DE PAGODE
Open de deur voor Néerlands Zuivel F
KRONIEK van den DAG.
ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE M1DDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 25 MAART 1936. No. 72,
VESTIGINGSEISCHEN VOOR
DEN MIDDENSTAND.
MIDDELBURG.
M, S. S.- cachets
NEERLANDS ZUIVEL VOEDT U GOED!
GOES.
„Luchtbescherming/
Tam-tam in het Derde Rijk.
De jongste uitvinding van mi
nister Goebbels. Waarvoor
zooveel moeite? Ongerust
heid over den economischen
en financieelen toestand. 1De
tering zal weer naar de nering
gezet moeten worden.
Er schijnt Hitier verschrikkelijk veel
aan gelegen, Zondag a.s. bij de volks
stemming over de politiek-in-haar gehee
van het nazi-bewind een resultaat te be
halen, dat alle vorige overtreft. De stem
mingen, die tot dusver gehouden wer
den leverden een meerderheid van om
en bij de 90 voor den Führer op.
Blijkbaar moet dat cijfer 90 in 95 of zelfs
99 veranderen. Anders kunnen wij de
nationale manifestaties, die voor Vrijdag
en Zaterdag op het program staan, niet
verklaren. Het is geen gekheid: sirenen
geloei over het geheele rijk; een minuut
absolute stilte; een „volksdag voor eer,
vrijheid en vrede"; alles te gader dan
„vredesappèl" geheeten, dat zal culmi-
neeren in een paar korte redevoeringen
van Hitier zelf. De nazi's verstaan nog
steeds de kunst propaganda te maken.
Wat er nu op touw is gezet, stelt alle
massale demonstraties van vroeger in de
schaduw.
Men wil op deze manier indruk op het
buitenland maken. Daarom is het in de
eerste plaats begonnen. Het buitenland
moet getoond worden, dat het Duitsche
volk als één man achter zijn Führer
staat, opdat het respect krijge voor het
Derde Rijk.
Voor den nuchteren toeschouwer zit
er iets kinderachtigs aan de zaak. Hij re
aliseert zich, alle bombast ten spijt, dat
aan de volksstemming weinig intrensie-
ke waarde kan worden toegekend. On
der een dictatoriaal bewind zijn verkie
zingen nu eenmaal nul en van geener
waarde. De indruk op het buitenland zal
daarom veel en veel geringer zijn, dan
het Duitsche bewind zich voorstelt. Ook
al werden 99 der stemmen ten gunste
van de politiek van Hitier uitgebracht.
De vrije meeningsuiting is afgeschaft in
Duitschland. Het uitschrijven van een
volksstemming brengt daar geen veran
dering in. Men kan haar slechts als de
monstratie belangwekkend vinden. De
entourage interesseert ons meer dan de
uitslag. Wat minister Goebbels nu uit
gevonden heeft voor de beide dagen, die
aan den 29sten voorafgaan, mag men als
een symptoom van beteekenis beschou
wen. Voor ons houdt het in, dat het na
zi-bewind zich ongerust voelt. Dergelijke
kostbare vertooningen heeft een régi
me, dat zich zeker van zijn zaak voelt,
niet van noode. Het zou er niet aan den
ken, ze op te voeren.
Hitier zal over den uitslag van het re
ferendum niet in het onzekere verkee-
ren. Wat hem en zijn medewerkers ver
ontrust, is zonder twijfel de economische
en financieele toestand van Duitschland.
Ze willen het buitenland nog steeds wijs
maken, dat het daarmee volstrekt in or
de is. Wie een beetje kan rekenen, weet
echter wel anders. Drie jaar lang heeft
de Duitsche regeering een politiek van
potverteren toegepast. Men voerde voor
millioenen aan grondstoffen in, die wer
den gebezigd, om de bewapening op peil
te brengen. Daartegenover stond echter
geen uitvoer, die de handelsbalans ook
maar eenigszins in evenwicht kon hou
den. Zoo zijn langzamerhand de geldmid
delen voor den aankoop van nog meer
grondstoffen schaarsch geworden. Kunst
matig heeft de regeering de zaak langen
tijd kunnen rekken door steeds maar
wissels op de toekomst te trekken. Men
hoopte, dat het economisch getij spoe
dig genoeg zou keeren, om ze, als de
tijd daar zou zijn, te kunnen betalen. Dat
is een vergissing gebleken. De kunstma
tige verbetering wordt nog steeds niet
door een natuurlijke opgevolgd. De mid
delen, om de kunstmatige nog lang te
Door MARJORIE BOWEN.
17).
Maar de beloofde verrassing was geen
van deze dingen; de oude vrouw na
derde de staldeuren, welke den tuin
teg'enover het paleis begrensden.
Het is een kristallen koets, raadde
Madame de Bellegarde of een zilveren
draagstoel, of een slede, gekerfd als 'n
zwaan met roode linten
Maar het was ook geen van deze din
gen; het oude slot kraakte, de oude
deuren werden langzaam geopend en
daar kwam in de sombere, muffe diep
ten van den stal^ een groote opgezette
olifant te voorschijn.
Dit beest, eens vol leven en geducht,
staarde naar zijn glimpje met doffe gla
zen oogen, het was beschimmeld en
vergaan tot den laatsten gr,iad van te
ruggehouden verval, onbewegelijk, toch
met een spookachtige opgewektheid; 'n
besmoezelde kaart, aan hem vastge
hecht, vermeldde den naam van den
milden gever; zijn oppasser keek naar
hem met trots en genegenheid en zong
zijn lof met een levendige vereering,
welke zijn arme gestopte karkas met
roem vervulde.
Mr. Farryner verhief hem ook, maar
Madame de Bellegarde kon zich niet
weerhouden den blik af te wenden.
Doch haar metgezel zeide:
rekken, gaan nu echter ontbreken. Zoo
staat de Duitsche regeering voor de ake
lige wetenschap, dat in de naaste toe
komst de bedrijvigheid weer zal inkrim
pen en de werkloosheid dus toenemen.
Wij schrijven dit allerminst, om met
voldoening het nazi-régime aan de kaak
te kunnen stellen. Voor de geheele we
reld zou het een goede zaak geweest
zijn, als Hitier er in geslaagd was, de
crisis den baas te worden. Men kan zijn
systeem dan al of niet gewijzigd
overal kunnen toepassen. Helaas echter:
een panace tegen de crisis blijken ook
de nazi's niet gevonden te hebben. In
tegendeel: hun middel kan op den duur
voor Duitschland wel eens minstens zoo
erg blijken te zijn geweest als de kwaal
zelf.
Men make geen gesloten be
drijf De meening van den
voorzitter van den Kon. Ned.
Middenstandsbond over het
wetsontwerp. Wering van
parasieten.
(Van onzen m-r e d a c t e u r).
Het wetsontwerp tot regeling van
de vestiging van inrichtingen, waarin
eenige nieuwe tak van detailhandel, am
bacht of kleine nijverhid zal worden
uitgeoefend, welk ontwerp gisteren is
gepubliceerd, heeft ons aanleiding ge-
gegeven het oordeel over deze aange
legenheid te vragen van den heer Ed.
G. Schürman.n, den voorzitter van den
Kon. Ned. Middenstandsbond. Zooals
men weet, bedoelt dit wetsontwerp een
vergunningsstelsel in te- voeren voor de
vestiging van nieuwe bedrijven, waar
bij met zekere n,ader te bepalen vesti-
gingseischen zal worden rekening ge
houden.
De heer Schürmann verklaarde
zich onmiddellijk vóór vestigings-
eischen, doch dan alleen minimale.
De nieuwe maatregelen mogen er
nooit toe leiden, van het midden-
standsbedrijf een gesloten bedrijf
te maken. Daarvoor moeten we
vooral oppassen. Zoo licht gaat
men te ver en hoe krijgen we het
dan ongedaan We hebben nu al
zóó veel crisismaatregelen, dat het
misschien een nieuwe crisis zal
veroorzaken, als we trachten ervan
af te komen.
Hier ligt het evenwel in de bedoe
ling, maatregelen te geven, die ook
voor normale tijden zullen gelden. De
heer Schürmann kon daarmede instem
men, wanneer daardoor voorkomen
wordt, dat iemand maar zoo kan neer
strijken in den een of anderen leeg
staanden winkel, goederen inkoopt,
waarvan hij de leveranciers niet be
taalt, en aldus, door onder den prijs te
verkoopen, niet alleen zijn concurren
ten een strop bezorgt, doch ook zelf
er slechter van wordt, doordat hij hoe
langer hoe meer schuld Maakt. Het zal
goed zijn, wanneer er de eisch gesteld
wordt van het bezitten van een zekere
vakbekwaamheid en voldoende kapitaal
om den eersten stoot op te vangen, zoo
dat de man niet na verloop van een
maand bijvoorbeeld gaat sukkelen met
de huur. Verder moet de wetgeving
evenwel niet gaan, omdat anders een
servituut wordt gelegd op komende ge
slachten.
Leegstaande winkels
Bij verhuizing van een winkelier zal
rekening gehouden dienen te worden
met de leegstaande winkelhuizen. In
een stad als Rotterdam zijn er daarvan
wel een 1400-tal, die alle wel niet zoo
gauw verhuurd zullen zijn. De overheid
zou op dit gebied ook goed werk kun
nen doen door de uitvaardiging van 'n
verbod om woonhuizen in winkelhui
zen te verbouwen. De gelegenheid
maakt den dief en de winkel maakt den
winkelier. In tal van plaatsen zijn wo
ningblokken opgericht met overheids
steun, waarin ook winkels gebouwd
zijn, omdat die meer huur opbrengen.
Die winkelhuizen zijn daar dus neerge
zet uit de zucht om het bouwen der
huizen meer rendabel te maken. De
overheid gaat daa'rbij door haar steun
niet vrijuit en nu dreigt zij met de an
dere hand terug te nemen, wat zij met
de eene heeft gegeven.
Het behoefte-element wil de minister
gelukkig niet inschakelen. Want wat is
behoefte? Wat men zichzelf verbeeldt
noodig te hebben, Het is dus een zeer
sublectief element. Eigenlijke behoefte
aan winkels is er maar zeer gering. Als
er in een bepaald stadsdeel van elke
soort een paar winkels zijn, dan kan
dat onder zekere omstandigheden voor
de distributie voldoende wezen, want
desnoods kan men zijn waren thuisbe
zorgd krijgen. Elke winkelier zou na
tuurlijk graag de eenige zijn in zijn bran
che, maar dat wil nog niet zeggen, dat
daarmee aan de behoefte wordt vol
daan. Het behoefte-element is zeer ge
vaarlijk en de inschakeling ervan kan
tot buitengewoon ongewenschte conse
quenties leiden.
Geef ieder een kans.
Wanneer men de menschen verhin
dert in alle mogelijke vakken te komen,
waar moeten ze dan tenslotte wel heen?
Waar laat men de menschen, die in een
bepaald vak geweigerd worden? Niet
iedereen wordt met kapitaal geboren en
de meesten van hen, bij wie dat wel het
geval is, zijn het al weer kwijt, vóórdat
ze meerderjarig zijn. Men kan van al die
menschen toch geen ambtenaren ma
ken, daarvan zijn er toch al naar het
oordeel van menigeen te veel. De mees
te menschen, die nu een groote zaak
hebben, zijn als bediende begonnen.
Men mag het niet tegenhouden, dat
menschen met energie en vakkennis
zich vestigen: het zijn immers ook de
werkgevers der toekomst! geef ieder
een de kans, om met zijn werkkracht
omhoog te klauteren, zooals dat tot nu
toe het geval geweest is. Zoo vaak ziet
men, dat iemand, die in het klein is
begonnen, door zijn energie een groote
zaak weet te overvleugelen, wanneer
deze verwaarloosd wordt door de kin
deren, die in weelde zijn opgevoed.
Dat men daarentegen de vesti
ging tegenhoudt van zoogenaamde
winkeliers van die parasieten, die
het vak bederven, is een uitsteken
de maatregel. Zonder middelen en
zonder vakkennis moet niemand be
ginnen. Men zou voorbijbeeld o.m.
als eisch moeten stellen, dat dat ze
minstens zes maanden lang de huur
kunnen voldoen en de hun gelever
de goederen den eersten keer kun
nen betalen
De kamers van koophandel.
Het wetsontwerp beoogt de omscha
keling van de kamers van koophandel
en fabrieken voor de verleening van de
noodige vestigingsvergunningen. De hr
Schürmann achtte dat wel juist, doch
hij vreesde, dat deze instellingen in on
ze moderne wetgeving op den duur wel
wat al te zwaar belast zouden raken.
Zij kunnen zich echter hierdoor ook
weer op nog ruimer schaal dan thans
nuttig maken in de maatschappij, hetgeen
zeker ook zijn goede zijde heeft.
Al met al was dus de voorzitter van
den Koninklijken Nederlandschen Mid
denstandsbond over het nieuwe wets
ontwerp niet ontevreden. Als het maar
niet verhindert, dat jonge menschen door
eigen kracht omhoog komen, maar daar
ziet het op het eerste gezicht gelukkig
niet naar uit.
GEWESTELIJKE
TARWEORGANISATIE.
De minister van landbouw en vissche-
rij heeft met ingang van 16 September
benoemd tot directeur der stichting ge
westelijke tarweorganisatie voor Zee
land: ir. J. D. Dorst te Goes.
ADJUNCT-DIRECTEUR HEIDE MIJ.
De nieuwbenoemde adjunct-directeur
van de Ned, Heide Mij. de heer G. J.
Born, werd in 1878 in Arnemuiden
geboren. Na de R.H.B.S. te Middel
burg doorloopen te hebben volgde de
heer Bom den cursus aan de landbouw-
winterschool te Goes en later de les
sen aan de technische Landbouwschool
te Suderburg (Duitschland). Direct hier
na kwam de heer Born als ambtenaar bij
de bevloeiing en grondverbetering bij de
Heidemaatschappij in dienst.
Na vervolgens als opzichter en hoofd
opzichter in Brabant werkzaam te zijn
geweest, werd de heer Born na de ver
huizing' naar Arnhem tot inspecteur bij
de Maatschappij benoemd.
Naar aanleiding van 't bericht dat
de hr. Houtekamer een Engelsch artikel
in de Lloyd Mail had geschreven, deelt
men ons thans mede, dat er ook een
goed geïllustreerd artikel (K.L.M. fo
to's van Rotterdam-Waalhaven, Kasteel
Moermoïid, Rotterdam's havens, Zee
honden op de Zeeuwsche banken, de
schorren van Kortgene, de sluizen te
Wemeldinge, Veere, Middelburg, Vlis-
,sing)en en tenslotte hét vliegveld te
Souburg alle uit de lucht), van de hand
van den heer D. L. Broeder te Veere,
verschenen is in het Maartnummer van
het vooraanstaand maandblad The Geo
graphical Magazine. Het artikel heet
„Zeeland from the air".
COMPETITIE TEGEN VERKEERS
ONGEVALLEN VOOR BEROEPS
CHAUFFEURS,
De Vereeniging voor Veilig Verkeer
„Middelburg en Omstreken" heeft even
als enkele zustervereennigingen de
gelegenheid opengesteld voor deelname
aan een „Competitie tegen verkeerson
gevallen voor beroepschauffeurs".
Aan chauffeurs, die aan deze „geen
ongelukken" wedstrijd deelnemen en
die in een bepaald tijdvak geen ver
keersongevallen veroorzaken, worden
door de Vereeniging diploma's, insignes
(sterren) e.d. uitgereikt.
Het behoeft welhaast geen betoog,
dat er voor de deelnemende chauffeurs
een prikkel in gelegen is om met de
grootste nauwgezetheid de verkeers-
voorschriften in acht te nemen en deze
stipt na te leven. De kosten van deel
name aan dezen wedstrijd worden in
het belang van het veilig verkeer door
de vereeniging gedragen. Wel is het in
het algemeen regel, dat de deelnemen-
Volg de M.S.S.-gewoonte
Nergens schuilt zooveel
gevaar als in een niet
regelmatige zuivering van
Uw ingewanden. Apotheker
Dumont heeft het ideale
middel daarvoor gevonden
Ingez. Med.)
Het is voor u, het is een groote
eer, dit is mij tevoren nooit getoond.
En dan prees ook zij het arm beest
en de staldeuren werden dichtgedaan
en gesloten op zijn langzame ontbinding.
Toen zij den tuin verlieten zagen zij
de oude vrouw met veel glimlachjes te-
rugkeeren naar haar kleine huisje bij
het hek; een kat sliep bij het fornuis,
een fotographie van den olifant hing
aan den muur en op de tafel lagen el
len van gewoon wit naaiwerk.
U bedoelt den olifant? Maar ge
denk den wijsgeer „hij die zonder
dwaasheid is, is niet zoo wijs als men
wel zou denken."
Maar zij wenschte dat zij het vergaar!
de beest niet had gezien.
De reusachtige ..boomen in het vier
kante plein buiten, dat eens de markt
plaats was geweest, verhieven zich tot
een bijna ademlooze hoogte, alsof zij de
overheersching van de kathedraal uit
daagden; madame de Bellegarde keek
naar de hooge toppen ervan en trachtte
den olifant te vergeten.
Mijn atelier is hier dichtbij, in een
oud, heerenhuis van een der raadslie
den van Lodewijk den Twaalfden, zei-
de Farryner. Als uw vrienden hier zijn,
moet ge mij toestaan u te vragen mij
hier op te zoeken.
Zijn vormelijkheid was, bijna grillig; zij
zou met genoegen nu met hem naar zijn
atelier zijn gegaan en zijn „portret van
een dame" hebben bekeken; zij zou
zeer verheugd zijn geweest hem dit ple
zier aan te doen.
Maar hij vroeg er niet om en zij
hield haar gedachte om dit voor te stel
len in, en zoo reden zij heen v,an Tours
terug naar Ruzé de Bellegarde; de tril
lende populieren lieten enkele bladeren
vallen op hun effen weg, zonder modder,
zonder stof, het kwijnende azuur van
de Loire was nevens hen bijna den ge-
heelen weg langs; beiden waren ver
zonken in gepeins en stilte, de stralende
behaagzucht van het landschap had
geen macht hen uit hun droomen op te
wekken.
Zij gingen het kasteel gezamenlijk
binnen, wandelden zij aan zij door de
voorbereidingen v,an het feest voor 'n
anderen man.
Miss Stalling verwonderde zich waar
om zij zoo lang weg waren geweest en
zij vertelden haar van het bezoek aan
het museum en van den olifant.
Zij kende het arme beest wel en
voelde geen sympathie met hen, die er
medelijden mee hadden; dat te doen,
zeide zij, was een zeker teeken van 'n
sentimenteele geaardheid; het vieze
schepsel moest vernietigd worden.
Maar als de oude vrouw v,an hem
houdt? betoogde mr. Farryner,
Maar miss Stalling weigerde te rede
twisten over iets wat volgens haar
rechtstreeks een overgang was van het
verhevene naar het belachelijke en ma
dame de Bellegarde wilde het droevige
beest graag vergeten, dat ze wel
wenschte nooit gezien te hebben.
Zij had de vertrekken voor Timothy
Carless in gereedheid laten brengen
aan het uiteinde van den linkervleugel,
zoodat haar vensters zouden uitzien
over het plein en hij zou dat bekoorlijke
dat heerlijke, dat gouden uitzicht heb
ben over de rivier en de Vallei van de
Amasse.
Maar nu werd zij beheerscht door 'n
voortdurende ontevredenheid over haar
keuze; de kamers, waarin koningen had
den geslapen en gedineerd, waren te
grootsch. Een Engelschman zou kunnen
vinden, dat zij riekten naar vertooning
of aanstellerij.
Maar er waren geen eenvoudige ka
mers in Ruzè de Bellegarde en het was
gepaster dat hij zou zijn in den vleugel
waar de Mailley's hun vertrekken had
den dan in dien welke door haar zelf
en miss Stalling was ingenomen.
Natuurlijk hadden de Mailley's
het „intendaatshuis" in het park en
waren slecht in het kasteel gebleven
uit een oogpunt van utiliteit; zij konden
het elk oogenblik verlaten, maar mada
me de Bellegarde gaf er de voorkeur
aan dat zij bleven.
Het hoofdgebouw van het kasteel was
ingenomen door statie-vertrekken,
waarvan er één zeker was gemeubeld
als slaapkamer, maar met een onmoge
lijke vormelijkheid en pracht.
Al de meer nederige vertrekken wa
ren bezet door dienstpersoneel; Timo
thy Carless moest in den linkervleugel
komen, maar zij zou enkele meubelen
(Ingez. Med.)
de bedrijven,, firma's e.d, zelf lid of
don,ateur van de vereeniging zijn, of
dat deze een lidmaatschap voor hum
chauffeurs bekostigen.
De inschrijving is tot 31 Maart open'
gesteld bij het secretariaat, da,t ge'
vestigd is op het politiebureau,
ff
Voordracht van kapitein Van
Riessen.
Kapitein J. H. van Riessen hield
Dinsdagavond in Schuttershof een voor
dracht over „luchtbescherming". De
schouwburgzaal was geheel bezet met
belangstellenden onder welke we vele
burgemeesters van omliggende gemeen
ten opmerkten.
De burgemeester van Goes, mr. Van
Dusseldorp, sprak een kort openings
woord, waarin hij in het bijzonder wel
kom heette den chef van den Staf in
Zeeland, den le luitenant ter zee Msuite,
en den spreker, kapitein Van Riessen.
Spr. wees er op, dat er voor dezen
avond zooveel belangstelling was, dat
men een zaal van de dubbele grootte
had kunnen vullen. Spr. merkte voorts
op, dat die groote belangstelling onge
twijfeld mede een gevolg is van de tijds
omstandigheden. Spr, raadde echter
aan, hoewel waakzaam te zijn, zich niet
ongerust te maken. De overheid heeft,
ter bestrijding van mogelijk gevaar uit
de lucht, reeds vele voorbereidingen ge
troffen. Een deel daarvan zal straks de
oefening op 16 Mei zijn. Spr. betoogde,
deze niet als een spel op te vatten, doch
als een ernstige voorbereiding van dat
wat ons mogelijk hoewel God het
verhoede treffen kan. 'Voorts raadde
spr. aan, elkaar nu te zoeken," vereeni-
gingen te vormen, die in studie zullen,
nemen, de gevaren, die ons uit de lucht
kunnen treffen, en de middelen tot af
weer. Spr. wees in dit verband ook op'
de transport colonne van het Roode
Kruis, die te Goes zal worden gevormd,
en raadde aan, zich voor één van beide
diensten op te geven.
Kapitein Van Riessen hierna het
woord verkrijgende, wees op de 11 mil-
lioen pond sterling', die Engeland voor
verbetering van zijn luchtmacht uittrekt;
Duitschland bezette het Rijnland met
bombardementsgoederen, en een Abes-
sijnsche krijgsgevangene sprak: „God is
met Italië, want hij laat toe, dat ze het
vuur uit de lucht omlaag gooien. Deze
Abessijn was een groote propagandist
voor luchtbescherming, want hij gevoelde
de groote macht van luchtaanvallen.
Luchtbescherming is een stelsel van
maatregelen, door overheid en burger
bevolking gezamenlijk te nemen, om dé
aanvallen te voorkomen en de uitwer
king zoo gering mogelijk te maken.
Spr. noemde voorts de luchtwapenen:
snel, verrassend, machtig en verschrik
kelijk. De snelheid der vliegtuigen is
zoo groot, dat zij in zeer koren tijd vair.
hun basis boven hun doelwit zijn; de
uitwerking der bommen, die zij werpen,
is ontzettend, en het verschrikkelijkst is
in den regel nog de moreele uitwerking,
de paniek, die ze veroorzaaken en
waarvan de gevolgen meestal ernstiger
zijn, dan de bombardementen zelf.
Spr. verdeelde daarop de taak der
overheid in 5 punten, nl: 1 maatrege-
en kostbare schilderijen en glinsterend-
kristallen luchters wegnemen.
Dan weer ontbrak haar de geest
kracht tot dit besluit; zij werd bedeesd
bij deze. uitgebreide voorbereidingen
voor één gast; iedereen, van mr. Farry
ner tot de dienstboden toe, zou haar
angstvallige zorg waardoor zij geheel
werd in beslag genomen, opmerken.
Zij was in deze gedachten verzonken-
toen Magnus Farryner plotseling vroeg:
Wie komt er? Iemand, dien ik ken?
Miss Stalling antwoordde vroolijk en
vlug:
Iemand, die ge niet kent, ten eer
ste een vriendinnetje van mij Ro-
binetta Sarsfield.
Robinetta Sarsfield! Madame de Bel
legarde had het kind vergeten; zij was
dankbaar voor den trouwen steun van
miss Stalling, want de nogal plotselinge
vraag had haar uit het veld geslagen,
en zij zeide warm:
Van welke kamers zou zij hou
den? Ik zou haar graag iets aardigs ge
ven de statie-vertrekken misschien.
Maar mijn beste! Een kind, ko
mende van een zeer bescheiden kloos
ter.
Dat, dacht ik, zou het aangenaam
maken voor haar.
Maar miss Stalling protesteerde.
U heeft mij een heele verdieping
voor mijzelf gegeven; natuurlijk komt
Robinetta bij mij.
(Wordt Vervolgd).