DE PAGODE Open de deur voor Néerlands Zuivel F KRONIEK van den DAG. ZEELAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE M1DDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 25 MAART 1936. No. 72, VESTIGINGSEISCHEN VOOR DEN MIDDENSTAND. MIDDELBURG. M, S. S.- cachets NEERLANDS ZUIVEL VOEDT U GOED! GOES. „Luchtbescherming/ Tam-tam in het Derde Rijk. De jongste uitvinding van mi nister Goebbels. Waarvoor zooveel moeite? Ongerust heid over den economischen en financieelen toestand. 1De tering zal weer naar de nering gezet moeten worden. Er schijnt Hitier verschrikkelijk veel aan gelegen, Zondag a.s. bij de volks stemming over de politiek-in-haar gehee van het nazi-bewind een resultaat te be halen, dat alle vorige overtreft. De stem mingen, die tot dusver gehouden wer den leverden een meerderheid van om en bij de 90 voor den Führer op. Blijkbaar moet dat cijfer 90 in 95 of zelfs 99 veranderen. Anders kunnen wij de nationale manifestaties, die voor Vrijdag en Zaterdag op het program staan, niet verklaren. Het is geen gekheid: sirenen geloei over het geheele rijk; een minuut absolute stilte; een „volksdag voor eer, vrijheid en vrede"; alles te gader dan „vredesappèl" geheeten, dat zal culmi- neeren in een paar korte redevoeringen van Hitier zelf. De nazi's verstaan nog steeds de kunst propaganda te maken. Wat er nu op touw is gezet, stelt alle massale demonstraties van vroeger in de schaduw. Men wil op deze manier indruk op het buitenland maken. Daarom is het in de eerste plaats begonnen. Het buitenland moet getoond worden, dat het Duitsche volk als één man achter zijn Führer staat, opdat het respect krijge voor het Derde Rijk. Voor den nuchteren toeschouwer zit er iets kinderachtigs aan de zaak. Hij re aliseert zich, alle bombast ten spijt, dat aan de volksstemming weinig intrensie- ke waarde kan worden toegekend. On der een dictatoriaal bewind zijn verkie zingen nu eenmaal nul en van geener waarde. De indruk op het buitenland zal daarom veel en veel geringer zijn, dan het Duitsche bewind zich voorstelt. Ook al werden 99 der stemmen ten gunste van de politiek van Hitier uitgebracht. De vrije meeningsuiting is afgeschaft in Duitschland. Het uitschrijven van een volksstemming brengt daar geen veran dering in. Men kan haar slechts als de monstratie belangwekkend vinden. De entourage interesseert ons meer dan de uitslag. Wat minister Goebbels nu uit gevonden heeft voor de beide dagen, die aan den 29sten voorafgaan, mag men als een symptoom van beteekenis beschou wen. Voor ons houdt het in, dat het na zi-bewind zich ongerust voelt. Dergelijke kostbare vertooningen heeft een régi me, dat zich zeker van zijn zaak voelt, niet van noode. Het zou er niet aan den ken, ze op te voeren. Hitier zal over den uitslag van het re ferendum niet in het onzekere verkee- ren. Wat hem en zijn medewerkers ver ontrust, is zonder twijfel de economische en financieele toestand van Duitschland. Ze willen het buitenland nog steeds wijs maken, dat het daarmee volstrekt in or de is. Wie een beetje kan rekenen, weet echter wel anders. Drie jaar lang heeft de Duitsche regeering een politiek van potverteren toegepast. Men voerde voor millioenen aan grondstoffen in, die wer den gebezigd, om de bewapening op peil te brengen. Daartegenover stond echter geen uitvoer, die de handelsbalans ook maar eenigszins in evenwicht kon hou den. Zoo zijn langzamerhand de geldmid delen voor den aankoop van nog meer grondstoffen schaarsch geworden. Kunst matig heeft de regeering de zaak langen tijd kunnen rekken door steeds maar wissels op de toekomst te trekken. Men hoopte, dat het economisch getij spoe dig genoeg zou keeren, om ze, als de tijd daar zou zijn, te kunnen betalen. Dat is een vergissing gebleken. De kunstma tige verbetering wordt nog steeds niet door een natuurlijke opgevolgd. De mid delen, om de kunstmatige nog lang te Door MARJORIE BOWEN. 17). Maar de beloofde verrassing was geen van deze dingen; de oude vrouw na derde de staldeuren, welke den tuin teg'enover het paleis begrensden. Het is een kristallen koets, raadde Madame de Bellegarde of een zilveren draagstoel, of een slede, gekerfd als 'n zwaan met roode linten Maar het was ook geen van deze din gen; het oude slot kraakte, de oude deuren werden langzaam geopend en daar kwam in de sombere, muffe diep ten van den stal^ een groote opgezette olifant te voorschijn. Dit beest, eens vol leven en geducht, staarde naar zijn glimpje met doffe gla zen oogen, het was beschimmeld en vergaan tot den laatsten gr,iad van te ruggehouden verval, onbewegelijk, toch met een spookachtige opgewektheid; 'n besmoezelde kaart, aan hem vastge hecht, vermeldde den naam van den milden gever; zijn oppasser keek naar hem met trots en genegenheid en zong zijn lof met een levendige vereering, welke zijn arme gestopte karkas met roem vervulde. Mr. Farryner verhief hem ook, maar Madame de Bellegarde kon zich niet weerhouden den blik af te wenden. Doch haar metgezel zeide: rekken, gaan nu echter ontbreken. Zoo staat de Duitsche regeering voor de ake lige wetenschap, dat in de naaste toe komst de bedrijvigheid weer zal inkrim pen en de werkloosheid dus toenemen. Wij schrijven dit allerminst, om met voldoening het nazi-régime aan de kaak te kunnen stellen. Voor de geheele we reld zou het een goede zaak geweest zijn, als Hitier er in geslaagd was, de crisis den baas te worden. Men kan zijn systeem dan al of niet gewijzigd overal kunnen toepassen. Helaas echter: een panace tegen de crisis blijken ook de nazi's niet gevonden te hebben. In tegendeel: hun middel kan op den duur voor Duitschland wel eens minstens zoo erg blijken te zijn geweest als de kwaal zelf. Men make geen gesloten be drijf De meening van den voorzitter van den Kon. Ned. Middenstandsbond over het wetsontwerp. Wering van parasieten. (Van onzen m-r e d a c t e u r). Het wetsontwerp tot regeling van de vestiging van inrichtingen, waarin eenige nieuwe tak van detailhandel, am bacht of kleine nijverhid zal worden uitgeoefend, welk ontwerp gisteren is gepubliceerd, heeft ons aanleiding ge- gegeven het oordeel over deze aange legenheid te vragen van den heer Ed. G. Schürman.n, den voorzitter van den Kon. Ned. Middenstandsbond. Zooals men weet, bedoelt dit wetsontwerp een vergunningsstelsel in te- voeren voor de vestiging van nieuwe bedrijven, waar bij met zekere n,ader te bepalen vesti- gingseischen zal worden rekening ge houden. De heer Schürmann verklaarde zich onmiddellijk vóór vestigings- eischen, doch dan alleen minimale. De nieuwe maatregelen mogen er nooit toe leiden, van het midden- standsbedrijf een gesloten bedrijf te maken. Daarvoor moeten we vooral oppassen. Zoo licht gaat men te ver en hoe krijgen we het dan ongedaan We hebben nu al zóó veel crisismaatregelen, dat het misschien een nieuwe crisis zal veroorzaken, als we trachten ervan af te komen. Hier ligt het evenwel in de bedoe ling, maatregelen te geven, die ook voor normale tijden zullen gelden. De heer Schürmann kon daarmede instem men, wanneer daardoor voorkomen wordt, dat iemand maar zoo kan neer strijken in den een of anderen leeg staanden winkel, goederen inkoopt, waarvan hij de leveranciers niet be taalt, en aldus, door onder den prijs te verkoopen, niet alleen zijn concurren ten een strop bezorgt, doch ook zelf er slechter van wordt, doordat hij hoe langer hoe meer schuld Maakt. Het zal goed zijn, wanneer er de eisch gesteld wordt van het bezitten van een zekere vakbekwaamheid en voldoende kapitaal om den eersten stoot op te vangen, zoo dat de man niet na verloop van een maand bijvoorbeeld gaat sukkelen met de huur. Verder moet de wetgeving evenwel niet gaan, omdat anders een servituut wordt gelegd op komende ge slachten. Leegstaande winkels Bij verhuizing van een winkelier zal rekening gehouden dienen te worden met de leegstaande winkelhuizen. In een stad als Rotterdam zijn er daarvan wel een 1400-tal, die alle wel niet zoo gauw verhuurd zullen zijn. De overheid zou op dit gebied ook goed werk kun nen doen door de uitvaardiging van 'n verbod om woonhuizen in winkelhui zen te verbouwen. De gelegenheid maakt den dief en de winkel maakt den winkelier. In tal van plaatsen zijn wo ningblokken opgericht met overheids steun, waarin ook winkels gebouwd zijn, omdat die meer huur opbrengen. Die winkelhuizen zijn daar dus neerge zet uit de zucht om het bouwen der huizen meer rendabel te maken. De overheid gaat daa'rbij door haar steun niet vrijuit en nu dreigt zij met de an dere hand terug te nemen, wat zij met de eene heeft gegeven. Het behoefte-element wil de minister gelukkig niet inschakelen. Want wat is behoefte? Wat men zichzelf verbeeldt noodig te hebben, Het is dus een zeer sublectief element. Eigenlijke behoefte aan winkels is er maar zeer gering. Als er in een bepaald stadsdeel van elke soort een paar winkels zijn, dan kan dat onder zekere omstandigheden voor de distributie voldoende wezen, want desnoods kan men zijn waren thuisbe zorgd krijgen. Elke winkelier zou na tuurlijk graag de eenige zijn in zijn bran che, maar dat wil nog niet zeggen, dat daarmee aan de behoefte wordt vol daan. Het behoefte-element is zeer ge vaarlijk en de inschakeling ervan kan tot buitengewoon ongewenschte conse quenties leiden. Geef ieder een kans. Wanneer men de menschen verhin dert in alle mogelijke vakken te komen, waar moeten ze dan tenslotte wel heen? Waar laat men de menschen, die in een bepaald vak geweigerd worden? Niet iedereen wordt met kapitaal geboren en de meesten van hen, bij wie dat wel het geval is, zijn het al weer kwijt, vóórdat ze meerderjarig zijn. Men kan van al die menschen toch geen ambtenaren ma ken, daarvan zijn er toch al naar het oordeel van menigeen te veel. De mees te menschen, die nu een groote zaak hebben, zijn als bediende begonnen. Men mag het niet tegenhouden, dat menschen met energie en vakkennis zich vestigen: het zijn immers ook de werkgevers der toekomst! geef ieder een de kans, om met zijn werkkracht omhoog te klauteren, zooals dat tot nu toe het geval geweest is. Zoo vaak ziet men, dat iemand, die in het klein is begonnen, door zijn energie een groote zaak weet te overvleugelen, wanneer deze verwaarloosd wordt door de kin deren, die in weelde zijn opgevoed. Dat men daarentegen de vesti ging tegenhoudt van zoogenaamde winkeliers van die parasieten, die het vak bederven, is een uitsteken de maatregel. Zonder middelen en zonder vakkennis moet niemand be ginnen. Men zou voorbijbeeld o.m. als eisch moeten stellen, dat dat ze minstens zes maanden lang de huur kunnen voldoen en de hun gelever de goederen den eersten keer kun nen betalen De kamers van koophandel. Het wetsontwerp beoogt de omscha keling van de kamers van koophandel en fabrieken voor de verleening van de noodige vestigingsvergunningen. De hr Schürmann achtte dat wel juist, doch hij vreesde, dat deze instellingen in on ze moderne wetgeving op den duur wel wat al te zwaar belast zouden raken. Zij kunnen zich echter hierdoor ook weer op nog ruimer schaal dan thans nuttig maken in de maatschappij, hetgeen zeker ook zijn goede zijde heeft. Al met al was dus de voorzitter van den Koninklijken Nederlandschen Mid denstandsbond over het nieuwe wets ontwerp niet ontevreden. Als het maar niet verhindert, dat jonge menschen door eigen kracht omhoog komen, maar daar ziet het op het eerste gezicht gelukkig niet naar uit. GEWESTELIJKE TARWEORGANISATIE. De minister van landbouw en vissche- rij heeft met ingang van 16 September benoemd tot directeur der stichting ge westelijke tarweorganisatie voor Zee land: ir. J. D. Dorst te Goes. ADJUNCT-DIRECTEUR HEIDE MIJ. De nieuwbenoemde adjunct-directeur van de Ned, Heide Mij. de heer G. J. Born, werd in 1878 in Arnemuiden geboren. Na de R.H.B.S. te Middel burg doorloopen te hebben volgde de heer Bom den cursus aan de landbouw- winterschool te Goes en later de les sen aan de technische Landbouwschool te Suderburg (Duitschland). Direct hier na kwam de heer Born als ambtenaar bij de bevloeiing en grondverbetering bij de Heidemaatschappij in dienst. Na vervolgens als opzichter en hoofd opzichter in Brabant werkzaam te zijn geweest, werd de heer Born na de ver huizing' naar Arnhem tot inspecteur bij de Maatschappij benoemd. Naar aanleiding van 't bericht dat de hr. Houtekamer een Engelsch artikel in de Lloyd Mail had geschreven, deelt men ons thans mede, dat er ook een goed geïllustreerd artikel (K.L.M. fo to's van Rotterdam-Waalhaven, Kasteel Moermoïid, Rotterdam's havens, Zee honden op de Zeeuwsche banken, de schorren van Kortgene, de sluizen te Wemeldinge, Veere, Middelburg, Vlis- ,sing)en en tenslotte hét vliegveld te Souburg alle uit de lucht), van de hand van den heer D. L. Broeder te Veere, verschenen is in het Maartnummer van het vooraanstaand maandblad The Geo graphical Magazine. Het artikel heet „Zeeland from the air". COMPETITIE TEGEN VERKEERS ONGEVALLEN VOOR BEROEPS CHAUFFEURS, De Vereeniging voor Veilig Verkeer „Middelburg en Omstreken" heeft even als enkele zustervereennigingen de gelegenheid opengesteld voor deelname aan een „Competitie tegen verkeerson gevallen voor beroepschauffeurs". Aan chauffeurs, die aan deze „geen ongelukken" wedstrijd deelnemen en die in een bepaald tijdvak geen ver keersongevallen veroorzaken, worden door de Vereeniging diploma's, insignes (sterren) e.d. uitgereikt. Het behoeft welhaast geen betoog, dat er voor de deelnemende chauffeurs een prikkel in gelegen is om met de grootste nauwgezetheid de verkeers- voorschriften in acht te nemen en deze stipt na te leven. De kosten van deel name aan dezen wedstrijd worden in het belang van het veilig verkeer door de vereeniging gedragen. Wel is het in het algemeen regel, dat de deelnemen- Volg de M.S.S.-gewoonte Nergens schuilt zooveel gevaar als in een niet regelmatige zuivering van Uw ingewanden. Apotheker Dumont heeft het ideale middel daarvoor gevonden Ingez. Med.) Het is voor u, het is een groote eer, dit is mij tevoren nooit getoond. En dan prees ook zij het arm beest en de staldeuren werden dichtgedaan en gesloten op zijn langzame ontbinding. Toen zij den tuin verlieten zagen zij de oude vrouw met veel glimlachjes te- rugkeeren naar haar kleine huisje bij het hek; een kat sliep bij het fornuis, een fotographie van den olifant hing aan den muur en op de tafel lagen el len van gewoon wit naaiwerk. U bedoelt den olifant? Maar ge denk den wijsgeer „hij die zonder dwaasheid is, is niet zoo wijs als men wel zou denken." Maar zij wenschte dat zij het vergaar! de beest niet had gezien. De reusachtige ..boomen in het vier kante plein buiten, dat eens de markt plaats was geweest, verhieven zich tot een bijna ademlooze hoogte, alsof zij de overheersching van de kathedraal uit daagden; madame de Bellegarde keek naar de hooge toppen ervan en trachtte den olifant te vergeten. Mijn atelier is hier dichtbij, in een oud, heerenhuis van een der raadslie den van Lodewijk den Twaalfden, zei- de Farryner. Als uw vrienden hier zijn, moet ge mij toestaan u te vragen mij hier op te zoeken. Zijn vormelijkheid was, bijna grillig; zij zou met genoegen nu met hem naar zijn atelier zijn gegaan en zijn „portret van een dame" hebben bekeken; zij zou zeer verheugd zijn geweest hem dit ple zier aan te doen. Maar hij vroeg er niet om en zij hield haar gedachte om dit voor te stel len in, en zoo reden zij heen v,an Tours terug naar Ruzé de Bellegarde; de tril lende populieren lieten enkele bladeren vallen op hun effen weg, zonder modder, zonder stof, het kwijnende azuur van de Loire was nevens hen bijna den ge- heelen weg langs; beiden waren ver zonken in gepeins en stilte, de stralende behaagzucht van het landschap had geen macht hen uit hun droomen op te wekken. Zij gingen het kasteel gezamenlijk binnen, wandelden zij aan zij door de voorbereidingen v,an het feest voor 'n anderen man. Miss Stalling verwonderde zich waar om zij zoo lang weg waren geweest en zij vertelden haar van het bezoek aan het museum en van den olifant. Zij kende het arme beest wel en voelde geen sympathie met hen, die er medelijden mee hadden; dat te doen, zeide zij, was een zeker teeken van 'n sentimenteele geaardheid; het vieze schepsel moest vernietigd worden. Maar als de oude vrouw v,an hem houdt? betoogde mr. Farryner, Maar miss Stalling weigerde te rede twisten over iets wat volgens haar rechtstreeks een overgang was van het verhevene naar het belachelijke en ma dame de Bellegarde wilde het droevige beest graag vergeten, dat ze wel wenschte nooit gezien te hebben. Zij had de vertrekken voor Timothy Carless in gereedheid laten brengen aan het uiteinde van den linkervleugel, zoodat haar vensters zouden uitzien over het plein en hij zou dat bekoorlijke dat heerlijke, dat gouden uitzicht heb ben over de rivier en de Vallei van de Amasse. Maar nu werd zij beheerscht door 'n voortdurende ontevredenheid over haar keuze; de kamers, waarin koningen had den geslapen en gedineerd, waren te grootsch. Een Engelschman zou kunnen vinden, dat zij riekten naar vertooning of aanstellerij. Maar er waren geen eenvoudige ka mers in Ruzè de Bellegarde en het was gepaster dat hij zou zijn in den vleugel waar de Mailley's hun vertrekken had den dan in dien welke door haar zelf en miss Stalling was ingenomen. Natuurlijk hadden de Mailley's het „intendaatshuis" in het park en waren slecht in het kasteel gebleven uit een oogpunt van utiliteit; zij konden het elk oogenblik verlaten, maar mada me de Bellegarde gaf er de voorkeur aan dat zij bleven. Het hoofdgebouw van het kasteel was ingenomen door statie-vertrekken, waarvan er één zeker was gemeubeld als slaapkamer, maar met een onmoge lijke vormelijkheid en pracht. Al de meer nederige vertrekken wa ren bezet door dienstpersoneel; Timo thy Carless moest in den linkervleugel komen, maar zij zou enkele meubelen (Ingez. Med.) de bedrijven,, firma's e.d, zelf lid of don,ateur van de vereeniging zijn, of dat deze een lidmaatschap voor hum chauffeurs bekostigen. De inschrijving is tot 31 Maart open' gesteld bij het secretariaat, da,t ge' vestigd is op het politiebureau, ff Voordracht van kapitein Van Riessen. Kapitein J. H. van Riessen hield Dinsdagavond in Schuttershof een voor dracht over „luchtbescherming". De schouwburgzaal was geheel bezet met belangstellenden onder welke we vele burgemeesters van omliggende gemeen ten opmerkten. De burgemeester van Goes, mr. Van Dusseldorp, sprak een kort openings woord, waarin hij in het bijzonder wel kom heette den chef van den Staf in Zeeland, den le luitenant ter zee Msuite, en den spreker, kapitein Van Riessen. Spr. wees er op, dat er voor dezen avond zooveel belangstelling was, dat men een zaal van de dubbele grootte had kunnen vullen. Spr. merkte voorts op, dat die groote belangstelling onge twijfeld mede een gevolg is van de tijds omstandigheden. Spr, raadde echter aan, hoewel waakzaam te zijn, zich niet ongerust te maken. De overheid heeft, ter bestrijding van mogelijk gevaar uit de lucht, reeds vele voorbereidingen ge troffen. Een deel daarvan zal straks de oefening op 16 Mei zijn. Spr. betoogde, deze niet als een spel op te vatten, doch als een ernstige voorbereiding van dat wat ons mogelijk hoewel God het verhoede treffen kan. 'Voorts raadde spr. aan, elkaar nu te zoeken," vereeni- gingen te vormen, die in studie zullen, nemen, de gevaren, die ons uit de lucht kunnen treffen, en de middelen tot af weer. Spr. wees in dit verband ook op' de transport colonne van het Roode Kruis, die te Goes zal worden gevormd, en raadde aan, zich voor één van beide diensten op te geven. Kapitein Van Riessen hierna het woord verkrijgende, wees op de 11 mil- lioen pond sterling', die Engeland voor verbetering van zijn luchtmacht uittrekt; Duitschland bezette het Rijnland met bombardementsgoederen, en een Abes- sijnsche krijgsgevangene sprak: „God is met Italië, want hij laat toe, dat ze het vuur uit de lucht omlaag gooien. Deze Abessijn was een groote propagandist voor luchtbescherming, want hij gevoelde de groote macht van luchtaanvallen. Luchtbescherming is een stelsel van maatregelen, door overheid en burger bevolking gezamenlijk te nemen, om dé aanvallen te voorkomen en de uitwer king zoo gering mogelijk te maken. Spr. noemde voorts de luchtwapenen: snel, verrassend, machtig en verschrik kelijk. De snelheid der vliegtuigen is zoo groot, dat zij in zeer koren tijd vair. hun basis boven hun doelwit zijn; de uitwerking der bommen, die zij werpen, is ontzettend, en het verschrikkelijkst is in den regel nog de moreele uitwerking, de paniek, die ze veroorzaaken en waarvan de gevolgen meestal ernstiger zijn, dan de bombardementen zelf. Spr. verdeelde daarop de taak der overheid in 5 punten, nl: 1 maatrege- en kostbare schilderijen en glinsterend- kristallen luchters wegnemen. Dan weer ontbrak haar de geest kracht tot dit besluit; zij werd bedeesd bij deze. uitgebreide voorbereidingen voor één gast; iedereen, van mr. Farry ner tot de dienstboden toe, zou haar angstvallige zorg waardoor zij geheel werd in beslag genomen, opmerken. Zij was in deze gedachten verzonken- toen Magnus Farryner plotseling vroeg: Wie komt er? Iemand, dien ik ken? Miss Stalling antwoordde vroolijk en vlug: Iemand, die ge niet kent, ten eer ste een vriendinnetje van mij Ro- binetta Sarsfield. Robinetta Sarsfield! Madame de Bel legarde had het kind vergeten; zij was dankbaar voor den trouwen steun van miss Stalling, want de nogal plotselinge vraag had haar uit het veld geslagen, en zij zeide warm: Van welke kamers zou zij hou den? Ik zou haar graag iets aardigs ge ven de statie-vertrekken misschien. Maar mijn beste! Een kind, ko mende van een zeer bescheiden kloos ter. Dat, dacht ik, zou het aangenaam maken voor haar. Maar miss Stalling protesteerde. U heeft mij een heele verdieping voor mijzelf gegeven; natuurlijk komt Robinetta bij mij. (Wordt Vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1936 | | pagina 5