PUROL
De grijze dame
ZEELAND.
KRONIEK van den DAG.
TWEEDE BLAD VAN DE PROVINCIALE ZEEÜWSCHE MIDDELBURGSCHE COURANT (W.O. DE GOESCHE CRT.) VAN WOENSDAG 20 NOVEMBER 1935. No. 274.
MIDDELBURG.
10ES.
WALCHEREN. j
?672,ttCe0„ï0uuT W<""d S»"k
ZUID-BEVELAND.
Ruwe
schrale huid
Bg&aftsaaEgaiEB
De oorlog is mooiEen
krijgskundige aesthetica van een
Italiaanschen schrijver. Ge
publiceerd door een groot dag
blad te Turijn. Wat heelt
Mussilini ook al weer gezegd?
De Italianen zijn, volgens hun eigen
zeggen, van plan Abessynië uit zijn bar
baarschen staat te verlossen, en het de
beschaving van West-Europa, fascis
tisch gemodeleerd, deelachtig te doen
worden Mussolini verklaarde weliswaar
verscheiden malen tevens, dat de oor
log in Oost-Afrika noodzakelijk was, om
Italië's behoefte aan expansie te bevre
digen, maar dat sluit het eerste niet uit
Voor velen in het rijk van den Duce
(hen b.v. die uit hoofde van hun positie
in deze maatschappij niet over geweld
dadige expansie kunnen gaan praten
zooals de bisschop van Milaan) snijdt
die taak der beschaving alleen maar
hout, en dezen laten niet na, daarover
zeer luid te oreeren. Dat de zaak ge
paard gaat met bloedvergieten en ver
woesting, is heel betreurenswaardig
doch het doel-heiligt in dit geval alweer
de middelen. De Abessijnen zijn nu een
maal zoo goddeloos zich tegen de onge
vraagde verheffing uit hun ellendigen
staat van leven-en denken te verzetten
Wat bleef er anders over, dan hen met
de overredingskunst van Mars op 'n boo-
ger niveau te helpen breng'en?
Trouwens is dè oorlog in zichzelf wer
kelijk zoo bedenkelijk? De pacifisten
aller landen h,ebben geen goed woord
voor hem over, maar de meesten hun
ner maakten nimmer aan den lijve ken
nis met hem. Wat weten zij er eigen
lijk van? Kan er ook niet wat goeds, mis
schien een heele boel goeds aan den
oorlog zijn? Is het wel juist, hem maar te
verfoeien? Zonder er ook maar een
oogenblik over na te denken, of achter
den niet zeer schoonen uiterlijken schijn,
misschien edelaardige innerlijke waar
den kunnen schuil gaan?
Eén van de moderne Italiaansche schrij
vers. F. T. Marinetti, een man, die bui
ten zijn landsgrenzen bekendheid heeft
verworven, geeft op deze vragen een
antwoord. Reeds 27 jaar lang heeft hij
betoogd, dat de oorlog voor de mensch-
heid het eenige deugdelijke „hygiënische
middel" is. Een dezer dagen publiceerde
hij in het Turijnsche dagblad „Stampa"
een manifest, waarin hij zijn opvattin
gen in elf stellingen samenvat, zulks ter
gelegenheid van zijn aanstaand vertrek
als soldaat naar Oost-Afrika. Ziehier
Marinetti's aesthetica:
1. De oorlog is mooi, omdat hij har
monisch de krachten van lichaam en
geest vereenigt
2. De oorlog is mooi, omdat hij den
volkomen mechanischen mensch moge
lijk maakt, dank zij het gasmasker, den
vlammenwerper, en de tweepersoons
tank.
3. De oorlog is mooi, omdat hij den
droom van het gemetalliseerde mensche-
lijk lichaam begint te realiseeren.
4. De oorlog is mooi, omdat hij de
bloeiende weiden met de vlammende
orchideeën der machinegeweren ver
siert.
5. De oorlog is mooi, omdat hij het ge
knetter der geweren, het gebulder der
kanonnen, de stilte der pauzes en.
de geuren van in ontbinding verkeeren-
de lijken tot een symphonie vereenigt.
6. De oorlog is mooi, omdat hij op ge
niale wijze de aardsche landschappen en
zeeën aan zijn geïnspireerde artillerie en
zijn kunstenaars uitlevert.
7. De oorlog is mooi, omdat hij nieu
we architectonische schoonheden schept:
die der oorlogstanks, die van de vliegen
de geometrie der luchtstrijdkrachten, die
der rookspiralen van brandende dorpen
enz.
8. De oorlog is mooi, omdat hij som-
door
HENRY SETON MERJRIMAN.
64).
Zonderling schitterden zijn oogen door
'n opgewondenheid die Fitz niet ont
ging. De graaf keek in het rond naar de
donkere, hartstochtelijke gezichten van
zijn landslieden en ontmoette geen blik
van herkenning, want hij was veertig'
jaar afwezig geweest. Toen sloeg hij zijn
oogen op naar de oude stad, zeer hoog
op de helling van den heuvel boven hen.
de stad, die de laatste zeshonderd jaren
niet is veranderd, en hij glimlachte, maar
het was een lach vol weemoed-
nik heb een paard voor u meege
bracht", zeide Fitz, „hetzij om nu ter
stond met mij terug te rijden naar
d'Erraha of om u naar Lloseta te bren
gen, zoo ge daar gaarne direct heen wilt
gaan. Eva heeft, uit voorzorg een lunch
voor u in den zadeltasch gedaan, indien
ge eerst naar Lloseta wilt".
De graaf knikte,
>,Ja", zeide hij, „dat is juist iets voor
Eva om daaraan te denken".
Hij liep naar het paard, liefkoosde het,
mat de lengte van den leeren riem van
den stijgbeugel, en wendde zich toen tot
Fitz,
„Ik wil naar Lloseta gaan", zeide hij.
.,Dat is niet meer dan natuurlijk, na
veertig jaar- Om zeven uur, hedenavond,
zal ik bij je op d'Erraha zijn".
tijds de aardsche natuurrampen en den
strijd van Engelen en Demonen in he
vigheid, enthousiasme en lyrische groot
heid weet te overtreffen.
9. De oorlog is mooi, omdat hij de
menschen van den individueelen angst
en de collectieve paniek door een raf
finement van het heldendom grondig cu
reert.
10. De oorlog is mooi, omdat hij een
verjongingskuur voor het mannelijk li
chaam beteekent en de tooverkracht van
het vrouwelijk lichaam versterkt.
11. De oorlog is mooi, omdat hij de
grootheid van het fascistische Italië
dient.
De heer Marinetti persifleert niet. Hij
meent, wat hij schrijft. Het is hem „hei
lige" ernst met zijn loflied op den oor
log. Trouwens op het oogenblik zou in
Italië een parodie op het handwerk van
Mars niet kunnen verschijnen. En we
allerminst een, die met een beroep op
Italië's grootheid besluit. Zooals de elf
stellingen er staan, zoo moeten ze wor
den opgevat. En Marinetti is geen krank
zinnige: hij beschikt over bijzondere
geestesgaven.
Vermoedelijk zullen niet veel Italiaan
sche soldaten, die op 't oogenblik in de
barre hitte van Afrika hun leven op
't spel zetten, Marinetti's aesthetica kun
nen waardeeren. En thuis in Italië zul
len er ook niet schrikbarend veel be
wonderaars van te vinden zijn. Maar
het feit op zich zelf, dat een groot dag
blad het manifest wilde publiceeren
geeft veel en onprettige stof tot naden
ken. Men trachte zich eens in te leven
in de mentaliteit, die het ontstaan van
deze uitingen tot grondslag moet heb
ben gehad.... A propos, was het niet
Mussolini, die jaren geleden eens be
weerde, dat het slagveld voor den man
is, wat het kraambed voor de vrouw
beteekent?
Provinciaal Wegenonderhoudsfonds,
De aan de Prov. Staten ter vaststel
ling aangeboden begrooting 1936 van het
Wegenonderhoudsfonds geeft voor den
gewonen dienst in ontvang en uitgaaf
een eindcijfer aan van f 77,947. Op den
kapitaaldienst komt o.a. een batig slot
over te brengen naar den volgenden
dienst, voor van f 37,972.
De Langevielevest weer Ijsbaan.
B. en W. stellen den Raad voor om
voor het winterseizoen 1935-'36 de vest
tusschen de Seisbrug en de Langeviele-
buitenbrug wederom te verhuren aan
de Middelburgsche IJsclub en wel voor
f 75.
Verbetering Waterleidingbuizennet.
Als onderdeelen eener algeheele ver
nieuwing v,an de transport-leiding voor
duinwater van Oranjezon naar Middel
burg werden in 1933, 1934 en 1935, resp.
4200 m, 1000 m en 3640 m vernieuwd
en gelijktijdig van 200 tot 250 m ver
zwaard.
B. en W. zouden in 1936 het laatste
gedeelte der bedoelde leiding, lang 1650
m, willen doen vernieuwen en verzwa
ren, waarvoor f 15000 noodig zal zijn.
B. en W. stellen voor deze f 15000 be
schikbaar te stellen en d,aarvoor eene
leening ten laste van het Waterleiding
bedrijf aan te gaan. Het ligt in de be
doeling om, met 't oog op de belangen
van het verkeer, met de uitvoering der
werken reeds in het voorjaar van 1936
een begin te doen maken.
Verhuring gemeentegrond.
Op 31 December zullen 150 m2 ge
meente-grond, gelegen aan den Tramsin
gel, uit de huur komen. Bedoelde
Fitz bood niet aan hem te vergezel
len en Cipriani de Lloseta deed een
zaam dezen zonderlingen tocht; onbe
kend, een balling in zijn eigen land, reed
hij door de vruchtbaarste vallei ter we
reld, waarvan iedere boom hem dier
baar was, en niemand wist wat er in hem
omging. De arbeiders op het veld, man
nen en vrouwen, bruin, door de zon ver
brand, half Moorsch, heel eenvoudig en
gevoelig, staakten even hun moeizaam
werk, om met verwondering te staren
naar den eenzamen ruiter; de geduldige
muilezels, in hun eindeloozen omme
gang naar de Moorsche putten, gluurden
luiknipoogend naar hem; de adelaars
van Lloseta vlogen langzaam rond in
'n groote cirkel, ver boven 't oude kas
teel, zooals zij hadden gevlogen in zijn
kindsheid, en hij keek naar hen op, met
zijn zonderling geduldigen glimlach. Hij
stootte de groote olijfhouten poort open
en ging in den terrasvormig aangeleg-
den tuin, geheel met plantengroei be
dekt, verwaarloosd, droevig- Het was 'n
vreemd thuis komen, geen levend we
zen te zien.
Hij bleef den geheelen dag te Lloseta
en hij hield er zich bezig met zeer prac-
tisch werk. Hij stelde menschen aan tot
het in orde brengen van tuin en huis en
hij gaf daartoe de noodige instructies.
Want het was zijn plan, zeide hij, om
weer op zijn „bezitting1", zooals deze
Majorcaansche landhuizen genoemd
worden, terug te komen, er het grootste
deel van het jaar te wonen en de ove
grond grenst ,aan het woonhuis en erf,
welke onlangs van de erven H. J. van i
Doesburgh, die na diens overlijden de
huur hebben voortgezet, in eigendom
zijn overgegaan aan Chr. Zandee te
's-Heer Arendskerke. Laatstgenoemde
heeft thans verzocht den meervermelden
grond voor 6 jaren te mogen huren en
bevoegdheid te verkrijgen daarop een
garage voor berging zijner automobiel
te plaat-sen. Tegen inwilliging van deze
verzoeken hebben B. en Wl, geen be
zwaar; zij stellen dan ook voor ze in te
willigen.
i
Feestavond „Goes",
De Goesche Athletiek- en Voetbal-
vereeniging „Goes" heeft ter gelegen-
heid van haar 40-jarig beslaan, een
feestavond georganiseerd op 24 Nov.
a.s. in Schuttershof. j
Het prograpima vermeld o.a. het op
treden van den bekenden conferencier
Paul Osta. I
DOMBURG. De bijbeltentoonstelling
in het kerkgebouw van Ned. Herv. ge
meente en samengesteld door de afdee-
ling Domburg van het Ned. Bijbelgenoot
schap is een groot succes geweest,
Maandagavond werd het openings
woord gesproken door ds. W. Reus van
Westkapelle, voorzitter der afdeeling.
Spr. riep allen een welkom toe, inzon
derheid den burgemeester, aan wien hij
gelegenheid gaf de openingsrede uit te
spreken. De heer L. J. van Voorthuysen
wees op het geweldige werk van dit ge
nootschap vooral in Indië door de Bij
belvertaling in de Indische talen. Spr.
wekte de vele aanwezigen op, dezen i
heerlijken arbeid te steunen en straks
kennis te maken met hetgeen het Ned. i
Bijbelgenootschap heeft tot stand ge- J
bracht. I
Hierna bracht de Chr. Zangvereeniging
enkele liederen ten gehoore, vervolgens
nam de bibliothecaris, ds. Visser te1 wederom zeer groot en brachten ook de
Domburg het woord en gaf een uitleg- schoolkinderen van Aagtekerke, Dora-
ging van wat op de tentoonstelling te burg en Oostkapelle een bezoek,
zien was. Ook hij beval het N.B.G, in Groote menschen kwamen alles nog
aller liefde aan. j eens rustig overzien; des namiddags
Nu volgde de bezichtiging der ten-kwam ook de gemeenteschool uit Oost
toonstelling, waarvoor zeer groote be- kapelle en bezochten verschillende ca-
langstelling was. Vooral de tafel met, techiesaties deze tentoonstelling. Vele
Curiosa trok zeer de iaandacht. Als bij- anderen uit omliggende plaatsen lieten
zonderheid vermelden we, dat, hoewel z'ich. zien.
de kist met Curiosa van het B.G. niet, j)es avonds zong de zangver. „Volhar-
was aangekomen, de ingezonden merk- j ding ieidt tot het Doel". Weer gaf ds
waardigheden uit Domburg en omgeving, visser een overzicht en was er nog-
dat gemis ruimschoots vergoedden. We maals gelegenheid tot bezichtiging. De
zagen er o.a allerlei oude bijbels w.o.' kerk was geheel voL Vervolgens sorak
f! ^nSr 7' 1 Vaii eigendom ds, Van Djjken van Oostkapelle een op-
Dames Javen^Tvers^hiUendT'taFels wekkend woord' liet de zangvereeniging
uitvoer,^ in,i'chien. We zagen er
(Ingez. Med.)
Dinsdagmorgen was de belangstelling
stein (1654), bijbels van Keur, een Else-
vier-Bijbel uit 1663 (ingez. door mevr.
Lantsheer), een Doré-bijbel (1852) met
platen van den vermaarden Gustave
Doré, en een Rembrant-bijbel, oude En-
gelsche en Spaansche. Deze curiosa gaan
niet naar Middelburg,
Buiten al die particuliere bijdragen
waren natuurlijk ook de inzendingen
medewerking en de belangstelling.
SCHIP AANGEVAREN EN
GEZONKEN.
HANSWEERT. Op de Westerschelde
heeft Dinsdagavond een aanvaring plaats
gehad tusschen het sleepschip „Wilad"
schipper Kielen en een ledigen van Lon-
van het B. G. het bezichtigen waard: den komenden zeelichter. De „Wilad"
een Braille-bijbel, verder de H. S. in het werd zoodanig beschadigd, dat het schip
Afrikaansch, het Negerengelsch (dat is gezonken.
ook Hollandsche woorden bezit), en N,
T. in het Hebreeuwsch, Roomsch-Katho-
lieke bijbels, Latijnsche, Oud- en Nieuw-
Grieksche.
De Indische afdeeling bevatte meer
dan 33 vertalingen voor het Indische
Christenleven. Nog vermelden we de
Pericopenbijbels, boeken in dure leder
soorten, Luthersche bijbels, de Jeugd
bijbei, proeve van nieuwe vertaling, het
Friesche N.T., ook bijbels voor bijzon
dere gelegenheden en voor slechtzien
den.
rige wintermaanden door te brengen in
zijn paleis in Palma-
In den namiddag steeg hij weer te
paard en tegen den avond, zooals afge
sproken was bereikte hij d'Erraha.
Een bediende moest op den uitkijk
hebben gestaan naar zijn komst, want
de groote deur werd opengeworpen en
hij reed het patio binnen. Hier werd hij
verwelkomd doior Fitz, gevolgd door
Eva, met Henry Cyprian in haar armen.
Niemand sprak. Het geheel was
eenigszins eigenaardig. De graaf steeg
af. Hij nam zijn hoed af en hield die
op Spaansche manier in zijn hand, ter
wijl hij Eva en Fitz de hand drukte. Hij
keek het patio rond. Met eerbied be
schouwde hij de oude marmeren put,
geel door verbazend grooten ouderdom
de sinaasappelboomen, die er over
groeiden, de palmen en vijgeboomen,
toen lachte hij tegen Eva-
„Na vele jaren", zeide hij.
Een kleine stilte volgde,
„Hoe gaarne zou ik uw vader gezien
hebben", zeide hij, „hier in deze omge
ving".
Eva knikte. Door langdurigen omgang
met mannen had zij een zekere manne
lijke zwijgzaamheid geleerd. Zij bewoog
zich in de richting van den overwelfden
gang, die naar het terras leidde.
„Wij hebben u met de thee gewacht",
zei zij,
„Wilt ge op het terras komen?"
Hij volgde haar, terwijl de knecht het
vermoeide paard wegvoerde.
De bemanning kon gered worden. Het
schip was geladen met kolen van
Duitschland naar Antwerpen.
BORSSELE. Dinsdagmiddag viel de
15-jarige zoon van den heer L. N. van
een afdak bij de schuur van den vee
koopman M. de S. op den steenen vloer,
daarvoor. Eenige personen, aan het
werk op het vlak bij gelegen stations
emplacement, snelden toe en vonden
den knaap bewusteloos en met bebloed
gelaat liggend. Onmiddellijk belde één
Zij zette zich op het Noordelijk ge
deelte van het terras waar de tuinstoe-<
len altijd stonden, er vóór, beneden en
rondom hen, rees en daalde het mooiste
van alle mooie natuur tafereelen van
Maiorca natuurtafereel, waar slechts
Sardinië mee kan wedijveren.
Eva schonk zijn thee in, die hij uit
dronk, waarna hij zijn kopje wegzette,
Allen wisten zij, dat nu de tijd geko
men was voor den g'raaf de Lloseta om
zijn geschiedenis te vertellen en daar
mede de bejofte te vervullen die hij lang
geleden aan Eva en Fitz had gedaan,
nog vóór zij getrouwd waren.
Cipriani de Lloseta leunde achterover
in zijn gemakkelijken tuinstoel, zijn eene
laarzeschacht over de andere geslagen.
Hij was stoffig van de reis, maar de na
tuurlijke forschheid van zijn gestalte
scheen meer dan ooit tot zijn recht te
komen in zijn geboorteland, op zijn ber
gen.
„Mijn armzalig verhaal", zeide hij,',
„wilt ge dat ik het u doen zal?"
„Ja", zeide Eva; en Fitz knikte.
Cipriani de Lloseta zag hen niet aan;
hij keek naar beneden in het wazig blauw
van de vallei aan hun voet. Zijn rustige,
geduldige oog'en keerden zich geen en
kele maal af gedurende zijn verhaal, als
vertelde hij de geschiedenis aan de val
lei en aan de heuvels.
Toen ik nog heel jong was, ging alles
te voorspoedig mei mij. Ik was rijk, ik
bezat een goede gezondheid en vrijheid
en vele vrineden; het leven was veel te
van hen, in het café bij het station, dok
ter Folmer te Driewegen op, die spoe
dig ter plaatse was. Deze verbond da
delijk het gewonde been van den ge
vallene, bij wien inmiddels het bewust
zijn was weergekeerd. Hij vervoerde
hem naar zijn ouderlijk huis ter verdere
behandeling. Aan het gelaat was de
jongen vrij ernstig gewond, de bovenlip
o.a. was geheel gespleten.
SMOKKELAARS GEPAKT.
RILLAND-BATH. Dat ook hier de
smokkelhandel nog welig tiert, is de
laatste dagen gebleken. In den nacht
van Vrijdag op Zaterdag jl. werd door
de ambtenaren van Woensdrecht, een
partij margarine en suiker in beslag ge
nomen in den Anna- Mariapolder, wel
ke werd vervoerd door een inwoner uit
Santvliet (B). In den nach van Maandag
op Dinsdag had een treffen plaats tus
schen stnokkelaars en de Rijks- en ge
meentepolitie alhier en Rijksambtenaren
te Bath en Krabbendijke, in den Kree-
krakpolder. Twee smokkelaars een ze
kere P. wonende in den Verduinpolder
in de gemeente te Woensdrecht, en C.
Z., wonende in den Anna- M,ariapolder
alhier, werden door de politie gegrepen.
Z. niet eerder dan .nadat verschillende
waarschuwingsschoten waren gelost,
waarop hij zich in de schorren had ver
borgen, waar hij later werd gevonden.
Een partij sigarettenpapier welke in de
omgeving in een schuurtje op het erf
van Z. werd gevonden, werd in beslag
genomen. Procesverbaal is opgemaakt.
en springende lippen
drogisten
(Ingez. Med.)
gemakkelijk en eenvoudig voor mij. Ik
was nog geen een en twintig jaar, toen
ik mijn lieve Rosa ontmoette en ver
liefd op haar werd. Ook hier was het
weer te gemakkelijk, ook hier weer geen
zorgen. Het Lot is het wreedst, wanneer
het te weldadig is. De ouders wenschten
het. De twee families waren van even
ouden adel, even rijk; en eindelijk Rosa
Rosa was vriendelijk g'enoeg om
vriendelijk voor mij te zijn".
Hier hield hij op, peinzend met zijn
vinger over zijn gladgeschoren kin
wrijvend, zijn lang profiel naar Eva ge
keerd, die als uit bruin marmer gehou
wen, afstak tegen het somber wazige der
vallei. Eva was nieuwsgierig naar deze
vrouw, deze Rosa, die veertig jaar in
haar graf was. Zij zou wel eens willen
weten wat voor soort vrouw dit moest
geweest zijn, dat zij gedurende al deze
jaren de liefde van een man had behou
den door een enkele herinnering, maar
dat Rosa vriendelijk was geweest, ver
wonderde haar niet.
,,Z(ij zag dingen in mij die niet be
staan", ging Cipriani de Lloseta rustig
voort. „Zoo is het altijd met vrouwen,
wanneer en mannen mogen er God
voor danken dat het zoo is".
Hij lachte schamper, een lach, die het
oor onaangenaam aandeed de lach
van een man die regelrecht tot den bo
dem van het leven is afgedaald, en nu
weer naar boven komt niet een honen-
den lach.
(Slot volgt).