i DE ONBUIGZAMEN. ing IBÖÜEK van den DAG. ZEELAND. TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEUWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN MAANDAG 16 DECEMBER 1935. No. 296. MIDDELBURG. dooe EDEL-STUFSEL 45, 2* veren: &5—70, 40, Je kw, leren: I, alles 3e kw. 111, 3e tuggen prima landel irkens, )rijzen. matig, [export choon: •6, van f>5, van 60— :en: 50 c. per f 2— 1,20— 1,50— J poters 1—1,90, ?heva- srwten bruine sa»s> slob- ïoedjes, ïs, trui- tentjes, Poppe, Mid- ïen te- Hulst Li Telef. President Masaryk afgetreden, Hoe hij de Tsjechen en Slo- vaken bevrijdde en een onaf hankelijke republiek stichtte, Een wijze vader des vader lands, Wat nu? Vel Tsje chen zien de toekomst met zorg tegemoet. Het was reeds verscheiden weken een publiek geheim, dat Thomas Masaryk, de 85-jarige president van de republiek Tsjecho-Slovakije, in verband met 7ijn gezondheidstoestand, zijn ambt wilde neerleggen. Zaterdag is het er van ge komen. Om 12 uur 's middags ontving de grijze staatsman den minister-presi dent Hodza en de voorzitters van Kamer en senaat en deelde hun zijn besluit me de. Woensdag zullen Kamer en Senaat bijeen komen om den opvolger van Ma saryk te kiezen. De jonge Tsjecho-Slovaaksche repu bliek heeft ontzaglijk veel aan Thomas Masaryk te danken. Haar ontstaan op de puinhoopen van het voormalige kei zerrijk Oostenrijk-Hongarije, de Donau- monarchie der Hasburgers, was zijn le venswerk. Vele jaren vóór den wereld oorlog streefde Masaryk, die het van eenvoudigen koetsiersjongen tot hoog leeraar te Praag had weten te brengen, al naar een beter lot voor de diverse volksstammen, die van Ween en uit niet al te zachtzinnig werden geregeerd. Als Tsjech van geboorte, voelde hij, hoe de Tsjechen en Slovaken, de Bosniërs en Kroaten etc., het conservatieve bewind der Habsburgers steeds feller moesten gaan haten. Het had geen oog voor hun nationale eigenaardigheden, hield louter rekening met de belangen der dynastie en onmiddellijke omgeving. Echter Ma- saryk's streven was aanvankelijk niet re- volutionnair. Hij wilde geen verbreking van de banden met Weenen, doch een soort van federale monarchie, waarin de verschillende volken het recht moesten j hebben, hun specifieke belangen te be- j hartigen, Te Weenen dacht men er natuurlijk 1 niet aan, dergelijken wenschen het oor j te leenen. In het systeem der Habsbur- j gers pasten deze opvattingen niet. j Slechts de ineenstorting van de Donau- i monarchie zou den onderdrukten volken de bevrijding kunnen brengen. Toen in 1914 de wereldoorlog uitbrak, was Ma saryk bereids tot deze overtuiging geko men. Hij reisde naar het buitenland, zocht daar contact met de geallieerden, om een mogelijke bevrijding van zijn volk voor te bereiden. Te Weenen kreeg men de lucht van zijn plannen en wer den maatregelen genomen, om hem bij zijn terugkeer te arresteeren. Masaryk keerde echter niet terug. Vrienden, die van het voornemen tot zijn arrestatie op de hoogte waren, waarschuwden hem tijdig. Aanvankelijk vestigde Masaryk zich in Zwitserland, later in Londen. In 1916 wist hij het zoover, te krijgen, dat Engeland en Frankrijk de bevrijding der Tsjechen en Slovaken en de stichting van een onafhankelijke Tsjecho-Slovaak sche republiek in hun program van oor logsdoeleinden opnamen. Toen in Rusland het czarisme ineen zakte, begaf Masaryk zich onmiddellijk naar dit land, en vormde er een onaf hankelijk leger van uitgeweken Tsje chen en Slovaken, Zijn plan, om hiermee zijn land te helpen bevrijden, leed echter schipbreuk, doordat de bolsjewistische revolutie, die niet lang op zich liet .Wachten, het voorloopige min of meer liberale bewind, na den val van den czaar tot stand gekomen, omver wierp. Na een avontuurlijken tocht door Sibe rië wist Masaryk de Ver. Staten te be reiken, waar men inmiddels ook voor zijn plannen gewonnen was. Reeds in 1915 had Masaryk een Na- tionalen Raad voor een onafhankelijke Tsjecho-Slovaaksche republiek gesticht (met zetel in het buitenland natuurlijk). door J. S. FLETCHER. 3). Boef Rawlinson liet zijn blikken goedkeu rend en bewonderend glijden over het toekomstige eigendom van zijn gastheer. Diana wees hij naar een hoogen, groe nen dam, door een soort muur be kroond, die er uit zag als een middel- eeuwsche verdedigingstoren, welke de vallei naar het zuiden afsloot. „Wat ik vragen wouwat is dat daar voor een damdat is toch niet door de natuur gevormd, wel? Een of .andere vesting of wat is het?" Het stuursche gelaat van Oliver ont spande zich in een glimlachje vol zelf ingenomenheid. „Dat is één van de dingen, die ik bereikt heb, waarde heer. Een van mijn geslaagde pogingen om Halfirth vooruit e brengen. Dat is de bekende Ryvedale- dam. Daarachter ligt het Ryvedale-re- servoir. Twintig jaar geleden hadden we hier geen fatsoenlijke watervoorzie ning in Halfirth en toch was er op een paar mijlen afstands water in overvloed. was toen pas in den gemeenteraad 2|| 51 let °PSehouden, totdat ik mijn had dl! fnrenj bur£erii aan werk had gezet. In de moerasgronden hie- water m overvloed. We hebbed- toen een groot bassin laten bouwen en Deze bereidde het bestuur op democra tisch en grondslag voor. Toen in den herfst van 1918 de Donau-monarchie in eenstortte, was men te Praag onmiddel lijk in staat den onafhankelijken staat te constitueeren. Dit geschiedde den 13en November en den dag daarop werd Ma saryk tot president gekozen. Een maand later hield hij zijn glorieuzen intocht in de nieuwe hoofdstad. Als de groote be- r vrijder, de vader des vaderlands, werd hij toegejuicht. In 1920, 1927 en 1934 her koos men hem telkens tot president. Masaryk moet een wijs man zijn; een filosoof in de beste beteekenis van het woord en een menschenkenner. Deze eigenschappen zijn den jeugdigen Tsje- cho-Slovaakschen staat ten goede geko men. Aan hem is het te danken, dat het land zich tot dusver zonder al te groote schokken heeft kunnen ontwikkelen. Vele Tsjechen en Slovaken zullen zich thans echter niet zonder angst afvragen, hoe het nu verder moet gaan zonder Masaryk. Politieke tegenstellingen zijn er bij de vleet. Den laatsten tijd baart vooral het optreden der Duitsche be volkingsgroepen veel zorg. Onder lei ding van een zekeren Henlein is de Su- denten-Duitsche partij gesticht, die zich oriënteert op het nationaal-socialisme van Hitier en zich het liefst van Tsjecho- Slovakije zou afscheiden, om bij Duitsch- land te worden ingelijfd. Zoo is er meer, dat zorg baart. Voorloopig blijft Masa ryk natuurlijk op den achtergrond toe kijken. Zoo noodig kan hij, als gevaar dreigt, weer ingrijpen. Echter allengs moet zijn invloed, nu hij eenmaal is af getreden, gaan tanen, indien de dood hem al niet eerder wegneemt. Op de schouders van jeugdiger mannen komt een zware taak te rusten. Zij zullen het werk van Masaryk moeten voortzetten zonder het aureool van bevrijder, van vader des vaderlands om hun hoofden. Eén dezer mannen is dr. Benesj, die trouw met Masaryk de stichting der Tsjecho-Slovaaksche republiek heeft voorbereid en na 1918 telkens als (be kwaam) minister van buitenlandsche za ken optrad. Te Genève geniet dr. Be nesj veel gezag. Masaryk heeft dezen man als zijn opvolger aangewezen. Het is echter niet zeker, dat hij zal worden gekozen. Lang niet alle politieke par tijen willen Benesj aan het hoofd van den staat. Er zijn dan ook tegencandi- daten gesteld. Met spanning wacht men te Praag de vergadering der nationale vergadering op Woensdag a.s, af. KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN, Ged, Staten van Zeeland pas sen de verordening van ontsie rende reclame te straeng toe, meent het bureau. Vrijldagavond a.s. vergadert de Ka mer van Koophandel en Fabrieken voor de Zeeuwsche Eilanden in de Raadzaal te Middelburg. De agenda omvat het opmaken van eene aanbeveling voor de benoeming van een lid van den Spoorwegraad en een tweetal voorstellen van het bureau. Het eerste is dat in verband met een verzoek van de gemeente Haamstede. In 1933 besloot de Kamer gedurende 6 jaren aan Haamstede een bijdrage van 200 per jaar te verleenen in den jaarl. huurprijs van het vliegveld op Schou wen. Nu is echter de gemeente eigena resse van het luchtvaartterrein gewor- de en is er derhalve geen huur meei te betalen. Uiteraard moet echter de gemeente rente betalen van de voor den koopprijjs opgenomeii gelden en ook alle onderhoudskosten voor haar rekening nemen. Zonder steun van der den is de gemeente daartoe niet bij machte en B. en W. hebben derhalve verzocht de bijdrage in de huur te mo gen blijven genieten als bijdrage in de exploitatie van het Luchtvaartterrein. die dam is een waterkeering. In het eerste jaar dat ik lord Mayor was, had ik de eer het werk plechtig in gebruik te stellen. Het is één van de beste wa terwerken in heel Engeland! Ik zal je eens een paar cijfers noemen, ik ken ze zoo wel uit mijn hoofd. Het reservoir strekt zich over zestig morgen land uit. Het bevat ruim vierhonderd milll- oen liter water. Het ligt achthonderd voet boven den zeespiegel en vijfhon derd voet boven Halfirthdeze val lei loopt vrij snel af van het reservoir naar de stadsgrenzen zooals u ziet. Die dam is ongeveer achthonderd meter lang! Ja^jer zijn natuurlijk lui genoeg, die beweren, dat die dam de vallei van veel natuurschoon beroofd heeft, maar daar ben ik het niet mee eens. Ik ben trotsch op dat waterwerk. Het is een van de beste dingen, die we hier in Hal firth hebben!" „Die dam is zeker wel reusachtig sterk", zei Rawlinson peinzend. „Stel je eens voor dat die doorbrak, als het reservoir vol was! Wat zou dan wel ge beuren?" „Wat gebeuren zou?" vroeg Carsdale met een grimmig lachje. „U ziet zélf hoe smal de vallei is.niet veel bree der dan een halve mijlen bijna over al rotswandenAls die dam door brak, dan zouden eenige honderddui zenden kubieke meters water hier ais een lawine door de vallei heen storten en alles, ook de oude abdy, zou als een strootje worden meegesleurd en de stad Het bureau stelt voor dit verzoek in te willigen en wijst er op, dat daarvoor toch feitelijk slechts een formeele wij ziging van het besluit der Kamer noo dig is. Het tweede voorstel is naar aanlei ding van de sedert 1913 bestaande Pro vinciale Verordening tot het weren van inbreuken op natuurschoon in Zeeland. In deze verordening was een bepaling opgenomen dat het plaatsen of aan brengen van reclameborden niet van toepassing was, voor zoover het geldt reclame voor zaken, welke worden vervaardigd of verhandeld, of voor be drijven, welke worden uitgeoefend op of in het onroerend goed." Deze bepaling bood echter gemak kelijk gelegenheid de eigenlijke strek king der verordening handhaving van het natuurschoon te niet te doen. Hierin vonden Ged. Staten ten vorigen jare aanleiding een voorstel bij Prov. Staten aanhangig te maken, om de bedoelde verordening te wijzigen. Voorgesteld werd bovenstaande uit zondering geheel te schrap.pen. Ged. Staten behielden echter de be voegdheid vrijstelling van het verbod te verleenen wanneer naar hun oordeel door de plaatsing van die borden de schoonheid van het omliggend land schap niet zou worden geschaad. Dit voorstel werd door Prov. Staten zonder veel discussie en z.h.s. aangenomen. Ook het bureau juicht het zeker ten zeerste toe, dat. aan het plaatsen van reclameborden en dergelijken overal in het landschap paal en perk wordt ge steld, maar anderzijds is het van oor deel, dat eveneens moet worden ge waakt, dat niet onder motief van we ren van inbreuk op natuurschoon fei telijk elke reclame buiten de kom der gemeente wordt belet. Van verschil lende zijden bereikten het bureau klachten, dat de bedoelde verordening door Ged. Staten zeer streng wordt toegepast en door dit college van de bevoegdheid tot het verleenen van ont heffing ook in die gevallen dat van schending Van natuurschoon door de reclame geen sprake is, slechts spora disch gebruik wordt gemaakt. Ter be voegde plaatse is dit laatste bevestigd. Ter illustratie hoe rigoureus in deze wordt op getreden, wijst het bureau er op, dat aan een tramhuisje, op een plaats waar geenszins van natuurschoon sprake is, een bord was ,aangebracht van een Verzekering Maatschappij. Dit bord moest verwijderd worden, onthef fing werd door Ged. Staten niet ver leend. Borden van bierbrouwerijen aan buiten-café's moeten verdwijnen, ook al is van ontsieïng geen sprake. Het bureau is van oordeel, dat in deze te ver wordt gegaan en stelt voor tot Prov. Staten een schrijven te richten, waarin tot uitdruking wordt gebracht dat de Kamer met alle waardeering voor de bedoeling om inbreuk op na tuurschoon te weren, toch van oordeel is dat in deze ook niet moet worden overdreven, zoodat het aan belang hebbenden feitelijk onmogelijk wordt gemaakt buiten den bebouwden kom eener gemeente aan woningen, winkels, koffiehuizen enz, reclameborden en der gelijken aan te brengen, ook wanneer van ontsiering van natuurschoon geen sprake is. De terreinen achter het Schuttershof. De heeren P, Geuzebroek te Medem- blik, Jac. de Dreu te Goes en M. Wal raven te Middelburg, deelen den Raad in een adres mede, dat beide eerstge- noemden het terrein achter het Schut tershof geheel verkochten aan Walra ven en dat daar thans reeds verschil lende perceelen bebouwd zijn en ook de andere perceelen binnen afzienbaren tijd zullen zijn bebouwd. Zij verzoeken nu dat de straat om niet door de ge meente zal worden overgenomen en hen zou weggemaaid worden als gras door een maaier en het zou vernieling cn dood beteekenen.Dat zou gebeu ren!" „Bent u er niet bang voor, dat het eens gebeuren kan?" „Heelemaal niet", antwoordde Oliver met nadruk. „We hebben de beste in genieurs van heel Engeland hier ge had. Niets in in staat dien dam te doen scheuren.... of we moesten een aard beving krijgen." „We hebben vroeger toch wel aard schokken in deze streken gehad, niet waar?" Oliver haalde lachend zijn horloge te voorschijn. „Ja.... dat kan wel.... Maar die dam staat net zoo sterk, als ikzelf die gaat niet stuk. Zegzouden we niet een stukje gaan eten? Ik heb altijd trek in mijn Zondagsche souperdat komt, omdat we dan vroeg eten." Toen ze eenige minuten later door den welonderhouden tuin naar het huis liepen en Rawlinson de keurige kamer meisjes door de openstaande ramen tafel zag dekken, schudde hij het hoofd. „U leeft hier in weelde, meneer Cars dale en u hebt hier alle denkbare luxe Als ik u was, dan zou ik dit ver verkie zen boven die oude abdy." „Nietwaar! Dat zou u niet. Misschien omdat u het bent. Maar als u in mijn plaats was, dan zoudt u evenmin rusten, voordat u hadt, wat u hebben wilde. Van jongsaf is dat mijn streven geweest verder vrij te stellen van alle kostei van rioleering enz. Verder vragen z- de Poort, die aanvankelijk aan den Mo lenberg en nu in de Beddewijkstraai staat van hen in beheer en onderhout over te nemen. DE NEDERLANDSCHE BELLAMY- BEWEGING, Vrijdagavond sprak ds, H. de Jonge uit Bergen op Zoom in de Vrijzinnige Kerk te Middelburg over: „Bellamy de uit komst". Spr. begon met er op te wijzen dat hij zou spreken als mensch tot mensehei niet gescheiden door richtingen van weiken aard ook. Het streven van ck Bellamybeweging is naar maatschappe lijke en zedelijke vernieuwing van he menschdom, een onderwerp dus dat een ieder raakt. Edward Bellamy schreef een halve eeuw geleden twee boeken, waarin hij voorspelde hetgeen thans werkelijkheid is geworden, namelijk de oorlog, de crisis, de radio, enz. Wij leven thans in een der geweldigste perioden der we reldgeschiedenis, verzekerde spr. en wanneer de Bellamybeweging, die in Nederland sneller dan ergens anders groeit, ook daar buiten om zich heen zal grijpen, dan zal er uitkomst zijn in den grooten wereldnood. De gedachte is eenvoudig en helder en beteekent een algeheele omwenteling in onze samen leving. De grootste wijziging die er moet komen is, dat het geld, de eigendom, over moet gaan van den enkeling op de gemeenschap. Het geld moet weer als ruilmiddel in eere hersteld worden. Nu is het een macht die de wereld be- heerscht ten kwade. De dictatuur van het kapitaal moet vervangen worden door economische vrijheid. Dan kan ge sproken worden van toegepast Chris tendom. Het is dan méér den het gewone men- scheliike, want wanneer het dagelijksch brood door duizenden nu verkregen moet worden door middel van steun en liefdadigheid, dan is dat volgens spr. een bewijs van het totale gemis aan de een voudigste beginselen van het Christen dom, Het vernietigen van voedsel op groote schaal, met daarnaast de diepste armoede is een afschuwelijke zonde. Door het vasthouden van het bezit in welken vorm ook, vernietigt men de toekomst van allen en van de jeugd in het bijzonder. Wie de Bellamybeweging kent en be grijpt en niet steunt, begaat een groote zonde. Spr. is door en door Bellamist en zou het iedereen willen overdragen. In korte trekken zette spr. de hoofd lijnen van de Bellamygedachte uiteen. Het komt hierop neer, dat het bezit ter beschikking gesteld wordt van de ge meenschap. De toekomstige maatschap pij is gefundeerd op den arbeid: leder individu moet werken naar eigen aard en aanleg en wel tusschen zijn 21 en en 50en jaar. Het onderwijs moet gebaseerd zijn op het aanschouwelijke en nuttige en het kind opgroeiende in de Bellamy gedachte en -practijk zal de samenleving zien op een h< oger niveau. De periode van 18 tot 21 jaar is die van vrijwillig dienen en daarna krijgt men zijn taak in de maatschappij aange wezen, waarbij 'n staatstoelage verstrekt wordt. Op 50-jarigen leeftijd komt dan eveneens onder uitkeering van het fi- nancieele aandeel dat hem toekomt de periode van rust die benut kan wor den om zich verder als mensch te ont plooien. Het perspectief is in Nederland voor de Bellamy beweging gunstiger dan el ders. De toekomstige maatschappij zal steunen op drie pijlers: religie, kunst en wetenschap. De ontwikkeling van het menschdom zal onbegrensd zijn en alle nood en en smarten zullen verdwijnen. Spr, zegt dan dat er zal moeten zijn een centraal giro-stelsel waardoor auto- en tot nu toe heb ik altijd succes ge had." HOOFDSTUK II. De slag. Den volgenden morgen begaven Oli ver en zijn gast zich naar den keurigen wagen, die hen naar Halfirth brengen zou, toen Rawlinson onwillekeurig zijn bemerkingen van den vorigen avond her haalde. „Ja", zei hij, rondkijkend, alvorens in te stappen, „ik zou dit.... en verre weg ookverkiezen boven die oude abdyals ik het voor het zeggen had, meneer Carsdale. U hebt werkelijk een schitterend plekje uitgezocht om dit huis te bouwen!" „Een tijdelijk verblijf, waarde heer., een tijdelijke woning op mijn levens- tocht", antwoordde Oliver glimlachend. „Je moet hier en daar wel eens aan leggen, voor dat je in de haven belandt, waar je zijn wilt. Natuurlijk zijn er menschen genoeg, die dit huis graag willen hebben, als ik er uit ben." „Geef het mij maar.... en dan een paar duizend pond om er te kunnen leven", zei Rawlinson lachend. Man, wat ben je toch gelukkig hier op die vrije, onbegrensde hoogte te kunnen le ven.... en wat wil je dan daar naar beneden in die vallei gaan wonen, waar je zoo goed als geen uitzicht hebt? Maar ja.ieder z'n smaak!" „Juist!" zei Oliver, instappend. „En woedati woüm stoffen rd&wr Probeer het eens inwollen stof fen (jumpers, vesten, truien enz.) Behandeld in 'n sterk ver dunde „Crackfree" oplossing sluiten deze weer als nieuw. fabrikaat: n.v. „onder ons", de krim (o.) matisch alle levensbehoeften verkregen kunnen worden. Dat de luiheid door zoo'n regeting in de hand gewerkt zou kunnen worden, geeft spr. toe. Maar als niet de volle mensch zich geeft wat wel als eisch gesteld mag worden zoo zal hij opge voed moeten worden tot die hoogte, desnoods door arbeidsdwang, die dan echter het stempel zal dragen van een geneesmethode. De arbeidsdienst zal dan ook in 't algemeen ingesteld wor den. Uit de Gelijkenis der talenten toont spr.. aan dat ieders capaciteiten benut moeten worden. Bellamy is geen utopie. We gaan er snel heen, indien we onze oogen open houden en willen zien en niet zeggen dat het technisch onmogelijk is. Geen weldenkend mensch mag zich onttrek ken aan deze beweging. Spr. is er van overtuigd dat een volksstemming duide lijk uit zou wijzen dat het Nederland- sche volk niet zou aarzelen de proef te nemen met Bellamy. In de nabespreking ging ds. de Jonge nog nader in op verschillende onder- deelen en stelde daarbij vast dat de nood die er moet komen om een ande re geestessestelheid baan te doen bre ken, niet die is van den werklooze, doch van den bezitter. Nu reeds zijn er tien tallen die onvoorwaardelijk toegezegd hebben hun eigendom in dienst te willen stellen van de nieuwe maatschappelijke orde. De Nederlandsche beweging verschilt met de Internationale hierin, dat zij niet staat op academischen grond slag die alleen de tfeest wil maken, doch op de daadwerkelijke ac tie. Met een vurig pleidooi om de komen de wereldorde te steunen, eindigde spr. zijn betoog. Met het zingen van een lied uit den Bellamybundel werd besloten. Verscheidene aanwezigen gaven zich als lid op en traden toe tot de afdeeling Middelburg van de Bellamybeweging die hiermede opgericht werd. FEESTAVOND EXCELSIOR. Zaterdagavond had in de goed be zette groote Schuttershofzaal een feest avond plaats ter eere van het 15->ar.g bestaan oer Arbeiders Muziekvereeni- ging „Excelsior". De v o o r z. der vereeniging de hear F. L a r o e s heette alle aanwezigen welkom, inzonderheid de vertegenwoor digers van het bestuur van den Zeenw- schen bond van harmonie en fanfarege zelschappen, van zustervereemgingen, van de moderne vakbeweging en poli tieke partij, verder ook den oprichter ik ken mijn eigen smaak. Kom me maar eens bezoeken, als ik er gevestigd ben!" Hij br,acht zijn gast naar het station in Halfirth, zette hem op den express naar Londen en begaf zich dan naar zijn molens aan de buitenzijde der stad. Hi) hield er een vaste dagorde op na, waar van hij slechts hoogst zelden afweek. Van tien tot twaalven was hij met zijn directeuren en chefs der afdeelingen bezig; van twaalf tot één nam hij een kijkje in de club, keek de kranten in en praatte wat met zijn kennissen; om half twee lunchte hij, dan ging hij weer een paar uur naar zijn molens; tegen vijf uur reed hij naar huis. Nu en dan zag men hem in de raadszaal van het stadhuis. Dan weer presideerde hij een vergadering van de Kamer van Koop handel. Maar de meeste ochtenden en middagen van de zes werkdagen wist iedereen in Halfirth, die hem noo3ig had, dat hij Carsdale treffen kon, óf in zijn privé-kantoor op de fabriek, óf in een hoekje van de rooksalon van de club. Op dezen merkwaardigen morgen was Oliver 'n half uur eerder dan gewoon lijk van zijn fabriek naar de club ge gaan. Hij was nu wel zoover, dat zijn persoonlijke tegenwoordigheid niet meer steeds noodig was om de zaken te laten loopen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1935 | | pagina 5