32* GOESCHE COURANT zeeland. bimbuid. weer en wind NUMMER 281. TWEE BLADEN. DONDERDAG 28 NOVEMBER 1935. EERSTE BLAD. 178e JAARGANG. Nog 25 millioen voor werkverruiming De landbouw-crisis-commissie geïnstalleerd. - Aegr°rd' -V°-°r °?S Hgt' aan een Het Nederlandsche antwoord op de Italiaansche protestnota. iAClQUT BqpOPJjjg telf: h4. BANKETBAKKERIJ VAM MELLE MIDDELBURG. MiDDELBURGSCHE COURANT Dagbjad Voor Middelburg, Goes en agent schap yiissingen 2.30, elders 2.50 per kwartaal Week-abonn. in Middelburg en Goes 18 ct. p. w. Advertentiën 30 ct. per regel, Ingez. mededeelingen 60 ct. p. r. BÜ contr. voor beide veel lager; tar. op aanvr. Uitgeefster Naamlooze Vennootschap „De Middelburgsche Courant"; Bureaux Lange Sint Pieterstraat te Middelburg. Telefoon Redactie 269, Administratie 139 Postrekening no. 43255 Kantoor te GOES: Turfkade, telefoon 17. Aangesloten bij het Bureau voor Publiciteitswaarde der Vereeniging de Nederlandsche Dagbladpers. Familieberichten en dankbetuigingen 17 regels 2.10, elke r. m. 30 ct. Rubriek „Kleine Advertentiën", ten hoogste 6 regels, a 75 ct. bij vooruitbetaling Adv. met „Brieven" of „Bevragen bureau dezer cou rant" 10 ct. extra Bewijsnummers 5 cent. Verschenen is de Memorie van Ant woord aan de Tweede Kamer nopens de begrooting van Waterstaat. Minis ter van Lidth de Jeude kondigt daarin aan, dat een wetsontwerp zal worden ingediend ter versterking van de mid delen van het Werkfonds met circa f 25 millioen. Zooals men weet zijn de 60 millioen gulden, die oorspronkelijk ter beschik king stonden om door het uitvoeren van openbare en andere werken, de werk loosheid te doen verminderen, opge soupeerd. Het ligt dus in de bedoeling der regeering met deze werkverruiming verder te gaan. Het euvel der lintbebouwing. Verder kondigt de minister van Wa terstaat, naar de Tel. meldt, in zijn Me morie van Antwoord een wetsontwerp tot bestrijding van het euvel der lintbe bouwing aan. De Spoorhout-affaire, Tenslotte deelt de minister mede, dat een nieuwe overeenkomst tusschen de Nederlandsche spoorwegen en de N.V. Spoorhout zal worden tot stand ge bracht. De bestaande overeenkomst heeft, men zal het zich herinneren, tot klachten aanleiding gegeven. Het bleek, dat de N.V. Spoorhout, een particulier bedrijf zeer groote winsten maakte met de leveranties van dwarsliggers etc. aan de spoorwegen. En ook, dat er enkele dingen waren gebeurd,, die nauwelijks door den beugel konden. Deze Sp<|or- hout-affaire zal dus nu worden geliqui deerd. Minister Deckers betoogt o.a, dat zoo mogelijk de administra tieve rompslomp van het hui dige stelsel beperkt moet wor den. Heden is te Den Haag de commissie, die een onderzoek naar de landböuw- crisispolitiek zal instellen, geïnstallnerd door den minister van landbouw en vis- scherij, mr. dr. L. N. DeckersT die o.a, het volgende naar voren bracht: Een tijdperk van vijf jaren is ver streken sinds de crisis, welke zich in Nederland het eerst ten aanzien van den landbouw krachtig deed gevoelen, van zoodanigen omvang werd, dat doel bewust ingrijpen van regeeringswege geboden was. Aanvankelijk werd door op zich zelf staande steunmaatregelen aan eenige noodlijdende groepen van landbouwers en tuinders hulp geboden. De snelle ineenstorting der prijzen van de voornaamste akkerbouwproducten, welke den boerenstand met ondergang bedreigde, dwong de regeering echter weldra tot het treffen van maatregelen van breeder opzet: de Tarwewet 1931 werd in het leven geroepen. Steeds sneller en heviger greep de crisis om zich heen. De toestand van de veehouderij,- en de zuivelbedrijven, wel ke zich ïn den aanvang nog zonder hulp konden staande houden, eischte even eens ingrijpende maatregelen. Een uit gebreid samenstel van regelen, betrek king hebbende op tal van land- en tuinbouwproducten in den ruimsten zin kwam in snel tempo tot stand. De Landbouw-Crisiswet 1933, welke in verband met de dringendheid der hulp, uitgebreide bevoegdheden aan de re- schonk, opende daartoe de mo gelijkheid. A9a la,ndb°uw-crisiswetgeving draagt duidehjk het kenmerk van het vertrou- betrekL 1^,et^0vers' dat zii sIechts voor te eÏÏ1, Mk°rten Ü>d zou behoeven vnil.lP, tar wie durft thans een tijdsduur ^van de^buit "f61" deD standigheden", dfe hlaï nnnXT* T ten? Zeker is', dat ziging van den economischen toestand van ons land voorshands niet mag wor den verwacht Het is daarom geboden het samenstel van regelen, zooals d?t grondige herziening te onderwerpen. .1 habt H, mijne heeren, daartoe door mij uitgenoodigd, bereid verklaard mijn medewerkers te zijn bij dezen belangrij ken arbeid. Uw taak zou ik als volgt willen om schrijven: na te gaan of en ?oo ja, wel ke wijzigingen naar Uw meening moe ten worden gebracht in de landbouw- crisismaatregelen, hun uitvoering en controle. Ik acht het niet doelmatig i grenzen van Uw taak nauwkeurig aan te geven. Voor dit arbeidsveld gelden (Ingez. Med.) noch contingenteering noch teelibeper king. Wel wil ik echter zeggen, dat het mij aangenaam zal zijn, indien bij den iarbeid van Uw commissie de organisa torische zijde van het vraagstuk op den voorgrond worde gesteld. Dat daarbij algemeene onderwerpen, hef beleid be treffende, ook Uw aandacht zullen vra gen, behoeft geen betoog; immers, het verband tusschen beleidkwesties en de wijze van organisatie is zeer hecht. Om een enkel voorbeld te noemen: zou het huidige samenstel van regelen vervan gen worden door een stelsel van in voerheffing aan de grens, hetgeen zou leiden tot intrekking van landbouwcri sismaatregelen, gericht op de binnen- landsche productie d,an zou dit ui teraard op de tegenwoordige organisa tie van zeer grooten invloed zijn. Een tweetal onderdeelen zou ik U willen vragen in het bijzonder in Üw onderzoek te betrekken. Het eerste geldt mijn wensch het aan tel administratieve maatregelen tot een minimum te beperken. De vele admini stratieve verplichtingen, welke den be oefenaren van land- en tuinbouw en aanverwante takken van bedrijf zijn op gelegd, gevoelen zij als een drukkenden last. Het is aan U middelen te beramen om dien last zooveel mogelijk *e ver lichten, natuurlijk zonder de rechtsze kerheid, een onzer meest waardevolle goederen te schaden. Het tweede onderdeel, waarop ik doelde, betreft de vraag op welke wijze het best kan worden samengewerkt met de landbouworganisaties en den rijks voorlichtingsdienst. Aan de totstandko ming van de landbouwcrisismaatregelen ging veelal overleg met de landbouw organisaties vooraf, en op gezette tij den plaats vindende besprekingen met de regeeringscommjissarissen hielden de verbinding met die organisaties in stand. Toch zal ik het op prijs stellen, indien door U wordt onderzocht of de uitvoering der maatregelen niet kan worden vereenvoudigd en vergemakke lijkt doordat de overheid meer nog dan tot dusverre geschiedde de medewer king vraagt van de land- en tuinbouw- vereenigingen. De omvang, dien, naar men verwacht te, de landbouwcrisisarbeid zou verkrij gen, leidde er toe, dat naast de directie van den landbouw een afzonderlijke af- deeling Landbouw-crisis-aangelegenhe- den werd ingesteld. Dit heeft ten gevol ge g'ehad, dat tot heden van de diensten van de consulenten, de derecteuren en leeraren der land- en tuinbouwwinter- scholen en de land- en tuinbouwonder- wijzers slechts een bescheiden gebruik werd gemaakt op het terrein van den crisisarbeid. Zij hebben voor onzen land en tuinbouw voortreffelijk werk verricht en zijn de vertrouwensmannen der lan delijke bevolking. De wegen aan te ge ven, waarlangs de samenwerking met hen zoo doeltreffend mogelijk worde, zij mede een onderdeel van de taak, welke ik U verzoek op U te nemen. De voorzitter der commissie prof. dr. J. van Loon, beantwoordde de rede van den minister, Spr. zeide o.a. Ik ben er van overtuigd, dat bij alle leden der commissie de oprechte wil voorzit, om zich zooveel mogelijk van eenzijdige orienteering vrij te houden en bij alle discussies en voorstellen uit te gaan van het algemeen belang. Het economisch leven van ons land is zoodanig gevarieerd en alle bedrijfstak ken hangen zoodanig met elkaar samen.. dat iedere maatregel ten gunste van een Laat ons onze deelneming betuigen aan onze vrienden niet door weekla gen, maar door zorgzaamheid, harte lijkheid en eerbied voor hun leed. bepaalde bedrijfstak nadeelige gevolgen kan hebben voor een anderen, niet min der belangrijken bedrijfstak. Daarmede zal de commissie terdege rekening moe ten houden. Indien de commissie dit steeds voor oogen houdt, en ik twijfel er niet aan, of alle leden zijn met dit vaste voorne men bezield, dan geloof ik, excellentie, dat onder uw deskundige leiding voor deze commissie een schoone taak is weggelegd. Het is mij daarom een be hoefte, namens de leden der commissie uwe excellentie dank te zeggen voor uw belangrijke taak, welke u ons hebt opge dragen en ik kan de verzekering ge ven, dat het voor ons een voldoening zal zijn, onder Gods zegen deze taak tot een goed einde te mogen brengen. De commissie bestaat, zooals reeds gemeld, uit de volgende leden: Prof. mr. J. van Loon; J. Ai. Geluk: J. Groen Az.; Chr. van den Heuvel; ir J. C. M. Mensing; J. L. Nijsingh; ir. A Roebroeck; H. Ruyter, J. Smid, en F. V. Valstar Men meldt ons uit Den Haag: In antwoord op het Italiaansche schrijven van 11 Nov. jl„ waarin gepro testeerd wordt tegen de sancites, heeft het dep. van buitenl. zaken het volgen de ter kennis van het Italiaansche ge zantschap gebracht: De Nederlandsche regeering heeft met lichtvaai dig het besluit genomen om over te gaan tot de toepassing van de in art 16 van het Volkenbondsverdrag voorziene sancties tegenover een land, waarmede zij steeds de hartelijkste be trekkingen heeft onderhouden en welks geschiedenis en cultuur bij het Neder landsche volk een diepe bewondering opwekt. Intusschen zou deze levendige, sympathie voor het Italiaansche volk naar de Nederlandsche opvatting niet kunnen rechtvaardigen, dat men zou af wijken van den weg, die aan Nederlanc is voorgeschreven door de trouw aan de verdragen verschuldigd. Het Volkenbondsverdrag verplicht de onderteekenaars deel te nemen ,aan de in art. 16 voorziene sancties tegenover ieder lid dat zijn toevlucht neemt tot den oorlog in strijd met de in art. 12, 13 en 15 aanvaarde verplichtingen. Te recht merkt de Italiaansche regeering op, dat ieder van de betrokken Staten rechter is over zijn eigen gedragslijn en veranwoordelijk is voor de maatre gelen welke hij terzake zal nemen In derdaad is het 't recht van iederen staat om in zijn vrij en souverein oor deel te beslissen, of er al of niet schen ding van het Volkenbondsverdrag heeft plaats gehad. De Italiaansche regeering verwijt aan den Volkenbond, dat deze het Italiaan sche memorandum waarin de Ital. re geering getracht heeft haar gedragslijn te rechtvaardigen, niet aan een gron dig onderzoek zou hebben onderwor pen. De Nederlandsche regeering, er aan herinnerend, dat Nederland geen deel uitmaakt van den Raad, en dat het derhalve niet vertegenwoordigd w,as in de door dit orgaan ingestelde comité's deelt deze meening van de Italiaan sche regeering niet. Maar zelfs indien het juist was dat het onderzoek door de organen van den Volkenbond van de door de Ital. regeering overgelegde stukken onvolledig zou zijn geweest, dan is het toch niet minder waar, dat. de geheele documentatie overgelegd is aan de leden van den Bond Aldus oordeelend met volle kennis van zaken, zijn bijna alle leden van den Bond en daaronder Nederland, van mee ning geweest, dat het in art. 16 voor ziene geval zich hier voordeed. De Italiaansche regeering is van oordeel, dat de gebeurtenissen, die sinds de laatste bijeenkomst van den Volken bondsraad hebben plaats geh,ad, de grondslagen, waarop de beslissing" van Genève zijn genomen, zouden hebben ondermijnd. De Nederlandsche regeering kan dit standpunt niet deelen. Zij kan niet toegeven, dat een aanvalsoorlog zijn onwettig karakter zou verliezen ten gevolge van het feit, dat zekere elemen ten van het vijandelijk land zich scharen aan de zijde van den bezetter. Iedere iftVH||H3T3o'eN3q|Hi (Ingez. Med.) staat, die erkent, dat een geval van aan val in strijd met het Volkenbondsver drag aanwezig is, is verplicht deel te nemen aan de economische sancties Art. 16 maakt dit tot een stelligen plicht. De Italiaansche regeering spreekt de meening uit, dat het verbod van allen uitvoer eerder een wezenlijke daad van vijandschap beteekent, dan een econo- mischen maatregel. De Nederlandsche regeering veroorlooft zich op te merken, dat bij de toepassing' van de sancties de deelnemende staten zich hebben laten leiden door de resoluties, welke in 1921 door de Tweede Volkenbonds vergadering met de krachtige mede werking van de zijde der Italiaansche delegatie zijn aangenomen. Toentertijd is het bij niemand opgekomen, om de maatregelen, waarvan sprake was te beschouwen als wezenlijke daden van vijandschap ten opzichte van den staat tegen wien zij zouden zijn gericht. De Nederlandsche regeering meent met deze enkele opmerkingen te kun nen volstaan Verlangend om Italië bij het gemeenschappelijk werk voor de versterking van de internationale orga nisatie van den vrede wederom de plaats te zien innemen, die dit land toe komt, spreekt zij de vurige hoop uit, dat het mogelijk zal zijn binnen een korten termijn te komen tot een be vredigende oplossing van het noodlot tig conflict. NEDERLAND'S GROOTSTE VRACHTSCHIP WEER IN DE VAART, Naar gemeld wordt, staat het thans vast, dat het grootste vrachtschip van ons land, de „Amsterdam" van de Kon- Ned. Stoomboot Mij,, die geruimen tijd opgelegd is geweest, weer in de vaart zal worden gebracht. Het schip, dat in de Zuid Pacific Lijn komt, zal 10 Jan. naar Hamburg vertrekken, keert dan via Antwerpen naar de hoofdstad terug en zal 21 Jan de reis naar Curaqao aan vaarden- DE SCHEURING IN DE A.R. PARTIJ, Naar de N.R-C. verneemt, zou prof. H. Visscher het ten zeerste betreuren, als de j.l. Zaterdag in het leven geroe pen „Christelijk-Nationale Partij" het aantal partijen, dat hij zelf thans reeds te groot acht, nog met een zou vermeer deren. Veeleer zit de bedoeling voor, ge lijkelijk .jjiet de Kerstenianen, Ling- beekianen, anti-revolutionairen en chris- telijk-historischen in verbinding te tre den ten einde aldus tot een grootere eenheid te geraken, waarbij dan echter de geestelijke zonen van de mannen der doleantie niet zoozeer de eerste viool zouden mogen spelen als zij dat naar de meening van prof- Visscher c.s. in de tegenwoordige anti-revolutionaire par tij doen. Bij burgemeestersbenoemingen, decoraties enz. zou de praedomineeren- de positie van bedoelde groep, in een partij met ten minste 40 pet. Ned.-Her- vormde kiezers thans al te merkbaar zijn. Natuurlijk is er meer- Maar prof. Vis scher wanhoopt nog niet. Intusschen schijnt hij wel voornemens om het Ka merlidmaatschap en het lidmaatschap van de anti-revolutionaire partij neer te leggen, ten einde geheel zuiver en vrij te staan. Of deze afscheiding-in-schijn, die on danks het woord „partij" nog niet als partijvorming in den politieken zin van het woord beschouwd zou moeten wor den inderdaad de eenheid zal bevorde ren? Wij helpen het hopen, maar betwij felen het voorshands ten zeerste. Zou minister Colijn ook op deze beweging' gezinspeeld hebben, toen hij kortelings de evenredige vertegenwoordiging om haar versnipperende strekking veroor deelde? En waarop zal het uitloopen? 'Op een fusie van minder omvang dan beoogd wordt? Of zelfs daarop niet? De toekomst zal het moeten leeren. Middelburg, 28-XI-'35. Woensdag: hoogste lucht temperatuur 9.8 °C (50 °F); laagste 5.6 °C (42 °F). Heden 9 h: 8 C; 12 üh: 10.8 °C. Hoogste baro meterstand te dezer stede, in het afge- loopen etmaal: 764 mm; laagste 752 mm. Hoogste barometerstand in het Euro- peesche waarnemingsgebied: 771.3 mm te La Coruna; laagste 732.0 mm te Isa- fjord. Verwachting tot morgenavond: Meest matige tot krachtige W. tot Z.W. wind, tijdelijk opklarend, later weer kans op regen, aanvankelijk zach ter. Zon op: 7 h 43; onder: 15 h 52, Licht op: 16 h 22. Maan op: 10 h 14; onder: 17 h 42. E.K. 3 Dec. Hoog - en Laagwater te VHssiages. November. Hoogwater. Laagwater. Do. 28 2.21 14.31 8.51 21.07 Vr. 29 2.56 15.12 9.31 21.40 Za. 30 3.34 15.58 10.15 22.23 Hooj - en Laagwater te Weineidiafk. November. Hoogwater. Laagwater, Do. 28 4.19 16.28 9.53 22.04 Vr. 29 4.55 17.07 10.31 22.41 Za. 30 5.32 17.49 11.15 23.27 HET GAAT BEST MET DE MOSSELEN, ZEGT MINISTER DECKERS In de Memorie van Antwoord op het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer betreffende de begrooting van landbouw en visscherii, deelt minister Deckers mede, dat de afzet van mosselen dit sei zoen zeer voldoende is, terwijl de prij zen, dank zij de gunstige werking van het te Bergen op Zoom in het leven ge roepen Centraal Verkoopkantoor voor mosselen, aanmerkelijk hooger zijn dan het vorig jaar. Er bestaat gegrond voor uitzicht, dat dit seizoen de geheele pro ductie van in Zeeland gekweekte mos selen, voor zoover die voor consumptie geschikt zijn, tegen loonende prijzen zal kunnen worden, afgezet Onder deze omstandigheden bestaat er naar de meening van den minister voorshands geen aanleiding, maatrege len te nemen ter. stimuleering van de consumptie van mosselen. De steun aan de oestercultuur. En wat de oestercultuur betreft, de steun, welke daaraan zal worden ver strekt, bedoelt de voortzetting van de op kleine schaal met aanvankelijk vrij gunstigen uitslag genomen proef met het overbrengen van Fransche zaaioesters, vrij van de bekende oesterziekte, in de Zeeuwsche stroomen. Het aangevraagde bedrag zal de gelegenheid openen tot het aankoopen van 4 a 5 millioen Fran sche zaaioesters. De omstandigheid ech ter, dat van de als proef uitgezaaide oes ters enkele exemplaren ook weder de ziekte vertoonen, maant voorloopig nog tot voorzichtigheid bij de voortzetting van de proeven. Gelukt de proef met 4 a 5 millioen Fransche zaaioesters en blijven deze in meerderheid vrij van ziekte, dan kan daarvan reeds in het eerste jaar gezond broed worden verwacht ter wederbevol- king van de oesterperceelen, terwijl dan tevens kan worden voortgegaan met den invoer van grootere hoeveelheden zaai oesters uit Frankrijk. Hiertoe reeds on- middelijk over te gaan zou de minister op de boven aangevoerde gronden te ge waagd vinden. FEESTAVOND C.J.M.V. Gisteravond hield de C.J.M.V. Rom. 1 16a haar jaarlijkschen feestavond in de goed bezette groote Schuttershof zaal.. De voorzitter van de commissie van bijstand, de heer G. B e r g h u ij s, opnede de bijeenkomst en heette allen, maar in de eerste plaats de predikan ten ds. J, W. Dippel en ds. P. J. F. van Voorst Vader, de leden van de commissie van bijstand en verdere genoodigden welkom.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1935 | | pagina 1