HONIG S BOUILLONBLOKJES 6 voor lOct.
DE PAGODE
zeeland.
KRONIEK van den DAG.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE COURANT) VAN WOENSDAG 11 MAART 1936. No. 60.
MIDDELBURG.
ASPIRIN
WALCHEREN
m
Wist Mussolini, ,wat Hitler in
zijn schild voerde? Geruch
ten over een koehandel De
vooruitzichten van de vredes
onderhandelingen in het Itali-
aansch-^Abessijnsch conflict
En het merkwaardige be
richt uit Asmara.
Mussolini wordt er van verdacht, van
Hitler's sensaiioneele plannen op de
hoogte te zijn geweest. Van verschillen
de zijden zijn daarover berichten ver
schenen. Een deel hiervan beweert, dat
Duitschland en Italië een- geheim ver-
drao inzake de Oostenrijksche kwestie
hebben gesloten: Hitier zou voor een
bepaald aantal jaren van elke onderne
ming tegen Oostenrijk hehbben afgezien,
In ruil daarvoor zou Mussolini hem de
vrije hand, wat Locarno betreft, toege
zegd hebben. Een koehandeltje dus, dat
dan echter wel heel smerig is. Maar
-wat wil men. De voornaamste stelregel
in de politiek is nog steeds, dat 't doe]
de middelen heiligt. En heibel in Euro
pa op dit moment, komt Mussolini gele
gen, mits die heibel niet in een oorlog
ontaardt. Daardoor wordt niet alleen
de algemeene aandacht van zijn Oost-
Afrikaansch avontuur afgeleid, maar de
animo te Genève, om de sancties te
verscherpen, zal er door verminderen.
Het Italiaansch-Abessijnsch conflict op
zichzelf was reeds een heele kluif voor
den Volkenbond. Nu er een kluif bij
komt, waarvan de proporties nog aan
zienlijk omvangrijker zijn, zal zonder
twijfel de neiging, om die van Mussolini
op den achtergrond te schuiven, toene
men. Hitier en Mussolini spelen mekaar
dus in de kaart, zoo niet bewust, dan in
elk geval onbewust.
Mussolini is zoo handig geweest tege
lijkertijd, de uitnoodiging van de com
missie van 13, oni in vredesonderhande
lingen toe te stemmen, blijkbaar onvoor
waardelijk, aan te nemen. Het zou, zelfs
onder de huidige omstandigheden, on
verstandig van hem geweest zijn, om
dat niet te doen. Engeland, dat den
laatsten tijd ook niet voor een kleintje
vervaard is, zou dan wellicht, Hitler's
krachttoer ten spijt, toch nog op de een
of andere manier een verscherping der
sancties hebben weten te bewerkstelli-
gen.
Mussolini kan, wat Gennève betreft,
voorloopig gerust zijn. Men zal het hem
daar niet al te lastig maken, nu hij zich
zoo bereidwillig" heeft betoond. Wan
neer de vredesonderhandelingen begin
nen, is nog niet vastgesteld. Het zal wel
een paar dagen duren, voordat men
daarvoor een geschikten vorm heeft
gevonden. En dan staat de wereld ver
moedelijk weer een lijdensgeschiedenis
te wachten. Of een vredesverdrag er
werkelijk hei resultaat van zal zijn, kan
men op 't oogenblik op verscheiden
gronden betwijfelen. Mussolini zal, in
den beginne althans, heel veel overvra
gen: de Negus vrijwel niets willen bie
den. De kans op vrede lijkt ons vooral
of te hangen van de vraag, hoe lang Ita
lië zich nog de inspanning van den af-
mattenden krijg kan veroorloven. Het
merkwaardige bericht van eergister uit
Asmara, dat maarschalk Badoglio bevel
had gegeven, voorloopig het offensief
te staken, scheen te beduiden, dat Ita
lië nu reeds de totale uitputting nabij is.
Wij hebben ons de oogen uitgewreven,
toen we het lazen. Het was bijna -te
mooi, om waar te zijn, maar het
kwam uit Asmara, de hoofdstad van
Italiaansch-Erithrea, waar Badoglio's
generale staf een strenge censuur uit
oefent. Geen telegram wordt daar ver
zonden, of het moet de goedkeuring der
militaire autoriteiten hebben verworven.
Dat het onderhavige telegram aan die
censuur ontsnapte, is niet aan te nemen.
Het kan dan ook niet anders, of er moex
wel degelijk sprake van een tijdelijke
staking van het offensief zijn geweest.
Heeft men naderhand te Rome in de ga
ten gekregen, dat dit in Europa een
„verkeerden" indruk zou maken, dat
i men er overal uit zou afleiden, dat Italië
genoeg van het bloed en geld verkwis
ten heeft? Zoolang' geen plausibele ver
klaring van de eigenaardige zaak is ver
strekt, kan men slechts dit en niets an
ders blijven onderstellen.
Door MARJORIE BOWEN.
5).
Zoudt u hebben kunnen voortgaan?
Ik weet het niet. Vier jaren, en
toen stierf mijn echtgenoot plotseling
pneumonie, in een vleugje tijds was hi
heengegaan. Ik was zoo geschokt dat ik
zelfs Timothy vergat. Zoo bedroefd was
ik om alles wat we gemist hadden
Zij keek miss Stalling aan met een
teeken van afgrijnzen op haar teer ge
laat.
.Te denken dat het. voorbij was
geen kansen meer geëindigd. Zoo
Toen ik hem dood zag wenschte ik ook
dood te zijn - hij zag er ook streng uit
rechtvaardig, maar streng.
U moet toen blij geweest zijn, dat
hij trouw geweest is.
Dit laatste woord, ouderwetsch en
kinderlijk, trof madame de Bellegarde
trouw? Het klonk vreemd.
Ik had niets gedaan, dat hem had
kunnen beleedigen, zeide zij langzaam.
Timothy Carless was in Engeland toen
mijn echtgenoot stierf. Hij schreef mij
een vormelijken brief. En ik heb se
dert dien niets van hem gehoord of ge
zien.
En u heeft hem niet geschreven?
Efoe kon ik dat doen? vroeg ma
dame de Bellegarde. Niets was ooit tus-
schen ons uitgesproken.
- Maar is men dan niet zeker? op
perde miss Stalling bedeesd.
Dat dacht ik. Maar gij ziet het! Hij
gaat weg 0p die manier.' Bedenk dat
wij heel intiem met hem waren. En nu
MR, J, H. TELDERS GAAT HEEN.
Naar wij vernemen heeft de landsad
vocaat mr. J. H. Telders wegens ge
zondheidsredenen ontslag uit die functie
aangevraagd
Als zijn opvolger wordt genoemd: jhr.
mr. G. W. van der Does, die thans als
plaatsvervangend landsadvocaat fun
geert.
NEDERLANDSCHE ARBEIDERS IN
DUITSCHLAND,
Onderhandelingen over een
nieuwe regeling.
Tusschen Nederland en Duitschland
bestaat, een regeling over de tewerk
stelling van Nederlanders in Duitschland
en Duitschers in Nederland. De thans
loopende regeling dateert van Septem
ber vorig jaar en eindigt met 1 April
aanstaande,
Daarom is thans, naar de N.R.C.
meldt, een commissie te Berlijn geko
men, die met een Duitsche commissie
over dat onderwerp besprekingen zal
houden.
Over het algemeen heeft Nederland
zich te beklagen over de tewerkstelling'
van onze arbeiders in Duitschland. Toe
zeggingen, vroeger gedaan zijn niet in
vervulling getreden. Het is te hopen, dat
deze onderhandelingen tot een aanne
melijk resultaat voor beide zijden zullen
leiden, De liefde kan ook hierin niet
van één kant komen.
DUITSCHE NAZI'S IN ONS LAND.
De regeering zal tegen hun op
treden maatregelen nemen.
Op een vraag van het Tweede Kamer
lid Goseling:
Is de regeering bereid, mede in het
licht van het volgens een officieel be
richt door den Zwitscherschen Bonds
raad genomen besluit om een landelijke
leiding en districtsleiding van de Duit
sche nationaal-socialistische partij in
Zwitserland in geen enkelen vorm meer
toe te laten te overwegen, of het niet
noodzakelijk is, dat ook in Nederland
afdoende maatregelen worden genomen
om een einde te maken aan alle politie
ke activiteit van buitenlanders, niet al
leen individueel, maar vooral in eeniger-
lei vorm van samenwerking?
hebben de ministers van buitenland-
sche zaken en van justitie geantwoord:
In antwoord op deze vraag kan wor
den meegedeeld, dat de regeering reeds
geruimen tijd geleden haar standpunt
ten aanzien van de organisaties van
Duitsche onderdanen hier te lande heeft
bepaald (voor zoover hier te lande ver-
eenigingen van vreemdelingen van an
dere nationaliteit bestaan, hebben deze
geen aanleiding tot bemoeiing gegeven).
Dit standpunt brengt mede, dat in Ne
derland alleen worden toegelaten naast
elkaar staande, plaatselijke vereenigin-
gen van ingezetenen van Duitsche na
tionaliteit, welke noch onderling in
hiërarchisch verband staan, noch in
zulk verband staan tot een Duitsche
centrale organisatie. Deze vereenigin-
gen mogen geen partijnaam dragen en
geen partij- of staatkundig karakter be
zitten.
Voorts is aan vreemdelingen op straf
fe van uitzetting verboden, zich op
eenigerlei wijze in binnenlandsche poli-
teke toestanden te mengen, naar buiten
politiek actief te zijn en met name in dit
verband pressie op eigen landgenooten
uit te oefenen. De ten deze door de
Nederlandsche regeering genomen maat
regelen gaan derhalve verder dan die
welke kort geleden door den Zwitser-
schen Bondsraad zijn getroffen en voor
het oogenblik zich bepalen tot een ver
bod van een landelijke en van districts
leidingen der N.S.D.A.P. in Zwitserland.
Aangezien, vooral in den laatsten tijd
uit ter beschikking gekomen gegevens
gebleken is, dat de voorwaarden, waar
onder organisaties van Duitsche onder
danen hier te lande zijn toegelaten, in
de praktijk door de betrokken vereeni-
gingen niet voldoende worden nageleefd,
is van de zijde der regeering reeds vóór
het Zwitsersche incident het noodige
verricht en zal ter uitvoering daarvan,
ook het noodge geschieden om ,aan dien
ongewenschten toestand een einde te
maken.
Waterschappen.
Bij Kon. besluit zijn benoemd met in
gang van 5 April tot dijkgraaf van den
Hollarepolder, S. J. Polderman te O u d
V ossemeer; met ingang van 14 Mrt,
tot dijkgraaf van den Stad Philippine-
polder, A. F. van Hijfte, te Philip
pine; tot plaatsvervanger van den dijk
graaf van den Alte-kleinpolder (N, Be
veland) M. de Regt, te K a t s, en is aan
A. de Waal teHonteni sse, met
ingang van 1 Maart, op zijn verzoek eer
vol ontslag verleend, als dijkgraaf van
den Kruispolder.
VOLKSONDERWIJS,
Dinsdagavond vergaderde de. afdee-
ling Middelburg van Volksonderwijs in
een der zalen van de Eendracht onder
voorzitterschap van dr. C. Orbaan.
De secretaris, de heer F. A. Rosen-
daal, bracht het jaarverslag over 1935
uit, waaruit o.a. bleek, dat het ledental
dank zij het harde werken van de pro-
pagandacommissie, niettegenstaande
verschillende bedankjes, steeg van 369
tot 387 en thans reeds ongeveer 400 be
draagt.
Dank brengt de secretaris aan de pro-
pagandacommissie en herinnert daarna
aan den gehouden propagandaavond en
den bloempjesdag.
Het jaarverslag werd goedgekeurd
evenals de rekening van den penning
meester, den heer C. Roelands, aanwij
zend in ontvang 587 en in uitgaaf 577,
dus een goed slot van 10, verhoogd
met het vorig saldo ad 132, is dit een
totaal van 142.
De begrooting 1936 ging onder den
hamer door.
De vergadering herkoos tot bestuurs
leden mej. C. Nijdam en den heer C.
Roelands en als leden van de Propagan
da Commissie de heeren G. Faro en C.
van Sluijs.
De heer Roelands bracht verslag uit
van de algemeene vergadering der Ver-
eeniging in September jl. en de verga
dering benoemde tot afgevaardigde naar
de buitengewone algemeene vergadering
op Zaterdag 16 Mei te Utrecht mevrouw
Moens.
Hierna kwam aan de orde de bespre
king van het op die vergadering te be
handelen rapport van de „Bevredigings
commissie van Volksonderwijs".
De v o o r z achtte het niet doen
lijk het geheele rapport te bespreken
en las daarom de volgende algemeene
conclusies voor:
1. Met alle kracht moet gepoogd wor
den de Openbare school (Algemeene
Volksschool) te behouden en haar po
sitie te versterken.
2. Dit pogen kan gepaard gaan met
het mogelijk maken van een behoorlijke
verzorging van niet-openbaar onderwijs.
3. Handhavende het beginsel van de
financieele gelijkstelling en de grondwet
telijk gewaarborgde vrijheid van het on
derwijs, moet aangedrongen worden op
wijziging in de organieke wet, waar
door:
a. de voorwaarden, waaronder de
stichting van bijzondere scholen moge
lijk is, verzwaard worden;
b. een werkelijke gelijkstelling, en
daardoor een ware schoolvrede, wordt
verkregen;
4. De houding van „Volksonderwijs" ten
aanzien van het principe der financieele
gelijkstelling dient voorloopig niet ge
wijzigd te worden.
De Voorzitter zeide te mis
sen een wensch, om terug te komen op
de onbillijke behandeling van de open
bare school tegenover de bijzondere en
mogelijk te maken openbare scholen op
bepaalde plaatsen weer op te richten.
De heer Spinnaay hield een
uitvoerig betoog, waarin hij er op wees,
dat er een technische fout is gemaakt
door het rapport of althans een behoor
lijk uittreksel er uit in den breede be
kend te maken. Nu heeft men wel de
conclusies, doch deze geven maar zeer
slecht weer, wat er in het rapport staat,
het is een zeer dun aftreksel van een
vrij krachtige soep. Speciaal had con
clusie 3a een nadere toelichting noodig
gemaakt. In het rapport komen verschil
lende wenschen ter zake voor, maar
men kan het uit de conclusie niet lezen.
Spr. bepleit o.a. met klem, dat men het
recht aan de ouders moet geven hun
kinderen naar een bijzondere school te
zenden, maar dan moet zulkeen school
ook uitsluitend kinders tellen van
ouders, wier principe ten deze aanzien
een absolute aanwijzing geeft en niet
tevens een aantal kinderen van anders
denkende ouders, die overgehaald zijn.
Ook dienen de ouders zulkeen school te
bestuuren en niet de pastoor of de pre
dikant.
Ook de heer Roelands wees op
bezwaren en de Voorzitter
onderschreef het wenschelijk van groo-
tere bekendheid van de motieven van
de rapporteurs.
De vergadering vereenigde zich z.h.s.
met een voorstel van den heer Spinnaay
om er bij het hoofdbestuur op aan te
dringen alsnog een beknopt uittreksel
uit het rapport, tegen een billijken prijs
verkrijgbaar te stellen, waarin de be
doeling beter tot haar recht komt.
Nog werd medegedeeld, dat op Don-
(Ingez. Med.)
een heel jaar en geen levensteeken.
Ik denk dat hij eerst graag weg
wilde blijven
Ja eerst. Maar een jaar!
Misschien zeide miss Stalling on
schuldig, wist hij niet waar u te vinden,
een brief kan zoek geraakt zijn. U
is veel op reis geweest
Madame de Bellegarde schudde het
hoofd; zij behoorde tot een wereld waar
men altijd „gevonden" kon worden;
haar komen en gaan was publiek eigen
dom, maar zij legde dit niet uit aan haar
nederige vriendin.
Nu, naturlijk, ik weet niets van
hem af maar hij heeft bezigheden,
heeft hij iets te doen?
Ja, antwoordde de andere vrouw,
met iets van triomph, hij heeft werk te
doen hij loopt niet ledig, ofschoon
hij veel vrijen tijd en veel geld heeft
Zijn vader is een beroemd ingenieur, en
Timothy werkt met hem samen.
Dan is dat misschien de reden,
dat hij ergens heen gezonden kan zijn
ver weg
Wederom schudde madame de Belle
garde het hoofd, ditmaal met een licht
ongeduld.
Er bestaat geen reden, er kan geen
reden zijn behalve dat hij me niet
verlangt te zien een andere vrouw
misschien.
Miss Stalling zeide openhartig:
Er zijn niet veel vrouwen als
Gelooft gij van niet? U is een lie
verd, natuurlijk. Maar ik heb niets o*m
Timoth$ te verleiden hij heeft geld
en een menigte van vrienden, en zijn
werk en genoegens; tenzij hij mij zou
liefhebben, is er geen reden, waarom i
hij me zou uitkiezen,
Ik zie het in, zeide miss Stalling
ernstig, terwijl zij zich een jongen man
trachtte voor te stellen zóó schitterend,
dat hij niet in staat was zich door ma
dame de Bellegarde te laten betoove-
ren. Zij zelf had weinig zulke men-
schen gekend, maar zij bewoog zich ook
in een andere wereld. Zij overwoog de
situatie ernstig in haar rein gemoed.
Kunt ge niet gelukkig zijn zonder
hem? vroeg zij eenvoudg,
Neen, was het kalme antwoord. Ik
heb getracht belang te stellen in ande
re dingen, andere menschen, al deze
maanden. Het is nutteloos.
Zij trachtte om zichzelf te lachen.
Is het niet dwaas! Op mijn leeftijd!
Zij viel terug in haar stoel; reeds be
treurde zij zooveel te hebben gezegd,
zelfs aan iemand, die zoo vriendelijk,
zoo kalm en volmaakt bescheiden was
als miss Stalling; haar verterende harts
tocht was natuurlijk een van die dingen,
waarvan men niet kon spreken, die door
woorden geschaad worden en het was
een zwakheid van haar geweest deze be
kentenis over haar lippen te brengen.
Toch was gedurende maanden van
zich inhouden haar eenig verlangen ge
weest in deze witte spreekkamer te zit
ten en haar geheim te vertellen aan
deze eenvoudige, verstandige oude
vrouw, die naar zij hoopte een weinig
van haar hield.
Nu verachtte zij zich zelfs nog ster
ker dan zij zich in den laatsten tijd
veracht had.
i Waarom kan ik niet tevreden zijn
met wat ik gehad heb, met wat ik ver
kregen heb? dacht zij bitter. Waarom
kan ik niet opgeven laten loopen
als zooveel vrouwen doen?
Toegevende aan een rusteloozen drang
zeide zij hardop:
Kan ik niet doen wat gij en de non
nen gedaan hebt? De wereld opgeven
en hier in vrede komen leven? Ik zou
het geld en het kasteel weg kunnen ge
ven aan hen, die van beide een beter
gebruik zouden maken dan ik.Zij
verbeterde zichzelf met een harden
klank in haar stem. Neen, ik ben
niet vrij hierin, mijn echtgenoot liet
Ruzè de Bellegarde na aan het Institut
de France en het geld om het te onder
houden, dus als ik er afstand van deed,
zou dat alles zijn een beetje vooruitloo-
pen op mijn dood.
Dat zou ik niet doen, zeide miss
Stalling.
Waarom niet? Gij zijt gelukkig.
Maar ik ben oud, en ik had niet
zooveel op te geven.
Maar ik zou hier gelukkig kunnen
zijn, drong madame de Bellegarde aan,
met een zenuwachtige uitdaging. Ik be
hoor nergens thuis ik maak van niets
deel uit overal waarheen ik ga ben
ik een buitenstaander, iedereen dien ik
ontmoet staat geheel buiten mij, elke
maand word ik eenzamer en nutteloo-
zer.
Maar ook hier zoudt ge eenzaam
en rusteloos zijn, zeide miss Stalling
zacht.
Madame de Bellegarde stond op en
ging naar het venster en keek over
den bloempot met scharlaken begonia's
over den ommuurden tuin naar de popu
lieren.
Zou ik dat vroeg zij dof. Wat zal
anwï/iuwvideeyk.
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbulsjes van
20 tab). 20 ets. en oranjexakjes van 2 tabl. 10 cUt
H (Ingez. Med.)
alleen hel beste voor
Uw gezondheid:
der dag 21 Mei, Hemelvaartsdag op
Groot Valkenisse voor den Kring Wal
cheren een landdag zal worden gehou
den, waar de heer Klaas de Vries zal
spreken en waar het Westkapelsche Da
meszangkoor en het Westkapelsche mu
ziekgezelschap zullen medewerken.
Nog een loos alarm.
Gisterenmiddag tegen half drie werd
de brandweer weder gealarmeerd. Thans
zou brand woeden in het magazijn van
de firma Brouwenaar en van de Kamer.
In enkele minuten was de magirus in
de Langeviele en kwamen daar ook de
commandant en de onder-commandant,
terwijl ook het volledige college van B.
en W., dat in vergadering bijeen was, op
't bericht van den brand afkwam, en
spoedig ook een inspecteur van politie
en even later ook de Commissaris ter
plaatse verscheen.
Het bleek intusschen, dat geen daad
werkelijke hulp noodig was, omdat wel
het pakhuis naast den winkel vol rook
stond, maar g'een vuurhaard te ontdek
ken was. Het bleek bij grondig onder
zoek, dat de rook door den muur kwam
en dat in het naast gelegen perceel een
kachel stevig brandde. Gevaar was er
niet aanwezig.
O. EN W. SOUBURG. Dinsdagavond
werd onder voorzitterschap van den
heer M. Wattel, secretaris van de tuin
bouw commissie der Z.L.M. een verga
dering gehouden met enkele tuinders uit
Souburg en omgeving.
In principe werd besloten tot het op
richten van een tuinbouw vereeniging
ter behartiging van de beroeps-tuinbouw
in den ruimsten zin des woords,
Besloten werd binnenkort een alge
meene vergadering te houden tot het
vaststellen van een reglement en voor
het kiezen van een bestuur.
Een comm. van actie werd benoemd,
bestaande uit M. Osté, J. de Pagter en
L. Suurmond,
VROUWENPOLDER. De pi. afd. van
den Bijz. Vrijw. Landstorm hield Maan
dagavond, onder voorzitterschap van
den heer L. Maas, in de consistorieka
mer der Ned. Herv, Kerk alhier, haar
goed bezochte jaarvergadering, waarin
naast 22 leden, de heeren Bierman en
Laernoes aanwezig waren. Uit de jaar
verslagen bleek, dat de afd. 32 leden
telt en de rekening een goed slot aan
geeft van ruim f 14. Hierna zette over
ste Bierman uiteen op welke wijze de
B. V. L. zoo noodig onder de wapenen
kan worden geroepen. De heer Laer
noes wees op de alom toenemende ver
warring, zoowel nationaal als internati
onaal, de gevaarlijke theoriën van de
communisten en de N.S.B., welke he
laas ook in ons land ingang vinden. Spr.
gaf een duidelijke uiteenzetting van doel
en streven van den B.V.L., en wat van
zijn leden verwacht wordt zoo onver
hoopt zich in ons land een revolution-
nairë geest mocht openbaren. Het door
beide heeren gesprokene werd met vol
le aandacht door de aanwezigen aange
hoord. In zijn slotwoord, waarbij hij de
heeren Bierman en Laernoes dank
bracht voor het door hen op zoo duide-
ik dan doen?
Schrijf aan den heer Carless. Vraag
hem te komen en een poosje bij u te
blijven op Ruzè de Bellegarde.
Maar dat is onmogelijk!
Waarom? Als hij u onverschillig
was zoudt ge er niets in vinden. Gij be
hoeft niet alleen te zijn. Vraag ook een
paar andere menschen.
Madame de Bellegarde wendde zich
met haar rug naar het venster.
Zoudt gij dat doen? vroeg zij snel.
Dat zou ik. Ik zou alles op de proef
stellen. Ik haat het als de dingen niet
doorgaan wegens afwezigheid.
Maar als hij zou bedanken be
danken om te komen,.
Welnu, dan zoudt ge weten.
Ik geloof niet dat ik een weigering
zou kunnen verdragen.
Dat is een kwestie van moed, zei
miss Stalling rustig.
Ja, dat geloof ik ook.
Natuurlijk Wij zijn allemaal zoo hapé
de dingen onder de oogen te zien. Mfeair
dat is de eenig'e weg om voldoening te
verkrijgen de dingen onder de oogen
te zien, bedoel ik.
Jau.
Als gij een weigering ontvangt, zal
dat beter zijn dan voort te gaan in twij
fel en kwelling ge zult weten,
Ja, ik zal weten, maar ik heb niet
het gevoel dat ik het zoo op de proef
zou kunnen stellen.
Dat is een kwestie van moed, her
haalde miss Stalling', het gaat ér juist
om hoeveel moed men heeft. De mees
ten van ons hebben er zoo weinig van.
(Wordt Vervolgd).