DE ONBUIGZAMEN.
KRONIEK van den RAG.
ZEELAND.
FWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBÜRGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN VRIJDAG 7 FEBRUARI 1936.
No. 32.
Lloyd George slaat weer eens
op hol.
MIDDELBURG.
WALCHEREN.
I -Jiifw virtix-vx --
Aartshertog Otto en de troon
te Weenen, De wind waait
op het oogenblik weer uit den
verkeerden hoek voor den
troonpretendent. Prins Star
hemberg moest te Parijs zekere
beloften afleggen. Een im
pulsieve reis, die beter achter
wege had kunnen blijven.
Aartshertog Otto, de zoon van den
overleden ex-keizer Karei van Oosten
rijk, woont sinds jaren met zijn moeder,
ex-keizerin Zita, op het kasteel Steen-
ockerzeel in Belg'ië, als balling. Tot ver
leden jaar was het hem tenminste niet
verdund als particulier persoon naar
Oostenrijk terug te keeren. De zg. Habs-
burgwetten, na de ineenstorting van de
Donau-monarchie door het republikein-
sche bewind uitgevaardigd, verboden dit.
]Er waait nu echter een andere wind te
Weenen. De parlementaire democratie
heeft er afgedaan en de dictatoriale re
geering van Von Schuschnigg en Prins
Starhemberg zou het liefst de monarchie
herstellen. De eerste schrede op dien
weg is ruim een jaar geleden gezet door
de opheffing der Habsburg-wetten. Het
voornaamste deel hunner bezittingen is
de keizerlijke familie toen terug gegeven
en als ze wil, mag ze weer in Oostenrijk
komen wonen. Enkele leden der familie
hebben dat reeds gedaan, doch de troon
opvolger zal er niet veel voor voelen als
gewoon burger terug te keeren. Hij zal
zijn joyeuse entrée als koning of keizer
willen maken, nu de kans op een restau
ratie allesbehalve uitgesloten mag hee-
ten. Gelijk we reeds zegden: de huidige
regeering in Oostenrijk voelt er veel voor
en de bevolking is zeer waarschijnlijk
voor een belangrijk deel ook reeds voor
de gedachte gewonnen. In politicis heeft
Oostenrijk na den wereldoorlog meer be
leefd dan gezond voor het Oostenrijk-
sche volk zou blijken. Een burgeroorlog
bleef zelfs niet uit en de nazi's achtten
zich er niet te min voor, bondskanselier
Dollfuss te vermoorden. Geen wonder,
dat onder deze omstandigheden, het volk
beterschap is gaan verwachten van een
denkbare troonsbeklimming van aarts
hertog Otto.
Alevel, zooals we reeds eerder op deze
plaats uiteen zetten: buitenlandsche
machten verzetten zich daartegen. Tsje-
cho-Slovakije, dat geheel uit de voorma
lige Donau-monarchie is voortgekomen,
Zuid-Slavië en Roemenië, dat hun grond
gebied met groote brokken er van zagen
uitgebreid, vreezen, dat de Habsburgers,
eenmaal weer op den Weenschen troon,
naar herstel van hun oude macht zullen
gaan streven. Vandaar, dat deze landen
zich met hand en tand tegen de restau
ratie verzetten.
Prins Starhemberg, die op 't oogenblik
,,de sterke man" in Oostenrijk is, heeft
zooals men weet een paar dagen te Pa
rijs vertoefd, om, nu Italië niet langer
een beschermer kan heeten, waarop hui
zen vallen te bouwen, van Frankrijk (en
Tjsecho-Slovakije, Roemenië en Zuid-
Slavië) politieken en economischen steun
te verwerven (vooral tegen een eventu-
eele nieuwe Anschlusz-campagne van
Duitschland), Het staat nu vrijwel vast,
dat hij heeft moeten beloven zich de res
tauratie voor onbepaalden tijd uit het
hoofd te zetten. Wat het zwaarst is,
moet het zwaarst wegen. Hij zal moei
lijk anders gekund hebben. Edoch, ter
wijl hij nog aan het confereeren was,
kwam daar onverwachts aartshertog Ot
to ook Parijs binnenvallen. Niemand
schijnt hem uitgenoodigd noch zijn komst
op hoogen prijs gesteld te hebben. Prins
Starhemberg althans vast niet. Die moet
zoo zijn geschrokken, dat hij 't niet kon
'aten den eersten den besten trein naar
weenen te nemen.
Wat aartshertog Otto in Parijs is ko
men doen, ligt voor de hand: het beloop
van de diplomatieke besprekingen was
hem niet welgevallig. Tot de reis moei
dus impulsief zijn besloten, Over 't alge
meen dienen politici zich echter vooi
impulsieve ondernemingen te hoeden. '1
Lijkt niet bijster waarschijnlijk, dat de
aartshertog veel pleizier van zijn be
zoek aan Parijs zal be1 even. De politie
ke wind waait momenteel voor hem uil
den verkeerden hoek. Oostenrijk heef
steun noodig van landen, die van de res
tauratie niets willen weten. Misschien
zijn op den duur politieke constructies
mogelijk, die de weerzin tegen het her
stel der Habsburgers wegnemen. Voors
hands zou men 't in Tsjecho-Slovakije
Roemenië en Zuid-Slavië echter nog be
ter verdragen, dat Oostenrijk door
Duitschland werd opgeslokt. Aartsher
tog Otto zal dus nog wat geduld moeten
oefenen.
Hij zou Nederland, België en
Portugal van wat koloniaal
bezit willen ontlasten.
De liberale staatsman Lloyd George
heeft eergisteren in het Engelsche La
gerhuis een rede gehouden, waarin hij
sprak over een mogelijke herverdeeling
van koloniën, o.a. in verband met de be
kende Duitsche aanspraken. Men had
mogen verwachten, dat Lloyd George n
lans had willen breken voor de terug
gave bv. van de voormalige Duitsche
kolonies in Afrika, die thans Britsch
mandaatgebied zijn (Britsche kolonies
dus onder formeel oppertoezicht van den
Volkenbond). Dat deed hij echter niet.
Hij wraakte den kolonialen toestand in
't algemeen, er op wijzende, dat kleine
landen als N e d e r 1 a n d, België en Por
tugal uitgestrekte gebieden in vreemde
werelddeelen bezitten. Men zou daaruit
kunnen afleiden, dat Lloyd George van
deze bezittingen maar wat aan de lan
den, die naar expansie streven, wil ge
ven.
De „N. R. C." wijst er in verband hier
mede op, dat Lloyd George nooit bijster
goed zijn aardrijkskunde heeft gekend.
Bij de opstelling van het Verdrag van
Versailles (hij was Engeland's voornaam
ste vertegenwoordiger) beging hij onge
looflijke blunders; blunders nochtans, die
in de Fransche kaart speelden en de we
reld een hoop ellende hebben bezorgd.
Nu weer heeft hij blijkbaar twee dingen
verward: n.l. dat de koloniën van Neder
land, België en Portugal oud bezit zijn
en mandaat-gebieden heel iets anders
beteekenen. Vooral door toedoen van
Lloyd George zijn er nu ontevreden sta
ten in Europa, die niet kunnen vergeten,
dat men hun hun koloniën heeft afge
nomen, of de beloofde koloniën niet toe
bedeelde (Italië). Het gaat echter niet
aan, van landen, die met de stommitei
ten van het Verdrag van Versailles niets
te maken hebben, een offer te vragen.
Het Nederlandsch koloniaal bezit vau
eeuwen her mag niet een onderwerp
worden van territoriaal gesjacher. Als
men de fouten in 1919 begaan wil her
stellen, is de weg daartoe aangewezen.
Niet de koloniën van kleine landen,
maar de mandaatgebieden behooren op
de conferentie-tafel te worden gelegd
Gelukkig wordt de zotte opvatting
van Lloyd George niet door de Engel
sche regeering gedeeld. En hij is onmid
dellijk na zijn rede door sir Austen
Chamberlain, den oud-minister van bui
tenlandsche zaken, op de vingers getikt.
Die maakte hem opmerkzaam op zijn
„vergissing", een vergissing intusschen,
die een schooljongen uit de vijfde klas
der lagere school niet zou hebben be
gaan. Lloyd George praat veel en orato
risch voortreffelijk. Maar hij schijnt
soms nauwelijks te weten, waar hij het
over heeft.
door
J. S. FLETCHER.
46).
Op heldere dagen kon Oliver van die
oogte af heel den omtrek overzien. De
toren was ruim twintig meter hoog en
-.O °PPerv'akte van het reservoir was
heeI ^0ed zichtbaar. Maar
ondenfrK jZ°° donkeri dat hij niets kon
Ie insnif^en,.En toch keek hiJ. met al-
zelf ket rond« ais wist hij
zien Hii h'' Wat hi) zou kunnen
tingvan lrte,rde en keek in de rich-
vruchteloos VfienteYhh^611
ver wee èen Tr en toen zaf5 hij. heel
die, dat 'wist hijau7t\eJ1CrhataSchemeri,ng;
huis, waarin de oude vrouw Q* Van
steeds woonde, moesttl0 "°g
W«S midden in ïïS>?m?™£
ker en op! En opeens schoten hem hare
dreigende woorden te binnen die ze
zoo kort geleden, tot schrik van Raw
Iinson, tegen hem gezegd had:
„Je zult er nooit wonen, Carsdale'
Bouw bouw zooveel als je wilt
Carsdale er inwonen zul je nooit!"'
t enslotte ging hij, huiverend van kou
omlaag. Maar hij kon niet slapen en lag
uren achtereen te luisteren naar wind
afvragend, hoe het met
gn riikHn Z°" $hMLet al weelde
en rijkdom was hij toch weerloos tegen
de kr,achten van wind en water. En hij
voelde zich machteloos als een veertje
in den stormwind.
Tegen den morgen sliep hij eindelijk
in. En plotseling schrok hij wakker,
sprong uit bed en trok zijn gordijnen
open. Een diepe zucht van verlichting
ontsnapte hem. Louis had gelijk gehad.
De storm was geluwd en over de pur
peren heide en de wijde moerasgron
den scheen in goeden gloed een stralen
de herfstzon.
HOOFDSTUK XIX.
Weer in zijn oude doen!
In de weelderige kamer, door miss
Benia voor hem in orde gebracht, sliep
Rawlinson rustig door, totdat hij om half
acht door een der dienstboden gewekt
werd. Bij de herinnering aan wat er den
vorigen avond gebeurd was, trok* hij
haastig zijin gordijnen open, vreezend
een donkere lucht en stroomenden regen
te zullen zien. Maar het was een stra
lende morgen en beneden in den tuin,
gekleed en verzorgd met zijn gewone
keurigheid, stond Oliver gemoedelijk
met zijn tuinman te praten, alsof er geen
vuiltje aan de lucht w,as. Rawlinson ge
voelde onwillekeurig bewondering voor
zijn gastheer. Hij kleedde zich snel aan
en voegde zich bij Oliver in den tuin.
„Morgen.". morgen!" riep Oliver
vriendelijk, met uitgestoken hand naar
hem toekomende. „Goed geslapen? Het
ziet er vanmorgen heel wat beter uit,
niet?" vervolgde hij, met welbehagen
Goedkeuring bij Kon. besluit is
/erleend aan het besluit der Prov.nciale
ilaten van Zeeland tot het tijdelijk op-
ïemen van geld tot tpn hoogste
2.000.0000.
In de week van 26 Januari tot en
met 1 Februari kwamen in onze provin
jie voor 2 gevallen van roodvonk, n.l. i
te Boschkapelle en 1 te St. Maartensdijk.
De Kooieenden.
Ged. Staten hebben ingevolge art. 3^
der pachtwet bepaald, dat in 1936 de
kooieenden door den kooiman moeten
worden opgesloten of gehokt van 1 tol
en met 30 April en v,an 13 Juni tot en
met 28 Augustus.
Aangehouden.
De marechaussee te Hansweert
heeft aangehouden en ter beschikking
van de justitie te Middelburg gesteld
zekeren C. D., kanaalventer te Wemel-
dinge, als verdacht van heling van ben
zine.
Wasch gemakkelijk, wasch voordeelig.
Bovenstaande is de titel v,an de film,
die Woensdag en Donderdag twee maal
heeft gedraaid en hedenavond zal draai
en in het Schuttershof en waarvan dan
ongeveer 3000 personen, voornamelijk
huisvrouwen, toekomstige huisvrouwen
of helpsters van de huisvrouwen, gratis
zullen hebben genoten, dank zij de uit-
noodiging van E. Osterman en Co's Han
del Mij., N.V. te Amsterdam.
De in alle opzichten zeer te prijzen
klankfilm heeft tot doel de goede wer
king van de artikelen dezer firma, spe
ciaal van Persil, te demonstreeren, en
een kijkje te geven in de fabrieken te
Jutphaas. Het goed slagen is zeker niet
in het minst te danken aan de goede
keuze van artisten, die onder de leiding
van Clinge Doorenbos met de krachi
der overtuiging, die goede eigenschap
pen naar voren brengen .Zij zorgen er
voor, dat de film niet alleen boeiend
en leerzaam, maar vaak ook amusant is.
Het gesprokene is zeer duidelijk. Voor
de pauze wordt uitvoerig de behande
ling van de witte wasch, na de pauze,
die van zijden, wollen en andere fijne
stoffen gedemonstreerd.
UITBREIDING DER VRIJWILLIGE
ZIEKTEVERZEKERING.
De heer L. Onderdijk schrijft ons:
Waar van Uwe zijde bij de opzet der
vereeniging „Ziekenhuisverpleging op
Walcheren", in 1928, zooveel medewer
king is betoond, zult U wellicht, nu we
staan voor een uitbreiding van het werk
onzer vereèniging wel weer eenige
plaatsruimte willen afstaan.
Ons bestuur heeft besloten aan onze
leden de gelegenheid te bieden zich nu
ook voor andere kosten in een zieken
huis te verzekeren; daarvoor is aan hen,
bij de contributie-inning, een circulaire
met inschrijvings-formulier verstrekt.
Dit is niet geschied bij leden van zieken
fondsen of bij hen, die uit anderen hoof
de deze kosten vergoed krijgen, daar dit
voor hen geen zin had.
Er blijkt echter nog eenig misverstand
te bestaan betreffende de in die circu
laire vermelde contributie; daarom is
het noodig, zoowel voor hen die reeds
hun formulier inleverden, als voor hen
die dat nog wenschen te doen, een en
ander nog iets uitvoeriger, dan dit in de
circulaire is gedaan, uit een te zetten.
De contributie van de bestaande ver
zekering, laten we die gemakshalve A
noemen, bedraagt 5 ets voor leden, 3 ets
voor kinderen beneden 16 jaar, voor het
vierde kind beneden 16 jaar 1 ets, ter
wijl voor meer kinderen beneden 16
jaar geen contributie meer verschuldigd
naar de strakke lucht kijkende en de
frissche lucht opsnuivende. „Louis zei
gisteren al, dat er geen storm zou komen
Hij heeft een goeden kijk op het weer
zoo,als de meeste lui hier op de heide.'
„En.... het gevaar?" vroeg Rawlin
son, met een blik in de richting van het
waterreservoir. „U hebt zeker al berich
ten gehad?"
„Ik ben er, toen het nog schemer
was, al heen geweesttwee uur ge
leden", antwoordde Oliver. „Crabtree
zei, dat voor zoover hij wist, er in den
nacht geen verdere schade is ,aange-
richt. Maar vanmiddag komen die inge
nieurs. Gisterenavond was ik er echt
door van streek", vervolgde hij, den
arm van zijn gast nemend op het hoo-
ren van de bel voor het ontbijt. „Maar
nu ben ik er weer bovenopalhoe
wel ik slecht geslapen heb. Maar ik heb
de zaak nog eens rustig overdacht en
ben van plan de leiding zelf in handen
te nemen.Buiten 'Washington en het
heele bestuur van de waterwerken om.
Ik stel niet te veel vertrouwen in zul
ke besturen;.... ik zal het zaakje wel
zelf opknappen.op mijn manier. Zoo
lang ik maar iets tegenover me heb, dal
ik kan aanraken, dan ben ik nergens
bang voor, reken maar!"
„Maar weet u dan nu, wat of wie u
tegenover u hebt?" vroeg Rawlinson.
„Ik ben er vrij zeker v,an", antwoord
de Oliver met een grimmig lachje, „Maar
we zullen zien. Vanavond kan ik u "den
kelijk meer vertellen."
Na het ontbijt stond zijn auto al voor
en samen met zijn gast reed Oliver naarl
is. Deze contributies zijn per weel:.
Hiervoor heeft men recht op 30 ver
pleegdagen, tot een maximum van 3,7
per dag, gebruik operatiekamer, ver
voerkosten en, voorzoover niet in den
verpleegprijs begrepen, betaling van ge
nees- en verbandmiddelen gedurende
die 30 dagen.
In deze contributieregeling zit dus een
:eer belangrijke verlichting voor de
grootere gezinnen. Die kon niet ten vol-
e doorgevoerd worden bij de aanvul
lende verzekering voor klinische kos
ten, wijl dan de kosten per lid te hoog
zouden worden.
Wel is een mindere contributie vast
gesteld voor de kinderen, dat beteekent
dus nog wel weer een verlichting voor
gezinnen.
De contributie nu van de aanvullende
verzekering voor klinische kosten bij
opname in een ziekenhuis, dus niet enke'
operatiekosten bedraagt boven de con
tributie hierboven genoemd 8 ets. voor
leden en 3 ets. voor kinderen beneden
16 jaar, voor een maximum uitkeering
van 100 en 14 ets voor leden en 5 ets.
voor kinderen beneden 16 jaar, bij een
maximum uitkeering van 200.
Als we nu deze beide laatste verze
keringen B en C. noemen betaalt men
dus voor verzekering A en B samen per
lid 13 ets., per kind beneden 16 jaar 6
ets., 4e kind beneden 16 jaar 4 ets en
meer kinderen beneden 16 jaar 3 ets.
Voor verzekering A en C samen is
dan de contributie per lid 19 ets.,
per kind beneden 16 jaar 8 ets., het vier
de kind beneden 16 jaar 6 ets., meer
kinderen 5 ets.
Deze contributies zijn alle per week
berekend. Onze leden die per maand,
kwartaal, halfjaar en jaar betalen kun
nen nu gemakkelijk voor hun gezin uit
rekenen wat het voor hen kost.
Voorts is voor velen heel begrijpelijk,
niet duidelijk, waarom deze contributie
hooger is dan die van de nu bestaande
verzekering A.
Deze biedt toch behalve de andere
voordeelen een maximum uitkeering bij
opname in een ziekenhuis van 112,50,
terwijl verzekering B maar een maxi
mum biedt van 100,Hoe zit dit?,
vraagt men. Zouden we werkelijk het
maximum bedrag van 112,50 van ver
zekering A aan allen of de meeste van
onze leden moeten uitkeeren dan zou de
contributie niet 5 ets., maar bijna 10
ets. moeten bedragen. Dit is echter niet
zoo.
Van alle opnamen in een jaar is het
gemiddeld aantal dagen, dat wordt ver
kregen door de opnamen te deelen op
het totaal aantal verpleegdagen, 17 a 18,
waaruit dus volgt, dat per opname iets
meer dan dè helft van de 112,50 moet
worden betaald. In ons zesde jaarver
slag was dit bedrag dan ook f 63,50.
Hierop is de contributie, die op zich
zelf zeer laag is, berekend. Dit is ech
ter niet het geval met de aanvullende
verzekering B en C, die onzen leden
aangeboden wordt.
Hier staat vast, dat in de meeste ge
vallen het maximum bedrag zal moe
ten worden betaald, omdat deze verze
kering niet enkel geldt voor operatie
kosten, maar voor alle kosten bij op
name in een ziekenhuis, voorzoover ze
niet worden vergoed door verzekering
A, van den eersten dag af.
Een voorbeeld moge dit duidelijk ma
ken.
Bij opname voor observatie, laten we
zeggen van 5 dagen, moet betaald wor
den voor 5 ligdagen a 3,75, 18,75,
maar in datzelfde tijdvak kan een uit
gebreid Röntgenologisch onderzoek
hebben plaats gehad, zonder nog van
andere onderzoekingen te spreken! Dat
kost meer dan het dubbele, waarbij dan
nog komen de kosten van specialisten
etc.
Halfirth, waar hij Rawlinson, die in een
naburige stad zaken wilde doen, aan
het station afzette. En inplaats van vol
gens gewoonte naar zijn fabriek te rij
den, gaf Oliver zijn chauffeur order naar
het andere stadsdeel te rijden, waar
Louis de werkplaats had, waar hij aan
zijn uitvinding bezig was.
Midden tusschen arbeiderswoningen
en fabrieken in een zijstraat lag die
werkplaats. Naderbij komend, zag Oli
ver, dat Louis aan het verbouwen was
geweest en dat er nu op de plek van
de oude gebouwen een nieuw, vierkant
gebouw stond met massieve muren, dat
blijkbaar zijn licht alleen van boven ont
ving en slechts één ingang had, die met
een zware ijzeren deur was afgesloten.
Oliverd rukte op de electrische bel naast
die deur. Even later gleed geruischloos
een luikje open en keken een paar hel
deren oogen hem onderzoekend aan,
voordat de deur geopend werd. Oliver
ging n,aar binnen en zag Naylor Bew
voor zich 6taan. Hij was het factotum
van Louis, een rossige, gespierde, lenige
man van een jaar of dertig met een
schrander uiterlijk en verstandige oogen.
„Nou, ik moet zeggen, beste jongen,
dat jullie blijkbaar hier geen menschen
binnenlaten, als je niet eerst goed weet,
wie het zijn!" zei Oliver lachend. „Wan
neer is het zaakje hier zoo verbouwd?"
Naylor Bew sloot lachend de geluids
loos draaiende deur.
„O, dat is al een jaar of twee geleden,
mijnheer Carsdale. We moesten er niets
van hebben, dat de lui hier maar iij en
uit konden loopen, zooals ze zin hadden,
(ingez. Meu.j
Zooals hieruit blijkt, en het is goed
dit nog even duidelijk te zeggen, wordt
uitsuitend vergoed bij opname in
een ziekenhuis.
Gaat men deze verzekering, ten op
zichte van de contributie, vergelijken
met een soortgelijke verzekering enkel
tegen operatiekosten, dan gaat die. ver
gelijking mank,
Hier worden, bij opname in. een zie
kenhuis, alle kosten vergo<?(L van wel
ken aard dan ook, bij een. verzekering
tegen operatiekosten enkel die van den
chirurg, en in vele gevallen dan nog
maar voor een zeker deel. Bovendien:
over de vraag, wat operatiekosten zijn
kan heel wat verschil van. meening ont
staan; deze vraag heeft al tot heel wat
geharrewar aanleiding gegèvenl
En steeds meer vinden opnamen
plaats voor andere dan chirurgische be
handelingen, en dikwijls kan ook moei
lijk tevoren worden vastgesteld, op wel
ke af deeling van een ziekenhuis men te
recht komt.
Van de gemiddeld 28 opnamen per
1000 leden in de laatste 2 jaar waren er
16 op de chirurgische afdeeling en 12 op
diverse andere afdeelingen.
Deze paar cijfers bewijzen meer dan
duizend woorden, dat mén bij een ver
zekering tegen enkel operatiekosten nog
in vele gevallen yo.or groote kosten
komt te staan.
Tenslotte zij nog opgemerkt, dat een
weistandsgrens, zooals bij de ziekenfond
sen, bij ons voor deze verzekeringen
n i e t bestaat, dus kan iedereen lid
worden. Het bezwaar dat vroeger be
stond, nl. dat men zich slechts voor de
betaling der ligdagen kon verzekeren,
is door de geschetste aanvullende ver
zekeringen komen te vervallen,
ST. LAURENS. Woensdagavond hield
de vereeniging voor Ziekenhuisverple
ging Walcheren, afdeeling St. Laurns,
een openbare vergadering in café Bloe-
mendaal. Op deze vergadering, welke
zeer druk bezocht was, zoowel door le
den als niet leden, terwijl zelfs een con-
curreerende verzekeringsmaatschapppij
vertegenwoordigd was, werd door den al-
gemeenen secretaris-penningmeester den
hr L. Onderdijk gesproken over: „Wat
gaat de vereeniging nog doen voor de
leden?"
Allereerst gaf spr. een uitvoerig ver
slag over datgene wat nu reeds door de
vereeniging voor haar leden wordt ge-
we hebben hier geheimen, nietwaar?"
„En daar weet jij natuurlijk alles van
af, is het zoo niet?" vroeg Oliver, den
man nauwkeurig opnemend.
„Nounog niet alles", antwoordde
Bew. „Mijnheer houdt er enkele nog
heelemaal voor zichzelf. Er is hier een.
plek, waar ik nog nooit geweest ben,"
vervolgde hij, op een andere ijzeren
deur wijzend, die naar 'n binnenvertrek
voerde. „Ik geloof, dat de koning zelf
er nog niet binnen zou mogen komen!"
„Zeg, waar is hij?" vroeg Oliver,
rondkijkend naar de verschillende op
gestelde machines, draaibanken en ver
dere werktuigen. „Ik had afgesproken
dat we elkander vanmorgen hier zou
den treffen!"
,Hij zal zoo dadelijk wel hier zijn",
antwoorde Bew, een schetsteekennig,
die op een werkbank lag, opnemende,
hoewel zijn scherpe oogen Oliver voort
durend gadesloegen. „Ik meen, dat u ook
een en ander met mij wilde bespreken,
nietwaar mijnheer Carsdale?"
„Ik zou wel eens graag willen weten
waar en hoe je aan het nieuwtje bent
gekomen, dat je gisteravond tegen mijn
zoon verteld hebt", zei Oliver, recht op
den man ,af. „Je weet ook wel, dat het
van heel groot belang is, niet?"
„Ja, ik weet er alles van", antwoordde
Bew. „Maar ik ben niet van plan te
vertellen van wien ik het heb. U bent nu
gewaarschuwd, mijnheer Carsdale
nu ligt het aan u om voor uzelf te zor
gen."
(Wordt vervolgd.)