DE ONBUIGZAMEM
KRONIEK van den DAG.
ZEELAND.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN DINSDAG 25 FEBRUARI 1936. No. 47.
MIDDELBURG.
Het jubileum van den heer Doets.
is:'
Polen en Duitschland. Mi
nister Goering vermoedelijk
zonder veel politieke buit te
ruggekeerd. Het Poolsche
wantrouwen gestimuleerd door
incidenten. Geheime natio-
naal-socialistischc organisatie
in Silezië ontdekt. Grieven
over en weer.
Minister Goering is gisteren van zijn
jachtpartij in Polen te Berlijn terugg
keerd. Wij hebben nergens gelezen, ot
hij veel geschoten heeft. Soms worden er
bij gelegenheden als deze bokken ge
schoten; in overdrachtelijken zin dan,
Goering' is daartoe in staat. Als generaal
met veel galon en medailles op zijn klee-
dij en als "minister van luchtvaart pleegt
hij zich beter in zijn element te voelen
dan als diplomaat. Indertijd bij de be
grafenis van koning Alexander van Z.-
Slavië, bracht hij van zijn politieke zen
ding niets terecht. Toen onlangs de ko
ning van Engeland moest worden begra
ven, is niet hij, doch baron Von Neurath
naar Londen geweest. In Polen kan men
met menschen van Goering's slag echter
nogal opschieten. Hij is er evenals ver
leden jaar met betrekkelijk veel staatsie
ontvangen. Hij bemint dat. Maar men
kan er desondanks niet zeker van zijn,
dat hij in genoeglijk stemming terugkeer
de. Misschien heeft hij veel wild gedood
in de bosschen van Bialowikza. Belang
rijker was hem echter de hoop op poli
tieke buit. In de annalen van Europa
staan heel wat historische jachtpartijen
opgeteekend,- waarop over het lot van
groote volkeren werd beslist. Goering
heeft nu vermoedelijk het gevoel, dat
zijn jongste jachtpartij daar niet toebe
hoort. Sinds eenigen tijd we hebben
er reeds een paar maal de aandacht op
gevestigd is de onnatuurlijke vriend
schap tusschen Polen en Duitschland
aan het bekoelen. Het nazi-bewind zette
er in de afgeloopen jaren alles op, om
in Polen een bondgenoot te vinden, den
Dantziger corridor en de verdeeling van
Silezië in een Duitsch en een Poolsch
gedeelte ten spijt. Het heimelijke doel
van deze politiek is doorzichtig genoeg.
Tegen Sovjet-Rusland gaat dat. Hitier
liet, om de Polen te winnen, van alles
en nog wat over zijn kant gaan. Het had
er soms iets van, of hij 't leuk vond, zich
door Warschau te laten uitbuiten. Al-
evel, van werkelijke hartelijke be
trekkingen was desalniettemin geen
sprake. De Polen deden naar het uiter
lijk wel alsof, doch innerlijk bleven ze
Berlijn wantrouwen. In het afgeloopen
jaar is dat er, mede door toedoen van
Eden, niet beter op geworden. En tot
overmaat van ramp voor de Duitschers
stierf maarschalk Pilsoedski, die alles
wat Russisch is, fel haatte. Na zijn dood
hebben degenen, die de Duitschers lie
ver dan de Russen op een afstand hou
den, allengs meer invloed op de Pool
sche politiek gekregen.
De vooruitzichten voor Goering's
jachtpartij waren op grond van dit al
les reeds niet bijster rooskleurig. De
laatste weken vielen er bovendien nog
een paar incidenten voor, die de stem
ming te Warschau verder bekoelden. Dr.
Schacht, de rijksminister van economi
sche zaken, hield te Beuthen in Duitsch-
Silezië een redevoering, waarin hij dood-
nuchter de hoop uitsprak, dat Poolsch-
Silezië spoedig weer met Duitschland
vereenigd zou mogen worden. Dat hopen
in hun hart alle Duitschers, maar het
was, zachtjes gezegd, onhandig van
Schacht het luidop te zeggen. De Pool
sche pers heeft er dagenlang moord en
brand over geschreeuwd. Duitschland is
aan Polen ettelijke millioenen schuldig
voor spoorwegtransport door den Corri-
door
S FLETCHER.
61).
Margaret ging dadelijk, zei in het
voorbijgaan enkele woorden tot Rawlin-
son en legde, bij den ouden heer geko
men, haar hand op diens schouder. Eerst
door die aanraking bemerkte hij, dat ze
naast hem stond.
„Kom., gaat u nu mee naar huis!"
zei ze zachtjes. „Gaat u nu met mij
mee!"
„Neen, lieve kind, nog niet.. Ik heb
nog iets te doen als het water laag ge
noeg gezakt isdanja, dan kom ik
wel.. Maar eerder niet., toe vraag
dat niet van me!"
„Maar er zit iemand op u te wach
ten", drong ze aan. „Kunt u het dan
heuseh niet raden?.. Ja., ja., werke-
")k. de kleine jongen., is terug
thuis!"
Oliver stond een oogenblik stokstijf en
t, ?'jn schoondochter strak aan.
"Veilig en wel?"
n«Ia antwoordde Margaret. ,.Zoo
gezond als een visch.. komt u nu maar
mee!"
Rawlinson had in gespannen verwach
ting staan toekijken hoe zijn gastheer 't
onverwachte nieuws zou opnemen. Hij
was, evenals Margaret, een oogenblik
bang geweest, dat de vreugde te groot
zou zijn voor den ouden heer. En met
groote verwondering zag hij hoe Oliver
zich rustig omkeerde naar Bew en Ra-
MuL>e, aief zoodra ze mevrouw Carsdale
dor. Het heeft onlangs geweigerd die in
klinkende munt te betalen. De Duitsche
regeering wil er goederen voor leveren;
maar goederen heeft Polen genoeg, die
wil het, als alle landen niet in-, maar uit
voeren. Een compromis bleek niet te
vinden en nu heeft de Poolsche regee
ring het Duitsche transport door den
corridor aan banden gelegd, tot groot
ongerief van de Duitschers.
Misschien is minister Goering er in ge
slaagd een oplossing van deze laatste
kwestie voor te bereiden. Men had daar
op te Berlijn zijn hoop gevestigd. Dan
nog echter kan men moeilijk aannemen,
dat er veel verandering ten pleziere van
Berlijn in de Duitsch-Poolsche betrek
kingen zal komen. Want er zijn inmid
dels al weer dingen voorgevallen, die
Berlijn moeten prikkelen en de Polen
wantrouwiger maken. In Poolsch-Sile-
zië heeft de politie n.I. een geheime na-
tionaal-socialistische organisatie ont
dekt, welke (vermoedelijk met steun uit
het Derde Rijk) „staatsvijandige" doel
einden nastreefde. Er werden arresta
ties verricht, maar ook zouden plm. 400
leden over de Duitsche grens zijn ge
vlucht en thans te Beuthen in een kazer
ne verblijven.
Duitsche bladen beschuldigen hier te
genover intusschen de Poolsche regee
ring er van, de Duitsche minderheden
erger dan ooit te onderdrukken. Dingen
als deze kunnen moeilijk de politieke
jachtbuit van Goering ten goede ko
men. Terwijl ze op zichzelf reeds tame
lijk erg zijn, rijten ze ook nog oude poli
tieke wonden open.
25 Jaar directeur der ambachts-
schooL
Het jubileum van den heer C. Doets
als directeur van de Ambachtsschool te
Middelburg is gisterenmiddag tot een
grootsche hulde geworden.
Eerst werd de jubilaris met zijn echt-
genoote en dochters op de school zelf
ontvangen door de leeraren, terwijl alle
leerlingen aanwezig waren en in de
gangen en op de trappen zich hadden
opgesteld om den directeur te verwel
komen en hem hulde te brengen.
Namens het onderwijzend personeel
voerde'de heer A. Kolsters hier het
woord onder aanbieding van een fraaie
bloemenmand. Uit alle klassen trad een
woordvoerder naar voren om te getui
gen van de waardeering voor den di
recteur en hem en zijn familie te com
plimenteeren.
De heer Doets heeft dank gebracht
voor al deze hulde en de leerlingen
vergeleken met goede bouwsteen, waar
van men de maatschappij op bouwen
kan.
De groote huldiging had plaats in de
bovenzaal van de Vergenoeging, waar
wij onder de aanwezigen o.a. opmerk
ten den inspecteur van het N.O., ir. L.
Th. H. Hessefelt, de beide wethouders
en den gemeentesecretaris van Middel
burg en verschillende autoriteiten der
omliggende gemeenten het bestuur der
school, directeuren van ambachtsscholen
in andere plaatsen, directeuren en hoof
den van andere inrichtingen van onder
wijs, vertegenwoordigers van verschil
lende vereenigingen, waarin de heer
Doets een werkzaam aandeel heeft, ver
tegenwoordigers der leerlingen en vele
oud-leerling'en, familieleden van den
jubilaris en „last but not least" een der
leeraressen van de Huishoudschool met
een flinke staf leerlingen, die zooals la-
hadden zien aankomen, waren opge
staan en nu daderbij kwamen.
„Jongens!" zei hij. „Het kind is te
rug!.. Ja, hoor, die gelukwenschen ko
men later welgaan jullie nu maar da
delijk naar de stad en vertel tegen den
burgemeester, dat hij geen kosten moet
sparen om te redden, wat te redden
valt.ik betaal alles.Zeg, dat hij al 't
mogelijke moet doen voor de menschen,
die uit hun huis verdreven zijn of scha
de geleden hebbenik kom zoo gauw
mogelijk zelf naar Halfirth.. Vooruit
nu!.. Ja, beste meid, ik ga mee hoor!
Kom, Rawlinson.dan gaan we samen
naar huis".
Onderweg zei hij geen woord meer,
maar toen ze dicht hij huis kwamen, be
gon hij zich te haasten. Margaret en
haar man bleven chter, maar Rawlinson
liep met hem mee. Ze gingen dwars door
den tuin en toen ze in de oprijlaan voor
het huis kwamen, zagen ze een auto
voor de voordeur staan. Oliver schrok,
toen hij den chauffeur, die eerbiedig aan
zijn pet tikte, herkende.
„Wat moet dat?" mompelde hij. „Dat
is de wagen van Bickerdyke
Rawlinson verstond niet, wat hij ver
der zei, want hij was vlug de stoep op-
geloopen, de hal doorgesneld en de eet
kamer binnengegaan. Rawlinson volgde
hem op den voet.
Het ontvoerde kind zal op den schoot
zijner moeder. Benia en zijn gouvernan
te stonden naast haar erf op eenigen af
stand, met hun hoed nog in de hand,
stonden Bickerdyke en Hoyland.
„Ziezoo.nu is de zaak weer in orde!
En nu moest u de jonge heer maar
ter. bleek in de pauze voor thee met
toebehooren. grootendeels gebakken in
de keukens der school, zouden zorgen.
De heer H. A. Enklaar had de
leiding en wees in zijn welkomst woord
op de groote opkomst, die hij voor den
jubilaris en zijn familie op hoogen prijs
stelde.
Bericht van verhindering was o.a. in
gekomen" van den Commissaris der Ko
ningin, van den directeur der Handels
school, van den inspecteur van het L
O.
De voorzitter van het bestuur der
Ambachtsschool, de heer J. AL V e r-
t r e g t, herinnerde er o.a. aan hoe
de heer Doets gekozen is uit 10 solli
citanten, van wie er direct enkele
moesten .afvallen. Men koos den heer
Doets, niettegenstaande hij nog maar
30 jaar was, maar zijn antecedenten
waren goed. Hij heeft zijn taak met
frisschen moed aanvaard en vond di
rect volop werk bij het inrichten van
cursussen voor meubelmakers en stof
feerders en in de volgende jaren voor
het invoeren v.an het vak electrotech-
niek en uitbreiding van andere afdee-
lingen met daar aan gepaard gaande
verbouwingen. Nog veel meer plannen
daartoe heeft hij gemaakt, maar daar
bij heeft hij vele teleurstellingen on
dervonden. Eerst was er wel geld, m,aar
geen goed materiaal, nu is er goed en
goedkoop materiaal maar geen geld.
Toch zal hij het Luctor et Emergo
voor oogen houden. Vele leerlingen,
zijn onder de leiding van den jubilaris
aan de school opgevoed tot nuttige le
den der Maatschappij. Steeds is de
heer Doets vriendelijk met leerlingen
en leeraren en ook met het bestuur
omgegaan en spr, brengt hem dank
voor de wijze, waarop hij 25 jaar het
directeurschap heeft waargenomen.
Spr. hoopt, dat God den heer Doets de
kracht zal schenken om met moet en
opgewektheid voort te werken, tot dat
zijn tijd van met pensioen gaan is ge
komen. Spr. bood een mand bloemen
en een boekwerk aan namens het be
stuur.
Zich richtende tot mevrouw en haar
beide dochters bood spr. ook haar ge
lukwenschen aan en bracht hij mevrouw
onder aanbieding van bloemen, dank
voor alles wat ook zij door haar man
te steunen voor de school doet.
Tweede spreker was bij ontstentenis
v.an den burgemeester wegens droeve
familieomstandigheden, de heer M. H.
B o a s s o n, wethouder van onder
wijs, die namens het gemeentebestuur
den heer Doets en zijn familie geluk
wenschte. Er is wel geen directe band
tusschen de gemeente en de am
bachtsschool, of het moest zijn eenige
financieele. Toch heeft het gemeente
bestuur gaarne de gelegenheid .aange
grepen om te getuigen van zijn belang
stelling voor het N.O. en speciaal voor
den heer Doets, tijdens wi'ens direc
teurschap het aantal leerlingen steeg
van 111 tot 271.
Dit is wel een treffend bewijs van 't
groote nut dezer school. In 1911 is de
heer Doets ook benoemd tot directeur
der Burger Avondschool en de avond
school voor Handwerkslieden, thans
bekend als Avondschool voor Nijver
heidsonderwijs. In 1917 kreeg hij op
eigen verzoek op de meest eervolle wij
ze eervol ontslag als zoodanig. Spr. wees
er ten slotte op, dat de heer Doets
meermalen strijd heeft moeten voeren
voor het belang van zijn school en dit
thans weer moet doen tegen het crisis
monster.
De inspecteur van het N. O. Ir. L. Th.
H. Hessefelt, getuigde van groote
waardeering bij het Rijksschooltoezicht
voor het werken van den heer Doets.
Ook al is men het niet altijd eens, toch
is de heer Doets iemand, die ten slotte
gauw naar bed brengen!" hoorde Raw
linson nog juist door Bickerdyke zeg-
gen.
Oliver was in de deuropening' blijven
stil staan. Opeens was het doodstil in
de kamer. De beide vijanden keken el
kander een oogwenk strak en zwijgend
aan. Toen begon Bickerdyke een beet
je verlegen te lachen.
„Hij is weer veilig en wel thuis!" zei
hij, als hij maar flink geslapen heeft
wel.
„Oliver! Joseph Bickerdyke heeft hem
gevonden!" viel Benia plotseling uit.
„Niet waar!" zei Bickerdyke. „Geen
woord van aan. Hoyland heeft het ge
daan.. ik niet. Het is zoo gegaan.."
En terwijl Oliver nog als verdwaasd
stond te kijken, vervolgde hij haastig:
„Hoyland was voor zaken bij me en we
wandelden samen wat langs de rivier.
En toen hoorden we opeens aan den an
deren kant een kind huilen.en we
waren er zoo zeker van, dat het geluid
uit jouw nieuwe huis kwam, dat Hoyland
de rivier is doorgewaad en is gaan zoe
ken.en toen kwam hij met dien jon
gen terug. En we zouden hem hier al
lang geleden teruggebracht hebben, als
....nou ja, we weten wel, wat er ge
beurd is. en toen moesten we heele
maal omrijden. Maar nu...."
Oliver deed plotseling een stap naar
het kind toe, pakte het op, bekeek het
van alle kanten en zette het dan weer
op zijn moeders schoot. Toen stak hij
zijn vijand de hand toe.
„Joe Bickerdyke.... wil je me een
hand geven?" vroeg hij.
Bickerdyke keek de andere glimlachend
aan en stak zijn hand uit.
zal moeten toegeven dat bepaalde maat
regelen getroffen worden met het doel
het goede te bereiken. Als spr. het goed
heeft, is de jubilaris al 37 jaar bij hel
onderwijs, spr. kent hem daarvan 5 jaar,
maar dit is voldoende om groote waar
deering voor zijn werk te hebben. Dat
hij smaak heeft en overleg blijkt den
iaatsten tijd weer uit de opgerichte rij
wielbergplaats en nog meer uit de wo
ning voor den concierge, die een sieraad
der omgeving is. De jubilaris staat
steeds voor de leeraren op den bres
en als goed paedagoog, beschikt hij over
een groote gaven om met de leerlingen
om te gaan. Dit blijkt o.a. uit het feit,
dat men hier wel schoolwerk gedaan
kan krijgen en elders wordt dit onmo
gelijk genoemd. Spr. wenscht den heer
Doets nog vele gelukkige jaren toe in
zijn gezin en vooral ook in zijn groot ge
zin, de school.
Namens de Vereeniging van directeu
ren en directrices van Nijverheidsscho
len, voerde het woord de heer A.
Hootmans, directeur der ambachts
school te Breda. Hij zeide te weten wat
het beteekent met de jongens om te
gaan, terwijl men daarbij een goed raad
gever voor het bestuur en een vader
voor de leeraren moet zijn. Het is zeker
een eervol ambt en namens alle colle
ga's in Nederland wenscht spr. den heer
Doets en ook zijn familie geluk en hoopt
dat hij nog veel nuttig werk zal mogen
doen. Spr. bood daarbij fraaie bloemen
aan.
Nu trad naar voren de heer J. P. P.
de Blécourt die sprak namens de
leeraren en er op wees, dat er steeds
een aangename samenwerking is, al zijn
er wel eens moeilijkheden. Men verge-
te echter niet, dat iedere leeraar zijn
eigen vak het meest naar voren brengt.
Dat de directeur een groot vertrouwen
stelt in het leeraarspersoneel, blijkt o.
a. in de samenkomsten in de leeraars
kamer voor het begin der lessen. Ook
de concierge is den directeur dankbaar,
speciaal voor het verkrijgen van een
nieuwe woning. Een der zaken, die den
directeur zich aantrekt is als een jongen
een meer dan eenvoudige verwonding
op school oploopt en er geen geld is
om hem thuis te brengen of behoorlijk
te doen verzorgen. Het is de bedoeling
van den jubilaris te trachten daar voor
'n fondsje te vormen en spr. hoopt, dat
deze er nog eens in zal slagen. Namens
het onderwijzend personeel biedt spr.
een boekwerk aan.
De heer C. Barentsen sprak
als voorzitter van het Comité van vrien
den, en oud-leerlingen, al is hij geen
leerling onder den heer Doets geweest,
met wien hij echter groote vriend
schapsbanden heeft gesloten, Bij het
streven van de oud-leerlingen is de
groote waarde van saamhorigheid ge
bleken. Spr. dankt den Allerhoogste
voor de wijze, waarop de heer Doets
zijn gaven heeft kunnen gebruiken. Spr,
schetste den heer Doets als iemand van
een vriendelijk karakter gepaard aan
mannelijke ernst. Spr. wees er dan op
wat er alzoo veranderd is in al dien tijd,
maar de heer Doets heeft steeds prac-
tisch gewerkt en heeft medegewerkt
aan het voortbestaan onzer samenleving
en voor het tegenhouden der verarming
Spr. meent, dat het niet mogelijk zal zijn
voldoendes technische kennis bij te bren
gen als de school een tweejarige zal
worden. Hij meende, dat men moet op
passen dit onderwijs niet te veel te be
snoeien.
Hierna bood spr. een album aan, ver
vaardigd door den heer Dolf van der
Haar uit Veere. Op de buitenzijde komt
als medaillon voor een passer en drie
hoek als het embleem voor het teeke-
„Wel.... waarom niet?" .antwoordde
hij gemoedelijk. „Daar!"
Dan wendde Oliver zich van Bickerdy
ke naar Hoyland.
„En., hoe denk jij erover?" vroeg
hij, en Rawlinson vond, dat zijn .stem
bijna smeekend klonk. Maar Hoyland
trok zich terug.
„Neen, mijnheer!" zei hij, hoofdschud
dend. „Neen, mijnheer Carsdale! Tus
schen ons is er iets, dat me nooit zal
toelaten, dat te doen.nooit! Maar ik
ben blij, dat ik u van dienst heb kunnen
zijn en dankbaar, dat het kind er goed
aan toe is."
Hij keerde zich om en wilde het/ver
trek verlaten, maar Oliver legde hem de
hand op zijn schouder.
„Ik heb vannacht meer dan genoeg
geleden, Abe Hoyland, en dat heeft wel
uitgewischt, wat ik tegen jou en anderen
misdaan heb!" zei hij. „Wil je het nu nog
erger maken, dan het al geweest is? Ben
je van plan altijd zoo tegenover me ge
stemd te blijven? Man.... je hebt me
zoo tegenover je verplicht, dat ik het
nooit geheel goed zal kunnen maken."
„Kom nu, Hoylandtoe nu!" drong
Bickerdyke nu ook bij hem aan.
Hoyland keerde zich om en keek Cars
dale strak in het gelaat.
„Als het u eenigszins verlichten kan",
zei hij eindelijk „dan wil ik wel verkla
ren, dat ik niets meer tegen u hebnu
tenminste niet meer. U wist niet w,at u
toen deed. U dacht er niet bijna....
Maar.... u een hand geven.... neen,
dat gaat niet!"
Hij verliet het vertrek en Oliver wend
de zich triestig het hoofd schuddend
naar zijn dochter met haar kind toe.
Bickerdyke tikte hem op zijn arm.
(lngez. Med.)
nen en daarom de emblemen der ver
schillende ambachten. Rond dit alles de
naam der school en de jaartallen. De op
dracht luidt als volgt: 191124 Febru
ari1936. Aangeboden aan den Wel
edelgeboren heer C. Doets ter gelegen
heid van zijn 25-jarig ambtsjubileum als
directeur der Ambachtsschool en oplei
dingscursus voor leerling-scheepswerk-
tuigkundigen te Middelburg door zijn
oud-leerlingen en vrienden.
In het album zijn verder opgenomen
een afbeelding van de school en een
van een compound machine met een
scheeps.as.
Thans deelde de heer Enklaar mede,
dat er o.a. bloemstukken waren geko
men van de Middelburgsche IJsclub,
van Veilig Verkeer, van Uit het Volk-
Voor het Volk en ook vele telegrammen
Na de pauze was het eerst hét woord
aan den heer E. Visscher, leider van
genoemden cursus; om woorden te spre
ken van hoogachting en waardeering.
Het is z.i. goed dat ook iets uit de ma
chinekamer werd gehoord, want de
heer Doets is toch ook directeur van de
opleiding. Al zal men wellicht zeggen,
dat de heer Doets g'een troetelkinders
heeft, dit is er toch wel een van hem.
Zij is opgericht op zijn initiatief, door
zijn groote liefde voor zijn leerlingen en
het streven om iets meer dan een ge
wonen werkman van hen te maken. Zoo
stichtte hij ook de vereeniging van deze
machinistleerlingen, en werd hij daar
van eere-voorzitter. Dat deze dat waar-
deeren, blijkt wel uit een van hen, die
werkloos is en die zeide niets te kunne»
bijdragen, maar wel een insigne der ver
eeniging voor den jubilaris te zullen ma
ken, wat spr. hem dan ook nu op den
borst kan spelden.
De leerling A. M. van Tromme-
1 e n, tevens voorzitter van genoemde
vereeniging sprak namens alle leerlin
gen van school en opleiding en bracht
den directeur hartelijk dank voor alles
wat hij voor de leerlingen doet. Zij wil
len hem een boekwerk eri bloemen aan
bieden als een kleine aflossing op de
groote schuld die zij aan hem hebben.
Spr. hoopt, dat de heer Doets nog vele
jaren voor de huidige en toekomstige
leerlingen een gezelligcn grooten steun
zal zijn.
De heer ir. B. C. Roeters van
,,'n Woordje!" zei hij. „Ik moet weg
mijn wagen staat buiten te wachten.
Maar er is heel w,at werk te doen voor
jou en voor mij.daar beneden, Cars
dale! Wanneer kunnen we elkaar in het
raadhuis treffen?"
Oliver keek op de groote pendule op
den schoorsteen.
Ik zal precies om zes uur in de bur
gemeesterskamer zijn", antwoordde hij.
Een uur later stond Olivers ,auto voor
en Rawlinson, die zich intusschen wat
opgeknapt had, begeleidde zijn gastheer
naar de zwaar getroffen stad. Toen zij
bij het verlaten van het huis de werk
kamer van Oliver voorbij kwamen, vroeg
deze hem even binnen te komen. Hifnam
twee brieven van tafel en legde ze Raw
linson voor. f
„Zie je die adressen?" vroeg hij. „Dan
begrijp je misschien wel, waar de brie
ven over gaan, die ik zoo juist geschre
ven heb!"
„Denkelijk neemt u het aanbod aan
van die eeretitels", meende Rawlinso*
verwonderd, dat Oliver in deze omstan
digheden nog aan zulke dingen denkext
kon. „Ikik had dat telegramdat
u me gisterenavond liet zienglad
vergeten. Ik moet u nog gelukwen
schen!" i
Oliver stak de brieven in zijn jaszak
en zette zijn hoed op.
„Je kunt me gelukwenschen met het
feit, dat ik tot bezinning ben gekomen',
zei hij grimmig. „Het zijn twee weigerin
gen. Dat is niets voor meik heb
nu leergeld genoeg betaald! Kom, laten
we nu maar gaan. Man, ik ril er van, als
ik er over denk, wat we te zien zullen'
krijgen!"
EINDE.