invloec der mededinging worden beschermc door de v,an gemeentewege verleende concessie. Dergelijke met overheidsbe drijven gelijk te stellen ondernemingen zijn uit dien hoofde verplicht, gelijk ook het gebruik medebrengt, zich de belan gen harer werklieden op hun ouden dag aan te trekken. De kantonrechter erkent derhalve, dat naast de natuurlijk e [hier: de ze el ij k e Red.] verbintenis, waar door de Imperial zich tot pensioenver- 'eening gedrongen gevoelde, bestond de rechtens afdwingbare burgerrech- e 1 ij k e verbintenis, waarop eischer zich thans beroept, nu hij meent dat zijn belang dit vordert. Voor ouderdomspensioen kwamen bij de Imperial in aanmerking werklieden die onafgebroken 25 jaren in haar dienst waren geweest en tevens den 60-jarigen leeftijd hadden bereikt; het wekelijksch pensioenbedrag werd berekend door 'n vijftigste gedeelte van het gemiddeld weekloon over de laatste 5 jaren te ver menigvuldigen met het aantal dienstja ren. Heeft gedaagde zich nu aan wan preastatie tegenover haar op 1 Novem ber 1934 ontslagen personeel schuldig gemaakt door, ondanks herhaalden aan drang, te weigeren „een faire, billijke regeling" te treffen aangaande deszelfs pensioenaanspraken De eischer stelt, zulks van oordeel te zijn en vordert derhalve schadevergoe ding. Hij stelt voorop, dat hij de vereischte 25 dienst- en 60 levensjaren nog niet heeft bereikt, doch beroept zich voor de rechtmatigheid zijner vordering op het rechtsbelang, hetwelk hij reeds vóór de vervulling dezer opschortende voor waarde bij het toekomstig pensioen had; hij omschrijft dit rechtsbelang als een groeiend, een wordend recht, het welk iederen dag aan inhoud wint en aan belangrijkheid toeneemt, totdat het zijn volheid heeft bereikt op het oogen- blik van het in vervulling gaan der voorwaarde. De kantonrechter zet ech ter in het vonnis uitvoerig uiteen hoe z.i. deze theorie van het groeiend recht in strijd is met de beteekenis eener op schortende voorwaarde. Eischer had, volgens den kantonrechter geen recht doch slechts een met de jaren toene mende kans op het verwerven daar van. Derhalve was gedaagde ook niet verplicht schadevergoeding aan te bie den. De inhoud der toekomstige verbin tenis stond weliswaar vast, doch het ontstaan der verbintenis zelve was afhankelijk gesteld van de vervui ling der opschortende voorwaarden. Voor een tweede en derde vordering beroept eischer zich op artikel 1296 van het .Burgerlijk Wetboek. Dit beroep ech ter acht de kantonrechter ongegrond. De Imperial nu heeft niet eigenmachtig doch om een volkomen te billijken re den gebruik gemaakt van het haar oij de wet toegekende recht om haar voor onbepaalder. tijd aangenomen personeel met inachtneming van den opzeggings termijn, den dienst op te zeggen. Tenge volge van het eindigen der concessie bezat zij geen bedrijf meer. Zij bezat nog slechts een gasfabriek, die niet meer mocht werken. Het ontslag was derhal ve een door de omstandigheden geboden maatregel. Eischer meent voorts aanspraak op hadevergoeding te hebben omdat het rechtskarakter van pensioen is uitge steld, tijdens de dienstbetrekking ver diend loon, welk loon, ontving hij niets, door de Imperial ten eigeh behoeve zou worden achtergehouden. Inderdaad wordt door vele schrijvers en ook in de rechtsspraak aangenomen, dat het rechtskarakter van opeischbaar pensioen is uitgesteld loon. Door de op merking, dat pensioen uitgesteld loon :s, wordt naar 's kantonrechters oordeel echter geen nieuw gezichtspunt ge- °PBovendien komt het verwijt, dat de Imperial verdiend loon achterhoudt, niet juist voor. Eischer, noch een der andere eischers, kan verklaren, dat dit uitge steld loon hem zou zijn ten deel geval len, omdat geen hunner de geringste ze kerheid heeft, dat hij den 60-jarigen leeftijd zal bereiken. Aan den anderen kant is de Imperial bij de opheffing van haar bedrijf niet opgehouden met haar pensioenuitkeeringen. De werklieden die bij de opheffing m het genot van ouderdomspensioen wa ren, ontvangen dit tot hun dood toe. De ouderdoms- en weezenpensioenen tezamen bedroegen in 1934 de som van 16.353. Hoewel gedaagde geen in komsten uit haar bedrijf meer ontvangt, zal zij nog jaren lang groote som men aan pensioenen moeten uitkee- ren. Niemand kan dus zeggen, dat zij „verdiend loon" zal achterhouden. Dat gedaagde reserves heeft gevormd voor de nakoming harer pensioens-ver- plichtingen, doet niet ter zake. Ten slotte heeft eischer een dringend beroep gedaan op 's kantonrechters ge voel voor billijkheid en recht. Hij stelt, dat, wanneer een ondernemer, na ge durende j,aren voorspoedig zaken te heb ben gedaan, op zekeren dag daarmede eindigt en zijn geheele personeel ont slaat, hij naar algemeene normcüi van rechtvaardigheid en ook naar positief recht verplicht is aan het personeel, het welk den pensioengerechtigden leeftijd nog niet heeft bereikt, een schadeloos stelling aan te bieden. De Imperial heeft, zoo gaat eischer voort, bij de opheffing harer bedrijven te Amsterdam en Haar lem deze verplichting erkend, door haar ontslagen personeel schadeloos te stel len en zij is volgens eischer verplicht te genover haar personeel te Vlissingen 1 dezelfde gedragslijn te volgen. De kantonrechter is met den eischer van oordeel, dat in het algemeen in het door hem gestelde geval de billijkheid en het gebruik eischen, dat de onderne mer zich op eenigerlei wijze het lot van zijn ontslagen personeel aantrekt. Der halve ware na te gaan, of er voor de Imperial redenen bestonden om af te wijken van dezen algemeenen regel. Reeds eerder wees de Imperial er op, dat zij het bedrijf in 1880 van de ge meente Vlissingen overnam en dat Vlis singen toen evenmin een verplichting tot pensionneering van het uit haar dienst in dien van de Imperial overgaande per soneel heeft aanvaard; er bestaat der halve geen reden waarom de ZEGAM voordeel zou genieten, door deze lasten niet te dragen." Eischer, die zich volmaakt op de hoog te heeft getoond van al hetgeen in het Vlissingsch gasbedrijf is voorgevallen, aldus de kantonrechter, heeft dit gestel de niet tegengesproken, doch aange voerd: „dat de regeling tusschen den nieuwen ondernemer en het personeel aldus is te verstaan, dat de nieuwe on dernemer slechts ten deele voor de pen sioensaanspraken van het personeel zal opkomen en dit nog alleen voor het ge val de procedures van eischer en zijn collega's niet tot een pensioenuitkeering ten laste van gedaagde mocht leiden." Uit deze gedachtenwisseling blijkt, dat de Imperial van den algemeenen re gel is afgeweken, omdat zij zich niet verplicht gevoelde tweemaal in 1880 en in 193 4, de zorg voor het ontslagen personeel op zich te nemen, en dat de ZEGAM die zorg', zij het ook ge deeltelijk en voorwaardelijk heeft aan vaard. Voorts is in den loop van het geding gebleken, dat de gemeente Vlissingen aandeel heeft in de ZEGAM, zoodat zij haar deelgenooten had behooren in te lichten omtrent het door haar ingevoer de, van de gewone normen afwijkend, gebruik. Onder deze omstandigheden acht de kantonrechter de houding van de Impe rial wel te billijken. De door eischer ge stelde feiten wettigen de d,aarop ge gronde vordering niet, weshalve hij in zijn vordering niet ontvankelijk be- ïoort te worden verklaard. II Weduwenpensioen- De overwegingen welke den kanton rechter er toe hebben geleid ook inzake het weduwenpensioen den eischer on ontvankelijk te verklaren in zijn vorde ring wegens wanprestatie zijn mutatis mutandis, volkomen gelijkluidend aan die inzake het onderdomspensioen, waarvan wij hierboven een samenvat ting hebben gegeven. CHRISTELIJKE VOETBAL, (n.s.) Van een vriend mocht ik het nummer van Uw blad van jl. Donderdag ontvangen, waarin de secr.. der Z.V.B. een artikeltje schrijft over versnippering der voetbalsport, omdat de Chr. Ned Voetbalbond tracht, zoals ze dat in alle delen van het land heeft, ook op Wal cheren vaste voet te krijgen. Zij die naar de eis van hun beginsels een eigen christelijke organisatie in het leven roepen of uitbreiden, worden dan dat zijn we reeds gewoon als scheur makers betiteld. De Z.V.B.., die naast de Zondag- sport. ook nog een Zaterdagcompeti tie organiseert, om aan die verenigingen, welke principieel tegen de Zondag- sport zijn tegemoet te komen, is van mening dat, wanneer de C.N.V.B. ver enigingen tracht te winnen zij buiten haar beginsel gaat; want zo schrijft in zender, ze drijven eén groot percentage noodgedwongen naar de op Zondag spe lende verenigingen. Ik geloof echter niet, dat zij, die tegen de Zondagsport zijn, direct overlopen naar op Zondag spelende verenigingen omdat zij volgens inzender noodde- d w o n g e n zijn dit te döen. Hierin is gelukkig weer voorzien, toen in 1934 de C.N.V.B. haar intrede deed. Dat er behoefte aan de C.N.V.B. bestond, bleek duidelijk op Z.-Beveland. Deze verenigingen wisten reeds, mis schien omdat ze er voorheen lid van waren, dat er op Zaterdag kon worden gespeeld, maar zagen blijkbaar allen niet in, dat zij door het lid zijn der Z.V.B de Zondagsport steunden. De Z.V.B., zou men in beeldspraak zeggen, kwam als een wjolf in schaaps kleren,. Gelukkig gaan nu de ogen open en neemt de C.N.V.B. steeds groter om vang. Ik vind het van de Z.Vi.B. niet juist dat zij nu ook die verenigingen, welke voorheen lid van de Z.V.B. waren als scheurmakers gaat betitelen, omdat de ze principieel bedankten als lid der Z.V.B. en zich aansloten bij de C.N.V.B De C.N.V.B. beoefent de sport als een middel ter verheerlijking Gods, wat niet het geval is met een „Alg'emene" orga nisatie. En daarom moeten vooral de ouders bedenken, dat het geestelijk-zedelijk welzijn van hun jongens op het spe staat, zolang zij lid zijn van de ZV.ï Laat daarom de C.N.V.B. zijn de ont brekende schakel in het leven van de jongens die evengoed op sportgebied, principiële leiding nodig hebben. Ouders, steunt vooral moreel de C.N.V.B., die onder de Zegen Gods de pretentie voert, werkzaam te zijn in het belang van de christenjeugd in ons Va derland. P. Hoogstrate, Kloetinge. [De Nederlandsche jeugd, de Zeeuw- sche jeugd en jongelingschap voetbalt. iet is om velerlei reden nuttig dat dit niet in het wilde weg geschiedt, maar dat hier een organisatie zij. Die kwam er., In Zeeland: de Zeeuwsche Voetbal 3ond. Een aantal der voetballende jongelin gen had en heeft er principiëel bezwaar tegen, op Zondag te spelen. Wij halen daarover de schouders niet op. Neen: wij respecteeren dat geheel. Indien hun geloofsovertuiging, hun diepste gevoel ens en beginselen hun zeggen: gij zult op den Zondag niet voetballen, dan eer biedigen wij dat. En, ons ons goede recht voorbehoudende indien ons ge weten ons zulks wel toestaat, ook op den Zondag te voetballen, treffen wij de geboden voorzieningen voor de ge moedsbezwaarden, door het instellen van een Zaterdagcompetitie evenals wij met de gemoedsbezwaren van Sab- bathisten, Joden of andere in voldoen den getale aanwezige sportbeoefenaars natuurlijkerwijze rekening zouden hou den. Zoo kan men algemeen zijn, zon der iemand ,in gemoede" te krenken of te dwingen En van deze algemeene, na- ti o n a 1 e, opvatting durft bovenstaan de inzender het nu bestaan te verklaren, dat zij s c h a d e 1 ij k is, neen, erger nog dat het g' e e s t e l ij k-z e d e 1 ijk welzijn van d e jongens er mee op het spel staat! Het is een schande! Wie zegt, dat het „eisch van hun be ginsel" is, dat zij zelfs voor het voetbal len eigen, met het etiket .christelijk" getooide, organisaties oprichten? Dat zeggen ze zélf. en als ze dat dan doen, mag men ze dan niet noemen, wat ze zijn: scheurmakers? Maken ze dan geen scheuring? En waarom? Ja als ze nu door lid van den Z.V.B. te blijven, gedwongen zouden worden niet te spelen of op Zon dag te spelen; als met hun principeële bezwaren geen rekening gehouden werd, dan was het wat anders. Maar neen: ook al respecteert men 't beginsel, al houdt men er ten volle re kening mee, dan nóg moeten de christe lijke schapen van de heidensche bokken gescheiden worden. Want rechtzinnig- protestantsch-christelijke Nederlanders en vrijzinnige Nederlanders, tezamen in één Nederlandschen of één Zeeuwschen Bond het voetballen beoefende.... dat is nota bene volgens deze .christelijke" voetballers, „een wolf in schaapsklee- ren", ja, in hun verdwaasdheid gaan zij zóó ver van een nuchter mensch aan te nemen dat hij zich zal laten wijsmaken, dat rechtzinnig-protestantsch-christe- lijke jongelingen niet voetballen om goals te maken en club-overwinningen te behalenmaar „ter verheerlijking Gods", (Zie: Lukas XII-vs. 1). Wij waarschuwen den inzender en de genen, die over deze'dingen spreken en schrijven in zijn trant: ge weet niet, wat ge doet. Ge verscheurt de eenheid van het Nederlandsche volk, ge zet den eenen Nederlander tegen den anderen den eenen Zeeuw tegen den anderen Zeeuw op. Ge zoekt naar wat verdeelt, niet naar wat vereent.... en als heel ons volk op alle terrein des levens ver scheurd en versplinterd zal zijnwee dan ons! Dan zullen er misschien ande ren komen die de eenheid herstellen, maar dan op 'n wijze, die den inzender al evenmin welgevallen zal vieren als ons! Red.]. straat K 25; Krukas met moer, J. Geers, Nieuwe Oostersche straat N 93; Fruitmandje, Schouten, Karelsgang T 44c; Blauwe Muts, Corn. Clercq, Vlasmarkt L 21; pakje Manufacturen, A. Smaardijk, Lange Geere K 249; Be- Iastingmerk, J. de Kuijper, Bleek E 94; Glacé Handschoen, D, Hendrikse, Turf- k,aai H 180; Motorhandschoen W. P. de Graaf, Brakstraat O 275; Draaier van Auto, W. Simons, Dam F 98; Sierket- ting, J. J. de Groot, Arnemuidsch Voet pad T 1611 Dameshandschoen, Chr. Verhage, Klein Vlaanderen M 158; P.ad- vindersport., H. Mandemaker, /Zach. Jansenstraat W 72; paar Handschoe nen, M. H. Seijbefy Hendrikstraat W 59; Postduif, P. Filius, Leer Looierssin gel Q 253, GEVONDEN VOORWERPEN TE MIDDELBURG. Dameshoed, J. de Baare, Noordsingel S 196; Glacé handschoen, Verdonk, Heerenstraat; Ceintuur, Lahr, Bree E 205; Huissleutel, v, d. Voorde, 't Zand D 29b; Heerenrijwiel, Bureau van Po litie; Fototoestel, v. Dijk, Veere; Cein tuur, J. Joosse, Veersche weg T 266; Tompouce, Groenewegen, Seisplein_ Q 289; paar Napa Handschoenen, Ajewijn- se, Nieuwe Vlissingsche weg E 93; Bankbiljet, M. de Quartel, Branderijmo lengang M 237; Damestasch met inhoud, Jobse, Grijpskerke B 71; Sleuteltje en Tabakspijp Bureau v,an Politie; Haar- kammetje in etui, de Witte, Bureau van politie; paar Handschoenen, idem idem; eenige Uniezegels, Molhoek, Kanton gerecht Balans; Bela6tingmerk, L. den Hollander, Breeweg D 20f; Heerenhand schoen, Van Flierenburg, Molenberg K 97; Damesetui, Meerman, Lange Gee re K 251; Kindertaschje met inhoud F. Kasander, Karelsgang T 44k; Acte- tasch met inhoud, v. Sluijs, Bureau van Politie; zakje Boerinnemutsen, Houmes Dam N.Z. F 150; Ondervest, A. Schellings, Zach. Jansenstraat W 112 Ceintuur (lak), F. Flipse, N. Haven 112; Huissleutel G. Bruggeman, Punt O 218; Port. met inh., W. Poppe, Ro zenstraat W 257; Koperen Gewicht (1 ons), P. Vader, Dampoortsingel T 198 Alpen Muts, M. Isendoorn, Zuidsinge E 34; Parapluie, Reekers, Lange Gort Westkapelle. Van 1320 April. Ondertrouwd: M. Lievense 34 j. en Chr. Schoe 24 j. Bevallen: Kath. Gabriëlse, geh. van Breda z., A. Hendrikse, geb. Verstraate dochter. Middelburg, 21 April. Op de vei- ing deden: Snijsla 811 c. Molsla 10- 21 o Spinazie 813 c Postelein 22 30 c„ Moskrul 13 c„ Zuring 58 c„ Witlof 1015 c„ Koolrapen 12,5 c„ uien 56 c„ alles per kg Peën 1017 c., Prei 26 cSelderie 38 c„ Knol- selderie 13 c„ Rabarber 37 c„ Ra dijs 2,55 c„ Rammenas 6 c„ alles per )os, Roode Kool 67 c„ per pond, bloemkool 323 c., Andijvie 2—6 c, ECropsla 14,5 c., Komkommers 613 c., alles per stuk, Zuring 8—11 c„ Peter selie 613 c„ beide per chip, kogelboo- nen 17 c., per kg, Bloemen: Calcolaria's 1617 c., Cineraria 1012 c, Begonia c„ Hortensia's 21 c„ Salia 10 c„ im- pateros 9 c„ Garaniums 10 c„ alles per pot, Narcis 24 c„ Iris 67 c,Anemoon 3 c„ Lathyrus 2 c.f Hyachinthen 11—12 c., Blauwe Druifjes 12 c„ Rozen 14 c., Muurbloemen 3 c„ Tulpen 6—14 c, alles per bos. Violen 920 c„ Madelie ven 915 c„ Primula 1011 c., Tak- lelies 21 c., alles per pot. Kapelle 20 April. Veilingsvereeni- ging' „Kapelle-Biezelinge en Omgeving". Spinazie 1416, Snijsla 1020, Wit lof 13, alles per kg, Bloemkool 413, 100 stuks, Kropsla 1,703,40, Radijs 2,402,80, per 100 krop, Prei 3,106,10 per 100 bos, Tulpen 79. per bos, Vi ooltjes 0,70, per 100 planten, Zaaibe- gonia's 3,60-3,80, per 100 pot. Aardappelmarkt Am sterdam. Marktbericht van Jac. Knoop, makelaar in aardappelen, groen ten en fruit, Dacostastraat 16, telefoon 81431, Amsterdam. Er komen weinig goedkoope aardap pelen aan de markt, voor Zeeuwsche Bonten blijkt goede vraag te bestaan, vooral eerste soorten, Z. Blauwen zeer moeilijk te verkoopen, alhoewel de kwaliteit voor beide soorten dezelfde is, Spuische en Flakkeesche eigenhei mers niet aan de markt; toch weder ge vraagd. Ook poters van deze soorten weder gezocht. Voor Friesche, Drent- sche en andere soorten Roodstar komt meer vraag. Van Winter malta aardap pelen gaan de prijzen terug; op iedere kilo komen vier centen invoerrechten. De kwaliteit van onze Hollandsche aardappelen is nog best. Weinig Duin zand en Nieuwlandsche zandaardappe- len zijn aan onze markt. Bevelanders worden weinig aangeboden. Industrie en Roodstar uit Limburg zullen hier een goede markt vinden. Uit Middelburg en omstreken minder aanvoer dan vorige week. Maandag 20 April 1936 werden de volgende prijzen gemaakt: Z. Bonten 2.402.60, Z. Blauwen 2.302.50, Z. Bonten en blauwen poters 1,90 2, Z. Eigeneimers 1.902, Z, Roodstar 1.90 2.10, Roodstar poters 1.501.60, Haar lemmermeer en Ypolder Bevelanders 1.902, dito bonten 2.402.60, Spuische eigenheimers 1902, Flak, eigenheimers 1,902, poters eigenheimers 1.501.80, Anna Pawlowna zand aardappelen 1,90 -2.50, Hillegommer zand aardappelen 2,102,80. Alle soorten Bonken 1,90—2. Friesche roodstar 2.402.80, dito Bor- gers 2—2.10. Alles per 70 kilo verder per 100 kilo Winter Malta 9.75 10. Nieuwlandsche zandaardappelen 2.90 3, Donkere zandaardappelen 2 702.80, Bonken 2.602.80. MIDDELBURG. Dl 21 April WO 22 Apr. Gezell. Av. adsp. „Medio- burgum'j GOES. Dl 21 April WO 22 Apr Elec. Drukkerij G W den Boer, M burg

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1936 | | pagina 6