KRONIEK van den DAG.
BINNENLAND.
ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DONDERDAG 27 FEBRUARI 1936. No. 49.
MIDDELBURG.
WALCHEREN.
WAT DOET GIJ, ORDELIJKE,
ZINDELIJKE HUISVROUW?
De M.S.S.-gewoonte
Gezondheid en ziekfe aan boord der
Compagnie's OosMndië vaarders.
JAPANSCHE TRAGEDIE.
In de Japansche politiek wordt al ja
renlang kwistig met menschenlevens
omgesprongen. De moorden, die giste
ren te Tokio gepleegd zijn, vormen
alevel een uitzondering op een lugube-
ren regel. Tot dusver was het meestal
een persoon of een heel klein groepje
geëxalteerden, dat, al of niet in op
dracht van lieden achter de schermen,
vooraanstaande politici uit den weg
ruimde. Na afloop van hun gruwelijk
handwerk sneden zij zich soms de buik
open; gebruikelijke vorm van zelfmoord
in Japan. Ditmaal hebben eenige dui
zenden aan de moordpartij deelgenomen,
onder leiding van jeugdige officieren.
Hun bedoelingen moeten verder gegaan
zijn dan de opruiming van enkele staats
lieden, die in hun oogen niet nationalis
tisch genoeg optraden. Zij hebben de
wet willen verzetten. Ze schijnen daarin
met geslaagd. Voorloopig is dat een ge
ruststelling.
De gebeurtenis heeft inmiddels bewe
zen, welke gevaarlijke krachten zich nog
steeds in Japan laten gelden. Het scheen
de laatste maanden, dat de regeering
haar gezag over de radicale militairen,
dSe er op will enslaan, in China en Sibe
rië, bezig was te herstellen. Men ^veet,
boe zij langen tijd niets tegen lieden als
ia generaal Doihara, die in Noord-China
rondspookt, kon uitvoeren. Mantsjoerije
werd indertijd door een Japansch leger
onder den voet geloopen, zonder dat zijn
leiders zich iets van Tokio aantrokken.
Het scheelde een haar, of Japan was in
oorlog met Sovjet-Rusland geraakt,
,,dank" zij het optreden der militairen.
Men stelle zich nu alevel niet voor,
dat de Japansche regeering niets voor
expansie voelt. Zij wil precies hetzelfde
als de radicale generaals en officieren:
Japan oppermachtig in het Verre Oos
ten maken. Maar zij acht het beter, dat
geleidelijk, als 't ware voetje voor voet
je en zoo mogelijk zonder al te veel ge
weld, te bewerkstelligen. Zij heeft daar
een goede reden voor. De staatsbegroo-
tïag is overbelast en de schatkist dus
permanent leeg. Meer dan de helft van
alle inkomsten slokken leger en vloot
op. De regeering vreest het land te zul
len ruïneeren, als ze toegeeft aan het
drijven der ongeduldige militairen. Japan
heeft geen grondstoffen. Een oorlog met
Sovjet-Rusland zou op dit oogenblik een
hachelijk avontuur zijn. De jeugdige,
heethoofdige officieren, die nationaal-
socialistisch georiënteerd zijn, gelooven
dat alevel niet. Zij willen geweld en ver
moorden allen, die hun in den weg staan.
Het is momenteel niet te zeggen, wat
de gevolgen van den putsch van gisteren
zullen zijn. Toen we dit schreven, werd
bericht, dat de minister van financiën
Takahasji, die aanvankelijk ook als ver
moord werd opgegeven, nog leefde. Hij
liep echter zwaar lichamelijk letsel op.
Minister Takahasji zal het voornaamste
doelwit van de moordenaars geweest
zijn. Hij was de krachtigste figuur uit 't
kabinet; een 82-jarige patriarch met
grooten invloed. Op hem vooral voelden
de militairen steeds hun oppermacht af
stuiten. Met den 86-jarigen prins Sajonji,
Volgens latere berichten is minis
ter Takahasja aan zijn wonden bezwe
ken.
den oudsten raadsman van den keizer,
hield hij het laatste jaar de koorden van
het gezag in handen. De aanslag op Ta
kahasji zal geen goeden indruk op het
Japansche volk maken, doch dat raakt
de bedrijvers vermoedelijk niet. Hun po
litieke wapen is de terreur. Als men er
niet in slaagt deze aan banden te leggen,
zullen zij hun luguberen strijd voort
zetten, zonder den minsten twijfel.
De putsch is vermoedelijk een uitvloei
sel geweest van de Rijksdagverkiezingen
die dezer dagen zijn gehouden. De par
tijen, die wars zijn van de radicale na
tionalistische politiek der militairen, be
haalden de overwinning. Blijkbaar zijn
de heetste hoofden deardoor geheel van
de kook geraakt.
In Sovjet-Rusland volgt men uit den
aard der zaak de gebeurtenissen te To
kio met groote spanning. Sinds enkele
weken hebben er aan de grens tusschen
Mantsjoekwo en Siberië en tusschen
Mantsjoekwo en Buiten-Mongolië (dat
onder Russischen invloed staat) weer
verscheiden incidenten plaats gehad. De
nota-wisseling, die als een gevolg daar
van tusschen Tokio en Moskou op touw
werd gezet, was venijnig. Luttel dagen
geleden schreef de Japansche pers open
lijk over oorlogsgevaar. Het hoeft onder
deze omstandigheden niet te verbazen,
dat de Sovjet-regeering meer dan wie
ook belang s'telt in de gevolgen van den
putsch. Een versterking van den invloed
der militairen te Tokio zou waarschijn
lijk een gewapend conflict tusschen Ja
pan en Rusland beteekenen. De solda
teske nationalisten zien in de Sovjet-
Unie de voornaamste hindernis voor Ja
pans expansie op het Aziatisch vaste
land.
HET HAAGSCHE TEMPO.
Het Tweede Kamerlid IJzermans heeft
den minister van sociale zaken de vol
gende vragen gesteld:
Kan de minister thans mededeelen of
een wetsontwerp betreffende vreemde
lingen, die zich hier te lande als zelfstan
dige bedrijfsleiders vestigen, waarom
trent hij den 19den November 1935, in de
Tweede Kamer heeft verklaard, dat het
„niet alleen binnenkort, maar veel ster
ker: binnen den allerkortsten tijd de
Kamer (zou) bereiken", binnenkort zal
worden ingediend?
HOTEL-, CAFé- EN RESTAURANT-
PERSONEEL
VOOR DE SEIZOENBEDRIJVEN.
Blijkens een mededeeling van den
directeur der Rijkswerkloosheidsverze
kering en arbeidsbemiddelingsdienst
zullen eventueele aanvragen om ver
gunning van het in dienst nemen van
buitenlandsch personeel in de hotel,
café- en restaurantseizoenbedrijven
slechts dan kunnen worden
ingewilligd, indien vaststaat dat
de betrokken werkgever tijdig aan de
openbare arbeidsbemiddeling een op
gave heeft verstrekt van het door hem
benoodigde personeel en indien het be
trokken orgaan der arbeidsbemiddeling
er niet in is kunnen slagen, aan de aan
vrage te voldoen. In verband hiermede
is het noodzakelijk, dat de betrokken
werkgever voor 10 Mrt. a.s. bij de
arbeidsbeurzen in hun ressort opge
ven welk personee.l met vermelding
van aantal en bijzonderen bedrijfstak zij
voor het seizoen 1936 meenen noodig te
hebben, tegen welke datums, (R.P.D.)
EEN BURGEMEESTER, DIE DE
S. D. A. P, HET „WILHELMUS" WIL
LATEN ZINGEN.
Het Tweede Kamerlid Faber heeft
den minister van binnenlandsche zaken
de volgende vragen gesteld of het juist
is, dat de burgemeester van Zoelen, aan
het verleenen van toestemming voor een
feestvergadering van de afdeeling Zoe
len der S. D. A. P. de voorwaarden heeft
verbonden:
a. dat, als een spreker zou optreden,
deze vooraf met den burgemeester zou
komen spreken over den inhoud zijner
redevoering, dan wel deze redevoering
vooraf schriftelijk zou inzenden;
b. dat de avond zou eindigen met het
„Wilhelmus".
VEHSNELDE BRUGGENBOUW.
Het lid der Kamer van Koophandel
en Fabrieken voor de Zeeuwsche eilan
den te Middelburg, de heer A. Jeroni-
mus heeft aan het bureau verzocht in
de Vrijdagavond te houden vergadering
ook het gewijzigde wetsontwerp tot
versnelden bruggenbouw ter sprake te
brengen.
De heer Jeronimus wijst er op, dat de
versnelde bruggenbouw met gratis brug
gen voor het district der Kamer belang
rijk minder waarde heeft, dan voor an
dere gedeelten des Rijks. Tegen de ver
hoogde benzinebelasting uit dezen hoof
de valt weinig bezwaar in te brengen,
mits de veren die onderdeel uitmaken
van het Rijkswegenplan dus bij Zijpe en
over de Wester S.chelde, gratis worden.
De regeering komt tegemoet door verla
ging voor de houders van auto's in
Zeeuwsch Vlaanderen, doch volgens
den heer Jeronimus zou deze verlaging
practisch moeten gelden voor alle auto's
die de letter K. dragen, immers eer men
van het voordeel van de gratis bruggen
over de groote rivieren kan hebben ge
bruik gemaakt, zijn vele kilometers ge
reden. Welk belang hebben de talrijke
zakenlieden in Walcheren en Zuid-Beve
land die geregeld Zeeuwsch-Vlaanderen
bezoeken, bij gratis bruggen over de
groote rivieren? En voor die enkele
keer zullen zij vele km benzine belas
ting hebben moeten betalen.
Naar aanleiding van het voorstel van
den heer Jeronimus herinnert het bu
reau er aan, dat de Kamer reeds her
haaldelijk pogingen heeft aangewend
vrij vervoer te verkrijgen op de veren
over de Westerschelde, laatstelijk in
een onder dagteekening van 1 Oef. j.l.
aan de Tweede Kamer gericht adres in
verband met het -wetsontwerp tot finan
ciering van den versnelden bruggen
bouw. Wel is de minister van Water
staat bereid iets te doen "voor de inwo
ners van West Zeeuwsch-Vlaanderen,
doch daardoor wordt allerminst aan het
verlangen van de Kamer tot vrij verkeer
over de veren tegemoet gekomen, en
zijn er volgens het bureau zeker alles
zins termen aanwezig nogmaals bij de
Tweede Kamer op dezen wensch de aan
dacht te vestigen. Het bureau zou daar
aan willen toevoegen dat, zoo tegen vrij
verkeer over de veren onoverkomen-
lijke bezwaren bestaan, de verlaging der
veergelden toch zeker niet alleen voor
autohouders woonachtig in Zeeuwsch-
Vlaanderen zal moeten gelden, doch dat
deze faciliteit zeker minstens aan alle
in Zeeland woonachtige autohouders
zoude moeten worden verleend.
De verhooging der benzine belasting
is toch bedoeld als vergoeding voor het
gebruik der bruggen over de groote ri
vieren en nu behoeft het toch zeker
geen betoog, dat de bewoners van Zee
land heelwat minder van deze bruggen
gebruik majjen dan de bewoners van
overig Nederland, de Zeeuwsche auto-
hcuders in het algemeen maken echter
zeker veel meer gebruik van de veren
over de Wester-Schelde. Wat het veer
bij Zijpe betreft zou deze faciliteit zeker
ook in de eerste plaats moeten gelden
voor de inwoners van Schouwen en Dui-
veland. Alles bijeengenomen stelt het
bureau voor tot de Tweede Kamer nog
maals een adres te richten om op het
bovenstaande de aandacht te vestigen.
BIGGEKERKE. Dinsdagavond hield
de pl. afdeeling van den Chr. Boeren-
en Tuindersbond haar le jaarvergade
ring o. 1 van den heer M. Houterman.
Na opening hield de heer Van Varik, di
recteur van de melkfabriek „Walche
ren" een lezing over: „Onze zuivelpro
ducten en haar afzetgebiedVervol
gens werd het woord gevoerd door de
heeren Franse en Philipse van de coö
peratie „Eiland Walcheren", die aan
drongen op het afnemen van de eigen
coöperatie. Aan het musschengilde werd
een subsidie verleend van 1, en voor
een te houden veekeuring 2.50. Uit het
jaarverslag van den secretaris-penning
meester bleek, dat de afdeeling, aan
vankelijk opgericht met 17 leden, mo
menteel 22 leden telt. D^ ontvangsten
bedroegen 12, de uitgaven 25 nadee-
lig slot 13. De aftredende bestuursle
den D. Coppoolse en W. Geschiere wer
den herkozen. Besloten werd den secre
taris-penningmeester een vergoeding te
geven van 25 vermeerderd met 1 pet.
van den omzet.
KOUDEKERKE. Op de voor 1936- 37
vastgestelde kiezerslijst komen voor:
2337 kiezers voor de Tweede Kamer;
2293 voor de Provinciale Staten en 2151
voor den Raad.
RAAD VAN OOSTKAPELLE.
Het beleid van den burgemees
ter geprezen,
OOSTKAPELLE. Woensdag verga
derde. de Raad, onder voorzitterschap
van jhr. W. Z. van Teijlingen, voltallig.
De V o o r z wenschte den heer
Zwemer geluk met zijn herstel.
De rekening 1935 van den vleeschkeu-
ringsdienst bedragende f S685, werd
z.h.s. goedgekeurd.
Van den A.N.W.B. was een verzoek
ingekomen om vrijstelling te verleenen
van de bepaling om in de nabijheid van
brandende lantaarns in de kom der ge
meente stilstaande auto's en motorrijtui-
Gij Hebt als gewoonte aangenomen,
eiken Vrijdag Uw kamers een groote
beurt te geven, uit alle hoeken en
gaten de stofnesten te verwijderen,
die zich gedurende deze week hebben
opgehoopt, om Uw huis voor den
a.s. Zondag weer "knap" te hebben.
Maar welke gewoonte hebt gij, or
delijke en zindelijke huisvrouw, op
Vrijdag en Zaterdag niet gevolgd
En daarom ziet Ge zoo tegen Uw dagtaak
op, is alles U te vermoeiend en te veel,
voelt Ge U loom, mat en lusteloos, zfjt Ge
prikkelbaar tegen Uw man, Uw kinderen
en Uw dienstmeisje, snauwt Ge Uw leve
ranciers af en krijgt Ge den naam van
onvriendelijk te zijngeheel onverdiend!
Want het zijn de vergiftige afvalstoffen,
die in Uw traag werkende ingewanden zijn
achtergebleven, die Uw gestel in de war
brengen en bezwaren. Ruimt die op
Laten Vrijdag en Saterdag
ook Uw M.S.S.-dagen zijn
Neemt eiken Vrijdag-avond en Zaterdag
avond, vóór het naar bed gaan één of twéé
M.S.S.-cachets en ge ziet niet langer op
tegen Uw zware huishoudelijke taak, ge ver
vult deze met opgewekte blijmoedigheid,
Zondags lacht en zingt ge, omdat ge U
prettig en levenslustig voelt, ge zijt vriende
lijk en men zegt van U: „Wat 'n lieve vrouw",
M.S.S.-Cachets Maken Schoon Schip
M.S.S.-cachets (ook wel genaamdLaxeer-
Akkertjes) zijn verkrijgbaar bij alle apothekers
en drogisten en wel in blauwe ronde kokertjes
of in de nieuwe blauwe vierkante kokertjes.
De samenstelling is echter van beide geheel
gelijk. Als Uw gewone leverancier soms géén
voorraad mocht hebben, vraag hem dan ze
even voor U te willen bestellen. Ze kosten per
12 stuks slechts GO cent. Overal verkrijgbaar
(Ingez. Med.j
den te verlichten. De Raad besloot dit
toe te staan.tot op 25 m afstand van 'n
brandende lantaarn.
Een verzoek van het fanfare korps
„Cresendo" om voor hare oefeningen
gebruik te mogen maken van een lokaal
der openbare school werd z.h.s. inge
willigd. De vereeniging zal hiervoor
jaarlijks f 9 in de gemeentekas moeten
storten.
Bij het einde dezer vergadering sprak
wethouder Maljaars als tolk der overige
Raadsleden den eerstdaags scheidenden
burgemeester toe. Spr. dankte hem voor
't vele wat onder zijn bestuur is tot stand
gebracht of verbeterd, voor de goede
en onpartijdige wijze waarop hij de
vergaderingen steeds leidde, en spr.
hoopte dat ziin opvolger zijn voetsporen
zal drukken. Ook besprak de heer Mal
jaars nog de raadsverslagen in de dag
bladen, welke door menigeen te be
knopt gevonden werden, doch dit
aaaa
door
Dr. D. SCHOUTE.
2.)
Het is niet goed mogelijk in een overzicht als dit,
het betoog van Udemans weer te geven; de bestu
deering daarvan moet geschieden met behulp van
dat geschrift zelf in de Verhandelingen van het
Zeeuwsch Genootschap, waarbij mag worden opge
merkt dat, al is er dan wel eens gespot met die
geleerde genootschappen uit de 18de eeuw en met
al hun prijsvragen, het uitschrijven van deze prijs
vraag toch maar een blijvend historische beteeke-
nis heeft gekregen, dank zij de uitstekende beant
woording.
Udemans legt ons uit hoe, zoowel bij kuilschepen
als bij driedekkers, het grootste deel der mannen
i'300 van de 350 die in deze jaren meevoeren op
schepen van 150 voet lengte), werd gehuisvest in
het ruim onder het tweede dek. Dit ruim was lang
28.3 m, breed 11 en hoog 2.12 m; de inhoud bedroeg
dus 660 kubieke meter; deze maten golden voor
heide scheepstypen, waarbij de lengte der schepen
in het geheel bedroeg 150 Amsterdamsche voet of
42,5 meter. Wekt deze opgaaf van 660 kubieke
meter lucht voor 300 menschen al de gedachte dat
de luchtverversching in dit geval een onderwerp
vnn bijzondere zorg moet zijn geweest, Udemans
'eert ons hoe onvoldoende dat vraagstuk destijds
was opgelost. Hij toont ons duidelijk hoe moeilijk
het is geweest, in het bijzonder op de kuilschepen,
versche lucht te brengen in dat laag gelegen ruim,
vooral bij stormweer of hoogen zeegang wanneer
Je luiken en luchtkokers moesten worden dicht ge
legd. Dan bleef er maar één luik open, juist groot
genoeg om een man door te laten, en ook daarop
moest dan nog een koker van zeildoek worden
geplaatst. Op kuilschepen was het in de kuil bin-
nenstroomende water een volstrekt beletsel voor
het open houden van de luiken; op de driedekkers
ging dat veel beter, al moest dan ook een groot
deel van het ijzeren rooster, in de volle lengte van
hét bovendek aanwezig, met zeilen worden toege
dekt; ter plaatse der scheepsbooten bleef aan lij
dier booten nog altijd een deel van het rooster be
schut tegen overkomend water. Het zal niemand
verbazen dat de huisvesting in dat ruim voor ge
zonden, en nog meer voor zieken, gevaarlijk is ge
weest door een telkens dreigend tekort aan lucht.
Natuurlijk heeft men getracht dat gevaar te kee-
ren; luchtpompen zijn gebruikt, maar vonden aan
boord veel minder toepassing dan de koelzeilen,
zeilen zóó gesteld dat de luchtstroom werd terug-
gestooten in de richting van een openstaand luik.
Ook bij tropisch warm weer werden die zeilen re
gelmatig gebruikt om in het ruim wat Iuchtstroo-
ming te verkrijgen. Kwamen er veel zieken, ook
dan waren de driedekkers in het voordeel, daar
het dan op deze schepen mogelijk was een belang
rijk aantal zieken, 40 of 50, af te zonderen in het
ruim tusschen het eerste en tweede dek; dat was
op de kuilschepen in veel kleiner aantal en min
der goed mogelijk, daar de open kuil de ligging on
der het halfdek te onbeschut liet tegen regen en
wind.
De meening van Udemans werd in het antwoord
van Lombard krachtig ondersteund; ook schippers
en anderen die op de driedekkers hadden gevaren,
getuigden van de goede hoedanigheden dezer sche
pen op de hooge zee, vooral bij zwaar weer, waarin
naar hun meening kuilschepen het heel wat harder
te verantwoorden zouden hebben gehad. De drie
dekkers kwamen er in elk opzicht heel goed af.
Wie nu zou denken dat na deze getuigenissen
het oordeel over die driedekkers wat gunstiger zou
zijn gaan luiden, houdt geen rekening met de levens
kracht van eenmaal onder ons volk gevestigde
meeningen. Zoowel bij de Marine als bij de koop
vaardij is men altijd tegen de driedekkers gekant
geweest en gebleven; ook de schepen onzer groote
vlootvoogden waren voor het grootste deel kuil
schepen. Wel heeft men telkens bij onze Marine
driedekkers gebouwd en beproefd, tot zelfs in de
19de eeuw, maar altijd weer bleken die schepen
slecht te voldoen. Ons scheepsvolk heeft altijd vol
gehouden dat dit soort schepen ongeschikt en ge
vaarlijk was in onze wel breede, maar ondiepe,
zeemonden. Of dit de eenige reden is geweest?, en
of de Nederlander het bouwen van dit soort sche
pen wel ooit goed heeft verstaan? Het blijft vreemd
dat door de Engelschen, Franschen en Spanjaarden
veel driedeks-schepen werden gebouwd en met
goed gevolg gebruikt. Dat ons volk de driedekkers
langzaamheid in het manoeuvreeren verweet, kun
nen wij afleiden uit de herinnering dat bijzonder
groote en massieve vrouwen, zooals die in vroeger
tijden zijn voorgekomen, met dien scheepsnaam
werden aangeduid.
Men voer dus bij de Compagnie, bijna altijd, op
kuilschepen naar Indië, met al de nadeelen voor
het behoud der gezondheid en de genezing van
ziekten, gebonden aan de huisvesting der mannen
op dit soort schepen. Het 'lage, donkere, moeilijk te
ventileeren verblijf voor de mannen, waar drie
honderd hangmatten moesten hangen en een even
groot aantal kisten moesten staan, waar gezonden
samen lagen met zeezieken en zieken aan allerlei
andere kwalen, waar de mannen uit het want en
van het dek met hun kletsnatte plunje kwamen rus
ten, en dat alles op die kleine schepen, hevig stam
pend en slingerend op de hooge zee, of verstikkend
warm onder de linie als de zee als olie was en geen
zuchtje wind wilde doorkomen, moet zelfs voor de
gezondste en sterkste mannen dikwijls een oord
van kwelling zijn geweest. En toch was dat nog
niet alles.
Van het begin tot het einde van het leven der
Compagnie heeft de voorziening aan voedsel en
drinkwater op de schepen een onderwerp uitge
maakt van eindelooze zorgen.
Daar men nooit vooruit kon zeggen hoe veel
maanden het zou duren vóór een uitvarend schip
in de gelegenheid zou komen zijn voorraden aan
te vullen, moest men levensmiddelen en drinkwa
ter in ruime hoeveelheden uit het vaderland mee
nemen. Dat stelde hooge, te hooge, eischen aan de
toenmalige kennis van het bewaren van voedings
middelen tegen bederf. Wie aar. de route dier sche
pen denkt, aan den langen duur van den overtocht
en de klimaatswisselingen daarbij, zal zich daar
over niet verbazen.
De Compagnie's tijden kenden in hoofdzaak
drie wijzen van conserveeren van voedsel: drogen,
inzouten en levend meenemen. Drogen deed men
vooral met visch, stokvisch en andere soorten visch,
verder met verschillende vruchten, appelen, peren,
en vooral met pruimen; inzouten deed men, be
halve enkele soorten van visch, vooral groenten en
vleesch; vleesch werd in tonnen verpakt met zout
water, als pekelvleesch, groenten werden in vaten
gestampt met zout; levende voedingsmiddelen nam
men mee in den vorm van kippen, schapen, en
vooral varkens. Ieder dier manieren had haar eigen
nadeel. Gedroogde visch eisc'hte vóór het gebruik
veel zoet water voor het weeken, en aan zoet
water had men dikwijls zoo'n gebrek; inzouten
bleek een heel onzeker middel te zijn, er zijn jour
nalen waarin verteld wordt hoe iedere maal dat
een nieuw vat vleesch werd aangeslagen het uren
lang aan boord niet was te harden van den stank;
maar zelfs indien de ingezouten levensmiddelen
bruikbaar waren gebleven was het zoutgehalte on
aangenaam, en werd onder bijzondere omstandig
heden, zoo wanneer men omtrent de linie dreef en
het water raakte op en moest worden gerantsoe
neerd tot slechts weinige mutsjes per dag, een he
vige kwelling; de dorst dreef dan tot drinken, de
zoute spijzen deden het tekort aan water te ster
ker uitkomen. Het meegenomen pluim- en ander
vee werd in hokken gehouden in de kuil; maar al
te dikwijls is het gebeurd dat na een storm die alle
krachten had gevergd om schip en leven te be
houden, na afloop bleek dat de dieren in hun hok
ken verdronken door de kuil dreven. Van verdere
levensmiddelen moeten worden genoemd boter en
kaas, meel, gort en rijst. Maar ook deze waren niet
bestand tegen de hooge eischen van de reis; de
kaas raakte vol mijten, de boter werd sterk, meel,
gort en rijst gingen van wormjes krioelen; het brood
dat men bakte en de andere spijzen die er van wer
den bereid waren duf en onsmakelijk. De matrozen,
die elk bij den aanvang der reis eenige kazen mee
kregen, hadden de gewoonte deze tegen het bin
nendringen van vliegjes te vrijwaren door ze met
teer te besmeren; maar de geleerde dokter-opper-
koopman Padtbrugge, die in i670 met de „Sparen-
dam" naar Indië terug keerde, had uitgevonden dat
de kazen veel beter waren goed te houden door ze
met vet in te smeren, of, nog beter, geheel in olie
ondergedompeld te bewaren. Op die wijze had hij
kazen jarenlang goed gehouden, terwijl, naar hij
zei, het besmeren met teer aan de kaas een onlief*
lijke smaak gaf,